BEGRIPPENLIJST GEMEENTELIJKE MONITOR SOCIAAL DOMEIN



Vergelijkbare documenten
Definities en beschrijvingen sociaal domein (visd.nl)

Achtergrond bij eerste rapportage gemeentelijke monitor sociaal domein (september 2015)

Achtergrond bij eerste rapportage gemeentelijke monitor sociaal domein (september 2015)

Productcodevertaaltabel bij iwmo 2.0

Standaard productcodetabel iwmo 2.0 versie 1.0, juli 2015

Definitielijst rapport gemeentelijke monitor Sociaal Domein. Achtergrond bij tweede rapport gemeentelijke monitor Sociaal Domein (januari 2016)

In deze rapportage worden de belangrijkste onderzoeksbevindingen samengevat, nadat eerst de onderzoeksvragen nog eens zijn geformuleerd.

Definitielijst rapport gemeentelijke monitor Sociaal Domein. Definities van indicatoren Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein (januari 2017)

Veranderingen in Iv3 met omschrijving en toelichting als gevolg van de nieuwe sociaal domein 3D taken

Definitielijst rapport Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein. Definities van indicatoren Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein (mei 2018)

Definitielijst rapport gemeentelijke monitor Sociaal Domein. Definities van indicatoren Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein (juli 2017)

Definitielijst rapport Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein. Definities van indicatoren Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein (juli 2016)

Op deze functie staan de baten en lasten die betrekking hebben op bijstandsverlening volgens de Participatiewet.

Datamodel voor pilotgemeenten

Producten en productcodes WMO en Jeugdwet 2016 Amersfoort 23-feb-16

INDICATOREN GEMEENTELIJKE MONITOR SOCIAAL DOMEIN

Toelichtingen Iv3 functies Jeugd en Wmo. Toelichtingen Jeugd

Gemeentelijke Monitor Sociaal Domein RAPPORTAGE Asten,

Format gegevensuitwisseling

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum 2015

Factsheet Veranderingen in de Zorg 2015 (AWBZ, LIZ, Zvw en Wmo):

VERORDENING TEGENPRESENTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015

Product Regeling Tarief 2019 Eenheid CAK Code 01A01 - Huishoudelijke hulp 1 Amersfoort WMO 63,75 stuks 7 01A02 - Huishoudelijke hulp 2 Amersfoort WMO

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij

CL IËNT. Regelt de aanspraak op zorg voor mensen die een blijvende behoefte hebben aan permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in de nabijheid.

Gegevensset gemeentelijke monitor sociaal domein

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

vast te stellen de hierna volgende Verordening tegenprestatie Alkmaar 2015 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Registratie code : 14B *14B.02305* Verordening Wmo & Jeugdhulp Gemeente Veere

Wet maatschappelijke ondersteuning januari 2015

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015

Sociaal domein. Decentralisatie AWBZ-Wmo. Hoofdlijnen nieuwe Wmo KIDL H. Leunessen, gem. Landgraaf 1. Wmo / Jeugzorg / Participatiewet

De raad van de gemeente Schiermonnikoog,

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij

Bijlage 2 Takenoverzicht

Zorglandschap jeugd Flevoland

CONCEPT INDICATOREN GEMEENTELIJKE MONITOR SOCIAAL DOMEIN

Gemeentelijke monitor sociaal domein. Maart 2015

Verordening Wmo & Jeugdhulp Gemeente Middelburg, Vlissingen & Veere

Veelgestelde vragen & antwoorden. zorg, wmo 2015, jeugd, werk, pgb en overgangsregelingen

Wmo-voorzieningen 1. Algemene voorzieningen 1.1 Hulp bij het huishouden namens zo-net 1.2 Taxivervoer 1.3 Scootmobiel- en/of rolstoelpool

Context. Artikel 1. Aanmelding, onderzoek en aanvraag. Artikel 2. Afweging

Informatie over de gebruikte indicatoren in de eerste rapportage gemeentelijke monitor sociaal domein

Bijlage 1 - Gegevens monitor Sociaal domein - Gemeente Oirschot Inhoud

Gemeente Lansingerland: aanpak 3 decentralisaties

ONTWIKKELAGENDA EN INDICATORENSET GEMEENTELIJKE MONITOR SOCIAAL DOMEIN

Wmo 2015 op hoofdlijnen. Michiel Geschiere (VWS)

Verordening Tegenprestatie Gemeente Achtkarspelen

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

De transities in vogelvlucht en hoe de toegang tot zorg georganiseerd is. ZorgImpuls maart 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Transities in vogelvlucht de hervorming van de langdurige zorg. ZorgImpuls maart 2015 versie gemeente Rotterdam

Informatiebijeenkomst Veranderingen in de zorg

Veranderingen in de Jeugdzorg Zeeland: Vraag- en antwoord

Besluit Jeugdhulp gemeente s-hertogenbosch 2019


Zorg en Ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking. Wat verandert er in de zorg in 2015

BESLUIT MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING MAASSLUIS VLAARDINGEN SCHIEDAM 2015

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW en IOAZ ASTEN 2015

Definities en bewerkingen gegevens Arrangementenmonitor 2016

Financiële regelingen voor personen met PWS

1. Alle dagbesteding inclusief vervoer gaat naar de gemeente (Wmo en Jeugdwet). Ook de dagbesteding van cliënten met een hoog zzp.

Toegang tot de zorg: hoe is het geregeld en hoe loopt het in de praktijk?

Agenda. 1. Opening 2. Mededelingen 3. Verslag vorige vergadering 4. Presentatie uitvoering taken sociaal domein 5. Vragen

INKOMEN Ontwikkeling uitkeringenbestand

Landelijke Contactdag Tourette Ed Carper

Inhoud voorstel aan Raad

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Gemeenten moeten daarbij mantelzorgers en vrijwilligers ondersteunen en voorkomen dat inwoners op ondersteuning aangewezen zijn.

Nadere regels jeugdhulp Sint Anthonis 2017

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Definities en bewerkingen gegevens Arrangementenmonitor

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de verordening maatschappelijke ondersteuning B E S L U I T E N:

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

Hervorming Langdurige Zorg. Rian van de Schoot expert wijkgericht werken Vilans

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten,

88% Inwoner enquête (onderzoek)

Veranderingen in de Jeugdzorg, Wmo en Participatiewet

Inhoud. Rapportage WMO en Jeugdzorg 3 e kwartaal 2018

Indicatorenlijst Monitor Sociaal Domein Olst-Wijhe

Gemeente Heerlen - Beleidsregel Tegenprestatie naar vermogen 2015

Aanvraag voorzieningen bij een terugtredende overheid

Tekst bij presentatie STAP over zorgwetten.

Meest gestelde vragen en antwoorden Van AWBZ naar WMO

Veranderingen rond werk en zorg. Informatie voor ouders van kinderen in het praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs

Productbeschrijving Wmo contract 2016

ALGEMEEN WMO VEELGESTELDE VRAGEN OVER WMO EN JEUGDHULP

Dit stukje gaat alleen over de WMO met waar nodig de relatie naar de twee andere wetten.

Jeugdhulp 1e kwartaal 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Enschede 2015

Inhoud. Rapportage WMO en Jeugdzorg 4 e kwartaal 2018 Op basis van de gegeven bekend per

Bevolking Krimpen aan den Ijssel Krimpenerwaard Capelle aan den Ijssel Hellevoetsluis Brielle Ridderkerk Westvoorne Lansingerland Zuidplas

Van AWBZ naar gemeente Wat kunnen wij daarmee in onze eigen (burgerlijke) gemeente?

Declaratieformat GEMEENTE BEEK. Gemeentelijke Groene Vink

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Roosendaal 2015

Weten wat er verandert in de jeugdhulp in 2015? Deze lijst geeft antwoord op de meest gestelde vragen.

Beleidsplannen Sociaal Domein

Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

Brochure Modulair Pakket Thuis

Uitwerking producten Ondersteuning zelfredzaamheid (C1) en ondersteuning maatschappelijke deelname (C2)

Transcriptie:

BEGRIPPENLIJST GEMEENTELIJKE MONITOR SOCIAAL DOMEIN Bijlage bij het overzicht van indicatoren Begrippenlijst gemeentelijke monitor sociaal domein In deze begrippenlijst zijn de begrippen opgenomen die worden gebruikt in het overzicht van indicatoren, dat hoort bij de gemeentelijke monitor sociaal domein. De begrippenlijst valt uiteen in 2 onderdelen: algemene termen en zorginhoudelijke termen gerelateerd aan het primaire proces. Binnen iedere lijst zijn de begrippen in alfabetische volgorde opgenomen. Onderstreepte termen zijn termen die ook elders in de begrippenlijst voorkomen, als u op één van die termen klikt wordt u doorverwezen naar de definitie van die term. Heeft u vragen over de gemeentelijke monitor sociaal domein? Neem dan contact op met 070 373 8191 of stuur een mail naar waarstaatjegemeente@kinggemeenten.nl Versie 28 november 2014

Begrip Algemene termen (sociale) basisondersteuning Absoluut verzuim Adres Afschaling Algemene voorzieningen Armoede, opgroeiend in Behandeling Bericht van start van zorg Bericht van toekenning van zorg Beroepsbevolking Beschikking BSN (Burgerservicenummer) Definitie De ondersteuning of een voorziening waar geen toegangsbesluit of beschikking voor nodig is 1. Het betreft enerzijds vrij toegankelijke algemene voorzieningen in het sociaal domein, zoals het algemeen maatschappelijk werk, een groepsactiviteit bij ontmoetingscentrum, sociaal cultureel werk, sociale samenhang of welzijnsactiviteiten (zie ook algemene voorzieningen). Anderzijds betreft het de lichte vormen van zorg en ondersteuning of generalistische ondersteuning, eerstelijns ondersteuning van bijvoorbeeld het buurt- of wijkteam of eerstelijnsloket zoals informatieverstrekking, advisering, cliëntondersteuning, keukentafelgesprekken, vroegsignalering en dergelijke. NB: dit zijn altijd de activiteiten waar geen beschikking voor nodig is. Onder basisondersteuning vallen ook algemene voorzieningen en eerstelijnsloket. Het verzuim van een leerplichtige jongere tussen de 5 en 16 jaar of een jongere van 16 of 17 jaar die die niet ingeschreven staan op een school en ook niet vrijgesteld zijn van de inschrijvingsplicht van de Leerplichtwet 1969. Dit is het adres zoals deze is geregistreerd in de Gemeentelijke Basisadministratie persoonsgegevens (GBA). Hiervan is sprake wanneer een cliënt stopt met het gebruik maken van een vorm van maatwerkondersteuning en start met het gebruik maken van een vorm van basisondersteuning/voorliggende voorziening. Het tegenovergestelde van afschaling is opschaling. Algemene voorzieningen zijn voorzieningen binnen de Wmo 2015, toegankelijk zonder beschikking van de gemeente. Het gaat hier om de voorzieningen die voor iedereen toegankelijk zijn. Bijvoorbeeld de buurt- en clubhuizen, sociaalcultureel werk, sociale samenhang, welzijnsactiviteiten etc. Sommige gemeenten verstrekken vouchers zoals waardebonnen, kortingspassen etc. die toegang geven tot het gebruik van een algemene voorziening (NB: dit betreft gebruik waar geen beschikking voor wordt verstrekt). Dit valt onder sociale basisondersteuning. Het gaat om: Huishoudelijke ondersteuning (zonder beschikking); Sociaal en cultureel werk; Buurt- en clubhuizen; Ondersteuning vrijwilligers en informele zorg; Sociale samenhang/wijkopbouw; Diensten en ruimten voor mensen met een beperking; Algemeen maatschappelijk werk; Preventie (bijv. eenzaamheidsbestrijding); Collectief vervoer; Toegankelijkheid voorzieningen (inclusie); Welzijnsbeleid; en Vouchers die toegang geven tot algemene voorzieningen. De belangrijkste indicator voor armoede is het inkomen dat een huishouden kan besteden. Het CBS hanteert als maatstaven de lage-inkomensgrens en het sociaal minimum. De behandeling van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard, gericht op herstel of voorkoming van verergering van een lichamelijke of psychogeriatrische aandoening of beperking of van gedragsproblemen in verband met zo'n aandoening; een van de vijf huidige AWBZ-functies. Dit bericht wordt ook wel bericht aanvang ondersteuning genoemd. In het bericht is de melding van de aanbieder dat levering van de ondersteuning is gestart opgenomen. Dit bericht is opgenomen in de iwmo-standaarden. Dit bericht wordt ook wel bericht toewijzing genoemd. In het bericht is de opdracht van de gemeente aan de aanbieder om de ondersteuning te bieden opgenomen. Dit bericht is opgenomen in de standaarden voor iwmo. Hieronder vallen alle personen die: Tenminste twaalf uur per week werken; of Werk hebben aanvaard waardoor ze tenminste twaalf uur per week gaan werken; of Verklaren ten minste twaalf uur per week te willen werken, daarvoor beschikbaar zijn en activiteiten ontplooien om werk voor ten minste twaalf uur per week te vinden. Een beschikking in de zin van het bestuursrecht: besluit van een bestuursorgaan, dat niet van algemene strekking is, met inbegrip van de afwijzing van de aanvraag daarvan. Dit wordt ook wel toegangsbesluit genoemd. Het unieke persoonsnummer waarmee de ontvanger van ondersteuning staat ingeschreven in de Basisregistratie personen (BRP).

Sociaal buurt- of wijkteam Cliënt Cliënt sociaal buurt of wijkteam Cliënt maatwerkondersteuning Cliënt Wlz Cliënt Zvw Cliëntervaring Datum start ondersteuning (begindatum) Perspectief ondersteuning Eenpersoonshuishouden Eenpersoonshuishouden met kind(eren) Eenzaamheidsscore Eerstelijnsondersteuning Eerstelijnsloket Eigen bijdrage (Wmo) Einddatum Fysieke leefomgeving Gebruik Generalistische ondersteuning Gesubsidieerd werk Huishouden Hulpmiddelen Een multidisciplinair samenwerkingsverband van professionals (en mogelijk niet-professionals) dat zich als doel stelt op integrale wijze hulp te verlenen aan individuen, gezinnen of huishoudens. Het takenpakket van een buurt- of wijkteam kan per gemeente en/of wijk verschillen. Een cliënt is een natuurlijk persoon, die ondersteuning ontvangt binnen de Wmo, Jeugdwet en/of Participatiewet. Iemand die in contact komt met/gebruik maakt van de diensten van een sociaal buurt- of wijkteam. Iemand die een beschikking of toegangsbesluit voor een maatwerkondersteuning ontvangt en hier gebruik van maakt. Iemand die gebruik maakt van zorg of diensten die vallen binnen de reikwijdte van de Wet langdurige zorg. Iemand die gebruik maakt van zorg of diensten die vallen binnen de reikwijdte van de Zorgverzekeringswet. Een maatstaf voor de beleving van de cliënt met betrekking tot het doelbereik en de kwaliteit van de ondersteuning. Cliëntervaring is niet gelijk aan cliënttevredenheid. Betreft de datum van de daadwerkelijke start van zorg; ook wel de dag dat ondersteuning voor de eerste keer geleverd is. Classificatie van de verwachtingen die hulpverleners bij aanvang van de ondersteuning hebben m.b.t. de ontwikkeling van de hulpvraag van de cliënt. Een particulier huishouden bestaande uit één persoon. Een particulier huishouden bestaande uit één ouder met thuiswonende kinderen. De score die mensen in een wijk of gemeente op de daarvoor bestemde index behalen. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. Deze term wordt soms gebruikt om het buurt- of wijkteam aan te duiden. Deze term moet worden onderscheiden van de term eerstelijn zoals die in de gezondheidszorg wordt gebruikt (betreft bijvoorbeeld de huisarts). Nb: deze term wordt niet gebruikt in de monitor; in plaats daarvan wordt de term sociale basisondersteuning gehanteerd Het gemeentelijk loket dat diensten levert op het gebied van informatieverstrekking, keukentafelgesprekken, vroegsignalering, doorverwijzing (toegang) e.d. Ook zaken als voorlichting, advisering, cliëntondersteuning, en preventie kunnen door het loket worden geboden. Nb: deze term wordt niet gebruikt in de monitor; in plaats daarvan wordt de term sociale basisondersteuning gehanteerd Het deel van de kosten dat een persoon zelf betaalt voor ontvangen ondersteuning vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De datum die aangeeft op welke dag de ondersteuning daadwerkelijk beëindigd is. De bebouwde omgeving en daaraan gerelateerde activiteiten van een wijk of gemeente. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. Het afnemen van een dienst of product binnen het sociale domein. Kan zowel geregistreerd als een niet-geregistreerd gebruik betreffen. De ondersteuning waarvoor geen toegangsbesluit vereist is. Gelijk aan een algemene voorziening (Wmo) of een overige voorziening (Jeugdwet). Hiertoe behoren stagebanen- of opstapbanen (participatiebanen) voor uitkeringsgerechtigden waarvoor de werkgever een loonkostensubsidie ontvangt. Een samenstelling van één of meerdere personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar, nietbedrijfsmatig, voorzien in de dagelijkse levensbehoeften. De middelen die worden gebruikt ter behoud van zelfredzaamheid, die op grond van de Wmo kunnen worden verkregen. Hiertoe behoren de volgende middelen: Rolstoelen; Vervoervoorzieningen; Woonvoorzieningen; en Overige hulpmiddelen. 1 De indeling van vrij toegankelijke ondersteuning en niet vrij toegankelijke ondersteuning bepaalt de gemeente en kan daarom in elke gemeente anders zijn.

Immateriële maatwerkvoorzieningen In zorg Individuele voorziening Ingangsdatum Inkomenscategorie Instroom Intensiteit van ondersteuning Inwoner Jeugdwet Jongere Leefbaarheidsscore Leeftijdscategorie Leefstijl Kinderen Kosten primair proces Lichte vormen van zorg en ondersteuning Maatwerk Maatwerk gericht op individu of huishouden/gezin Maatwerk groepsgericht Maatwerkarrangementen/ maatwerkondersteuning Maatwerkvoorzieningen Meerpersoonshuishouden Meerpersoonshuishouden met kind(eren) Dit zijn maatwerkvoorzieningen die je niet kunt zien of aanraken. Een cliënt is in zorg wanneer de zorg is gestart en wordt uitgevoerd. Een cliënt die op de wachtlijst staat is niet in zorg. De via een toegangsbesluit/beschikking toegankelijke op de jeugdige of zijn ouders toegesneden jeugdhulpvoorziening die door het college in natura of pgb wordt getroffen. De datum die aangeeft vanaf welke datum de beschikking rechtsgeldig is. Met andere woorden: de datum waarop het recht op ondersteuning ingaat. Categorisering voor persoonlijk bruto inkomen. Het aantal cliënten dat binnen een gegeven periode begint met het afnemen van zorg en/of ondersteuning. Betreft het aantal keren of uren dat ondersteuning gegeven wordt. De intensiteit van ondersteuning valt uiteen in drie gegevens: Einddatum declaratieperiode (van laatste declaratie); Tijdseenheid zorgproduct; en Aantal uitgevoerde producten. Een persoon behorende tot de bevolking van een bepaald gebied. In de monitor wordt uitgegaan van de gegevens zoals die zijn opgenomen in de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). Hierin zijn uitsluitend personen die zijn ingeschreven in het bevolkingsregister van een Nederlandse gemeente. In principe wordt iedereen die voor onbepaalde tijd in Nederland woont, opgenomen in het bevolkingsregister van de woongemeente. Personen die tot de bevolking van Nederland behoren, maar voor wie geen vaste woonplaats kan worden aangewezen, zijn opgenomen in het bevolkingsregister van de gemeente 's-gravenhage. Deze wet, die op 1 januari 2015 van kracht gaat, heeft tot doel het jeugdstelsel te vereenvoudigen en efficiënter en effectiever te maken. De primaire verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Jeugdwet ligt bij gemeenten. Hiertoe behoren alle personen ouder dan 12 jaar en jonger dan 23 jaar. Een index voor de leefbaarheid van een wijk of gemeente. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. Categorisering voor de leeftijden van bewoners van een wijk of gemeente. Een index voor de leefstijl van de bewoners van een wijk of gemeente. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. Hiertoe behoren alle mensen jonger dan 18 jaar. Dit betreft de kosten die de gemeente maakt ter vergoeding van het leveren van de ondersteuning (de zorgverlening aan de cliënt/het primaire proces). De uitvoeringskosten (kosten verbonden aan de gemeentelijke bedrijfsvoering) van de gemeente zelf vallen hier buiten. Dit is het vrij toegankelijke deel van de zorg; zorg en ondersteuning waar een ieder een beroep op kan doen zonder beschikking of toegangsbesluit. Het afstemmen van een product of dienst op de wensen en behoeften van iemand. Betreft een geheel van op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een persoon afgestemd geheel van diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen. Zie ook de toelichting bij maatwerkvoorzieningen. Deze vorm van ondersteuning is gericht op ondersteuning van zelfstandig leven voor zowel gezinnen als individuen. Deze term wordt momenteel niet gehanteerd in de data-uitvraag in de monitor en is onderdeel van de ontwikkelagenda. Dit zijn maatwerkarrangementen die in groepsverband worden aangeboden. Deze term wordt momenteel niet gehanteerd in de data-uitvraag in de monitor en is onderdeel van de ontwikkelagenda. Dit is een vorm van ondersteuning, geleverd in de vorm van maatwerkvoorzieningen (of combinatie van verschillende maatwerkvoorzieningen) binnen het kader van de Wmo. Ook wel specialistische zorg of specialistische ondersteuning genoemd. De volgende typen maatwerkarrangementen in de Wmo worden onderscheiden in de monitor: Hulp bij het huishouden, begeleiding, persoonlijke verzorging, kortdurend verblijf, woondiensten, overige ondersteuning gericht op het individu of huishouden/gezin, dagbesteding, vervoerdiensten, overige groepsgerichte ondersteuning, overige maatwerkarrangementen, rolstoelen, vervoervoorzieningen, woonvoorzieningen, overige hulpmiddelen, beschermd wonen, spoedopvang en overige beschermd wonen en opvang. Een product of dienst die is afgestemd op de wensen, persoonskernmerken, mogelijkheden en behoeften van een individu. Een maatwerkvoorziening valt binnen het kader van de Wmo 2015. Een particulier huishouden bestaande uit twee of meer personen. Een particulier huishouden bestaande uit één of twee ouders met ten minste één thuiswonend kind (en mogelijk ook overige leden).

Meervoudige problematiek Mentale gezondheid Minimuminkomen Onderwijsvorm Opleidingsniveau Opschaling Outcome-criteria Overgewicht Participatiewet Persoonsgebonden budget (PGB) Recidivisten Reden voor beëindiging Regiesysteem Regulier betaald werk Samenloop Samenredzaamheid Schoolgaande leeftijd Ongeoorloofd schoolverzuim/ spijbelen Sociaal minimum Sociale leefomgeving Specialistische zorg en ondersteuning Startkwalificatie Tegenprestatie Toegangsbesluit Type instelling/aanbieder Type maatwerkarrangement Type onderwijs Hiervan is sprake wanneer een huishouden van meerdere voorzieningen en/of regelingen gebruik maakt. Dit betreft dus de samenloop van regelingen en ligt in lijn met de reeds bestaande stapelingsmonitor. Een index voor de mentale gezondheid van de bewoners van een wijk of gemeente. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. Een besteedbaar huishoudensinkomen tot 105 procent van het sociale minimum (bijstand of AOW inclusief eventuele kinderbijslag) Een in de wet vastgelegd deel van het Nederlands onderwijsstelsel (bijvoorbeeld: primair onderwijs). Dit is het niveau van de hoogst voltooide opleiding. Hiervan is sprake wanneer een cliënt stopt met het gebruik maken van sociale basisondersteuning en gebruik gaat maken van een vorm van maatwerkondersteuning. De tegenhanger van opschaling is afschaling. Criteria voor de meting van outcome/effecten van beleid zoals deze verplicht worden gesteld in artikel 2.2. van de Jeugdwet. De definitie van overgewicht verschilt voor volwassenen en kinderen: Bij volwassenen: mensen met een BMI hoger dan 25; Bij kinderen: afhankelijk van leeftijd en geslacht. De Participatiewet is een samenvoeging van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening en de Wajong. De wet is gericht op ondersteuning voor een ieder die deze behoeft bij het vinden van (betaald) werk. Een persoonsgebonden budget is een geldbedrag dat aan cliënten kan worden toegekend om zelf zorg, begeleiding, hulp, hulpmiddelen of voorzieningen in te kopen wanneer niet wordt gekozen voor Zorg in Natura (ZiN). Vanaf 2015 worden PGB s via de Sociale Verzekeringsbank uitgekeerd. Het betreft hier personen tegen wie meerdere keren in het gegeven jaar meerdere processen verbaal zijn opgemaakt. De reden voor de beëindiging van de verkregen/verleende ondersteuning. Per wet worden er verschillende redenen beëindiging onderscheiden. Een systeem dat gebruikt kan worden voor het registreren van cliëntinformatie in het primaire proces. In de dagelijkse praktijk wordt een regiesysteem veelal gebruikt door een sociaal buurt- of wijkteam. Een baan van een werknemer waarbij sprake is van een arbeidsovereenkomst waarin de afspraak over de arbeidsduur een vast aantal uren per week kent. Van samenloop wordt gesproken wanneer een huishouden tegelijkertijd gebruik maakt van meerdere regelingen (die onderdeel uitmaken van de monitor Sociaal domein) Een index voor de samenredzaamheid van de bewoners van een wijk of gemeente. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. Deze periode loopt van het vijfde tot het zestiende levensjaar. Indien nog geen startkwalificatie is behaald loopt deze door tot achttien jaar. Hiervan is sprake indien een kind dat leerplichtig is, zonder geldige reden afwezig is op school. Het wettelijk bestaansminimum zoals dat in de politieke besluitvorming is vastgesteld. Een index voor de sociale leefomgeving van een wijk of gemeente. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. De zorg en ondersteuning waarvoor een toegangsbesluit vereist is. Zie ook maatwerkvoorzieningen. Een afgeronde havo- of vwo-opleiding of een basisberoepsopleiding (mbo-2; dat wil zeggen niveau 2 van de kwalificatiestructuur, zoals vastgelegd in de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB)). Het verrichten van bepaalde onbeloonde maatschappelijk nuttige activiteit, geleverd als tegenprestatie voor het ontvangen van een uitkering op basis van de Wet Werk en Bijstand. Een toegewezen beschikking op basis van de Wmo, Jeugdwet en Participatiewet (specialistische zorg en ondersteuning). Betreft het type instelling of aanbieder dat de maatwerkvoorziening levert. Betreft het type ondersteuning dat de cliënt ontvangt. De typen maatwerkarrangementen zijn gelijk aan de productcategorieën die worden gehanteerd in de iwmo-standaarden. De volgende categorieën worden onderscheiden: Basisonderwijs; Passend onderwijs; Middelbaar onderwijs: VMBO; Middelbaar onderwijs: HAVO; en Middelbaar onderwijs: VWO.

Type wlz zorg Type Zvw- zorg Uitstroom Uitvoeringskosten Verdachten Veroordeelden Verwijzer Volledig pakket thuis (VPT) Volwassenen Voorziening Participatiewet Voorliggende voorziening Voortijdig schoolverlater Wachttijd Werkloos Werkzoekende Wet langdurige zorg Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Wijk Wijkverpleging Zelfredzaamheid Zorg in Natura (ZIN) Zorgcarrière Zorgverzekeringswet Een vorm van zorg, die binnen de reikwijdte van de Wet langdurige zorg valt. Een vorm van zorg, die binnen de reikwijdte van de Zorgverzekeringswet valt. Het aantal cliënten dat binnen de gegeven periode stopt met het gebruiken van een dienst of product. Dit geldt voor zowel specialistische, als basisondersteuning. Het betreft hier de bedrijfsmatige kosten (bijvoorbeeld kosten voor ICT en administratieve ondersteuning) van gemeenten die zijn toe te wijzen aan de ondersteuning in het kader van de Jeugdwet, Participatiewet en Wmo. Hieronder vallen niet de kosten ter vergoeding van ondersteuning (kosten verbonden aan primaire zorgverlening). Dit zijn degenen van wie voor het begin van de vervolging uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit wordt aangenomen. Na aanvang van de vervolging zijn het degenen tegen wie de vervolging is gericht. Dit zijn personen die veroordeeld zijn voor een strafbaar feit op grond van het wetboek van strafrecht. De verwijzer maakt op basis van contact met de cliënt een inschatting voor het vervolgtraject en verwijst deze naar een passend arrangement. De verwijzer geeft dus invulling aan de toegang. Verwijzer komt in de monitor alleen terug als verwijzer naar type jeugdhulp. Op verzoek van de cliënt die in het bezit is van een indicatiebesluit voor verblijf in de AWBZ/Wlz, kan de zorgaanbieder in afwijking van die bepalingen het verblijf en overige zorg in het woonhuis van de cliënt leveren. Alle zorg, die de cliënt normaal in een instelling zou krijgen, wordt dan thuis geleverd. Woonlasten blijven voor rekening van de cliënt. Dit zijn mensen van 18 jaar en ouder. Een voorziening die geleverd wordt op grond van de participatiewet. De volgende voorzieningen worden onderscheiden in de monitor: Bijstandsverlening en subsidies Gemeente armoede- en schuldenbeleid Re-integratie en participatievoorzieningen Elke voorziening buiten de Participatiewet waarop de belanghebbende of het gezin aanspraak kan maken, dan wel een beroep kan doen, ter verwerving van middelen of ter bekostiging van specifieke uitgaven. Iemand die het onderwijs heeft verlaten en niet in het bezit is van een startkwalificatie. Met wachttijd wordt de tijd in weken bedoeld die cliënten met een toegangsbesluit voor een maatwerkvoorziening/individuele voorziening moeten wachten tussen de datum recht op zorg en de datum van de daadwerkelijke start van zorg. Hiervan is sprake wanneer een persoon die wel betaald werk wil of kan verrichten, maar geen werk kan krijgen. Dit zijn mensen in de leeftijd van 15-67 jaar, zonder werk of met werk voor minder dan 12 uur per week, die in de afgelopen vier weken actief op zoek zijn geweest naar betaald werk van 12 uur of meer per week. De wet die op 1 januari 2015 van kracht gaat. De wet regelt het recht op zorg voor mensen met een zware en langdurige zorgvraag. Wanneer er wordt gesproken over Wmo of de Wet maatschappelijke ondersteuning, dan wordt er gerefereerd aan de wet zoals die op 1 januari 2015 van kracht zal gaan/is gegaan. Deze wet stelt gemeenten verantwoordelijk voor het ondersteunen van de zelfredzaamheid en participatie van mensen met een beperking, chronische psychische of psychosociale problemen. Het onderdeel van een gemeente waarin een bepaalde vorm van bodemgebruik of bebouwing overheerst. Bijvoorbeeld: industriegebied, woongebied met hoogbouw of laagbouw. Een wijk bestaat uit meerdere buurten of kernen. De aanspraak wijkverpleging die per 1 januari 2015 onder de Zorgverzekeringswet komt te vallen. Dit betreft de bestaande AWBZ-prestaties Verpleging en Persoonlijke Verzorging. Ook de schakeltaken van de wijkverpleegkundige behoren tot de wijkverpleging. Een index voor de mate van zelfredzaamheid van de bewoners van een wijk of gemeente. De index wordt in samenwerking met GGD GHOR Nederland ontwikkeld. De zorg die geleverd wordt door een zorgaanbieder en waarop iemand aanspraak kan maken volgens de Wmo, Jeugdwet of de zorgverzekeringswet; de zorgaanbieder krijgt de geleverde zorg rechtstreeks door de zorgverzekeraar vergoed. Dit is een beschrijving van de typen (opvolgend in zorzwaarte) zorg en ondersteuning die iemand gedurende zijn of haar leven ontvangt. Voor verschillende doelgroepen (zoals ouderen) zijn, afhankelijk van de problematiek, specifieke zorgcarrières te onderscheiden. De wet die de verplichte basisverzekering regelt voor kortdurende, op genezing gerichte zorg voor iedereen die rechtmatig in Nederland woont of hier loon- of inkomstenbelasting betaalt. Deze wet is op 1 januari 2006 in werking getreden en vervangt o.a. de Ziekenfondswet (ZFW).

Zorginhoudelijke termen (maatschappelijke) opvang (voorlopige) OTS (voorlopige/tijdelijke) voogdij Activiteiten in het preventief justitieel kader Begeleiding Beschermd wonen Bijstandsverlening en inkomensvoorzieningen en subsidies Dagbesteding Het tijdelijk bieden van onderdak, begeleiding, informatie en advies aan personen die, door een of meer problemen, al dan niet gedwongen de thuissituatie hebben verlaten en niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving. Hieronder vallen de volgende voorzieningen: Dak- en thuislozen opvang; en Vrouwenopvang. OTS is de afkorting van ondertoezichtstelling van minderjarigen. De maatregel staat beschreven in de artikelen 254 en 255 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Deze maatregel staat beschreven in artikel 254 en 255 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Dit betreft activiteiten van de gecertificeerde instelling voor jeugdbescherming en jeugdreclassering. Deze specifieke preventieve- en nazorgactiviteiten die zich in het veld van de vrijwillige hulpverlening afspelen betreffen geen jeugdhulp maar activiteiten die uitgaan van de inzet van de specifieke expertise van de GI, het justitieel kader, om (opnieuw) een maatregel te voorkomen. Onder de categorie begeleiding vallen de volgende vormen van ondersteuning: Aanbrengen van structuur c.q. voeren van regie; Begeleiding bij beperkingen in de ontwikkeling; Begeleiding bij fysieke beperkingen; Begeleiding bij psychosociale beperkingen; Begeleiding bij vervoer; Begeleiding bij/naar het zelfstandig wonen; Oefenen (onder begeleiding); Ondersteuning bij praktische handelingen/vaardigheden; Sociale relaties en maatschappelijk leven; Toezicht; Toeleiding ZG; Verlengde toeleiding ZG; Consultatie ZG; Beantwoording korte begeleidingsvragen ZG; Gespecialiseerde begeleiding ZG; Revaliderende begeleiding ZG; Begeleidersvoorziening doofblinden; en Doventolk. Dit betreft wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving. Dit betreft de huidige GGZ-c pakketten. Onder deze categorie vallen de baten en lasten die betrekking hebben op bijstandsverlening volgens de Participatiewet: Inkomensvoorzieningen en loonkostensubsidies op grond van de Participatiewet; Geneeskundige en andere adviezen in verband met de bijstandsverlening; IOAW (Wet inkomensvoorzieningen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers); IOAZ (Wet inkomensvoorzieningen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen); Kosten van levensonderhoud uit het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz 2004); Kosten levensonderhoud voor startende ondernemers uit Bbz 2004. Onder dagbesteding wordt verstaan: een structurele tijdsbesteding met een welomschreven doel waarbij de cliënt actief wordt betrokken en die hem zingeving verleent, niet zijnde een reguliere dagstructurering die in de woon-/verblijfssituatie wordt geboden dan wel een welzijnsactiviteit zoals zang, bingo, uitstapjes en dergelijke.

Gemeentelijk armoede- en schuldenbeleid Onder dagbesteding vallen de volgende vormen van ondersteuning: Dagopvang bij beperking in de ontwikkeling; Dagopvang bij fysieke beperkingen; Dagopvang bij psychosociale beperkingen; en Dagactiviteit zintuiglijk gehandicapte. Onder deze categorie vallen de baten en lasten in verband met het gemeentelijk armoede- en schuldenbeleid zoals de bijzondere bijstand en, de kwijtscheldingen lokale belastingen, schuldhulpverlening en dergelijke. Hieronder vallen de volgende regelingen: Bijzondere bijstand; Individuele inkomenstoeslag; Individuele studietoeslag; Meerkosten beperking of chronische ziekte; Kwijtscheldingen gemeentelijke belastingen; Kwijtscheldingen reinigingsrechten, afvalstoffenheffing en rioolrechten; Stadspassen en korting op musea, sportclubs, bibliotheek e.d. in het kader van het minimabeleid; Schuldhulpverlening. Gesloten plaatsing Gezinsgericht Hulp bij het huishouden Onder deze categorie vallen niet: De voor minima bedoelde eenmalige uitkeringen vanuit sociale zekerheidsregelingen (zie functie 613); De baten en lasten die betrekking hebben op de Wmo (zie functies 661 en verder). In deze vorm van ondersteuning verblijft de jeugdige bij een jeugdhulpaanbieder op basis van een machtiging gesloten jeugdzorg of op basis van een machtiging BOPZ. Dit betreft alle vormen van verblijf die een gezinssituatie benaderen, maar geen pleegzorg zijn. Te denken valt aan gezinshuizen, logeerhuizen en zorgboerderijen waar overnacht wordt. Een vorm van hulpverlening waarmee de cliënt geholpen wordt bij het uitvoeren van huishoudelijke taken. Hieronder vallen de volgende vormen van ondersteuning: HH1: huishoudelijke werkzaamheden; en HH2: organisatie van het huishouden. Jeugdhulp met verblijf In het geval van Jeugdhulp met verblijf verblijft de jeugdige elders. Of anders gezegd, de jeugdige slaapt formeel elders, niet zijde thuis, in het eigen gezin. Dit betekent dat het hier alleen om de verblijfsvormen gaat waarbij er sprake is van een overnachting. Dagbehandeling valt daarom onder de categorie jeugdhulp zonder verblijf. Verblijf in logeerhuizen, alleen tijdens weekenden of juist door de weeks vallen onder deze categorie. Jeugdhulp zonder verblijf Jeugdreclassering Kortdurend verblijf Niet uitgevoerd door het wijk- of buurtteam Overig beschermd wonen en opvang In deze vorm van ondersteuning verblijft de jeugdige thuis, in het eigen gezin. Of anders gezegd, de jeugdige slaapt thuis. In ieder geval formeel. Het kan zijn dat de jeugdige bij opa en oma slaapt of bij iemand anders, echter dit is dan niet formeel zo geregeld. Een maatregel artikel 1.1. van de Jeugdwet. Conform dit artikel betreft het hier de reclasseringswerkzaamheden genoemd in artikel 77hh, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, begeleiding, genoemd in artikel 77hh, tweede lid, van dat wetboek en het begeleiden van en toezicht houden op jeugdigen die deel nemen aan een scholings- en trainingsprogramma als bedoeld in artikel 3 van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen, het geven van de aanwijzingen, bedoeld in artikel 12, vijfde lid, van die wet, of de overige taken die bij of krachtens de wet aan de gecertificeerde instellingen zijn opgedragen. Deze vorm van ondersteuning wordt ook wel logeren genoemd. Het betreft hier een zeer tijdelijke vorm van verblijf, met als doel het ontlasten van mantelzorgers. Onder kortdurend verblijf vallen de volgende vormen van ondersteuning: Deeltijdverblijf; en Logeeropvang. Hiervan is sprake indien gemeenten jeugdhulp inkopen bij jeugdhulpaanbieders. In dat geval wordt de optie jeugdhulp zonder verblijf niet ingezet door het wijk- of buurtteam gekozen. Dagbehandeling wordt naar verwachting niet vanuit een sociaal buurt- of wijkteam aangeboden en zal daarom veelal vallen onder deze categorie. Deze term voor verwijzen naar beschermd wonen en opvang kan worden gebruikt wanneer een gemeente een andere indeling hanteert dan de andere opgenomen categorieën voor aanduiding van bescherm wonen en opvang. Dit betreft een term die dus alleen wordt gehanteerd indien de huidige indeling (conform iwmo) niet dekkend is.

Overig residentieel Overige groepsgerichte ondersteuning Overige hulpmiddelen Overige maatwerkarrangementen Overige ondersteuning gericht op het individu of huishouden/gezin Pleegzorg Reïntegratie- en participatievoorzieningen Participatiewet De jeugdige verblijft op de accommodatie van de jeugdhulpaanbieder, veelal in een groep met andere jeugdigen. In feite betreft het alle vormen van verblijf die niet onder een van de voorgaande categorieën vallen. Hieronder vallen ook begeleid wonen en kamertraining. Deze hulpvormen vinden doorgaans plaats in een verblijf van de hulpaanbieder. Het betreft hier de restcategorie voor in groepsverband geleverde zorg en/of ondersteuning. Deze term kan gehanteerd worden voor groepsgerichte ondersteuning die niet in de overige categorieën valt (Dagbesteding en vervoerdiensten). Dit betreft een term die dus alleen wordt gehanteerd indien de huidige indeling (conform iwmo) niet dekkend is. Deze term voor aanduiding van hulpmiddelen kan gebruikt worden wanneer een gemeente een andere indeling hanteert dan de andere opgenomen categorieën voor aanduiding van hulpmiddelen (rolstoelen, vervoervoorzieningen en woonvoorzieningen). Dit betreft een term die dus alleen wordt gehanteerd indien de huidige indeling (conform iwmo) niet dekkend is. Deze term voor aanduiding van maatwerkarrangementen kan gebruikt worden wanneer een gemeente een andere indeling hanteert dan de andere opgenomen categorieën voor aanduiding van maatwerkarrangementen. Dit betreft een term die dus alleen wordt gehanteerd indien de huidige indeling (conform iwmo) niet dekkend is. Het betreft hier ondersteuning van individuen of gezinnen bij het zelfstandig leven. Deze categorie kan worden gebruikt als restcategorie, indien de huidige indeling van de iwmo onvoldoende dekkend is. Daarnaast vallen onder deze categorie de volgende vormen van ondersteuning: Boodschappendienst; en Maaltijdvoorziening. De jeugdige verblijft in een pleeggezin. Er is van pleegzorg sprake als er een pleegcontract is tussen de pleegouder(s) en een pleegzorgaanbieder. Hiervan is ook sprake in geval van vakantie-/weekendopvang indien dat formeel onderdeel uitmaakt van het hulpaanbod. Onder deze categorie vallen de lasten van het totaal van de re-integratie- en participatievoorzieningen die gemeenten inzetten op grond van de Participatiewet: Re-integratie-instrumenten, waaronder Work First, proefplaatsing, participatieplaatsen, vrijwilligerswerk/ sociale activering, detacheringsbanen, scholing, duale trajecten; Erkenning van Verworven Competenties (EVC), ondersteuning bij starten van een eigen bedrijf, bepaalde vormen van tijdelijke loonkostensubsidie (voor zover ingezet als re-integratie-instrument); Stimuleringsmaatregelen, waaronder Inkomensvrijlating, Stimuleringspremies, Vrijlating onkosten vergoeding vrijwilligerswerk, Onkostenvergoedingen, No-riskpolis; Voorzieningen, waaronder Jobcoach, begeleiding Werkvoorzieningen zoals: werkplekaanpassingen, vervoersvoorzieningen, doventolk, brailleregels, aangepaste rolstoel etc.; Loonwaardebepaling; Inburgering (WI) (voorheen onderdeel van functie 621 Vreemdelingen) cursus Nederlands; Voorzieningen ter voorbereiding van een zelfstandig bestaan als startend ondernemer en ter begeleiding van startende ondernemers uit het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz); en Beschut werk. Rolstoelen Tot deze functie behoren niet: De baten en lasten voor de Wet sociale werkvoorziening (zie functie Sociale werkvoorziening). Onder rolstoelen wordt verstaan: Accessoires rolstoel; Elektrische rolstoel; Handmatig bewogen rolstoel; Individuele aanpassing rolstoel; Onderhoud en reparatie; Sport rolstoel; en Werkstoelen. Sociale werkvoorziening Onder deze categorie vallen uitsluitend voorzieningen die betrekking hebben op de sociale werkvoorziening. Per 2015 wordt de instroom in de Wsw gesloten. Onder deze categorie vallen de volgende vormen van ondersteuning: Bestaande sociale werkvoorziening (industriële werkverbanden, cultuur- en civieltechnische werkverbanden, administratieve werkverbanden); en

Reeds bestaande Wsw-dienstbetrekkingen en begeleid werken dienstbetrekkingen. Spoedopvang Uitgevoerd door het wijk- of buurtteam Vervoersdiensten Vervoervoorzieningen Woondiensten Woonvoorzieningen Tot deze functie behoren niet: Werkgelegenheidsinitiatieven en werkgelegenheidsprojecten (zie 623 Re-integratie en participatie-voorzieningen Participatiewet). Deze vorm van opvang is gelijk aan maatschappelijke opvang, maar kent een aanvullend spoedkenmerk. Hieronder valt de volgende voorziening: Crisisopvang. Het betreft hier ondersteuning, uitgevoerd door een buurt- of wijkteam. Nagenoeg elke gemeente werkt met de inzet van wijk- of buurtteams. Soms doen deze teams vooral casuïstiek overleg, maar veelal bieden deze teams ook hulp. Als deze hulp valt onder de definitie van jeugdhulp uit de Jeugdwet, dan dient daarover beleidsinformatie aan CBS te worden geleverd. Bij het type jeugdhulp wordt dan voor de optie jeugdhulp zonder verblijf gekozen ingezet door het wijk- of buurtteam. De teams hebben soms andere namen, ook dan valt de jeugdhulp in deze categorie. Soms zijn de wijk- en buurtteam samengesteld uit medewerkers die bij verschillende organisaties werkzaam zijn. Op dat moment zouden twee registraties plaats kunnen vinden, via de organisatie waar de medewerker in dienst is, of in de cliëntregistratie van het wijk- of buurtteam. Alleen de registratie in het systeem van het wijk- of buurtteam is in dergelijke gevallen geldig. Indien het wijk- of buurtteam geen zelfstandige registratie heeft, dienen de gegevens te worden geleverd door de organisatie die de registratie over de jeugdhulp voert. Van belang is dat de gegevens voor de beleidsinformatie niet dubbel worden geleverd. Onder vervoersdiensten vallen de volgende voorzieningen: Individueel rolstoelvervoer; Individueel vervoer; Rijles scootmobiel; en Vervoer naar dagopvang. Onder vervoersvoorzieningen vallen de volgende voorzieningen: Aangepaste fietsen; Aanpassing vervoermiddel; Accessoires vervoersvoorziening; Ander verplaatsingsmiddel kinderen; Open elektrische buitenwagen (scootmobiel); Gesloten buitenwagen; Ander verplaatsingsmiddel volwassenen; Bruikleenauto; Collectieve vervoervoorziening; Collectieve vervoervoorziening rolstoel; Driewielfietsen; Financiële tegemoetkoming vervoervoorziening; Onderhoud en reparatie; en Verzekeringen. Onder woondiensten vallen de volgende vormen van ondersteuning/diensten: Huurderving; Keuring woonvoorziening; Tijdelijke huisvesting; Verhuizing en inrichting; en Vrijmaken woning. Onder woonvoorzieningen vallen de volgende voorzieningen: Financiële tegemoetkoming woningaanpassing; Onroerende woonvoorziening; Roerende woonvoorziening; Traplift/tillift;

Verwijderen woonvoorziening; en Onderhoud en reparatie.