NATIONALE WINKELRAAD Beleidsnieuws juli 2010 / Nr. 1



Vergelijkbare documenten
Sociale verzekeringen per 1 januari 2010

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2011

De uitkeringsbedragen per 1 januari 2014

Sociale verzekeringen per 1 juli 2009

Uitkeringsbedragen per 1 juli Nieuwsbericht

Sociale verzekeringen per 1 juli

Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012

Inhoud. Wet werk en bijstand... 2 IOAW en IOAZ... 4 AOW... 5 Anw... 7 Wajong... 8 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)... 9 Toeslagenwet...

Sociale Verzekeringen per 1 januari 2012

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2015

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2017

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2016

SOCIALE VERZEKERINGEN PER 1 JULI 2012.

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2016

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2015

Participatiewet De bijstandsuitkeringen stijgen per 1 januari De netto normbedragen voor mensen vanaf 21 jaar tot aan pensioen zijn:

Persbericht. Sociale Verzekeringen per 1 januari 2013

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2018

Overzicht uitkeringsbedragen en maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per 1 juli 2017

Uitkeringsbedragen per 1 januari 2019

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2018

Uitkeringsbedragen per 1 juli 2019

Bijstandsuitkeringen, IOAW, IOAZ, WWIK, per 1 januari 2008

Rekenregels per 1 januari 2013

Overzicht uitkeringsbedragen per 1 juli 2018

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2010 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Stimulansz - Regelingen & Voorzieningen Bron: ministerie van SZW d.d Rekenregels per 1 januari 2016

Rekenregels per 1 januari 2010

Rekenregels per 1 juli 2009

Rekenregels per 1 januari 2011

Rekenregels per 1 juli 2008

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2015 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2014 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2011 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Rekenregels per 1 januari 2015

Rekenregels per 1 januari 2009

Rekenregels per 1 januari 2009

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2014 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Rekenregels per 1 januari 2012

Rekenregels per 1 januari 2008

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2010 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

Rekenregels per 1 januari 2016

INHOUD. Economische Zaken

Rekenregels per 1 januari 2014

Rekenregels per 1 juli 2008

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2013 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2012 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2018 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2017 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Rekenregels per 1 januari 2010

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2016 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Rekenregels per 1 januari 2018

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2017 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Rekenregels per 1 januari 2017

Rekenregels per 1 januari 2015

Rekenregels per 1 juli 2007

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2013 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantiebijslag):

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2019 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Rekenregels per 1 januari 2008

Rekenregels per 1 januari 2013

Rekenregels per 1 januari 2013

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2016 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Rekenregels per 1 januari 2012

In de rekenregels per 1 juli 2019 volgen de criteria voor het minimumjeugdloonvoordeel (jeugd- LIV) in 2019.

Rekenregels per 1 januari 2017

In de rekenregels per 1 juli 2019 volgen de criteria voor het minimumjeugdloonvoordeel (jeugd- LIV) in 2019.

In de rekenregels per 1 juli 2019 volgen de criteria voor het minimumjeugdloonvoordeel (jeugd- LIV) in 2019.

Rekenregels per 1 januari 2018

3. Minimum(jeugd)lonen De minimum(jeugd)lonen bedragen per 1 juli 2019 (bruto per maand, per week en per dag, in euro s, exclusief vakantietoeslag):

Rekenregels per 1 januari Inleiding

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Pensioen- en inkomensscan. Dhr. A. WERKNEMER en Mevr. B. PARTNER. Aangeboden door: De Pensioenafdeling M.A. de Frel Hellingweg 98B 2583 WH Den Haag

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

Voorlopige wijziging bedragen WWB, IOAW en IOAZ per 1 januari 2012

Wijziging bedragen WWB, WIJ, IOAW, IOAZ en WWIK per 1 juli 2011

Personeel op peil. Onderzoek naar de positie van mkb-werknemers

Het ANW-Zekerheidsplan. Zekerheid voor later

Overzichtstabel 1: Basisinkomensvoorzieningen Regeling Inhoud regeling en doelgroep Uitvoering Hoogte bedrag** Omvang gebruik** Uitgaven** Algemene

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID - Dir. FEZ. Bruto per maand 1435,20 715, , ,40

Wet werk en bijstand. Zo snel mogelijk weer aan het werk

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Nieuwsbrief BELANGRIJKE INFORMATIE. De kostendelersnorm in 2015

Financiële voordelen voor werkgevers. Ik neem een oudere werknemer, langdurig werkloze of werknemer met een beperking in dienst

Uitzenden van 65-plussers Wat zijn de specifieke regelingen?

Anw: uitkering bij overlijden

Wijziging bedragen WWB, WIJ, IOAW, IOAZ, Bbz en WWIK per 1 januari 2011

Stand van zaken van de sociale zekerheid OVERZICHT 1 JANUARI 2009

Het ANW-Zekerheidsplan. Zekerheid voor later

Anw: uitkering bij overlijden

Tijdelijk partnerpensioen Informatie voor de werkgever. Anw-pensioen. Financiële zekerheid voor het gezin van uw werknemers

Het Anw-Zekerheidsplan. Goed werkgeverschap voor de nabestaanden van uw werknemer

aanvulling september 2014 De RekenHulp

Tijdelijk partnerpensioen Informatie voor de werkgever. Anw-pensioen. Financiële zekerheid voor het gezin van uw werknemers

Een eigen inkomen met de Wajong

Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2010 Premieoverzicht

Kortetermijnontwikkeling

Sociale verzekeringen en premiepercentages per

Tijdelijk partnerpensioen Informatie voor de werkgever. Anw-pensioen. Financiële zekerheid voor het gezin van uw werknemers

Stand van zaken van de sociale zekerheid

Transcriptie:

NATIONALE WINKELRAAD Beleidsnieuws juli 2010 / Nr. 1 Belangrijkste beleidsnieuws en lobbyresultaten door MKB-Nederland en VNO-NCW vóór de detailhandel/nrw A. Algemeen Bijeenkomsten 8 juli - Geen innovatie zonder marketing Heeft u goede ideeën, maar weet u niet precies hoe u deze in de markt kan zetten? Kom naar de bijeenkomst en volg workshops over co-creatie, sociale innovatie en online marketing. 15 november 2010 - Jaarcongres MKB-Nederland Heeft u de vooraankondiging van het Jaarcongres al in de brievenbus gekregen? Reserveer alvast 15 november in uw agenda voor het event van het jaar! Speerpunten Economisch beleid en detailhandelsbeleid B. Detailhandel 1. Pilot met het nieuwe pinnen Winkeliers, medewerkers en consumenten in winkelcentrum het Gelderlandplein in Amsterdam maken kennis met het nieuwe pinnen. Deze pilot dient als voorbereiding op de grootschalige uitrol hiervan. Omdat Nederland meegaat naar de overgang naar één Europese betaalmarkt, gaat het oude vertrouwde pinnen verdwijnen. Vanaf 1 januari 2012 kunnen mensen niet langer met de magneetstrip op hun pinpas betalen. Dat betekent dat zij een pinpas nodig hebben met een nieuwe chip. In winkelcentrum Gelderlandplein wijzen kassamedewerkers, promotiemateriaal en een mobiel promoteam klanten erop dat zij hun betaalpas in de chiplezer van de betaalautomaat moeten steken. Er is een tijdelijke shop waar ondernemers, winkelmedewerkers en consumenten terechtkunnen met hun vragen over het nieuwe pinnen. Bezoekers krijgen een vouwfoldertje mee waarin de betaalinstructie stap voor stap wordt uitgelegd. Ook voor de medewerkers is er voorlichtingsmateriaal. Voor brancheorganisaties is het mogelijk de pilotlocatie Gelderlandplein georganiseerd te bezoeken op maandag 5 juli. Dan kunnen zij zelf komen kijken naar het nieuwe pinnen en hun achterban informeren over de testervaringen. Aanmelden kan via de website. Meer informatie en ook voorlichtingsmateriaal: www.hetnieuwepinnen.nl. Commentaar VNO-NCW en MKB-Nederland VNO-NCW en MKB-Nederland zijn blij dat er ervaring opgedaan gaat worden met het nieuwe pinnen, omdat de uitrol zo soepel kan verlopen en fraude met de magneetstrip snel tot het verleden zal behoren. Voor de Nationale Winkelraad: Els Prins / Secretaris Regelgeving, marktwerking, consumentenbeleid en gezondheidszorg E e.prins@mkb.nl / T 015 219 1299 1

C. Economische Zaken 1. Conjunctuurinformatie: economie groeit 0,6 procent De Nederlandse economie is in het eerste kwartaal van 2010 met 0,6 procent gegroeid ten opzichte van een jaar eerder. Deze tweede raming van de economische groei komt 0,5 procentpunt hoger uit dan de eerste raming in de maand mei. Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Aan de productiekant valt vooral de groei van de delfstoffenwinning, financiële instellingen en de overheid hoger uit. Verder is de productie van de bouw opwaarts aangepast, waardoor de forse krimp van deze bedrijfstak iets minder groot is dan eerder geraamd. Aan de bestedingenkant is de krimp van de investeringen iets kleiner. Het handelssaldo goederen is opwaarts aangepast. De Nederlandse economie groeide in het eerste kwartaal met 0,3 procent ten opzichte van een kwartaal eerder. Hierbij is rekening gehouden met werkdag- en seizoenseffecten. Deze kwartaal-opkwartaalgroei is 0,1 procentpunt groter dan bij de eerste raming. Voor de Nationale Winkelraad: Jan Klaver / Teamleider Algemeen economisch beleid E klaver@vno-ncw.nl / T 070-34902430 2. Producentenvertrouwen iets omlaag Het producentenvertrouwen is in juni licht gedaald. De indicator kwam uit op -0,7, tegen +0,4 in mei. Begin 2009 bereikte het vertrouwen een dieptepunt. Daarna is de stemming van ondernemers in de industrie vrijwel onafgebroken verbeterd. Het producentenvertrouwen is samengesteld uit drie deelindicatoren: het oordeel over de voorraden gereed product, de orderpositie en de verwachte productie in de komende drie maanden. Over de voorraden dachten de industriële ondernemers in juni minder positief dan in mei. Hun kijk op de orderpositie veranderde weinig. Zij hadden vaker een negatief dan een positief oordeel over de orderpositie. De stemming over de toekomstige productie was even optimistisch als in mei. De producenten worden geleidelijk minder pessimistisch over de toekomstige ontwikkeling van de werkgelegenheid in hun branche. Ook in juni was de stemming minder negatief dan een maand eerder. Overigens verwachten nog altijd meer ondernemers dat de personeelssterkte in de komende drie maanden afneemt dan dat die toeneemt. Voor de Nationale Winkelraad: Peter Bongaerts / Teamleider Internationaal economisch & sociaal beleid E bongaerts@vno-ncw.nl / T 070 3490 443 3. Derde benchmark Gemeentelijk ondernemingsklimaat De waardering van ondernemers voor het ondernemingsklimaat van de 31 grote gemeenten is toegenomen van een 6,5 in 2005 naar een 6,8 in 2009. Dat blijkt uit de derde benchmark Gemeentelijk ondernemingsklimaat, die demissionair minister Van der Hoeven van Economische Zaken naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. In 2005 gaven ondernemers gemeenten nog een 5,8 voor de dienstverlening; in 2009 is dat een 6,3. De iets hogere score komt vooral door de invoering van het (digitale) bedrijvenloket. In het bestuursakkoord van Rijk en gemeenten uit 2007 is afgesproken dat gemeenten in 2011 een zeven zouden scoren voor dienstverlening. De benchmark maakt duidelijk dat de 31 grootste gemeenten deze doelstelling niet gaan halen. Ook de snelheid van vergunningverlening laat nog steeds te wensen over. Met een 6,0 voor de tijdsduur en een 5,8 voor de tijdsinzet wordt dit nauwelijks als voldoende beschouwd. De G4- gemeenten scoren lager. In een convenant tussen het Rijk en MKB-Nederland beloven de 36 grootste gemeenten vier veelvoorkomende ondernemersvergunningen te schrappen (terras, reclame, object en horeca-exploitatie), maar deze afspraak hebben de steden tot nu toe op grote schaal in de wind geslagen. 2

Ondernemers zijn over het algemeen tevreden over de kwaliteit van de fysiek-ruimtelijke omgeving in hun gemeente. Zij oordelen positief over de ontsluiting van hun bedrijfslocatie, de staat van de openbare ruimte, de bewegwijzering, de bereikbaarheid van hun bedrijfspand per auto en met het openbaar vervoer. Zij zijn ook tevreden over het gemeentelijk beleid voor veilig ondernemen: zowel de G31 als de G4 en G27 scoren een ruime voldoende. Zeer kritisch zijn ze over initiatieven van hun gemeente om de economische crisis tegen te gaan en de toegankelijkheid van gemeentelijke aanbestedingen voor het midden- en kleinbedrijf te bevorderen. Voor de Nationale Winkelraad: Ramona van den Bosch / Secretaris Regelgeving, marktwerking, consumentenbeleid en gezondheidszorg E r.vandenbosch@mkn.nl / T 015 219 1272 4. Brochure Slimmer toezicht gemeenten Gemeenten willen de toezichtlasten voor burgers en bedrijven verminderen. De Vereniging Nederlandse van Gemeenten (VNG) beschrijft in de brochure Slimmer toezicht: meer resultaat met minder inspanning vijf voorbeelden van slimmer toezicht. De brochure is het resultaat van een overleg tussen MKB-Nederland, VNO-NCW, de Regiegroep Regeldruk en VNG. Op verzoek van het bedrijfsleven maakten zij een toolkit minder toezichtlasten, die VNG en de Regiegroep eind juni zullen presenteren. Toezicht op een effectieve en efficiënte manier inzetten, oftewel slimmer toezicht, betekent een lastenvermindering voor bedrijven, instellingen en burgers en een effectievere inzet van inspectiecapaciteit. De vijf verschillende voorbeelden van slimmer toezicht uit de brochure zijn: - risicogestuurd toezicht: toezicht op bedrijven die relatief grote risico s vormen en op ondernemers die regelgeving relatief slecht naleven; - signaaltoezicht: inspecteurs van de Algemene Inspectiedienst voeren tijdens hun inspecties ook namens de gemeenten controles uit volgens de Wet Milieubeheer en vice versa; - hercontrolekaarten: ondernemers noteren zelf geconstateerde (opgeloste) tekortkomingen en sturen de hercontrolekaart naar de gemeente, waardoor hercontrole niet meer nodig is; - zelfcontrole: ondernemers voeren een deel van de inspectiewerkzaamheden zelf uit; - taakoverdracht: twee type inspecties die vaak afzonderlijk van elkaar door verschillende inspecteurs worden uitgevoerd worden samengevoegd tot één inspectie. De brochure is te downloaden op www.minderregelsmeerservice.nl. Voor de Nationale Winkelraad: Ramona van den Bosch / Secretaris Regelgeving, marktwerking, consumentenbeleid en gezondheidszorg E r.vandenbosch@mkn.nl / T 015 219 1272 5. VAR-verklaringen telefonisch controleren De Belastingdienst maakt het controleren van een Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) eenvoudiger. Ondernemers kunnen de echtheid van deze verklaringen voortaan telefonisch nagaan. Zij kunnen op basis van gegevens die bij de Belastingdienst bekend zijn, controleren of het burgerservicenummer klopt in combinatie met de VAR. Als de combinatie niet klopt, vindt nader onderzoek plaats. Demissionair minister De Jager van Financiën: Deze nieuwe service van de Belastingdienst biedt ondernemers gemak en zekerheid. Opdrachtgevers die twijfelen aan de authenticiteit van VARverklaringen, hebben zo snel uitsluitsel. Opdrachtgevers van zelfstandigen zonder personeel met een VAR-verklaring kunnen voor de controle terecht bij het Landelijk Coördinatiepunt VAR van de Belastingdienst. Het Landelijk Coördinatiepunt VAR is tijdens kantooruren te bereiken via 088 1511 000. 3

Meer informatie over de VAR is te vinden op http://www.belastingdienst.nl. Voor de Nationale Winkelraad:Jeroen Lammers / Secretaris Fiscale Zaken E lammers@vno-nce.nl / T070 3490 423 6. Stimulans voor slimme mobiliteit in mkb Ondernemers in het midden- en kleinbedrijf kunnen vanaf 1 juli gratis advies aanvragen voor mobiliteitsmanagement. Slimmer omgaan met mobiliteit kan veel positieve effecten hebben, zoals vermindering van de reiskosten en stijging van de productiviteit. Ook kan de parkeerproblematiek rond het bedrijf afnemen. Voor werknemers kan de balans tussen privé en werk verbeteren. De regeling voor het gratis advies is ontwikkeld door het ministerie van Verkeer en Waterstaat en de taskforce Mobiliteitsmanagement. Ondernemers met 25 tot 250 werknemers kunnen een voucher met een waarde van 1500 euro aanvragen bij het Agentschap NL. Als de voucher wordt toegekend, kunnen zij een afspraak maken met een adviseur die is geselecteerd om mobiliteitsscans te maken. De ondernemer betaalt deze adviseur met de voucher. Als de scan aanleiding geeft voor verbeteringen, is er een subsidie van maximaal 4500 euro voor de kosten van een adviseur die helpt bij het uitwerken en invoeren. De ondernemer betaalt zelf altijd een derde van de kosten. Elke ondernemer kan één voucher aanvragen voor een scan en één voucher voor advies en implementatie. Voor de regeling is in totaal 3 miljoen euro beschikbaar. De subsidieregeling loopt tot 30 juni 2011. Aanvragen kunnen worden ingediend via de website van Agentschap NL. Voor de Nationale Winkelraad: August Mesker / Secretaris Milieu, Energie, Ruimtelijke Ordening en Infrastructuur mesker@vno-ncw.nl / T 070 3490 333 D. Sociale Zaken en Onderwijs 1. Regierol centrumgemeenten op arbeidsmarkt De grootste gemeenten in de dertig arbeidsmarktregio s moeten meer verantwoordelijkheid nemen in het bestrijden van de knelpunten op de arbeidsmarkt binnen hun regio. Dit beveelt het Ondersteuningsteam Arbeidsmarkt aan in zijn eindverslag, dat het heeft aangeboden aan demissionair minister Donner van Sociale Zaken. Het team ziet een toenemend belang van de centrumgemeenten op de arbeidsmarkt en vindt dat zij de regierol in de aanpak van jeugdwerkloosheid ook moeten oppakken om sectoren met personeelstekorten te helpen. Het Ondersteuningsteam stelt voor om de zogenoemde Werkpleinen een samenwerking tussen gemeenten en het UWV verder te ontwikkelen. Zij zijn een belangrijke schakel tussen publieke partijen (onderwijs, gemeenten en het UWV) en het regionale bedrijfsleven. Het team roept beide partijen op om werkgevers nog meer dan nu gezamenlijk te benaderen. Zo kunnen zij een brug slaan naar meer publiek-private samenwerking en de regionale arbeidsmarkt een stimulans geven. De dertig mobiliteitscentra die het kabinet het UWV begin 2009 heeft laten instellen, hebben volgens het team hun waarde bewezen. Zij kunnen ook in de toekomst een rol vervullen bij goede regionale informatie over de arbeidsmarkt. Wel moet er meer duidelijkheid zijn over cijfers en resultaten op de regionale arbeidsmarkt. Het Ondersteuningsteam werd door het kabinet in juni 2009 ingesteld als onderdeel van de crisisaanpak voor de arbeidsmarkt. Demissionair minister Donner vindt dat het werk van het team vruchten heeft afgeworpen: Praktische zaken zijn in beeld gebracht, het team heeft veel partijen gesproken en bezocht. Hun aanbevelingen zijn een stimulans om de reeds ingezette regionale samenwerking tussen het bedrijfsleven, onderwijs en overheid te verstevigen. Voor de Nationale Winkelraad: Sip Nieuwsma / Secretaris Arbeidsvoorwaarden, Arbeidsmarkt, ARBO, Sociale Zakerheid en Pensioenen E.nieuwsma@vno-ncw.nl / T 070 3490 216 4

2. Tempo-Team ondersteunt Rijk bij aanpak jeugdwerkloosheid Uitzender Tempo-Team gaat het Rijk en gemeenten ondersteunen bij de aanpak van de hoge jeugdwerkloosheid in de veertig aandachtswijken. De uitzendorganisatie start daarvoor extra leerwerktrajecten en gaat schooluitvallers en jeugdige werklozen een opleiding of werktraject aanbieden. Dat staat in een overeenkomst die demissionair minister Van Middelkoop (Wonen, Wijken en Integratie) en Kees Stroomer, directievoorzitter van Tempo-Team hebben ondertekend. Het ministerie verzorgt de contacten met de gemeenten, terwijl de uitzendorganisatie met haar klanten structurele afspraken maakt over arbeidsplaatsen en leerwerktrajecten. Tempo-Team maakt met de gemeenten en het UWV Werkbedrijf een plan over de gewenste aanpak en het aantal jongeren dat naar werk wordt bemiddeld. Per aandachtswijk wordt zo nodig een extra intercedent opgeleid die de jongeren begeleidt. Het initiatief is bedoeld voor groepen voor wie de reguliere publieke of commerciële arbeidsbemiddeling geen soelaas biedt. In twee aandachtswijken lopen op dit moment al succesvolle projecten van Tempo-Team. Zo is er in Amsterdam Slotervaart het initiatief MoMoney ( More Money ), dat jongeren tot 27 jaar zonder startkwalificatie aan de slag helpt. In Utrecht Kanaleneiland is er het sollicitatie- en opleidingsprogramma KrachtCatering: cursisten die een certificaat behalen, gaan aan de slag bij een cateraar. In de landelijke raamovereenkomst is afgesproken dat in de andere aandachtswijken vergelijkbare projecten van start gaan. De inzet van Tempo-Team komt bovenop de inspanningen van Rijk, gemeenten en UWV om de werkloosheid in aandachtswijken aan te pakken. In de veertig wijken is de werkeloosheid vaak dubbel zo hoog. Een hoog aandeel jongeren gaat zonder een zogeheten startkwalificatie van school. Voor de Nationale Winkelraad: Sip Nieuwsma / Secretaris Arbeidsvoorwaarden, Arbeidsmarkt, ARBO, Sociale Zakerheid en Pensioenen E.nieuwsma@vno-ncw.nl / T 070 3490 216 3. Vakantiewetgeving aangepast De ministerraad heeft ingestemd met een wetsvoorstel om de regeling voor vakantie en verlof aan te passen. Werknemers die langdurig ziek zijn, krijgen voortaan recht op hetzelfde aantal vakantiedagen als niet-zieke werknemers. In Nederland is dat nu niet zo: langdurig zieke werknemers bouwen minder vakantiedagen op. De wijziging is noodzakelijk door uitspraken van het Europees Hof van Justitie. Het voorstel komt uit de koker van de demissionaire ministers Donner van Sociale Zaken en Hirsch Ballin van Justitie. Het wetsvoorstel regelt ook dat werknemers in de toekomst hun wettelijke vakantiedagen binnen anderhalf jaar moeten opnemen. Te lang uitstellen van vakantie kan de veiligheid en gezondheid in gevaar brengen. Extra vakantiedagen vallen buiten de nieuwe regeling. De termijn van anderhalf jaar geldt niet voor werknemers die redelijkerwijs niet in staat zijn geweest vakantie op te nemen. Werkgever en werknemer kunnen in onderling overleg besluiten de termijn te verlengen. De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State te sturen. De tekst van het wetsvoorstel en het advies worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer. Voor de Nationale Winkelraad: Alfred van Delft / Secretaris Arbeidsvoorwaarden, Arbeidsmarkt, ARBO, Sociale Zakerheid en Pensioenen E adelft@vno-ncw.nl / T 070 3490 218 4. Aantal leerbedrijven blijft groeien Sinds de start van het actieplan jeugdwerkloosheid in mei 2009 kregen 37.000 nieuwe leerbedrijven een erkenning. Dat leverde 55.000 leerplaatsen op voor leerlingen in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo ers). In diezelfde periode zijn 14.000 bedrijven met 25.000 leerplaatsen als leerbedrijf verloren gegaan. Het totaal aantal leerbedrijven is daarmee gegroeid tot 213.000. Dit blijkt 5

uit de Colo Barometer van de stageplaatsen en leerbanen van juni 2010. Colo is de vereniging van samenwerkende kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven. De afgelopen drie maanden is het tekort aan leerbanen licht verder gekrompen naar 11.000 plaatsen. De grootste terugval lijkt nu achter de rug. Bij het meldpunt stagetekorten van Colo kwamen de laatste drie maanden geen meldingen binnen van structurele tekorten. De kenniscentra losten alle meldingen binnen twee weken op. De ongelijke spreiding van stages over het jaar veroorzaakt knelpunten. In de maanden februari en september is het dringen op de stagemarkt, terwijl in de zomermaanden de vraag naar stageplaatsen mager is. De scholen zoeken zelf ook oplossingen door de stages te verschuiven naar periodes waar meer mogelijkheden zijn bij bedrijven. De zomervakantie kan als stageperiode beter benut worden. Dan is de kans het grootst dat een mbo er aan de slag kan op een leerplaats. Motieven voor bedrijven om leerbedrijf te worden, zijn bijna altijd de toekomstige zorg voor de personeelsvoorziening. Met de groeiende vergrijzing en de afnemende beschikbaarheid van nieuwe instroom willen veel bedrijven hun nieuwe personeel zelf opleiden en zo aan zich binden. Ondanks de crisis en het weinige werk in een aantal sectoren hebben ook de bestaande leerbedrijven hun leerplaatsen redelijk in stand kunnen houden. Faillissement of het stopzetten van hun erkenning veroorzaakten het verlies van de 14.000 bedrijven als leerbedrijf. Sinds de start vier jaar geleden van de gezamenlijke website van de kenniscentra www.stagemarkt.nl is een constante groei van het aantal leerbedrijven te zien. In 2006 stond de teller op 170.000. Alleen de automobielsector en de bouw kregen te kampen met een forse krimp aan leerplaatsen. Voor de Nationale Winkelraad: Gertrud Visser /E g.visser@mkb.nl / T 015 2191 249 en Rob Slagmolen / E r.slagmolen@mkb.nl / T 015 219 1238 5. Nota over samenwerking onderwijs en bedrijfsleven De samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven bevorderen. Dat is het doel van de nota Prikkelen tot meer en beter, die MKB-voorzitter Loek Hermans namens VNO-NCW en MKB- Nederland heeft uitgereikt aan demissionair staatssecretaris Van Bijsterveldt van Onderwijs. Centrale vragen zijn is of het huidige systeem voor het beroepsonderwijs voldoende prikkels in zich heeft voor scholen om de samenwerking met het bedrijfsleven te zoeken en op welke onderwerpen die samenwerking dan betrekking zou moeten hebben. De nota schetst hoe in de historie de zeggenschap van het bedrijfsleven over het beroepsonderwijs steeds marginaler is geworden en de onderwijsinstellingen steeds autonomer. Van Bijsterveldt heeft hierin een zekere kentering teweeggebracht, aldus de ondernemingsorganisaties. Zij concluderen dat de huidige wet- en regelgeving niet helemaal voldoet en op onderdelen beter kan worden gebruikt. Alleen het aanscherpen van wet- en regelgeving is niet voldoende. Ook de mindset in het onderwijs moet veel meer gericht zijn op samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven, stellen MKB- Nederland en VNO-NCW. Om die omslag te bewerkstelligen, werken zij in de nota een aantal aanbevelingen uit. Ook roepen zij het (georganiseerde) bedrijfsleven en de kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven op om actief met het onderwijs samen te werken. Een voorbeeld van een stap in de richting van medezeggenschap van het bedrijfsleven in het onderwijs, is de intentieverklaring die ondernemingskoepels, vakbonden en onderwijsorganisaties in april hebben ondertekend. Voor de Nationale Winkelraad: Gertrud Visser / Secretaris Onderwijs E g.visser@mkb.nl / T 015 2191 249 6. Bijstandsuitkeringen, WIJ, IAOW, IOAZ en WWIK per juli 2010 De bijstandsuitkeringen gaan per 1 juli met 0,4 procent per maand omhoog als gevolg van de stijging van het minimumloon. Hierdoor gaan ook de uitkeringen voor jongeren (WIJ), oudere werkloze werknemers (IOAW), oudere voormalige zelfstandigen (IOAZ) en kunstenaars (WWIK) omhoog; deze 6

zijn gekoppeld aan ontwikkelingen van het minimumloon. Het kabinet heeft het minimumloon per 1 juli verhoogd van 1407,60 euro naar 1416 euro per maand. De Wet Werk en Bijstand (WWB) regelt de bijstandsuitkeringen. Jongeren tot 27 jaar kunnen sinds 1 oktober 2009 geen gebruik meer maken van de WWB. Zij vallen sindsdien onder de Wet Investeren in Jongeren (WIJ), waarbij werken en/of leren voorop staat. De jongere moet een werkleeraanbod krijgen van de gemeente. Als dit onvoldoende inkomen oplevert, kan de jongere gebruik maken van een inkomensregeling in de WIJ. Deze ligt op het niveau van de bijstand. Jongeren van 18 tot 21 jaar krijgen minder. De netto normbedragen voor mensen van 27 tot 65 jaar die een uitkering krijgen op grond van de WWB: Gehuwden of ongehuwd samenwonenden per maand 1239,15 vakantie-uitkering 65,22 totaal 1304,37 Alleenstaande ouders per maand 867,41 vakantie-uitkering 45,65 totaal 913,06 Alleenstaanden per maand 619,58 vakantie-uitkering 32,61 totaal 652,19 Maximale toeslag voor mensen van 27 jaar tot 65 jaar: Alleenstaande ouders en alleenstaanden per maand 247,83 vakantie-uitkering 13,04 totaal 260,87 De netto normbedragen voor mensen van 65 jaar of ouder die een uitkering krijgen op grond van de WWB: Gehuwden en ongehuwd samenwonenden Beide partners 65 jaar of ouder of een partner jonger dan 65 jaar per maand 1310,68 vakantie-uitkering 68,98 totaal 1379,66 Alleenstaanden per maand 953,48 vakantie-uitkering 50,18 totaal 1003,66 Gemeenten mogen bijstandsgerechtigden een premie voor reïntegratie geven die ertoe bijdraagt dat ze makkelijker aan het werk komen. Die premie is maximaal 2239 euro per jaar. IOAW en IOAZ De IOAW is bestemd voor oudere langdurig werklozen die 50 jaar of ouder waren op het moment dat zij werkloos werden. Ook is de wet bedoeld voor gedeeltelijk arbeidsongeschikte werklozen, ongeacht hun leeftijd. Voor de IOAZ komen mensen in aanmerking van 55 jaar of ouder die zelfstandigen waren. Ook gedeeltelijk arbeidsongeschikte ex-zelfstandigen (ongeacht hun leeftijd) die noodgedwongen hun bedrijf of beroep moesten beëindigen, kunnen hierop een beroep doen. 7

De IOAW en de IOAZ vullen het totale inkomen van de rechthebbende en zijn partner aan tot bijstandsniveau. Op de hierna volgende grondslagen worden dus de bruto-inkomsten van de rechthebbende en zijn of haar partner in mindering gebracht. De bruto grondslagen: Gehuwde en ongehuwde partners die beide 21 jaar of ouder Per maand 1400,92 vakantie-uitkering 112,08 totaal 1513,00 Alleenstaanden van 21 jaar of ouder met een of meer kinderen per maand 1354,55 vakantie-uitkering 108,36 totaal 1462,91 Alleenstaanden vanaf 23 jaar per maand 1077,47 vakantie-uitkering 86,20 totaal 1163,67 Alleenstaande van 22 jaar per maand 842,44 vakantie-uitkering 67,39 totaal 909,83 Alleenstaanden van 21 jaar per maand 711,08 vakantie-uitkering 56,89 totaal 767,97 Voor mensen onder de 21 jaar gelden lagere bedragen. In tegenstelling tot de bijstand wordt bij de IOAW geen rekening gehouden met vermogen. Bij de IOAZ wordt wel rekening gehouden met andere inkomsten en ook met vermogen. Vermogen boven het bedrag van maximaal 120.408 euro wordt geacht jaarlijks 4 procent inkomsten op te leveren. Deze inkomsten worden in mindering gebracht op de uitkering. WWIK De WWIK is bedoeld voor kunstenaars die tijdelijk nog niet (geheel) in een eigen inkomen kunnen voorzien. De WWIK kent geen apart uit te betalen vakantie-uitkering. Deze is in de maandelijkse uitkering inbegrepen. De bruto-uitkering per maand bedraagt voor: Alleenstaanden 736,97 Alleenstaande ouders 1019,92 Gehuwden en ongehuwd samenwonenden 1087,61 Voor de Nationale Winkelraad: Sip Nieuwsma / Secretaris Arbeidsvoorwaarden, Arbeidsmarkt, ARBO, Sociale Zakerheid en Pensioenen E.nieuwsma@vno-ncw.nl / T 070 3490 216 7. Sociale verzekeringen per 1 juli Uitkeringen voor ouderen (AOW), nabestaanden (ANW), werklozen (WW), langdurig zieken (WIA), arbeidsongeschikten (WAO) en jonggehadicapten (Wajong) gaan vanaf 1 juli omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk minimumloon. Het minimumloon stijgt van 1407,60 euro naar 1416 euro bruto per maand. De aanpassingen zijn nodig omdat ook de lonen en de prijzen de afgelopen tijd zijn gestegen. 8

AOW ers zien hun netto-uitkering afhankelijk van hun situatie bijvoorbeeld met tussen de 2 en de 6 euro per maand stijgen. Uitkeringen op basis van de WW, WIA en WAO gaan omhoog met 0,6 procent. De absolute stijging hangt erg af van persoonlijke omstandigheden. Zo is bijvoorbeeld van belang hoe hoog het inkomen was voor de uitkering. Voor de berekening geldt een maximuminkomen; verdiende men meer, dan telt het deel boven dat maximum niet mee bij het bepalen van de uitkering. Dit zogeheten maximumdagloon wordt per 1 juli vastgesteld op 187,77 euro bruto per dag. Het maximum premieloon werknemersverzekeringen wordt gedurende het jaar niet aangepast en blijft daarom 186,65 euro per dag. AOW AOW ers die getrouwd zijn of samenwonen, hebben elk een eigen recht op een AOW-pensioen. Dit is gelijk aan de helft van het netto-minimumloon. De AOW voor een alleenstaande bedraagt 70 procent van het netto-minimumloon en dat voor een eenoudergezin 90 procent. Bij eenoudergezinnen gaat het om pensioengerechtigden die een kind verzorgen dat jonger is dan achttien jaar en voor wie zij kinderbijslag ontvangen. Voor gehuwde AOW ers van wie de partner jonger is dan 65, gelden afwijkende regels. De uitkeringsbedragen AOW per 1 juli: In deze bedragen is nog geen rekening gehouden met de tegemoetkoming AOW van 34,26 euro bruto per maand. De vakantie-uitkering wordt in de maand mei beschikbaar gesteld. bruto p/m bruto vak. uitk.p/m Gehuwden 701,49 40,66 Gehuwden met maximale toeslag 1402,98 81,32 (partner jonger dan 65 jaar) Maximale toeslag 701,49 Ongehuwden 1022,85 56,93 Ongehuwd met kind tot 18 jaar 1295,62 73,18 De toeslag bedraagt maximaal 701,49 euro bruto per maand. Hoe hoog de toeslag precies is, hangt af van het inkomen van de werkende jongere partner. Een deel van het inkomen wordt namelijk van de toeslag afgetrokken. Als het bruto-inkomen van de jongere partner uit arbeid hoger is dan 1259,40 euro, heeft de AOW er helemaal geen recht op toeslag. ANW De ANW is een volksverzekering die recht geeft op een uitkering aan volwassenen van wie de partner is overleden. De uitkering bedraagt maximaal 70 procent van het netto minimumloon. Nabestaanden die een kind verzorgen van 18 jaar of jonger waarvan een ouder is overleden, krijgen daarnaast een inkomensafhankelijke uitkering van 20 procent van het netto minimumloon. Ook weeskinderen komen in aanmerking voor een uitkering. De hoogte van de ANW-uitkering is afhankelijk van het inkomen van de nabestaande. Uitkeringen worden er geheel van afgetrokken. Van inkomen uit arbeid blijft een deel buiten beschouwing, namelijk 50 procent van het minimumloon plus een derde deel van het meerdere. De bruto ANW-bedragen per 1 juli: De bedragen zijn weergegeven exclusief de tegemoetkoming ANW. Deze bedraagt bruto 16,78 per maand. bruto p/m bruto vak.uitk.p/m Maximale nabestaandenuitkering 1094,74 68,64 Halfwezenuitkering 248,28 19,60 Wezenuitkering tot 10 jaar 350,32 21,96 Wezenuitkering van 10 tot 16 jaar 525,48 32,95 Wezenuitkering van 16 tot 21/27 jaar 700,63 43,93 9

Wajong De Wajong biedt jonggehandicapten een uitkering op minimumniveau. De grondslag voor de uitkering gaat per 1 juli omhoog. Ook de grondslagen voor Wajong-gerechtigden beneden de 23 jaar, die worden afgeleid van de minimumjeugdlonen, gaan dan omhoog. Grondslagen Wajong per 1 juli: De bedragen zijn exclusief vakantietoeslag. bruto per dag: vanaf 23 jaar ten hoogste 65,10 22 jaar ten hoogste 55,34 21 jaar ten hoogste 47,20 20 jaar ten hoogste 40,04 19 jaar ten hoogste 34,18 18 jaar ten hoogste 29,62 Naast de Wajong-uitkering heeft elke Wajong-gerechtigde onder de 23 jaar recht op een tegemoetkoming. Deze compenseert (deels) de inkomensachteruitgang die de invoering van de Zorgverzekeringswet heeft veroorzaakt. bruto per maand: 22 jaar 1,75 21 jaar 4,25 20 jaar 8,62 19 jaar 14,39 18 jaar 15,01 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO) Per 1 juli worden bestaande uitkeringen verhoogd met 0,60 procent. De hoogte van de WW-, WIA- en WAO-uitkering hangt onder andere af van de hoogte van het laatst verdiende loon en het zogenoemde maximumdagloon. Per 1 juli wordt het maximumdagloon verhoogd van 186,65 naar 187,77 euro bruto. Premiepercentages 2010 (ongewijzigd per 1 juli) 2009 2010 verschil premiepercentages AOW 7,90 7,90 0,00 ANW 1,10 1,10 0,00 AWBZ 12,15 12,15 0,00 WAO/WIA-basispremie (Aof) 5,70 5,70 0,00 Uniforme WAO-premie (Aok) 0,15 0,07-0,08 WGA-rekenpremie (Werkhervattingskas) 0,47 0,59 0,12 Awf-premie 4,15 4,20 0,05 ZVW-inkomensafhankelijke bijdrage werkgevers 6,90 7,05 0,15 UFO-premie 0,78 0,78 0,00 UFO-premie ERD ZW 0,72 0,72 0,00 Sectorpremie gemiddeld 1,07 1,48 0,41 Verplichte werkgeversbijdrage kinderopvang 0,34 0,34 0,00 Max. premieloon werknemersverzekeringen 183,15 186,65 3,50 Max. bijdrageloon ZVW per jaar 32.369,00 33.189,00 820,00 Franchise Awf-premie per dag 63,00 64,00 1,00 Voor de Nationale Winkelraad: Mariet Feenstra / Secretaris Sociale Zaken E m.feenstra@mkb.nl / T 015-2191426 10

F. Overig 1. Brief consultatie inkoopmacht MKB-Nederland en VNO-NCW verstuurden deze week een gezamenlijke brief over de consultatie gedragscode leveringsvoorwaarden naar minister Van der Hoeven (EZ). De waardering over deze gedragscode is wisselend onder de leden. Voordelig is bijvoorbeeld dat een code naar elke sector aangepast kan worden. Ondertussen zijn er ook veel twijfels over de effectiviteit en de inhoudelijke meerwaarde. De werkgeversorganisaties grijpen de brief aan om een aantal bredere en belangrijke zaken omtrent marktmacht onder de aandacht van de minister te brengen. Lees de brief Voor de Nationale Winkelraad: Linda van Beek / Secretaris Aanbestedingen en Mededinging E beek@vno-ncw.nl T 070-3490330 G. Winkelraad september 2010 De belangrijkste onderwerpen voor de komende NRW zijn: - Consumentenzaken Wilt u zelf punten aan de (jaar) agenda toevoegen dan kunt u deze zenden aan Diederik Mohr via d.mohr@mkb.nl 11