OPLEIDINGSREGLEMENT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VOOR GROEPSDYNAMICA en GROEPSPSYCHOTHERAPIE

OPLEIDINGSREGLEMENT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VOOR GROEPSDYNAMICA en GROEPSPSYCHOTHERAPIE Voor de diverse lidmaatschappen van de Vereniging. 0. PREAMBULE 1. Dit reglement is ontstaan uit een tweetal behoeften namelijk: a. de behoefte om de kwaliteit van de opleidingen beter te garanderen, b. en de behoefte aan duidelijker informatie over de opleidingen, zowel voor de opleidelingen als voor de opleiders. Er is naar gestreefd om een behoorlijke uniformiteit in de opleidingen te bereiken, terwijl ook een zorgvuldige screening en herscreening van opleiders bedoeld is om de kwaliteit op te voeren. De behoefte aan een goede beschrijving van de opleidingen heeft met betrekking tot b) geleid tot een zeer uitvoerig reglement. Te hopen is dat de duidelijkheid hiermee gediend is. 2. Wijzigingen en ontheffingen van in dit opleidingsreglement beschreven onderdelen zijn mogelijk, waar dit de kwaliteit van de opleiding voor de opleideling niet aantoonbaar vermindert. De Opleidingscommissie wordt in deze gevallen geraadpleegd en verleent dispensatie of goedkeuring in samenspraak met het Bestuur. 3. Hoewel de term "opleideling" nog niet in Van Dale's Groot Woordenboek der Nederlandse Taal is opgenomen, wordt in dit reglement consequent gesproken van de opleideling, wanneer bedoeld wordt: leerling, cursist, kandidaat-groepstherapeut, groepswerker in opleiding, etc. 4. Wanneer in dit reglement wordt gesproken over "groeps(psycho)therapie" wordt bedoeld groeps(psycho)therapie op diverse theoretische grondslagen met als basiskader de groepsdynamica. 1. ALGEMEEN Artikel 1.1 De Nederlandse vereniging voor groepsdynamica en groepspsychotherapie organiseert opleidingen in de groeps(psycho)therapie en (non)verbale groepstherapievormen. Artikel 1.2 De Vereniging beschouwt de groepsdynamica als conceptueel basiskader voor de opleiding met daarnaast andere theoretische referentiekaders. Artikel 1.3 De door de Vereniging verzorgde vorm van de belangrijkste opleidingen zijn die van Groepswerker- NVGP, Groepstherapeut-NVGP, Buitengewoon lid-nvgp en Opleider-NVGP. Artikel 1.4 De opleidingen uit artikel 1.3 - sub a (muv de opleiding tot Buitengewoon lid-nvgp) omvatten de volgende onderdelen: 1. theoretisch-technisch deel 2. leertherapie 3. supervisie 4. modulair deel Artikel 1.5 De Vereniging bewaakt de kwaliteit van de opleiding door middel van: 1. het screenen en herscreenen van opleiders; 2. het toetsen van cursussen, activiteiten en trainingen; 3. het bevorderen van uitwisseling van ervaring door opleiders; 4. het doen van onderzoek naar opleidingseffecten; 5. het toezicht houden op de formele en inhoudelijke aspecten van de verschillende opleidingsactiviteiten. Artikel 1.6 De Vereniging heeft met het oog op kwaliteitseisen het recht opleiderserkenningen in te trekken. In dat geval heeft de Vereniging de plicht de opleidelingen in staat te stellen hun opleiding bij andere opleiders voort te zetten.

Artikel 1.7 De Vereniging zorgt voor optimale toegankelijkheid van de opleiding o.m. door geografische spreiding en publiciteit. Artikel 1.8 De Vereniging maakt op gezette tijden in het door de Vereniging uitgegeven Mededelingenblad en/of de Website haar aanbod aan opleidingen bekend. Artikel 1.9 De Vereniging stelt jaarlijks een lijst samen van door de Vereniging erkende opleiders. De beëindiging van een opleiderslicentie wordt gepubliceerd in het bestuurskatern van het eerstvolgende Verenigingsblad. Artikel 1.10 De Opleidingscommissie is beschikbaar bij het opstellen van een opleidingsplan en biedt hulp bij het oplossen van knelpunten. Artikel 1.11 De Vereniging houdt een register bij van de opleidelingen en het stadium van hun opleiding. Artikel 1.12 Een continue begeleiding van de opleideling door het secretariaat (informatie en registratie) en door de Opleidingscommissie wordt gewaarborgd. Artikel 1.13 Conflicten die de werkrelatie tussen opleider en opleideling verstoren, dienen bij gebleken onmacht van beide partijen om deze op te heffen, ter bemiddeling te worden voorgelegd aan de Opleidingscommissie. Artikel 1.14 Voor iedere (her)screening wordt een bedrag in rekening gebracht, ongeacht de noodzakelijk geachte omvang van de (her)screening (slechts een papieren screening of één of meerdere gesprekken). Artikel 1.15 Een opleideling die erkend lid is van een andere Specialistische Vereniging dan de NVGP, kan in overleg met de Opleidingscommissie een wijziging in de opzet van onderdelen van de opleiding afspreken. Dit wordt door de Opleidingscommissie beoordeeld op basis van de vooropleiding van het SPV-lid. 2. OPLEIDING tot BELANGSTELLEND LID-NVGP Artikel 2.1 Er bestaat voor dit lidmaatschap geen specifieke voor-opleidingseis en ook geen opleiding. Belangstellend lid kan zijn hij/zij die vanuit belangstelling en/of interesse lid wil zijn. Artikel 2.2 Het lid dient zich conform het bepaalde in de Statuten en het Huishoudelijke Reglement aan te melden bij het secretariaat. 3. OPLEIDING tot VOORLOPIG LID-NVGP Artikel 3.1 De opleiding bestaat uit het gevolgd hebben van een door de Vereniging erkende Modulaire Cursus/Activiteit. Artikel 3.2 De opleiding is voltooid indien de kandidaat minimaal twee punten heeft vergaard naar aanleiding van het volgen van een Modulaire Cursus/Activiteit. 4. OPLEIDING tot OPLEIDINGSLID-NVGP

Artikel 4.1 De opleiding bestaat uit het voldoen aan het in de Statuten genoemde artikel 5 sub III. Artikel 4.2 Het lid dient zich conform het bepaalde in de Statuten en het Huishoudelijke Reglement aan te melden bij het secretariaat en legt daarbij de benodigde certificaten voor aan de Opleidingscommissie. 5. OPLEIDING tot GROEPSWERKER-NVGP 5.1 Leerroute Artikel 5.1.1 De opleiding kan beginnen nadat men zich heeft ingeschreven als Opleidingslid-NVGP en voldoet aan de minimale vooropleidingseisen. (Zie artikel 5 sub IV.a.1. van de Statuten). Voor diegene die aan de opleiding(sonderdelen) beginnen vanuit een andere richting cq opleiding, geldt voor de eis van het ingeschreven zijn als Opleidingslid-NVGP een uitzondering. Zij dienen zich ná het gevolgd hebben van de Basiscursus Groepsdynamica aan te melden als Opleidingslid-NVGP. Artikel 5.1.2 Cursussen en activiteiten uit het Module-pakket gelden mee als onderdeel van de opleiding en kunnen op elk gewenst moment van de opleiding gevolgd worden. Voor verdere omschrijving van de Module als onderdeel van de opleiding, wordt verwezen naar artikel 9.1 t/m 9.14. Artikel 5.1.3 Bij de start van de opleiding dient de cursist eerst de Basiscursus Groepsdynamica te volgen. Daarna volgen de andere onderdelen uit de opleiding: leer-ervaringsgroep en supervisie. De leer-ervaringsgroep en supervisie zijn pas geldig na het gevolgd hebben van de Basiscursus Groepsdynamica. Voor deze vervolgonderdelen geldt geen verplichte volgorde. In het geval de Basiscursus niet als eerste onderdeel werd gevolgd, kan beargumenteerd dispensatie worden aangevraagd bij de Opleidingscommissie. Artikel 5.1.4 Alle onderdelen kunnen zowel binnen als buiten RINO-verband worden gevolgd en tellen alleen mee voor het verwerven van het lidmaatschap Groepswerker-NVGP als ze door NVGP erkende opleiders worden gegeven. De onderdelen uit het Modulepakket hoeven echter niet gegeven te worden door een opleider van de NVGP; zie hfd 9. Artikel 5.1.5 De gehele opleiding wordt weergegeven door middel van een puntensysteem. Dat puntensysteem voor de opleiding tot Groepswerker-NVGP ziet er als volgt uit: Minimaal aantal punten Module pakket Basiscursus Groepsdynamica (30 uur) Leer-ervaringsgroep (15 uur) Supervisie (25 zittingen) Totaal aantal punten voor lidmaatschap 20 30 15 25 90 Artikel 5.1.6 De cursus Werken met Groepen' geldt binnen de opleiding tot Groepswerker-NVGP als een Basiscursus Groepsdynamica van 42 uur (gelijk aan: 42 punten). De cursus Werken met Groepen' wordt gegeven door een erkende Opleider/Cursusgever van de NVGP. Artikel 5.1.7 Alle gevolgde onderdelen uit de opleiding zijn geldig voor de duur van tien jaar tenzij gebleken is dat werkzaamheden en bij- en nascholingstrajecten een andere duur legitimeren, zulks ter beoordeling van de Opleidingscommissie.

Artikel 5.1.8 Dispensatie voor een afwijkende leerroute dient bij de Opleidingscommissie aangevraagd te worden. Artikel 5.1.9 Na voltooiing van de opleiding tot Groepswerker-NVGP is men in staat tot het zelfstandig uitvoeren, als wel het indiceren, van gespreksgroepen en/of specifieke (non)verbale vaktherapeutische groepstherapievormen vanuit het eigen BIG-registratiekader en eigen referentiekader. 5.2 Leer - ervaringsgroep Artikel 5.2.1 De leer-ervaringsgroep vindt plaats door deel te nemen aan een groep voor de duur van minimaal 15 uur. De doelstelling van deelname is tweeledig: a) het ervaren wat groepsdynamiek met de cursist doet. b) het leren over zichzelf aan de hand van een gesteld leerdoel. Artikel 5.2.2 Er is sprake van een groep, wanneer er buiten de therapeut minimaal 6 en maximaal 9 deelnemers zijn. Familieleden en levenspartners kunnen niet aan dezelfde groep deelnemen. Bij voorkeur is de groep niet samengesteld met collega's uit dezelfde werksetting. Artikel 5.2.4 Indien een cursist een tweede ronde van 15 uur wil volgen, behoort dat tot de mogelijkheden. De punten uit deze tweede ronde kunnen dan gelden als punten uit het Modulepakket. Artikel 5.2.5 De leer- ervaringsgroep kan als opleidingsonderdeel vervangen worden door deelname aan een andere ervaringsgerichte groeps(psycho)therapie. De cursist kan door middel van een verzoek aan de Opleidingscommissie om toestemming voor vervanging vragen. Artikel 5.2.6 De therapeut van de leer-evaringsgroep is een door de NVGP erkende Opleider/Leertherapeut. Deze persoon kan niet (tegelijkertijd) optreden als supervisor, werkgever en/of teamcollega. Zie voor een uitgebreide beschrijving de "Contouren leer-ervaringsgroep". 5.3 Theoretisch-technische gedeelte Artikel 5.3.1 Het theoretisch-technische gedeelte van de opleiding bestaat, naast het Module-pakket, uit het volgen van een Basiscursus Groepsdynamica (30 uur). Artikel 5.3.2 De Opleider/Cursusgever stelt een draaiboek ter beschikking aan de opleidelingen. Artikel 5.3.3 Als de Basiscursus Groepsdynamica doorlopen is, wordt de cursist verondersteld in staat te zijn om als co-therapeut, onder supervisie, gespreksgroepen te begeleiden en/of specifieke (non)verbale vaktherapeutische groepstherapievormen vanuit eigen referentiekader uit te voeren. Artikel 5.3.4 De Basiscursus Groepsdynamica omvat minimaal 30 klokuren. De cursusgroep bestaat uit minimaal 8, maximaal 16 cursisten. De cursus bestaat uit evenredige delen behandeling van literatuur en het oefenen van vaardigheden. De cursus wordt afgesloten met een toets en certificaat. Zie voor uitgebreide beschrijving de "Contouren Basiscursus Groepsdynamica". Artikel 5.3.4 Door de Opleider/Cursusgever wordt de aanwezigheid bij het theoretisch-technische gedeelte d.m.v. een presentielijst bijgehouden. Bij afwezigheid van meer dan 10% van de cursustijd dient men in overleg

met de Opleider/Cursusgever de gemiste uren te compenseren. Bij, naar het oordeel van de docent, teveel afwezigheid verkrijgt de cursist geen certificaat. Artikel 5.3.5 De cursisten leggen hun oordeel over de cursus schriftelijk vast ten behoeve van de Opleider/Cursusgever en de Opleidingscommissie. 5.4 Supervisie Artikel 5.4.1 Voor het lidmaatschap Groepswerker - NVGP is supervisie vereist over één (verbale of nonverbale) groep waarin gewerkt wordt vanuit het groepsdynamische en eigen referentiekader. Artikel 5.4.2 Er dient één individuele supervisie over een groep plaats te vinden van minimaal 25 zittingen met een duur van 45 minuten bij een door de Vereniging erkende Opleider/Supervisor. Artikel 5.4.3 Als alternatief voor deze individuele supervisie kan gelden een groepssupervisie met maximaal 4 supervisandi onder leiding van een door de Vereniging erkende Opleider/Supervisor. - Bij 2supervisandi: 1 uur per zitting over een groep - Bij 3 of 4 supervisandi: 1 ½ uur per zitting over minimaal twee groepen. Artikel 5.4.4 Wanneer een supervisand werkt met een co-therapeut, dienen zij bij voorkeur samen in supervisie te gaan. Indien dit niet mogelijk is, dan dient de co-therapeut aan minimaal 3 supervisiezittingen deel te nemen teneinde de samenwerkingsrelatie te bespreken. Artikel 5.4.5 De supervisiecontacten tussen Opleider/Supervisor en supervisand dienen een frequentie van éénmaal per veertien dagen en maximaal éénmaal per week te hebben, gangbare uitzonderingen zoals vakantie en kortdurende ziekte daargelaten. Artikel 5.4.6 De Opleider/Supervisor dient organisatorisch en relationeel voldoende los te staan van de supervisand. Artikel 5.4.7 De supervisie dient inhoudelijk parallel te lopen en gerelateerd te zijn aan de gesuperviseerde groepssessies. Artikel 5.4.8 Persoonlijke problematiek van de supervisand die in de supervisie naar voren komt, wordt door de Opleider/Supervisor gesignaleerd doch niet behandeld. Artikel 5.4.9 De rechten en plichten van Opleider/Supervisor en supervisand worden vastgelegd in een supervisiecontract. 6. OPLEIDING tot GROEPSTHERAPEUT-NVGP 6.1. Leerroute Artikel 6.1.1 De opleiding kan beginnen nadat men zich heeft ingeschreven als Opleidingslid-NVGP en voldoet aan de minimale vooropleidingseisen. (Zie artikel 5 sub V.a.1. van de Statuten). Voor diegene die aan de opleiding(sonderdelen) beginnen vanuit een andere richting cq opleiding, geldt voor de eis van het ingeschreven zijn als Opleidingslid-NVGP een uitzondering. Zij dienen zich ná het gevolgd hebben van de Basiscursus Groepsdynamica aan te melden als Opleidingslid-NVGP.

Artikel 6.1.2 Cursussen en activiteiten uit het Module-pakket gelden mee als onderdeel van de opleiding en kunnen op elk gewenst moment van de opleiding gevolgd worden. Voor verdere omschrijving van de Module als onderdeel van de opleiding, wordt verwezen naar artikel 9.1 t/m 9.14. Artikel 6.1.3 Bij de start van de opleiding dient de cursist eerst de Basiscursus Groepsdynamica te volgen. Daarna volgen de andere onderdelen uit de opleiding: Specialistische Cursus Groepspsychotherapie, supervisie en leertherapie. Deze vervolgonderdelen zijn pas geldig na het gevolgd hebben van de Basiscursus Groepsdynamica. Voor deze vervolgonderdelen geldt geen verplichte volgorde. In het geval de Basiscursus niet als eerste onderdeel werd gevolgd, kan beargumenteerd dispensatie worden aangevraagd bij de Opleidingscommissie. Artikel 6.1.4 Alle onderdelen kunnen zowel binnen als buiten RINO-verband worden gevolgd en tellen alleen mee voor het verwerven van het lidmaatschap Groepstherapeut-NVGP als deze door NVGP erkende opleiders worden gegeven. De onderdelen uit het Modulepakket hoeven echter niet gegeven te worden door een opleider van de NVGP; zie hfd 9. Artikel 6.1.5 De gehele opleiding wordt weergegeven door middel van een puntensysteem. Dat puntensysteem voor de opleiding tot Groepstherapeut-NVGP ziet er als volgt uit: Module pakket Basiscursus Groepsdynamica (30 uur) Spec. Curs. Groepspsychotherapie (40 uur) Groepsleertherapie (50 zittingen) Supervisie (2x 25 zittingen) Totaal aantal punten voor lidmaatschap Minimaal aantal punten 30 30 40 50 50 200 Artikel 6.1.6 Alle gevolgde onderdelen uit de opleiding zijn geldig voor de duur van tien jaar, tenzij gebleken is dat werkzaamheden en bij- en nascholingstrajecten een andere duur legitimeren, zulks ter beoordeling van de Opleidingscommissie. Artikel 6.1.7 Dispensatie voor een afwijkende leerroute dient bij de Opleidingscommissie aangevraagd te worden. Artikel 6.1.8 Na voltooiing van de opleiding tot Groepstherapeut-NVGP is men in staat tot het zelfstandig uitvoeren, als wel het indiceren, van groeps(psycho)therapie vanuit het eigen BIG-registratiekader en eigen referentiekader. 6.2 Leertherapie Artikel 6.2.1 De leertherapie vindt plaats door deel te nemen aan een groepspsychotherapie voor de duur van minimaal 50 zittingen. Een opleideling die eerder een individuele leertherapie heeft afgerond in het kader van de opleiding tot psychiater (BIG artikel 14), klinisch psycholoog (BIG artikel 14), psychotherapeut (BIG artikel 3) of Gzpsycholoog (BIG artikel 3) heeft voldoende aan 25 zittingen groepsleertherapie. Een opleideling die eerder een individuele leertherapie heeft afgerond in het kader van een opleiding van een andere specialistische psychotherapievereniging (te weten: NVPA, NPG, NVPP, VCgP, VGCt, VKJP, NVRG) heeft voldoende aan 25 zittingen groepsleertherapie. De individuele leertherapie dient in ieder geval door een erkende SPV-opleider te zijn verricht.

Artikel 6.2.2 Er is sprake van een groep, wanneer er buiten de therapeut minimaal 6 en maximaal 8 deelnemers zijn. Familieleden en levenspartners kunnen niet aan dezelfde groep deelnemen. Artikel 6.2.3 De groepsleertherapie dient procesmatig van karakter te zijn. Groepsbijeenkomsten vinden doorgaans wekelijks plaats en duren minimaal anderhalf uur. Artikel 6.2.4 De therapeut van de leertherapiegroep is een door de NVGP erkende Opleider/Leertherapeut. Deze persoon kan niet (tegelijkertijd) optreden als supervisor, werkgever en/of teamcollega. 6.3. Theoretisch-technische gedeelte Artikel 6.3.1 Het theoretisch-technische gedeelte van de opleiding is onderverdeeld in drie delen: 1. een Basiscursus Groepsdynamica (30 uur) 2. een Specialistische Cursus Groepspsychotherapie (40 uur) 3. de onderdelen uit het Module-pakket (zie artikel 6.1.2. en artikel 9.1. t/m 9.14) Artikel 6.3.2 De Opleider/Cursusgever stelt een draaiboek ter beschikking aan de opleidelingen. Artikel 6.3.3 De Basiscursus Groepsdynamica omvat minimaal 30 klokuren. De cursusgroep bestaat uit minimaal 8, maximaal 16 cursisten. De cursus bestaat uit evenredige delen behandeling van literatuur en het oefenen van vaardigheden. De cursus wordt afgesloten met een toets en certificaat. Zie voor uitgebreide beschrijving de "Contouren Basiscursus Groepsdynamica". Artikel 6.3.4 Als de Basiscursus Groepsdynamica doorlopen is, wordt de cursist verondersteld in staat te zijn om als co-therapeut, onder supervisie groeps(psycho)therapie vanuit het eigen BIG-registratiekader en eigen referentiekader uit te oefenen. Artikel 6.3.5 De Specialistische Cursus Groepspsychotherapie omvat minimaal 40 klokuren. De cursusgroep bestaat uit minimaal 8, maximaal 16 cursisten. De cursus bestaat uit evenredige delen behandeling van literatuur en het oefenen van vaardigheden. De cursus wordt afgesloten met een toets en certificaat. Zie voor uitgebreide beschrijving van een cursus de "Contouren Specialistische Cursus Groepspsychotherapie". Artikel 6.3.6 Als de Specialistische Cursus Groepspsychotherapie doorlopen is, wordt de cursist verondersteld in staat te zijn zelfstandig, onder supervisie groeps(psycho)therapie vanuit het eigen BIG-registratiekader en eigen referentiekader uit te oefenen. Artikel 6.3.7 Door de Opleider/Cursugever wordt de aanwezigheid bij het theoretisch-technische gedeelte d.m.v. een presentielijst bijgehouden. Bij afwezigheid van meer dan 10% van de cursustijd dient men in overleg met de Opleider/Cursusgever de gemiste uren te compenseren. Bij, naar het oordeel van de docent, teveel afwezigheid verkrijgt de cursist geen certificaat. Artikel 6.3.8 De cursisten leggen hun oordeel over de cursus schriftelijk vast ten behoeve van de Opleider/Cursusgever en de Opleidingscommissie. 6.4. Supervisie Artikel 6.4.1 Voor het lidmaatschap Groepstherapeut-NVGP is supervisie vereist over twee afzonderlijke

groeps(psycho)therapieën waarin gewerkt wordt vanuit het groepsdynamische en eigen referentiekader. Artikel 6.4.2 Er dienen over twee groepen twee individuele supervisies plaats te vinden van elk minimaal 25 zittingen met een duur van 45 minuten per zitting. Dit bij twee verschillende door de Vereniging erkende Opleider/Supervisoren. Artikel 6.4.3 Als alternatief voor individuele supervisie kan gelden een groepssupervisie met maximaal 4 personen onder leiding van een door de Vereniging erkende Opleider/Supervisor: - bij twee supervisandi: 1 uur per zitting - bij 3 of 4 supervisandi: 1 ½ uur per zitting. Wanneer een supervisand werkt met een co-therapeut, dienen zij bij voorkeur samen in supervisie te gaan. Indien dit niet mogelijk is, dan dient de co-therapeut aan minimaal 3 supervisiezittingen deel te nemen teneinde de samenwerkingsrelatie te bespreken. Artikel 6.4.4 In beide gesuperviseerde groeps(psycho)therapieën dient met verschillende co-therapeuten te worden gewerkt, dan wel solitair in één van beide. Artikel 6.4.5 De supervisiecontacten tussen Opleider/Supervisor en supervisand dienen een frequentie van éénmaal per veertien dagen en maximaal éénmaal per week te hebben, gangbare uitzonderingen zoals vakantie en kortdurende ziekte daargelaten. Artikel 6.4.6 De 2 supervisies dienen in tijd te worden gespreid en dienen elkaar niet te overlappen. Artikel 6.4.7 De Opleider/Supervisor dient organisatorisch en relationeel voldoende los te staan van de supervisand. Artikel 6.4.8 De supervisie dient inhoudelijk parallel te lopen en gerelateerd te zijn aan de gesuperviseerde groepssessies. Artikel 6.4.9 Persoonlijke problematiek van de supervisand die in de supervisie naar voren komt wordt door de Opleider/Supervisor gesignaleerd doch niet behandeld. Artikel 6.4.10 De rechten en plichten van Opleider/Supervisor en supervisand worden vastgelegd in een supervisiecontract. 7. OPLEIDING tot BUITENGEWOON LID-NVGP Artikel 7.1 De specifieke opleiding leidend tot dit lidmaatschap, valt buiten de al in dit Opleidingsreglement genoemde opleidingen. Artikel 7.2 De contouren van een opleiding leidend tot dit lidmaatschap zijn niet uitgebreid vastgelegd in dit Opleidingsreglement aangezien elke vorm van opleiding mogelijk is. De Opleidingscommissie zal uiteindelijk een besluit nemen over erkenning van de opleiding. Artikel 7.3 Elk lid van de Vereniging kan een opleidingsvoorstel schrijven en dit voordragen aan het Bestuur voor erkenning. Het Bestuur zal een besluit nemen op voordracht van de Opleidingscommissie (OC).

Artikel 7.4 De opleiding tot Buitengewoon lid-nvgp staat open voor een ieder die voldoet aan de minimale vooropleidingseisen die gesteld zijn bij aanvang van de erkende opleiding (zie Artikel 5 sub VI.a.1. van de Statuten). Artikel 7.5 De opleiding kan beginnen nadat men zich heeft ingeschreven als Opleidingslid-NVGP. 8. OPLEIDING TOT OPLEIDER-NVGP 8.1. Algemeen Artikel 8.1.1 De Vereniging kent drie soorten Opleiders: 1) Supervisor 2) Leertherapeut 3) Cursusgever Artikel 8.1.2 De Opleider dient te voldoen aan de volgende eisen: 1. lid als Groepstherapeut-NVGP voor de duur van vijf jaar; 2. in die vijf jaar binnen de GGZ werkzaam te zijn geweest voor minimaal twintig uur per week; 3. gescreend volgens de richtlijnen van de Vereniging. Artikel 8.1.3 De Vereniging erkent de drie soorten Opleiders volgens een daartoe vastgestelde screeningsprocedure voor de duur van 5 jaar. Verlenging voor een periode van 5 jaar is mogelijk na een herscreening. Artikel 8.1.4 Het Bestuur beslist over erkenning en de verlenging daarvan na advies van de Opleidingscommissie. De erkenning gaat in op de datum van het besluit. Lopende de herscreeningsprocedure blijft de opleidersbevoegdheid gehandhaafd, mits deze procedure tijdig is gestart (zie artikel 8.3.1.). Artikel 8.1.5 De Opleider dient zijn functioneren regelmatig ter discussie te stellen in intercollegiale contacten. Tevens verplicht de Opleider zich deel te nemen aan de door de Opleidingscommissie belegde studiebijeenkomst voor opleiders: de Opleidersdag. Deze vindt in ieder geval eenmaal per jaar, op de eerste donderdag van februari, plaats. Bij herscreening na de aanstellingsperiode van vijf jaar, zal de Opleider bij tenminste vier van de vijf studiebijeenkomsten aanwezig moeten zijn geweest om voor verlenging van zijn licentie in aanmerking te komen. Artikel 8.1.6 De Opleider verklaart zich (in principe) bereid tot het meewerken aan de wetenschappelijke verdieping van het vak en de uitbouw van de Vereniging. Artikel 8.1.7 De Opleider verplicht zich aan de opleideling verklaringen inzake opleiding op de daarvoor bestemde formulieren te verstrekken. Artikel 8.1.8 De Opleider dient desgevraagd aan de Opleidingscommissie informatie te verstrekken over de inhoudelijke aspecten van zijn werkwijze. Artikel 8.1.9 De Opleider/Leertherapeut kan voor dezelfde opleideling noch gelijktijdig, noch later, functioneren als Opleider/Cursusgever of Opleider/Supervisor. Artikel 8.1.10 Het Bestuur kan op advies van de Opleidingscommissie in bijzondere gevallen ontheffing verlenen van één of meer in dit Reglement gestelde eisen ten aanzien van Opleiders. De Opleidingscommissie dient

daartoe een met redenen omklede schriftelijke voordracht te richten aan het Bestuur. Het Bestuur maakt haar beslissing bekend aan haar leden. 8.2 SCREENING VAN OPLEIDERS 8.2.0. Inleiding Artikel 8.2.1 Leden van de Vereniging die lid Groepstherapeut-NVGP zijn en die voldoen aan de in het Reglement gestelde eisen, kunnen, indien zij hiertoe een schriftelijk verzoek indienen bij het Bestuur, in aanmerking komen voor een erkenning als supervisor, leertherapeut of cursusgever. Artikel 8.2.2 De toetsing van de bekwaamheid van een kandidaat-opleider is door het Bestuur gedelegeerd aan de Opleidingscommissie die daartoe, ten behoeve van de drie soorten opleiderschap, een zorgvuldige procedure hanteert, waarmee beoogd wordt om de kwaliteit van de opleider te waarborgen. Artikel 8.2.2.1 De Opleider/Leertherapeut zal zich in zijn leertherapie en/of leer-ervaringsgroep laten leiden door de groepsdynamische werkwijze waarbij het uitgangspunt van artikel 1.2 in acht wordt genomen. Te weten: de groepsdynamica als conceptueel basiskader voor de opleiding met daarnaast andere theoretische referentiekaders. Artikel 8.2.3 De screening van een kandidaat-opleider vindt plaats in de vorm van een screeningsgesprek van de kandidaat met twee ervaren opleiders in de soort opleiderschap waarvoor erkenning wordt aangevraagd. Eén van hen is lid van de Opleidingscommissie, de ander is afkomstig uit een poule van ervaren opleiders die door het Bestuur worden benoemd. Artikel 8.2.4 Kandidaat-opleiders krijgen vooraf de benodigde richtlijnen, waaronder de "Leidraad voor screening van opleiders van de NVGP", toegezonden. Het screeningsverslag wordt na beoordeling door de Opleidingscommissie ter beschikking gesteld aan de aanvrager. Artikel 8.2.5 Bij een negatief advies door de Opleidingscommissie wordt de kandidaat-opleider hiervan eerst op de hoogte gesteld. De kandidaat-opleider kan desgewenst binnen twee weken zijn/haar aanvraag intrekken. In dat geval wordt het advies niet uitgebracht aan het Bestuur. Artikel 8.2.6 Trekt de kandidaat-opleider zijn aanvraag in, dan wordt deze als vervallen beschouwd. Desgevraagd wordt het verslag vernietigd. Artikel 8.2.7 Het Bestuur beslist inzake toe- of afwijzing van een aanvraag tot erkenning, waarna dit besluit schriftelijk en beargumenteerd aan de aanvrager wordt meegedeeld. Artikel 8.2.8 - Inzake het besluit van afwijzing van een erkenning door het Bestuur, kan beroep worden aangetekend bij het Bestuur binnen een termijn van vier weken. Indien het Bestuur dit beroep niet ontvankelijk verklaart, kan beroep worden aangetekend bij de "Commissie van Beroep". - Bij een negatief advies van de Opleidingscommissie kan ook het Bestuur (zonder dat de kandidaat beroep heeft aangetekend) besluiten een tweede screeningsgesprek te laten plaatsvinden. - Indien het Bestuur het beroep van de kandidaat wel ontvankelijk verklaart of zelf besluit een tweede screeningsgesprek te laten plaatsvinden, vindt dit tweede screeningsgesprek plaats met twee ervaren Opleiders in de soort opleiderschap waarvoor erkenning wordt aangevraagd. De twee Opleiders hebben geen zitting in de Opleidingscommissie. Het verslag van het eerste screeningsgesprek is niet ter inzage aan de twee nieuwe screeners. Het tweede screeningsgesprek vindt plaats conform de contouren voor een screeningsgesprek. Het verslag van het tweede screeningsgesprek wordt voorgelegd aan het Bestuur die eventueel advies

kan inwinnen bij de Opleidingscommissie. Na beoordeling van het verslag neemt het Bestuur een beslissing inzake toe- of afwijzing. 8.2.1. Opleider/Supervisor Artikel 8.2.1.1 De screening van de kandidaat-opleider/supervisor leidt na het eerder beschreven screeningsgesprek tot een advies aan het Bestuur over het wel of niet geschikt zijn voor het supervisorschap, waarna bij positieve besluitvorming de kandidaat wordt toegelaten tot de supervisorencursus van de Vereniging als onderdeel van de opleiding tot Opleider/Supervisor. Artikel 8.2.1.2 Het superviseren over groeps(psycho)therapie en/of (non)verbale groepstherapievormen vraagt een aparte soort deskundigheid die verkregen kan worden door deelname aan de betreffende opleiding van de Vereniging in de vorm van de supervisorencursus. Kandidaat-Opleider/Supervisor is verplicht deel te nemen aan de supervisorenopleiding van de Vereniging. Alvorens hij/zij erkend kan worden als Opleider/Supervisor dient de Kandidaat-Opleider/Supervisor na het met succes afronden van de supervisorencursus 1 jaar supervisie te geven onder supervisie van een leersupervisor. Leersupervisoren zijn supervisoren die minimaal vijf jaar bij de NVGP geregistreerd zijn als Opleider/Supervisor. Artikel 8.2.1.3 Gedurende de opleiding tot Opleider/Supervisor verricht de kandidaat-opleider/supervisor supervisiewerkzaamheden, die als casuïstiek worden ingebracht in de opleiding. Voor de supervisand geldt deze supervisiereeks als een erkende supervisie. Artikel 8.2.1.4 De formele erkenning als Opleider/Supervisor volgt als de kandidaat-opleider/supervisor met goed gevolg de betreffende opleiding heeft doorlopen. Artikel 8.2.1.5 De Opleider/Supervisor zal zich in zijn supervisies laten leiden door de groepsdynamische werkwijze waarbij het uitgangspunt van artikel 1.2 in acht wordt genomen. De Opleider/Supervisor zal erop toezien dat de supervisand de gehanteerde werkwijze daadwerkelijk beoefent en toepast. Artikel 8.2.1.6 In de taakstelling van het supervisorschap komen verschillende facetten van theorie en techniek aan de orde, in samenhang met het inzichtelijk maken van de invloed van persoonlijke kenmerken van de supervisand. De Opleider/Supervisor dient een gespecificeerd kwalitatief oordeel te geven over de geschiktheid, mogelijkheden en beperkingen van de opleideling op de daarvoor bestemde formulieren. Tevens verstrekt hij een gemotiveerd advies aan de opleideling over de voortzetting van de opleiding c.q. de geschiktheid van de supervisand tot het zelfstandig verrichten van groeps(psycho)therapieën en/of (non)verbale groepstherapievormen. 8.2.2. Opleider/Leertherapeut Artikel 8.2.2.1 De Opleider/Leertherapeut zal zich in zijn leertherapie en/of leer-ervaringsgroep laten leiden door de groepsdynamische werkwijze waarbij het uitgangspunt van artikel 1.2 in acht wordt genomen. Artikel 8.2.2.2 Het staat de Opleider/Leertherapeut vrij opleidelingen in gewone patiëntengroepen op te nemen, en omgekeerd, mits aan de voorwaarden van artikel 6.2.1. is voldaan. De Opleider/Leertherapeut neemt ten aanzien van de opleidelingen alle regels en vormen in acht die ook voor gewone groepstherapeutische behandelingen gelden. Artikel 8.2.2.3 Een Opleider/Leertherapeut kan per kalenderjaar in maximaal twee groepen als leertherapeut optreden, ook in geval van co-therapie. 8.2.3. Opleider/Cursusgever Artikel 8.2.3.1 De kandidaat-cursusgever levert vóór het screeningsgesprek een draaiboek in ter beoordeling aan de

Opleidingscommissie. Dit voor het erkennen van een Basiscursus Groepsdynamica of Specialistische Cursus Groepspsychotherapie. Het draaiboek dient ten minste te bevatten: a) de doelstellingen: het ontwikkelen van vaardigheden, theoretische kennis b) attitudevorming; c) de didactische opbouw; d) uitwerking per zitting; e) uitgebreide literatuurlijst. Ná een positieve beoordeling door de Opleidingscommissie van het draaiboek aan de hand van de in de Contouren gestelde criteria, vindt het screeningsgesprek plaats. Artikel 8.2.3.2 De kandidaat-cursusgever dient in het screeningsgesprek, in aansluiting op het gestelde in artikel 8.1.2. van het Opleidingsreglement, onder andere blijk te geven: a) over voldoende didactische ervaring en mogelijkheden te beschikken; b) een ruime theoretische kennis ten aanzien van de groeps(psycho)therapie te bezitten; c) praktische ervaring te hebben (gehad) met groepen. Artikel 8.2.3.3 De Opleider/Cursusgever moet herkenbaar zijn als model van het voorgestane referentiekader en dient in de didactische opzet van zijn cursus oog te hebben voor het proces in de opleidingsgroep. Artikel 8.2.3.4 De Opleider/Cursusgever dient een gespecificeerd kwalitatief oordeel te geven over de geschiktheid, mogelijkheden en beperkingen van de opleideling op de daarvoor bestemde formulieren. Tevens verstrekt hij een gemotiveerd advies aan de opleideling voor de voortzetting van de opleiding. Artikel 8.2.3.5 In geval van ingrijpende c.q. structurele wijzigingen in het draaiboek van de cursus, dient de Opleider/Cursusgever in overleg te treden met de Opleidingscommissie en deze wijzigingen ter goedkeuring aan haar voor te leggen. Artikel 8.2.3.6 De Opleidingscommissie bepaalt het aantal punten van de cursus en wat de status is (vast opleidingsonderdeel of een Modulaire Cursus). De accreditatie van een cursus geldt voor de duur van vijf jaar. De kosten van de aanvraag tot erkenning komen ten laste van de Opleider/Cursusgever. Na erkenning van de cursus door de Opleidingscommissie aan de hand van de contouren die daarvoor richtinggevend zijn, kan de cursus gegeven worden. De cursus wordt afgesloten met een certificaat. Artikel 8.2.3.7 De Opleider/Cursusgever informeert het secretariaat van de Vereniging over plaats, aanvang en beëindiging van een cursus. 8.3. HERSCREENING VAN DE OPLEIDER 8.3.0 Inleiding Artikel 8.3.1 Een half jaar vóór het verstrijken van de datum waarop de opleiderslicentie verloopt ontvangt de Opleider de aanvraagformulieren voor de verlenging van de opleiderslicentie voor de periode van vijf jaar. Deze dienen binnen zes weken ingevuld geretourneerd te worden aan het secretariaat. Artikel 8.3. 2 Aan de opleidelingen wordt na het beëindigen van een opleidingsonderdeel een schriftelijke beoordeling over de Opleider gevraagd. De Opleider verstrekt de daarvoor bestemde vragenlijst aan de opleideling. De Opleider ontvangt een kopie van deze evaluaties. Artikel 8.3. 3 De ingevulde vragenlijsten van de opleidelingen over de Opleider en het ingevulde aanvraagformulier van de Opleider worden beoordeeld door de Opleidingscommissie.

Artikel 8.3.4 Een negatief advies voor her-erkenning van de Opleider door de Opleidingscommissie aan het Bestuur kan alleen worden gegeven na een (herscreenings)gesprek met de kandidaat en de Opleidingscommissie. Artikel 8.3.5 Indien Opleiders geen verzoek tot herscreening middels de vereiste formulieren indienen, vervalt de opleiderslicentie. Bij een vervallen opleiderslicentie kunnen lopende opleidingsonderdelen worden afgemaakt. Artikel 8.3.6 Criteria zoals gemeld in de artikelen 8.1.2 en 8.1.5 t/m 8.1.8 worden getoetst bij de herscreening. Indien de Opleider niet voldoet aan de eisen gesteld in dit Reglement onder artikel 8.3.1.1, 8.3.2.1 of 8.3.3.1, dient de Opleider te voldoen aan minimaal drie van de vier volgende eisen: - het schrijven van een artikel op het gebied van groeps(psycho)therapie. - het geven van een voordracht over groeps(psycho)therapie op een erkend congres. - het actief deelnemen aan wetenschappelijk onderzoek op het gebied van groeps(psycho)therape. - het zich verdienstelijk maken of aantoonbaar betrokken zijn bij activiteiten op het gebied van groeps(psycho)therapie en/of de Vereniging. Artikel 8.3.7 De Opleider dient haar/zijn persoonlijke motivatie voor het opleiden binnen zijn categorie aannemelijk te maken. Artikel 8.3.8 De Opleider dient op de hoogte te zijn van recente inhoudelijke ontwikkelingen en literatuur binnen zijn opleidingscategorie en de groeps(psycho)therapie en/of (non)verbale groepstherapievormen in het algemeen. Artikel 8.3.9 Inzake het besluit van afwijzing van een her-erkenning door het Bestuur, kan beroep worden aangetekend bij het Bestuur binnen een termijn van vier weken. Indien het Bestuur dit beroep niet ontvankelijk verklaart, kan beroep worden aangetekend bij de "Commissie van Beroep". 8.3.1 Opleider/Leertherapeut Artikel 8.3.1.1 Door de Opleider/Leertherapeut is in de laatste vijf jaar tenminste één psychotherapiegroep of drie Leerervaringsgroepen gedaan, waaraan opleidelingen deelnamen/deelnemen. Artikel 8.3.1.2 De Opleider/Leertherapeut dient inzicht te verschaffen in zijn visie op de specifieke aspecten die het leertherapeutschap met zich meebrengt. 8.3.2 Opleider/Cursusgever Artikel 8.3. 2.1 Door de Opleider/Cursusgever is in de laatste vijf jaar tenminste één Basiscursus Groepsdynamica of Specialistische Cursus Groepspsychotherapie gegeven of op een andere wijze bestaat een aantoonbare betrokkenheid bij theoretisch-technische opleidingsactiviteiten met betrekking tot groeps(psycho)therapie. Artikel 8. 3. 2. 2 De Opleider/Cursusgever wordt in het algemeen positief beoordeeld door opleidelingen wat betreft: - de vakkennis/beheersing van de leerstof - de didactische kwaliteiten - het vermogen om theorie en praktijk met elkaar te verbinden - de kunde leerdoelstellingen van de opleideling te helpen realiseren. Artikel 8. 3. 2. 3 De Opleider/Cursusgever geeft inzage aan de Opleidingscommissie in zijn/haar draaiboek en de ontwikkelingen daarin over de laatste vijf jaar.

8.3.3 Opleider/Supervisor Artikel 8.3.3.1 De laatste vijf jaar heeft de Opleider/Supervisor tenminste supervisie gegeven aan twee supervisandi die verschillende groepen leiden. Artikel 8.3.3.2 De Opleider/Supervisor is op de hoogte van de recente ontwikkelingen van theorie en techniek van de groeps(psycho)therapie zoals onderwezen in de theoretische cursussen van de Vereniging. Artikel 8.3.3.3 De Opleider/Supervisor dient zijn ontwikkeling c.q. kennis van de theoretisch-didactische achtergronden betreffende het superviseren te kunnen aantonen. Artikel 8.3.3.4 De Opleider/Supervisor wordt in het algemeen positief beoordeeld door de opleidelingen wat betreft zijn /haar mogelijkheden om: - in het supervisieproces theoretische en technische kennis operationeel te maken; - de opleideling ruimte te geven om een eigen stijl te ontwikkelen; - met de opleideling leerdoelen te formuleren en helpen deze te realiseren; - het supervisieproces af te grenzen van therapie. 9. MODULE Artikel 9.1 De Vereniging verzorgt een groot aantal theoretische cursussen en activiteiten op het gebied van groeps(psycho)therapie en groepswerk gericht op diverse doelgroepen in de maatschappij die te maken hebben met groepsfenomenen. Cursussen en activiteiten kunnen voor erkenning door de NVGP in aanmerking komen door middel van een aanvraag bij de Opleidingscommissie. Zie artikel 9.11. Artikel 9.2 De door de Opleidingscommissie erkende cursussen en activiteiten, krijgen het certificaat Modulaire Cursus en/of Modulaire Activiteit. Deze Modulaire Cursussen en Modulaire Activiteiten (samengebundeld het zogeheten Module-pakket) tellen mee als onderdeel van één van de opleidingen binnen de Vereniging. Artikel 9.3 Een Module-pakket is een individueel samengesteld pakket van één of meerdere theoretische cursussen en/of activiteiten die zijn erkend door de Vereniging. Artikel 9.4 Een Modulaire Cursus en/of Modulaire Activiteit kan op elk moment van de opleiding gevolgd worden. Artikel 9.5 Een Modulaire Cursus en/of Modulaire Activiteit kan een vast opleidingsonderdeel niet vervangen. Artikel 9.6 Het maximale aantal punten voor een Modulaire Cursus bedraagt 30. Artikel 9.7 Het maximale aantal punten voor een Modulaire Activiteit bedraagt 20. Artikel 9.8 Een Modulaire Cursus kan alleen worden gegeven door een Groepswerker-NVGP, Groepstherapeut-NVGP, Opleider-NVGP en/of Buitengewoon lid-nvgp. Ook cursussen gedoceerd door opleiders van andere Specialistische Verenigingen kunnen voor erkenning door de NVGP in aanmerking komen. Artikel 9.9 Een Modulaire Cursus levert punten op aan de hand van het aantal uren cursus en de kwaliteit van de literatuur.

Zie verder artikel 9.10. Artikel 9.10 Alle Modulaire Cursussen en Modulaire Activiteiten worden weergegeven door middel van een puntensysteem. Dat puntensysteem ziet er als volgt uit: Volgen van Modulaire Cursus over groeps(psycho)-therapie en/of groepswerk: Een Modulaire Cursus levert punten op aan de hand van het aantal uren cursus en de kwaliteit van de literatuur. Indien de kwaliteit van de literatuur volgens de criteria (o.a. 60% niet ouder dan 10 jaar) is goedgekeurd, wordt het aantal punten vastgesteld aan de hand van het aantal uren cursus. Concreet: een Modulaire Cursus van 20 uur met goedgekeurde literatuur, wordt erkend met 20 punten. Deelname aan een Modulaire Activiteit/artikel: Auteur van een artikel over groeps(psycho)therapie/groepswerk in een vakblad: maximaal 20 punten. Als co-auteur deelgenomen aan artikel over groeps(psycho)therapie/groepswerk in een vakblad: maximaal 10 punten. Deelname aan een Modulaire Activiteit/onderzoek: Als hoofd participeren in wetenschappelijk onderzoek over groeps(psycho)therapie: maximaal 10 punten. In co-rol participeren in wetenschappelijk onderzoek over groeps(psycho)therapie: maximaal 5 punten. Deelname aan Modulaire Activiteit/Vereniging NVGP: Deelname aan een commissie van de NVGP: maximaal 2 punten. Actieve rol/lid van een sectie van de NVGP: maximaal 1 punt. Deelname aan een Modulaire Activiteit/congressen: Deelname aan de studiedag van de NVGP: maximaal 4 punten. Deelname aan een congres/studiedag over groeps(psycho)therapie/groepswerk: maximaal 2 punten Houden van een voordracht over groeps(psycho)therapie op een congres: maximaal 10 punten Geven van een workshop over groeps(psycho)therapie op een congres: maximaal 10 punten Volgen van de Training Klinische Therapie: maximaal 15 punten. Artikel 9.11 Indien men een Modulaire Cursus wil geven, meldt men deze voor erkenning aan bij het secretariaat van de Vereniging. Erkenning als Modulaire Cursus vindt plaats door de Opleidingscommissie. Als sprake is van erkenning, vindt deze erkenning plaats voor de duur van vijf jaar. Aan elke Modulaire Cursus wordt door de Opleidingscommissie punten toegekend volgens de criteria die zijn vermeld in de Contouren Module'. Aan de aanvraag voor erkenning van een Modulaire Cursus zijn administratieve kosten verbonden die ten laste van de cursusgever komen. Na erkenning van de cursus door de Opleidingscommissie aan de hand van de contouren die daarvoor richtinggevend zijn, kan de Modulaire Cursus gegeven worden. De cursusgever informeert het secretariaat van de Vereniging over plaats, aanvang en beëindiging van een cursus. Elke Modulaire Cursus wordt afgesloten met een certificaat. Artikel 9.12 In geval van ingrijpende c.q. structurele wijzigingen in het draaiboek van een Modulaire Cursus, dient de docent in overleg te treden met de Opleidingscommissie en deze wijzigingen ter goedkeuring aan haar voor te leggen.

Artikel 9.13 Indien een Basiscursus Groepsdynamica en/of Specialistische Cursus Groepspsychotherapie het minimale aantal punten (30 resp. 40) overschrijdt, kan het aantal overschrijdingspunten gelden als (deel van) het Module-pakket. Artikel 9.14 Aanvragen voor erkenning als Modulaire Activiteit worden beoordeel door de Opleidingscommissie. Aan elke Modulaire Activiteit worden punten toegekend volgens de criteria vermeld in de "Contouren Module". Zie verder artikel 9.10. Artikel 9.15 Door de cursugever wordt de aanwezigheid d.m.v. een presentielijst bijgehouden. Bij afwezigheid van 10-30% van de cursustijd dient men in overleg met de cursusgever de gemiste uren te compenseren. Bij een afwezigheid van meer dan 30% verkrijgt de cursist geen certificaat. Voor een uitgebreide beschrijving zie "Contouren Module". 10. SLOT- EN OVERGANGSREGELING Artikel 10.1 Dit reglement is de herziene versie van het reglement van 1 augustus 2004 en gaat in op 13 mei 2009. Artikel 10.2 Tot wijziging van dit reglement kan worden besloten in de Algemene Ledenvergadering. Artikel 10.3 De opleidingen die voor 1-8-2004 juni zijn begonnen vallen onder de werking van de overgangsregeling: 1. Indien men de oude' opleiding tot Gewoon lid NVGP' voor 1-8-2004 is gestart, kan men deze in principe afronden en de titel van het lidmaatschap dat daar bij hoort verkrijgen. Losse onderdelen van de oude' opleiding die voor 1-1-2006 al zijn gestart dienen volgens de oude richtlijnen te worden gevolgd. Bijvoorbeeld een TTK-B met scriptie' die is gestart rond eind 2005 dient als zodanig te worden afgerond. Opleidingsonderdelen van de 'oude' route die na 1-1-2006 niet meer gedoceerd worden, dienen vervangen te worden door onderdelen van de 'nieuwe' opleidingsroute in overleg met de CCB. 2. Voor de opleiding tot Groepstherapeut-NVGP' biedt een oude TTK-A + B als geheel onderdeel (dus niet op basis van het vergelijken van het aantal uren) dispensatie voor het volgen van respectievelijk de Basiscursus Groepsdynamica' en de Specialistische Cursus Groepspsychotherapie'. 3. Voor de opleiding tot Groepswerker-NVGP' biedt een huidige TTK-A dispensatie voor het gehele theoretisch technische gedeelte (inclusief Module-pakket) van de opleiding. 4. Opleidelingen die de 'oude' opleidingsroute conform de toen geldende reglementen hebben gevolgd, zijn vrijgesteld van het volgen van het Casuistisch Seminar. Zij kunnen zich opgeven als lid Groepstherapeut-NVGP. 5. Opleidelingen kunnen vanaf 1/8/2004 reeds gevolgde cursussen/activiteiten als onderdeel van de Module inbrengen, waarbij de cursus/activiteit niet ouder mag zijn dan 5 jaar. 6. In alle gevallen waarin deze overgangsregeling niet voorziet, beslist de Opleidingscommissie en daarna eventueel het Bestuur. Artikel 10.4 In alle gevallen waarin dit Opleidingsreglement niet voorziet, beslist de Opleidingscommissie en daarna eventueel het Bestuur.