Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders voor zover deze de prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma leveren.



Vergelijkbare documenten
Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders voor zover deze de prestatie Stoppen-met-rokenprogramma leveren.

BELEIDSREGEL BR/CU-7073

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk RLOG/RPOT/escs/Cure CI/10/45c 10D

H. ADDENDUM STOPPEN MET ROKEN BIJ DE OVEREENKOMST BASISHUISARTSENZORG

Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD)

Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Declaratievoorschrift multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2 1, CVR 2, COPD 3 )

Declaratievoorschrift multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2 1, CVR 2 )

Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD)

3.2 Zorgaanbieder De natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig farmaceutische zorg verleent.

REGELING CV/NR Transparantievoorschriften multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2 1, CVR 2, COPD 3 )

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD)

Regeling gecombineerde leefstijlinterventie NR/REG-1910

BELEIDSREGEL BR/CU Ketenzorg dementie Zvw

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders die mondzorg leveren dan wel mondzorgprestaties in rekening brengen 1.

Inkoopbeleid Stoppen met Roken 2013 binnen de Integrale bekostiging

Overzicht Financiering eerste lijn

Regeling innovatie voor kleinschalige experimenten

Regeling multidisciplinaire zorg

REGELING NR/CU-214. Beheersmodel honoraria vrijgevestigd medisch specialisten

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten

Regeling NR/REG Regeling eerstelijnsverblijf

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

3.6 Prenatale fase Fase in het zorgtraject vanaf de fysieke intake bij de zorgaanbieder tot aan de aanvang van de actieve fase van de bevalling.

Bekostiging ketenzorg. 18 november 2009

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten

Zorgaanbieder Zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder c, van de Wmg, die de prestaties integrale geboortezorg (mede) uitvoert.

Regeling multidisciplinaire zorg

Verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

STAATSCOURANT. Nr Regeling multidisciplinaire zorg. 1. Begripsbepalingen. 24 juli 2017

Consument Een zorgvrager, patiënt, een potentiële patiënt of degene die namens een patiënt informeert.

Beleidsregel experiment bekostiging verpleging en verzorging

besluit de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) tot vaststelling van de navolgende regeling.

Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz 2018

Beleidsregel Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg

BELEIDSREGEL CA Nationaal Programma Ouderenzorg 2014

BELEIDSREGEL AL/BR-0040

BELEIDSREGEL BR/CU Ketenzorg dementie Zvw

Beleidsregel verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

Nadere Regel NR/CU-256

Experiment bekostiging verpleging en verzorging

Prestatie- en tariefbeschikking eerstelijnsverblijf - TB/REG

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten

Consument Een zorgvrager, patiënt, een potentiële patiënt of degene die namens een patiënt informeert.

Overzicht Ketenzorg 2015

1.3 CIZ Het Centrum Indicatiestelling Zorg als bedoeld in artikel 1 onder b van het Zorgindicatiebesluit.

Deze beleidsregel is van toepassing op alle communicatie-uitingen, waaronder: mondeling, schriftelijk, telefonisch en via internet of .

1.3 CIZ Het Centrum Indicatiestelling Zorg als bedoeld in artikel 1 onder b van het Zorgindicatiebesluit.

BELEIDSREGEL CA-BR Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c

Beleidsregel Zorg op afroep van de patiënt en zorg geleverd in een inloopkliniek

BELEIDSREGEL AL/BR-0021

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders die mondzorg leveren als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet.

3.2 Zintuiglijk gehandicaptenzorg Zintuiglijk gehandicaptenzorg zoals omschreven in artikel 2.5a Besluit zorgverzekering (Bzv).

Deze regeling is van toepassing op instellingen die geriatrische revalidatiezorg leveren.

Verpleegkundige dagopvang en verblijf bij intensieve kindzorg

BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment proeftuinen meerzorg 2.0 Wlz

BELEIDSREGEL CA Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg

Op het verplichte en vrijwillige eigen risico zijn niet van toepassing: - de kosten van ketenzorg bij diabetes, vasculair risicomanagement en COPD.

3.1 Experiment Een experiment op basis van een beleidsregel als bedoeld in artikel 58 Wmg.

BELEIDSREGEL BR/CU-7013

3.3 Declaratie De rekening van de zorgaanbieder aan de patiënt of de zorgverzekeraar voor een verrichte prestatie(s).

Deze regeling is voorts van toepassing op zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 3.10 hierna.

Overeenkomst Voetzorg Diabetes Mellitus 2017

Nadere regel Verpleging en verzorging

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018

3.3 Declaratie De rekening van de zorgaanbieder aan de patiënt of de zorgverzekeraar voor een verrichte prestatie(s).

NADERE REGEL NR/CU-531

Deze beleidsregel regelt het aanvragen van een vergoeding voor kleinschalige experimenten met AWBZ-zorg gericht op ketenzorg dementie.

Transparantie-eisen aan apotheken

3.3 ZZP-meerzorg tarief Het bedrag per dag dat in rekening gebracht kan worden ter vergoeding van de door de zorgaanbieder geboden ZZP-meerzorg.

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders die generalistische basis geestelijke gezondheidszorg (hierna Basis GGZ) leveren.

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz).

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders die mondzorg leveren dan wel mondzorgprestaties in rekening brengen 1.

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders die dyslexiezorg 1 als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw) leveren.

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2017

BELEIDSREGEL AL/BR Innovatie ten behoeve van nieuwe zorgprestaties

3.1 Experiment Een experiment op basis van een beleidsregel als bedoeld in artikel 58 Wmg.

BELEIDSREGEL BR/CU-7047

3.3 Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) Het Centrum Indicatiestelling Zorg als bedoeld in artikel Wlz.

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

Gelet op artikel 37 Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende regeling vast.

De Nederlandse Zorgautoriteit heeft met inachtneming van Hoofdstuk 4, paragrafen 4.2 en 4.4, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg),

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

BELEIDSREGEL BR/CU Verrichtingenlijst ten behoeve van DBC s

NADERE REGEL NR/CU-540

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure CI/14/51c /141182

BELEIDSREGEL BR/REG Prestatiebeschrijvingen en tarieven zzp-meerzorg Wlz. Grondslag

Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2018

BELEIDSREGEL CA-BR-1608a. Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 3 bij circulaire Care/Wlz/15/14c

Prestatie- en tariefbeschikking verpleging en verzorging - TB/REG

Overige Geneeskundige Zorg

Overeenkomst Voetzorg Diabetes Mellitus 2016

BELEIDSREGEL BR/CU-5059

Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

Transcriptie:

Regeling CU/NR-703 Stoppen-met-Roken-programma Gelet op de artikelen 36, derde lid, 37, zevende lid, 38, derde lid, en artikel 40, vierde lid, van de Wet marktordening gezondheidszorg - (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit de volgende regeling vastgesteld. Artikel 1. Algemeen Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders voor zover deze de prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma leveren. Artikel 2. Doel Deze regeling heeft tot het stellen van de navolgende voorschriften met betrekking tot het Stoppen-met-Rokenprogramma: - Declaratievoorschriften; - Administratievoorschriften teneinde de uit het Stoppen-met- Rokenprogramma volgende resultaten te kunnen volgen, toetsen en evalueren onder andere met het oog op de betaalbaarheid, toegankelijkheid en kwaliteit van de zorg; - Transparantievoorschriften die moeten bewerkstelligen dat consumenten tijdig en zorgvuldig geïnformeerd worden over de eigenschappen van de betreffende prestatie met het oog op doeltreffendheid, juistheid, inzichtelijkheid en vergelijkbaarheid van de informatie. Met deze informatie kunnen cliënten een weloverwogen keuze kunnen maken voor het aangaan van een overeenkomst met betrekking tot een Stoppen-met- Rokenprogramma. Artikel 3. Begripsbepalingen 3.1 Stoppen-met-Rokenprogramma De prestatie die wordt vastgesteld op grond van de Beleidsregel Stoppen-met-Rokenprogramma. Het betreft zorg als bedoeld in artikel 2.5b van het Besluit zorgverzekering. De zorg bij het Stoppen-met- Rokenprogramma omvat geneeskundige zorg zoals huisartsen, medisch specialisten, verloskundigen en klinisch psychologen die plegen te bieden en farmacotherapeutische interventies ter ondersteuning van gedragsverandering met als doel te stoppen met roken. Het programma bestaat altijd uit begeleiding gericht op gedragsverandering en wordt indien nodig aangevuld met farmacologische ondersteuning. De zorgmodule Stoppen met Roken en de CBO-richtlijn Tabaksverslaving zijn hierbij richtinggevend. 3.2 Zorgmodule De zorgmodule Stoppen met roken is een generieke module opgesteld door het Partnership stop met roken die de norm voor de zorg bij de zorgvraag stoppen met roken functioneel omschrijft. De zorgmodule bevat een zorginhoudelijke en organisatorische uitwerking van het programma. De module dient om cliënten inzicht te geven in kwaliteitsnormen en faciliteert verzekeraars en aanbieders bij het sluiten van overeenkomsten.

3.3 CBO-richtlijn Tabaksverslaving De in 2009 opgestelde richtlijn Behandeling van Tabaksverslaving, herziening 2009 zoals die door het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO is opgesteld. 2 van 7 3.4 Zorgaanbieder De natuurlijke persoon of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig zorg verleent, als bedoeld in artikel 1 aanhef en onder c van de Wmg voor zover deze zorg aanbiedt als bedoeld in artikel 1 van deze regeling. 3.5 Hoofdcontractant De hoofdcontractant is de zorgaanbieder die verantwoordelijk is voor levering van het Stoppen-met-Rokenprogramma aan de cliënt en het overeengekomen tarief voor deze prestatie declareert. De hoofdcontractant is verantwoordelijk voor de stepped care zoals deze in de Zorgmodule wordt beschreven. De hoofdcontractant kan bij het leveren van de voornoemde prestatie middels onderlinge dienstverlening gebruik maken van een of meer onderaannemers. 3.6 Onderlinge dienstverlening Indien meerdere zorgaanbieders gezamenlijk en in onderlinge afstemming het Stoppen-met-Rokenprogramma leveren, dan worden die delen van het Stoppen-met-Rokenprogramma die niet door de hoofdcontractant worden geleverd aangemerkt als onderlinge dienstverlening. 3.7 Tarief De prijs die de hoofdcontractant in rekening brengt voor de prestatie. 3.8 In zorg De cliënt is in zorg op het moment dat een cliënt heeft besloten te gaan stoppen, en daarbij vervolgens ondersteuning ontvangt, waarvan inhoud en levering overeenkomen met in artikel 3.1 bedoelde prestatie. De startdatum is de datum van het eerste contact binnen deze prestatie. 3.9 De beleidsregel De Beleidsregel Stoppen-met-Rokenprogramma. 3.10 Ketenzorg Prestaties die worden vastgesteld op grond van de Beleidsregel Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD). Artikel 4. Declaratievoorschriften 4.1 Vrij tarief Voor de prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma geldt een vrij tarief. 4.2 Declaratie door hoofdcontractant De prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma wordt door de hoofdcontractant, met inachtneming van onderstaande bepalingen, in rekening gebracht bij de zorgverzekeraar of de cliënt aan wie de prestatie is geleverd. De peildatum voor vergoeding en tariefbepaling is de startdatum waarop de cliënt in zorg treedt voor het programma. De prestatie als omschreven in artikel 3.1 van deze regeling wordt door de hoofdcontractant, na beëindiging van het zorgprogramma en met

inachtneming van bovenstaande bepalingen, in rekening gebracht bij de zorgverzekeraar of de cliënt aan wie de prestatie is geleverd. 4.3 Te declareren prestatie en toeslagen De prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma kan door de hoofdcontractant in rekening worden gebracht op basis van de prestatiebeschikking. De te declareren prestatie bestaat altijd uit gedragsmatige ondersteuning, en kan indien nodig uitgebreid worden met toeslagen voor farmaceutische ondersteuning. 3 van 7 4.4 Onderlinge dienstverlening Indien sprake is van onderlinge dienstverlening verdeeld de hoofdcontractant het tarief onder bij de betrokken zorgaanbieders, volgens de (contract)afspraken die hij met hen heeft gemaakt. De zorgaanbieder die (een deel van) het Stoppen-met-Rokenprogramma levert in het kader van onderlinge dienstverlening declareert deze zorg aan de hoofdcontractant. De tarieven voor onderlinge dienstverlening in het kader van de prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma zijn vrije tarieven. 4.5 Programma aangeboden door een eerstelijns psycholoog Het programma wordt niet gerekend tot eerstelijns psychologische zorg, al kan een eerstelijns psycholoog het programma aanbieden. Indien een eerstelijns psycholoog het programma aanbiedt, is onderhavige beleidsregel van toepassing. De beleidsregel voor tarieven in de eerstelijns psychologische zorg is niet van toepassing. Het volgen van het programma telt niet mee bij de basisaanspraak op de eerstelijns psychologische zorg. 4.6 Geen samenloop met de eerstelijns zorg Zorg binnen de eerste lijn die geacht wordt onderdeel uit te maken van, of gelijkwaardig te zijn aan de prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma wordt niet gelijktijdig naast voornoemde zorg ten behoeve van dezelfde patiënt gedeclareerd. 4.7 Uitzondering bij UR-medicatie In afwijking van artikel 4.6 van deze regeling mag de deelprestatie voor een eenmalig huisartsenconsult waarin een geneesmiddel wordt voorgeschreven wel worden gedeclareerd naast de prestatie Stoppenmet-Rokenprogramma indien farmacologische ondersteuning met uitsluitend op recept verkrijgbare geneesmiddelen wenselijk wordt geacht en indien de hoofdcontractant geen huisartsenzorg heeft gecontracteerd binnen het programma. 4.8 Samenloop met Ketenzorg Voor zover het Stoppen-met-Rokenprogramma wordt geleverd aan een cliënt die integraal bekostigde ketenzorg ontvangt vanwege een chronische aandoening (DM2, CVR en/of COPD), volgens de beleidsregel Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD) kan het Stoppen-met- Rokenprogramma niet los worden gedeclareerd. In dat geval kan alleen de keten-dbc, waar het Stoppen-met-Rokenprogramma onderdeel van uitmaakt, worden gedeclareerd. 4.9 Samenloop met Innovatie

Voor zover een zorgaanbieder in het kader van een kortdurend kleinschalig experiment, als bedoeld in de Beleidsregel innovatie ten behoeve van nieuwe zorgprestaties, zorg aanbiedt die als doel heeft om te stoppen met roken die betrekking hebben, declareert de zorgaanbieder deze zorg tot de einddatum van het experiment op basis van de individuele beschikking die is afgegeven op grond van laatstgenoemde beleidsregel. 4 van 7 Voor zover een zorgaanbieder en zorgverzekeraar besluiten het voornoemde experiment eerder te beëindigen, vindt declaratie van deze zorg plaats middels declaratie van de prestatie Stoppen-met- Rokenprogramma. Er kunnen geen nieuwe kortdurende kleinschalige experimenten meer starten die betrekking hebben op het stoppen met roken. 4.10 Samenloop met medisch specialistische zorg Het Stoppen-met-Rokenprogramma kan niet worden gedeclareerd indien tegelijkertijd aan dezelfde patiënt medisch specialistische zorg wordt geleverd die tot doel heeft de cliënt te begeleiden met het stoppen met roken. Artikel 5. Transparantievoorschrift 5.1 Hoofdcontractant De hoofdcontractant is verantwoordelijk voor een goede voorlichting van de cliënt met betrekking tot de inhoud en de kosten van het programma. Indien er farmaceutische ondersteuning wordt ingezet, geeft de hoofdcontractant duidelijk aan hoe deze kosten vergoed worden voor de cliënt. Ook wordt er gewezen op het eigen risico en wordt hiervoor verwezen naar de verzekeraar. 5.2 Verzekeraar De verzekeraar informeert de verzekerde hoe omgegaan wordt met het eigen risico en welke programma s en middelen onder de vergoeding vallen. Artikel 6. Inwerkingtreding en citeertitel Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij is geplaatst. Deze is te vinden op www.officielebekendmakingen.nl De regeling kan worden aangehaald als de Regeling Stoppen-met- Rokenprogramma. de Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit, mr. drs. T.W. Langejan voorzitter

Toelichting Algemeen 5 van 7 Met ingang van 1 januari 2011 valt een programmatische aanpak van Stoppen met Roken, waar farmacotherapeutische ondersteuning samen met gedragsmatige ondersteuning wordt aangeboden, onder de zorgverzekeringswet. Om het Stoppen met Roken programma te kunnen declareren, is beleid van de NZa nodig. Het ministerie van VWS heeft de NZa op hiervoor een aanwijzing gegeven om dit beleid te vormen. Het Stoppen-met-Rokenprogramma wordt als integraal programma ingekocht, geleverd en gedeclareerd. Indien er meer dan één zorgaanbieder bij de levering van deze prestatie is betrokken, kunnen zij over de dienstverlening onderling nadere afspraken maken. Echter, gezien de korte voorbereidingstijd tot 1 januari 2011 en het feit dat de zorginkoop door verzekeraars reeds is gestart, is het niet in alle gevallen (meer) mogelijk om het Stoppen-met-Rokenprogramma als integraal programma in te kopen en te declareren. Voor die gevallen waarin dat niet mogelijk is, bestaat uitsluitend in 2011 nog de mogelijkheid om af te wijken van de integrale inkoop, levering en declaratie. Uiteraard moet de verzekeraar in dit soort situaties wel bewaken dat de farmacotherapeutische ondersteuning alleen wordt verstrekt en vergoed in het kader van het volgen van het programma, dat wil zeggen in combinatie met op gedragsverandering gerichte begeleiding. Met ingang van 1 januari 2012 zal alleen nog maar sprake kunnen zijn van een integrale inkoop, levering en declaratie van het Stoppen-met-Rokenprogramma. De zorgmodule en richtlijn waarnaar verwezen wordt, zijn terug te vinden op de volgende sites: www12.stivoro.nl www.cbo.nl Artikelsgewijs Artikel 3.4 Zorgaanbieder Volgens de Zorgmodule Stoppen met Roken mag de zorg door elke zorgverlener uitgevoerd worden, mits deze persoon bekwaam is. Mogelijke aanbieders zijn: zorgaanbieders en instellingen (GGD en, thuiszorg, Stivoro), eerstelijnsgezondheidszorg (huisartsen, doktersassistenten, praktijkondersteuners, bedrijfsartsen, psychologen, verloskundigen, tandartsen, mondhygiënisten en apothekers) en tweede lijn (medisch specialistische zorg, RookStopPoli s). Artikel 2.8 In zorg De prestatie begint bij het eerste consult nadat de cliënt heeft besloten te stoppen met roken, en hiervoor een programma te volgen. De zorgmodule beschrijft het gehele proces, inclusief gesprekken om iemand te motiveren te gaan stoppen. Deze gesprekken vallen buiten de prestatie en vallen binnen de reguliere hulpverlening. Artikel 4.3 Te declareren prestatie en toeslagen De toeslagen voor toepassing van de farmacologische middelen voor nicotine vervangende middelen en/of UR-middelen zijn uitsluitend in samenhang met gedragsmatige ondersteuning in rekening te brengen. De declaratie geschiedt door de hoofdcontractant van het programma.

Een hoofdcontractant kan: zelf farmacotherapeutische middelen inkopen en verstrekken aan de cliënt, of de kosten van farmacotherapeutische middelen vergoeden aan de cliënt indien de client kosten heeft gemaakt voor farmacologische ondersteuning, of de kosten voor farmacotherapeutische middelen vergoeden aan de apotheek. In dat laatste geval is er sprake van onderlinge dienstverlening. 6 van 7 De zorgverzekeraar ontvangt geen losse declaraties van farmacologische middelen. De controle op samenhang van farmacologische ondersteuning met gedragsmatige begeleiding is hierdoor bij de zorgaanbieder belegd. Artikel 4.6 Geen samenloop met de eerstelijns zorg Indien een huisarts de aanbieder van het programma is, wordt het consult met een advies om te stoppen met roken, gerekend tot een gewoon huisartsenconsult. Zodra het programma Stoppen met Roken is gestart, vallen de consulten binnen het programma en de regelgeving die hiervoor geldt. Indien het programma door een verloskundige wordt aangeboden, wordt het programma naast de reguliere zorg aangeboden. Er is hier geen sprake van overlap. Indien een eerstelijns psycholoog het programma aanbiedt, is de onderhavige beleidsregel van toepassing. De beleidsregel die de tarieven voor eerstelijns psychologische zorg regelt, is niet van toepassing. Hiertoe is besloten omdat verzekerden die zich tot de eerstelijnspsycholoog wenden anders met zowel het eigen risico voor het Stoppen-met-Rokenprogramma als met de beperkte aanspraak en eigen bijdrage voor eerstelijns psychologische zorg zouden worden geconfronteerd. Hierdoor zou de eerstelijns psycholoog voor de cliënt een kostbaardere zorgverlener zijn, dan andere aanbieders. Artikel 4.7 Uitzondering bij UR-medicatie Het huisartsenconsult is dan bedoeld om medicatie te kunnen voorschrijven die uitsluiten op recept (UR) verkrijgbaar is. De reden dat er enige samenloop is toegestaan in de eerste lijn als het gaat om het voorschrijven van UR-medicatie, is dat het aanbieden van stepped care anders moeilijk, dan wel inefficiënt, te realiseren is voor aanbieders die niet vanuit een zorggroep opereren De kosten van de medicatie worden niet uitgezonderd. Deze zijn onderdeel van het programma. Artikel 4.8 Samenloop met Ketenzorg Indien het programma wordt geleverd aan een cliënt die al ketenzorg ontvangt, welke integraal bekostigd wordt, dan is het programma een integraal onderdeel van de zorg is, conform de zorgstandaarden. Het los bekostigen van dit programma bij ketenzorgcliënten zou dan ook leiden tot dubbele bekostiging en dat is onwenselijk. Het is wel mogelijk dat zorgverzekeraar en hoofdcontractant van de integraal bekostigde ketenzorg nadere afspraken maken over de aanbieder van het Stoppen-met-Rokenprogramma. Echter, dit zal dan in de vorm van onderlinge dienstverlening geschieden, waarbij de aanbieder van ketenzorg de hoofdcontractant is, en de aanbieder van het Stoppen-met-Rokenprogramma de onderlinge dienstverlener.

Artikel 4.9 Samenloop met Innovatie Het is onwenselijk om twee declaratiecodes, vanuit verschillende regelingen, te hanteren voor het programma Stoppen met Roken. Aanbieder en verzekeraar moeten dan ook besluiten, indien er sprake is van een experiment ten aanzien van zorg omtrent Stoppen met Roken, of deze zorg in de vorm van het experiment wordt voortgezet, of dat voortijdig wordt overgegaan op de reguliere bekostiging. 7 van 7 Artikel 4.10 Samenloop met medisch specialistische zorg Indien een cliënt bij een longarts zorg ontvangt om te stoppen met roken, op basis van een ziekenhuis-dbc, kan niet tegelijkertijd een Stoppen-met-Rokenprogramma zoals in deze regeling wordt beschreven, worden gedeclareerd. Dit zou namelijk leiden tot dubbele bekostiging. Artikel 5 Transparantievoorschrift Omdat er een eigen risico kan gelden voor het Stoppen-met- Rokenprogramma, en de cliënt mogelijk kosten maakt, welke hij kan declareren, is het van groot belang dat zowel zorgaanbieder als zorgverzekeraar de cliënt hierover duidelijk voorlichten.