CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.



Vergelijkbare documenten
CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V.

Periodieke rapportage 2015 H1 + H2

Periodieke rapportage 2016 H1

Grontmij Nederland B.V. CO 2 -emissie-inventaris

Periodieke rapportage 2014

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013

Periodieke rapportage 2016 H2

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2016 Juni 2017

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Periodieke rapportage 2 e helft September 2016

Periodieke rapportage 2016 September 2016

Periodieke rapportage 2017 H1

PERIODIEKE RAPPORTAGE 2015

Periodieke rapportage 1 e helft 2014

Periodieke rapportage 1 e helft 2016

PERIODIEKE RAPPORTAGE 1E HELFT 2015

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013

Periodieke rapportage 2 e helft maart 2015 versie definitief

Periodieke rapportage 2 e helft 2016

CO 2 Footprint e half jaar Goudappel Groep

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2017

Periodieke CSR-milieu rapportage H1 2015

CO2-Emissie-inventaris

Periodieke rapportage eerste helft 2018

Periodieke rapportage 2015 H2. 20 januari 2016

Periodieke rapportage 2014

Energiemanagement actieplan 2017

Doelstelling scope 2: IDDS wil in 2020 ten opzichte van %

Periodieke Rapportage 2 e helft 2016

Periodieke rapportage 2016 H2

Periodieke rapportage eerste helft 2017

Periodieke rapportage 2016 H1

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2014

VCMCM CO2 Voortgangsrapportage U

CO2-Emissie-inventaris

Energiemanagement actieplan

Periodieke rapportage tweede helft 2017

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2010, 2011 en 2012

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2013 (1 e halfjaar) Periode: 1 januari t/m 30 juni 2013

Energiemanagement actieplan & PvA Sweco Nederland

CO2-Emissie-inventaris

Periodieke rapportage e helft. N.C. Zwart Verhuur BV

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2016

Milieu jaarverslag 2013-Q4

Periodieke rapportage 2016 H2. Juni 2017

PERIODIEKE RAPPORTAGE 1E HELFT 2016

Periodieke rapportage 1 ste half jaar 2017

Eurailscout Inspection & Analysis B.V. CO2 Voortgangsrapportage U

Emissie-inventaris 2018

Periodieke rapportage 2017 H1. November 2017

Sialtech CO2 Voortgangsrapportage U

Periodieke rapportage 2 de half jaar 2018

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2016

Jaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2

Kwartaalrapportage MVO Q BAM Civiel - EXTERN

CO2 footprint rapportage e half jaar

Periodieke rapportage: Verachtert Nederland

VolkerRail Holding CO2 Voortgangsrapportage H1 2017

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage eerste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2015

1 van 10. Periode: 1 januari t/m 30 juni 2014

Periodieke rapportage 1 ste halfjaar 2018

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage Periode: 1 januari t/m 31 december 2014

Beschrijving Energie Management Systeem

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies Tweede halfjaar 2012

3.C.1. Periodieke voortgangsrapportage 2013

Carbon footprint BT Nederland NV 2014

Periodieke rapportage [2016, eerste helft]

Periodieke rapportage H1 2016

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2015

1 van 13. Periode: 1 juli t/m 31 december 2013

Periodieke rapportage 2016 H1

Periodieke rapportage tot juli 2013 [3.A.1] HOOIJER Renkum B.V. HOOIJER Wegenbouw B.V. Versie d.d , Geactualiseerd d.d.

Eurailscout Inspection & Analysis B.V. CO2 Voortgangsrapportage U

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2012 Periode: 1 januari t/m 31 december 2012

Periodieke rapportage 2015 H1. 30 september 2015

Veiligheidsconcept MCM b.v. CO2 Voortgangsrapportage U

Periodieke rapportage: Periodiek verslag Periode: 1 januari t/m 31 december 2013

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 1 ste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2013

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage eerste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2015

Carbon Footprint 2014

Arnold Maassen Holding BV. Voortgangsrapportage scope 1 en 2 1e halfjaar 2014

Lomans Beheer B.V t/m

Groene bedrijfsvoering

Energie meetplan Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.2

Halfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2015

Periodieke rapportage 2012

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2

Energie meetplan Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 3.0

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

Energiemanagement actieplan 2016

Review CO2 reductiesysteem. Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.1

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

kwh 28,2 ton CO2 15,0 personenwagen in km km 0,22 kg CO2 / km 28,3 ton CO2 15,1 Subtotaal 56,5 ton CO2 30,1

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

CO 2 footprint tussenrapportage e half jaar

Transcriptie:

CO 2 -emissierapportage Grontmij Nederland Holding B.V. Jaarrapportage 2013 Definitief Grontmij Nederland B.V. De Bilt, 27 maart 2014

1 Inleiding en basisgegevens 1.1 Inleiding Grontmij Nederland Holding B.V. verplicht zich tot continue verbetering van de energie- efficiëntie en vermindering van de bijbehorende CO 2 -emissies. Hiermee sluit Grontmij Nederaan bij de Corporate Responsibility (CR) doelstellingen van Grontmij N.V. land B.V. Inzicht in het energieverbruik van het bedrijf is hierbij van groot belang. Met de deelname aan de CO 2 -prestatieladder geeft Grontmij op een concrete wijze vorm aan de ambities om onze doelstellingen op het terrein van duurzaamheid te realiseren. Het opstellen van de periodieke e rapportage is onderdeel van de stuurcyclus binnen het ener- giemanagementsysteem dat mede in het kader van de CO₂-prestatieladder is ingevoerd. Deze stuurcyclus maakt deel uit van ons kwaliteitsmanagementplan zoals omschreven in het docukentallen, grafieken, voortgang, ment Procedure Duurzame Bedrijfsvoering. Deze rapportage geeft een samenvatting van de belangrijkste en andere informatie. Voor een nadere toelichting op de herkomst en het verwerkingsproces van de data wordt verwezen naar de separate achtergrondrapportage. 1.2 Beschrijving van de organisatie & Organisatorische Grenzen Grontmij, opgericht in 1915, is een van de grootste advies- & ingenieursbureaus van Noordgebouwde en na- tuurlijke leefomgeving, mobiliteit, water en energie. west-europa en levert adviezen en ingenieursdiensten met betrekking tot de De organizational boundary voor deze CO 2 -emissierapportage is Grontmij Nederland Holding B.V. Kortgezegd betreft dit nagenoeg alle (>96%) locaties, activiteiten en werknemers van Grontmij in Nederland. Grontmij Nederland Holding B.V. omvat de juridische entiteiten Grontmij Nederland B.V., Grontmij Capital Consultants B.V. en Grontmij Vastgoedmanagement B.V. Een nadere toelichting op de Organizational Boundary en de totstandkoming hiervan wordt gegeven in het document Organizational Boundary Grontmij Nederland Holding B.V. 1.2.1 Aanpassing boundary en basisjaar Grontmij Vastgoedmanagement B.V. (VGM) is per 2013 onder Grontmij Nederland Holding B.V. komen te vallen en daarom per gelijke datum opgenomen in de organizational boundary. Dit betekent dat de CO 2 -emissies van VGM worden toegevoegd aan onze CO 2 2-footprint en een correctie wordt toegepast over de afgelopen jaren en het basisjaar 2009. Alle in dit rapport vermelde cijfers en informatie zijn gebaseerd op de nieuwe boundary inclusief VGM, tenzij anders aangegeven. De aanpassingen van de CO 2 -emissies in het basisjaar worden nader toegelicht en gekwantificeerd in de achtergrondrapportage bij deze emissierapportage. 1.3 Rapportageperiode Deze periodieke rapportage beschrijft de CO 2 -emissies over geheel 2013. 1.4 Verificatie Conform het Handboek CO 2 -Prestatieladder laten wij onze CO 2 -footprint minimaal eenmaal per drie jaar verifiëren door een daartoe bevoegde instantie. Pagina 3 van 10

2 Basisjaar 2009 2.1 Basisjaar Het eerste jaar waarop Grontmij Nederland Holding B.V. een volledige emissie-inventarisatie heeft uitgevoerd is 2009. Dit is het basisjaar, ten opzichte waarvan de voortgang wordt vergeleinventaris halfjaarlijks opgesteld. Ten gevolge van wijzigingen van conversiefactoren heeft eerder (in 2011) een herberekening van het basisjaar plaatsgevonden voor de uitstoot als gevolg van elektriciteit, stadsverwarming en vliegreizen. ken. Sinds 2010 wordt de CO 2 -emissie-inventaris 2.2 Basisjaar en historische gegevens De CO 2 -footprint van het (herberekende) basisjaar ziet er op basis van de meest actuele conversiefactoren als volgt uit: Tabel 2-1 (Herberekende) emissies over (de helft van) het basisjaar Scope Emissiestroom Uitstoot (ton CO₂) 1 Verwarming 1 Lease- & Bedrijfsauto's 2 Elektra - Grijs 2 Vliegreizen 2 Privéauto - Zakelijk 3 Privéauto - woon/werk 3 OV zakelijk 3 OV woon/werk Subtotaal Scope 1 Subtotaal Scope 2 Subtotaal Scope 3 Totale Uitstoot 1.224 5.321 2.778 137 1.685 1.032 96 286 6.545 4.601 1.414 12.560 Per fte (2471) 0,50 2,15 1,12 0,06 0,68 0,42 0,04 0,12 2,65 1,86 0,57 5,08 Scope 3 werd in 2009 nog niet bepaald. Bovengenoemde waarden voor scope 3 zijn daarom bepaald op basis van extrapolatie van de gegevens uit 2010. Pagina 4 van 10

3 CO 2 -emissies in 2013 3.1 Directe en indirecte emissies 2013 De CO 2 -uitstoot per emissiestroom en per scope zowel absoluut als per werknemer (in fulltime equivalent of fte) wordt weergegeven in onderstaande grafiek en tabel. Het gemiddeld aantal fte s over de gerapporteerde periode bedraagt 1913. Figuur 3-1 Grontmij Nederland Holding B.V. CO 2-emissies per emissiestroom in 2013 Tabel 3-1 Emissies in 2013 Scope Emissiestroom 1 Kantoren verwarming 1 Lease- & bedrijfsauto's 2 Kantoren elektra (NL windenergie) 2 Vliegreizen 2 Privéauto - Zakelijk 3 Privéauto - woon/werk 3 OV - zakelijk 3 OV - woon/werk Totale Uitstoot Subtotaal Scope 1 Subtotaal Scope 2 Subtotaal Scope 3 Energieverbruik Uitstoot (ton CO₂) Hoeveelheid (x mln.) eenheid Absoluut per fte 0,5 m3 (gas) 1,8 Liter brandstof 894 5.233 0,47 2,74 4,5 kwh 67 0,04 0,9 km 134 0,07 5,7 km 1.198 0,63 7,2 km 1.504 0,79 1,1 km 72 0,04 3,1 km 174 0,09 6.127 3,20 1.399 0,73 1.750 0,91 9.276 4,85 De CO 2 -uitstoot van onze werkzaamheden in (met CO 2 -gunningsvoordeel verkregen) projecten is gebaseerd op de hierboven aangegeven verdeling. Een nadere specificatie hiervan is in de achtergrondrapportage opgenomen. Pagina 5 van 10

CO2-emissies in 2013 3.2 Energieverbruik en wijzigingen kantoren Het energieverbruik van onze panden wordt meegeteld zolang wij eindgebruiker zijn van (en/of de energierekening betalen voor) het pand, dus ook wanneer het pand inmiddels leeg staat. Dat zijn alle panden zoals genoemd in de adressenlijst op onze website, plus een aantal leegstaande locaties en kleinere panden zoals laboratoria en projectlocaties. Een nadere specificatie van de in onze emissieberekening opgenomen panden en de wijzigin- gen daarin, is te vinden in het achtergrondrapport. Pagina 6 van 10

4 Voortgang CO 2 -reductie 4.1 CO 2 -reductiedoelstellingen Grontmij heeft CO 2 -reductiedoelstellingen geformuleerd voor 2015. Deze doelstellingen zijn ge- formuleerd per fte en ten opzichte van basisjaar 2009. Voor or de doelstellingen voor tussenlig- gende jaren wordt uitgegaan van lineaire voortgang. Doelstelling voor 2013 is dus als volgt: Tabel 4-1 Scope Scope 1 Scope 2 Scope 3 Emissiedoelstellingen per 2015 en daaruit afgeleid voor 2013 Emissiestromen Doelstelling 2015 Leaseauto s, Gas, Warmte, 15 % Elektra, Vliegreizen, Privéauto zakelijk 40 % OV en Woonwerk-kilometers 0 % Doelstelling 2013 10 % 26,7 % 0 % Figuur 4-1 Ontwikkeling CO 2 uitstoot per emissiestroom en per fte, vanaf 2009. De sterke reductie in het kantorenaantal (waardoor veel medewerkers verder van hun stand- plaats zijn komen te wonen) en de ambitie tot meer OV-gebruik, maken het voorkómen van een toename van de uitstoot voor scope 3, een ambitieuze doelstelling. 4.2 Voortgang emissiereductie Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de uitstoot per fte, sinds het basisjaar. De doel- stelling voor het gerapporteerde jaar is eveneens als aparte balk toegevoegd. Tabel 4-2 geeft de (actuele) relatieve omvang van elke emissiestroom weer, en de voortgang ten opzichte van basisjaar 2009, zowel in absoute zin als per fte. In de laatste kolom is de bijvoortgangspercentage te ver- drage aan de totale verandering weergegeven, bepaald door het menigvuldigen met de (initiële) relatieve omvang van de emissiestroom. Pagina 7 van 10

Voortgang CO2-reductie Tabel 4-2 Voortgang CO 2 -Emissies 2013 t.o.v. 2009 Emissiestroom (Act.) relatieve Voortgang Voortgang/fte omvang absoluut Verwarming Leaseauto's (zk + ww) Elektriciteit Vliegreizen Privéauto zakelijk Privéauto woonwerk Collectief (OV) - zakelijk Collectief (OV) - woonwerk Subtotaal Scope 1 Subtotaal Scope 2 Subtotaal Scope 3 TOTAAL 10% 56% 1% 1,5% 13% 16% 0,7% 2% 66% 15% 19% 100% -27% -2% -98% -3% -29% +46% -26% -39% -6% -69% +24% -26% -6% +27% -97% 26% -8% +88% -4% -21% +21% -61% +60% -4,6% Invloed op totaal -1% +11% -21% 0% -1% +7% 0% 0% +11% -22% +7% -4,6% Tussen 2009 en 2013 is het aantal fte s bijna net zo sterk gedaald als de uitstoot. De uitstoot per fte is daardoor slechts beperkt afgenomen. Hierbij moet een aantal zaken opgemerkt worden: Meer gebruik van het OV wordt beschouwd als een wenselijke maatregel om (de groei van) het aantal autokilometers te beperken. De sterke daling van het aantal fte s zorgt vooral bij verwarming dat de voortgang veel be- perkter is dan deze geweest zou zijn bij een gelijkblijvend aantal werknemers. Grootste punt van zorg is de sterke stijging van de uitstoot door (lease)autokilometers per fte en de woon-werkkilometers werkkilometers met privéauto s, mede veroorzaakt door de vermindering van het aantal kantoren. 4.3 Toelichting op de resultaten Verschillende zaken hebben bijgedragen aan dit resultaat. De reorganisatie Green by design bracht een centralisatie van diensten met zich mee. Ook de verdeling van expertises en werkzaamheden heeft een minder regionaal karakter. Door de centraler aangestuurde organisatie zijn de medewerkers niet meer alleen in hun eigen regio maar ook meer nationaal inzetbaar. Hierdoor is het aantal kilometers dat gemaakt wordt in projecten, toegenomen. Ook hebben meer werknemers een functie die wordt uitgeoefend op verschillende locaties. Op basis van de beschikbare gegevens valt invloed van dit effect op dit moment echter niet nader te kwantificeren. De sluiting van kantoren leidt tot een toename van het aantal woon-werkkilometers. werkkilometers. Met de sluiting van meer er kantoren zal dit effect de eerstvolgende jaren onvermijdelijk verder toenemen. Op langere termijn verwachten we dat dit effect weer verdwijnt als gevolg van wijzigin- gen in personeelsbestand en de woonplaatsen van onze medewerkers. De maximumsnelheid op veel (snel)wegen is verhoogd. Het brandstofverbruik (dus ook CO 2 - uitstoot) per kilometer neemt snel toe bij snelheden boven de 100 kilometer/uur. Op basis van de verbruiksgegevens zoals deze gemeten worden, valt deze invloed echter niet exact te kwantificeren. Wel blijkt van onze leaseauto s het daadwerkelijk brandstofverbruik per kimaar dat is in onze be- lometer beduidend minder snel af te nemen dan het normverbruik. Aangenomen wordt dat dit effect bij privéauto s niet anders zal zijn, rekening niet zichtbaar. Dit komt doordat onze cijfers over de kilometers met priveauto s niet op basis van liters maar op basis van gedeclareerde kilometers worden berekend. De verwachte sterke afname van ons energieverbruik op kantoren ging gepaard met een vergelijkbare afname van ons personeelsbestand. Het verbruik was dus lager, maar wordt vervolgens ook gedeeld door een kleiner aantal fte s. Zonder deze vermindering van ons aantal fte s zou deze reductie van deze emissiestromen groter zijn geweest. Pagina 8 van 10

5 Actuele maatregelen en aanpak 5.1 Maatregelen in 2013 In de afgelopen jaren heeft Grontmij al veel maatregelen genomen om onze CO 2 -uitstoot te reduceren, waaronder: Energieverbruikscriteria voor nieuwe leaseauto s en bedrijfsauto s; Installatie van energyprofilers op kantoren; Waterzijdig inregelen van verwarmingen; Invoering videoconferencing / MS Lync binnen de gehele Grontmij groep; Criteria voor duurzaam inkopen; Halvering van het kantooroppervlak; Invoering van Het Nieuwe Werken (HNW); Overstap naar 100% groene stroom (windenergie uit Nederland); Duurzaamheidscriteria voor nieuwe kantoren; Aanbieden van e-driver (programma voor veilig en zuinig rijden) aan ons personeel. 5.2 Aanvullende maatregelen Ondanks de reeds genoemde maatregelen blijkt de behaalde CO 2 -reductie per fte, nog achter te blijven bij onze doelstelling. Daarom werken wij aan aanvullende maatregelen en hebben wij in 2013 onder meer de volgende maatregelen genomen: Het Nieuwe Werken. Steeds meer kantoren richten wij in op Het Nieuwe Werken (HNW). Als kennisorganisatie richten wij ons daarbij niet zozeer op meer thuiswerken, maar wel op de mogelijkheid voor medewerkers om tijd- en plaatsonafhankelijk te kunnen werken. Continue verbetering van efficiënt gebruik van onze systemen, zoals het gebruik van Lync ter reductie van het aantal kilometers, blijft een speerpunt. Cleaner Car Contracts. Voorjaar 2013 heeft Grontmij het initiatief Cleaner Car Contracts ondertekend en zich daarmee aangesloten bij de oproep van een en consortium van bedrijven en NGO s gericht aan de auto-industrie. In deze verklaring roepen de ondertekenaars de auom meer vaart te maken met het op de markt brengen van energiezuinige au- to-industrie op to s. Milieuregister. Mede in het kader van ISO 14001 (Milieumanagement) houden wij een register van interne milieuaspecten bij. Hierin worden de voor Grontmij van belang zijnde mili- euaspecten geïdentificeerd en geprioriteerd. In 2013 hebben we een aantal verbeteringen doorgevoerd in de structuur van dit milieuaspectenregister waardoor het veel beter inzetbaar wordt als hulpmiddel voor de prioritering van onze CO 2 -reductiemaatregelen. Energielabels kantoren. Er is een inventarisatie gestart naar de mate waarin Grontmij- kantoren voldoen aan energielabels (EPA, GPR, BREEAM, LEED, etc.) en waar wenselijk is begonnen met het verkrijgen van een BREEAM-label (Rotterdam, Zwolle). Energiegebruik kantoren. Aan energiebesparende maatregelen in onze kantoren willen wij dit jaar meer prioriteit geven. De naleving van de wettelijke verplichting om alle energiebesparende maatregelen te nemen die binnen 5 jaar terugverdiend kunnen worden (Activitei- tenbesluit artikel 2.15), willen wij nog verder verbeteren. Mobiliteitsregeling. Ten aanzien van onze mobiliteitsregeling wordt een strakkere handhaving op de regels ingevoerd (12.000 km grens privé kilometers) en is een structurele wijzi- ging van de mobiliteitsregeling op de langere termijn te verwachten. Ook op andere punten blijven wij werken aan energiebesparing en CO 2 -reductie. Focus voor aanvullende maatregelen blijft liggen op het reduceren van de uitstoot door onze leaseauto s en Pagina 9 van 10

Actuele maatregelen en aanpak op de herziening van onze huisvesting omdat dit laatste op vrijwel elk van de besproken emissiefactoren van invloed is. Ook aan het bevorderen van duurzamer woon-werkverkeeuitdrukkelijke aandacht gaan besteden. willen wij 5.3 Medewerkersbijdrage In 2012 is ons nieuwe Grontmij Integrity Management System (GIMS) gecommuniceerd. Dit systeem bestaat uit het Grontmij Ondernemingsbeleid & Beginselen en de Gedragscode. Ons ondernemingsbeleid vormt het strategische kader voor het gedrag waar we voor staan in onze bedrijfsvoering. Onze gedragscode bepaalt de norm voor het gedrag dat wij van onze werkne- mers verlangen, zowel buiten als binnen het bedrijf. De onderwerpen milieu en maatschappij zijn een belangrijk onderdeel van de ondernemingsbeginselen. Concreet verwachten wij van onze medewerkers een actieve houding in het reduceren van ons energieverbruik op kantoor, in projecten, en in ons mobiliteitsgedrag. De reductiemogelijkheden voor onze CO 2 -uitstoot worden immers voor een belangrijk deel bepaald door het gedrag van onze medewerkers. Wij willen daarom de komende tijd ook sterker inzetten op bewustwording en gedragsverandering. Het aanbieden van e-driver aan onze leaserijders afgelopen jaar maakte hier ook deel van uit. Ook communiceren wij tips en aandachtspunten via ons intranet. Daarnaast willen wij ook onze aandacht voor technische maatregelen voortzetten. 5.4 Maatregelen in projecten Gezien de aard van onze werkzaamheden bestaat onze eigen CO 2 -emissie binnen onze projec- ten uit de CO 2 -emissiestromen zoals besproken in dit document. Ditzelfde geldt daardoor voor de maatregelen die hierop van toepassing zijn. Vaak ak echter bestaat onze grootste invloed op de CO 2 -uitstoot van projecten niet uit onze eigen CO 2 -uitstoot, maar uit de uitstoot veroorzaakt door het aanleggen, uitvoeren, of gebruik van de door ons gemaakte ontwerpen. Daarom proberen wij ook de CO 2 -uitstoot t van onze projecten te beperken. Een overzicht van inspanningen die wij in of vanaf 2013 hebben geleverd: Suspindle. Met de Suspindle biedt Grontmij haar medewerkers de mogelijkheid om duur- zaamheid mee te nemen in elk denkbaar (ontwerp)project. De Suspindle geeft een kader waarin we bij Grontmij werken aan het verduurzamen van onze projecten, uitgaande van de levenscyclus van het product of dienst. Nadat de Suspindle eerst alleen als gedrukte waaier was verstrekt, is na verzoeken uit de organisatie in 2013 ook een digitale gemaakt. Andere methodes. Naast de Suspindle hebben onze projectleiders en adviseurs ook diver- se andere duurzaamheidstools tot hun beschikking, zoals BREEAM, DuboCalc of andere (eigen) methodieken zoals Laagste Maatschappelijke Kosten (LMK) en Mensen Maken De Stad. Branchegerichte Toelichting CO 2 -prestatieladder. Mede naar aanleiding van de Bran- chegerichte Toelichting op de CO 2 -prestatieladder hebben wij in 2013 verschillende analyprojecten te bepalen en kwantificeren. Daarnaast hebben we het bepalen en reduceren van CO 2 -emissiestromen ook beter en explicieter opgenomen in de kwaliteitsprocedures die van toepassing zijn op onze projecten. ses uitgevoerd om de belangrijkste emissiestromen in Interne trainingen over duurzaamheid in projecten. Om onze medewerkers goed in staat te stellen om duurzaamheid als belangrijk onderdeel mee te nemen in hun ontwerpen en projecten, worden diverse interne trainingen voor onze medewerkers georganiseerd. Voor- beelden hiervan zijn trainingen over het gebruik van de Suspindle voor projecten in het al- gemeen, trainingen in het gebruik van DuboCalc voor de Grond-, Weg- en Waterbouw. Binnen onze afdeling Bouw & Vastgoed is daarnaast een uitgebreide training geïntroduceerd over duurzaamheid in het algemeen en BREEAM in het bijzonder. Herziening MVO beleid. In 2013 is een transparant MVO beleid opgesteld waarbinnen duurzaamheid in projecten een prominente rol heeft. Voor projectleiders is een vernieuwde Instructie Sustainability by Design in projecten opgesteld die in de eerste helft van 2014 wordt geïmplementeerd. Pagina 10 van 10