Studiegids. Masteropleiding. Special Educational Needs: Communicatief Gehandicapten 2012-2013



Vergelijkbare documenten
Studiegids. Masteropleiding. Dovenstudies / Leraar Nederlandse Gebarentaal

Studiegids. Masteropleiding. Special Educational Needs: Auditief Gehandicapten

Studiegids. Masteropleiding. Special Educational Needs: Auditief gehandicapten

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT

INHOUDSOPGAVE ALGEMEEN Aard van dit document Informatie en communicatie Inwerkingtreding en duur

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven

Studiegids. Masteropleiding. Dovenstudies / Leraar Nederlandse Gebarentaal

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar primair onderwijs het volgende doen:

Neerlandistiek CROHO 60849

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD

1 Interpersoonlijk competent

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Studiegids. Bacheloropleiding. AD Eventmanager

Deze versie treedt in werking op 1 september 2013 en vervangt alle voorgaande versies.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Competenties in relatie tot het Protocol Vermoedens van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbuik

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

Verkorte studiegids. Bacheloropleiding ACADEMISCHE LERARENOPLEIDING PRIMAIR ONDERWIJS (ALPO)

Certificaten Daltononderwijs KPZ Wenke Daltonconsultants

Studiegids Bacheloropleiding Journalistiek Studiegids. Bacheloropleiding. Journalistiek /114

Uitleg over de OER Alles wat iedere student moet weten over zijn of haar Onderwijs- en Examenregeling (OER)

1/8. Voor leerkrachten zijn 7 bekwaamheden geformuleerd:

Ruimtelijke Ordening en Planologie Voltijd

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

OER Master facultair hoofdstuk 10 Maatschappij & Recht Vastgesteld d.d

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

Studiegids. Bacheloropleiding. Communicatiesystemen Afstudeerrichting Bedrijfscommunicatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Studiegids. Bacheloropleiding Pedagogiek. Voltijd

Examenreglement

Studiegids. Bacheloropleiding. Communicatiemanagement voltijd

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER

Studiegids. Bacheloropleiding. Bouwtechnische Bedrijfskunde Voltijd

Midden-Oostenstudies CROHO 60842

Specialisatie jonge kinderen

Studiegids. Bacheloropleiding deeltijd. Technische Bedrijfskunde

Studiegids. Bacheloropleiding deeltijd. Informatica

Studiegids. Associate Degree Kinderopvang. Pedagogiek, deeltijd

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)

kempelscan P1-fase Kempelscan P1-fase 1/7

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 4 Opleidingsdeel hbo-pedagogiek

Studiegids. Bacheloropleiding. Facility Management Versie 1.1. Hogeschool Utrecht, HU Diensten Utrecht, september 2013

Studiegids. Bacheloropleiding HBO-Rechten deeltijd inclusief afstudeerrichting kandidaatgerechtsdeurwaarder

Studiegids. Bacheloropleiding. Milieukunde Duaal

Excellente Leerkracht SBO, SO/VSO. Stichting Meerkring LC 11 Onderwijsproces -> Leraren Marieke Kalisvaart

Informatie werkplekleren

A. Nadere facultaire invulling van onderstaande artikelen uit de HU-OER

Thermometer leerkrachthandelen

Studiegids. Masteropleiding. Leraar wiskunde /89

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE*

Visie op ouderbetrokkenheid

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

Beroepsproduct (aankruisen) Datum: UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1

Stichting Expertisecenter Onderwijs Zorg Bonaire is op zoek naar een ervaren. Ambulant onderwijskundig begeleider (1 fte)

1. Interpersoonlijk competent

Studiegids. Masteropleiding LERAAR BIOLOGIE

Dit reglement is een extract uit de Onderwijs- en Examenregeling van NOVI Hogeschool.

Studiegids. Bacheloropleiding. Geodesie/Geo-informatica Duaal

Studiegids. Bacheloropleiding deeltijd. Pedagogiek

5. Product ontwikkeld binnen het KIGO project Doorlopende Coach Actieve coach ; penvoerder was Edudelta College.

Deze versie treedt in werking op 1 september 2016 en vervangt alle voorgaande versies.

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Bachelor Religiewetenschappen

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Voltijd

Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Studiegids bacheloropleiding Propedeutische Fase Social Work voltijd

Studiegids. Bacheloropleiding. Civiele Techniek Voltijd

Praktijkopleider agrotechniek

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Errata Studiegids. Bacheloropleiding Leraar Basisonderwijs Deeltijd

Studiegids. Associate degree Eventmanager

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

CP Resultaten QuickScan

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

Nieuw! : Kies je eigen programma

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) Masteropleiding Leraar Engels. Studiejaar

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel)

Studiegids Bacheloropleiding Logopedie Studiegids. Bacheloropleiding. Logopedie

De onderwijs- en examenregeling

Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR FRANS

Opleiding tot leraar voortgezet onderwijs in de eerste graad Onderwijs- en examenregeling

SWPBS en HGW in curriculum lerarenopleiding

Transcriptie:

Studiegids Masteropleiding Special Educational Needs: Communicatief Gehandicapten 2012-2013 Hogeschool Utrecht, HU Diensten Utrecht, september 2012

Inhoudsopgave 1 Voorwoord 5 2 Inrichting van de opleiding 7 2.1 Beroepsprofiel... 7 2.1.1 Beroep afgestudeerde Master SEN: Communicatief Gehandicapten... 7 2.1.2 Uitwerking van het beroepsprofiel... 7 2.1.3 Competenties beginnende beroepsbeoefenaar... 7 2.1.4 Beschrijving competenties Master SEN: Communicatief Gehandicapten en verbinding met inhoud curriculum... 9 2.1.5 Vaardigheden afgestudeerde... 11 2.1.6 Werkveld en functies... 11 2.2 Opleidingsprofiel... 12 2.2.1 Algemeen... 12 2.2.2 Doelstelling opleiding... 12 2.2.3 Het hbo-niveau van de opleiding... 12 2.2.4 Didactische uitgangspunten... 14 2.3 Inrichting opleiding... 15 2.3.1 Opleidingsvarianten... 15 2.3.2 Verkorte en versnelde opleidingsroutes... 15 2.3.3 Getuigschriften... 15 2.3.4 Graden en titulatuur... 16 2.3.5 Opleidingsstructuur... 16 2.3.6 Programma s... 17 2.3.7 Afstuderen... 17 2.4 Examencommissie... 18 2.4.1 Instelling en benoeming... 18 2.4.2 Samenstelling... 18 2.4.3 Taken en bevoegdheden... 18 2.4.4 Verzoekschrift... 19 2.5 Voorzieningen... 20 2.5.1 Begeleiding... 20 2.5.2 ICT-faciliteiten... 20 2.5.2.1 Algemeen... 20 2.5.2.2 Studentenmail... 20 2.5.2.3 Sharepoint... 21 2.5.2.4 OSIRIS Student... 21 2.5.2.5 Wachtwoord... 22 2.5.2.6 Informatiebeveiliging en privacy... 23 2.5.2.7 Registratie studievoortgang... 23 2.5.3 Studenten Informatie Punt (STIP FE)... 23 2.5.4 Studievereniging... 23 2.5.5 Opleidingscommissies... 24 2.6 Contactgegevens... 24 3 Cursussen 25 3.1 Cursusdeelname... 25 3.2 Inschrijving voor cursussen... 25 3.3 Aanwezigheidsplicht... 25 3.4 Beginvereisten... 25 3.5 Cursusbeschrijvingen... 26 4 Tentamens en examens 27 4.1 Introductie... 27 4.2 Vrijstellingen... 27 4.3 Organisatie tentamens... 28 4.3.1 Tentamenvorm en -duur... 28 4.3.2 Tentamenrooster... 28 2/95

4.3.3 Inschrijving en deelname (her)tentamens... 29 4.3.4 Voorzieningen in geval van een functiebeperking... 31 4.3.5 Legitimatieplicht bij schriftelijke tentamens... 32 4.3.6 Gang van zaken tijdens tentamens... 33 4.4 Beoordeling... 34 4.4.1 Toekennen resultaat en inzage... 34 4.4.2 Onregelmatigheden / fraude... 35 4.4.3 Bewaring en teruggave tentamen- en examenwerk... 36 4.4.4 Geldigheidsduur resultaten... 37 5 Diplomering 38 5.1 Procedure afgifte getuigschrift... 38 5.2 Aantekening cum laude of met genoegen... 38 6 Roosters 40 6.1 Jaarrooster... 40 6.2 Vakanties en vrije dagen... 41 6.3 Lesdagen en tijden... 42 6.4 Openingstijden gebouw... 42 6.5 Roosterinformatie en -wijzigingen... 42 7 Klachten, bezwaar en beroep 43 7.1 Inleiding... 43 7.2 Bezwaar... 43 7.3 Beroep... 44 7.3.1 Beroep aantekenen... 44 7.3.2 Hoger beroep... 45 7.4 Klachten... 45 7.4.1 Klacht indienen... 45 7.4.2 Herzieningsverzoeken bij klachten... 45 7.5 Ongewenst gedrag... 46 7.6 Schema klachten, bezwaar en beroep... 46 8 Studentzaken 47 8.1 Studiebegeleiding... 47 8.2 Profileringsfonds... 47 8.3 Studentendecaan... 48 8.4 Vertrouwenspersoon... 48 8.5 Studentenarts... 49 8.6 Bureau Studentenpsychologen... 49 8.7 Mediation... 50 8.8 Studeren met een functiebeperking... 50 8.9 Verbetering taal- en schrijfvaardigheden... 51 8.10 Mediatheek... 51 8.11 Medezeggenschap... 51 8.11.1 Inspraakorganen... 51 8.11.2 Ondersteuning bestuurlijk actieve studenten... 52 8.12 Studium Generale... 52 8.13 Studentenvereniging... 52 8.13.1 Algemeen... 52 8.13.2 Bestuursbeurs... 53 8.14 Topsport... 53 8.15 Trajectum... 53 8.16 Sport... 53 8.17 Veilig, gezond en milieuvriendelijk studeren... 53 8.18 Verzekeringen: Wettelijke aansprakelijkheid, ongevallen en reisverzekering... 55 9 Over de HU 57 9.1 Algemene informatie... 57 9.1.1 Onderwijsprofiel HU... 57 9.1.2 Bachelor- en Masterstelsel... 58 9.1.3 Hogeschool- en faculteitsregelingen... 58 3/95

9.1.4 Orderegels... 59 9.1.5 Kwaliteitszorg... 60 9.1.6 Organogram HU... 61 9.1.7 Locaties HU... 61 9.2 Algemene informatie faculteit Educatie... 61 9.2.1 Algemeen... 61 9.2.2 Organogram faculteit... 62 9.2.3 Contactgegevens... 62 9.2.4 Plattegrond... 63 9.2.5 Praktische voorschriften en aanwijzingen... 63 9.2.6 Faciliteiten... 64 9.2.7 In- en uitschrijven voor de opleiding... 66 9.2.8 Studiekosten, eigen bijdragen en tegemoetkoming... 66 9.2.8.1 Collegegeld... 66 9.2.8.2 Kosten voor boeken en leermiddelen... 68 9.2.8.3 Overige kosten... 68 9.2.8.4 Financiële tegemoetkoming... 68 10 Cursusbeschrijvingen 69 10.1 Cursusbeschrijving Master SEN: Communicatief Gehandicapten 2012-2013... 69 10.2 Cursusbeschrijving Master SEN: Communicatief Gehandicapten jaar 2 voor studenten gestart in september 2011... 83 11 Bijlagen 95 11.1 Onderwijs- en examenregeling... 95 11.2 Overige regelingen... 95 Deze studiegids is 9 juni 2012 vastgesteld door de instituutsdirectie na advies van de (G)OC en goedgekeurd door de faculteitsdirecteur op 22 juni 2012. NB. Waar in deze studiegids gesproken wordt over de opleiding wordt bedoeld de opleiding M Special Educational Needs: Communicatief Gehandicapten geregistreerd in het crohoregister onder nummer 44102. 4/95

1 Voorwoord Beste student, Voor u ligt de studiegids 2012-2013 van de opleiding NB. Waar in deze studiegids gesproken wordt over de opleiding wordt bedoeld de Masteropleiding Communicatief Gehandicapten. We hopen dat u bij onze opleiding een prettige en succesvolle studietijd hebt. In deze studiegids vindt u belangrijke spelregels en informatie die u daarbij kunnen helpen. Hogeschool Utrecht biedt vraaggestuurd en competentiegericht onderwijs aan. Competentiegericht:dat wil zeggen dat u goed voorbereid bent als u het beroepsleven begint (zie 2.1 1.). Vraaggestuurd: we streven ernaar het onderwijs en ook de ondersteuning er omheen zo in te richten dat u zich in en tijdens uw studie kunt ontwikkelen op een manier die u belangrijk vindt en die bij u past. Hieronder vindt u informatie over de belangrijkste aspecten van uw studie en de keuzes die u kunt maken. Invloed van de student Veel van onze mogelijkheden zijn ontwikkeld of verbeterd op initiatief van uw medestudenten. De hogeschool beschouwt u als partner, u maakt deel uit van onze kennisgemeenschap. De HU hecht daarom veel waarde aan uw mening en ideeën. Dat begint al bij de evaluaties van alle cursussen, waar u als student uw oordeel en verbetertips kan geven. Ook organiseren we op opleidingen of faculteiten onderwijsdialogen, waarin we samen in gesprek gaan over uw opleiding en alles eromheen. De HU ondersteunt actief deelname van studenten in opleidingscommissies en medezeggenschapsorganen (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.). We vragen u elk jaar de NSE (Nationale Studenten Enquête) in te vullen. En bent u bijzonder tevreden over het onderwijs van de ene docent (e); nomineer hem/haar als docent(e) van het jaar! Verbreden en verdiepen Veel opleidingen kennen specialisaties, waarin u zich kunt specialiseren op een onderdeel van uw vakgebied. Ook is er Studium Generale dat inspirerende programma s aanbiedt. Wat anders? U kunt de studietijd natuurlijk ook willen benutten om u zo breed mogelijk te ontwikkelen, en juist ervaring buiten uw reguliere studie op te doen. Dacht u erover bestuurlijk actief te worden in bijvoorbeeld uw studievereniging, uw gezelligheidsvereniging of uw studentensportclub? (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden., Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.). Hiervoor noemden we al medezeggenschap en opleidingscommissies. Of combineert u topsport met een studie (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.)? Er is van alles denkbaar dat door de HU actief ondersteund wordt. Studievertraging Het kan ook dat uw studie door allerlei oorzaken niet verloopt zoals u dat graag zou willen. Als dat komt door oorzaken waar u niets aan kunt doen, bijvoorbeeld ziekte of een functiestoornis, zijn er verschillende regelingen zijn waarop u een beroep kunt doen. Als u door uw persoonlijke situatie tentamens mist, kan u om een extra herkansing vragen (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.). En had u een studiebeurs, maar studeert u door deze omstandigheden zo lang dat u geen er recht meer op hebt? Dan is er een mogelijkheid tot financiële ondersteuning (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden..) In al deze gevallen geldt: meld het zo spoedig mogelijk aan uw studieloopbaanbegeleider (2.5.1) of uw studentendecaan (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.)! Als u te lang over uw studie doet, kan u langstudeerder worden. Om dat te voorkomen bieden opleidingen soms extra inhaaltrajecten aan. Die worden via Sharepoint bekend gemaakt. En heeft u een functiebeperking? Dan kan u mogelijk langer over uw studie doen, maar dat hoeft lang niet altijd. De hogeschool kent een breed scala aan voorzieningen die u in uw studie kunnen ondersteunen (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.). Problemen en klachten 1 De nummers verwijzen naar een paragraaf in de studiegids 5/95

Hebt u problemen die uw studie negatief beïnvloeden? Of vragen omdat u niet precies weet waar u terecht kunt? Bij uw SLB er (2.5.1) of een studentendecaan (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.) bent u aan het juiste adres, zij kunnen u adviseren of doorverwijzen. Als u klachten hebt over de bejegening door studenten of medewerkers, kunt u ook een vertrouwenspersoon (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.) inschakelen. Zijn er bijvoorbeeld samenwerkingsproblemen in uw projectgroep: als u ze op tijd inschakelt kunnen onze studentmediators vaak escalatie voorkomen en de samenwerking weer herstellen (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.). En gaat er binnen de HU iets fout of bent u het niet eens met een besluit? Op elke faculteit of opleiding is een klachtenloket waar u terecht kunt met bezwaren en klachten (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.). Wat verwacht de HU van u? Wij streven ernaar u een opleiding en studieklimaat te bieden waarin u zich optimaal kunt ontplooien. We willen niet dat dit door andere studenten wordt verpest door ongewenst gedrag (bijvoorbeeld intimidatie, hatemails, verbaal of fysiek geweld), en verwachten dan ook dat u zich aan onze interne regels houdt (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.) Als u een diploma haalt, moet u dat ook verdiend hebben. Fraude (Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.) wordt niet getolereerd. Zeker als het gevolgen heeft voor onschuldige medestudenten doordat tentamenresultaten ongeldig worden verklaard, zijn de straffen zwaar. Zowel ongewenst gedrag als fraude kunnen leiden tot verwijdering van de opleiding. U ziet, er zijn heel veel mogelijkheden bij de HU om een prettige studietijd te hebben. U vindt het merendeel terug in deze studiegids. Lees de gids goed door, voordat u aan uw studie begint. Via de inhoudsopgave kunt u altijd achterhalen waar u iets kunt vinden. Maar is het niet duidelijk of kunt u het niet vinden: kijk op Sharepoint, of vraag het uw SLB er of bij STIP FE (2.5.3). We wensen u een prettige studietijd en veel succes in dit studiejaar, Mede namens alle collega s die aan uw opleiding bijdragen, Hans Post en Henny van der Neut Directie Instituut Gebaren,Taal & Dovenstudies 6/95

2 Inrichting van de opleiding 2.1 Beroepsprofiel 2.1.1 Beroep afgestudeerde Master SEN: Communicatief Gehandicapten De afgestudeerde Master SEN: Communicatief Gehandicapten werkt met leerlingen met ernstige spraaken/of taalstoornissen. Deze leerlingen kunnen geplaatst zijn in het landelijk speciaal (voortgezet) onderwijs van Cluster 2 of in een reguliere school voor primair of voortgezet onderwijs, waarbij er begeleiding vanuit Cluster 2 gegeven wordt. Het kan verder gaan om kinderen in de voorschoolleeftijd, om leerlingen met meervoudige beperkingen, of om leerlingen van het middelbaar beroepsonderwijs. Afhankelijk van haar functie werkt zij 2 met een of meerdere van deze deelpopulaties. Zij kan werken met professionals en andere betrokkenen die in contact staan met kinderen en/of jongeren met communicatieve beperkingen. 2.1.2 Uitwerking van het beroepsprofiel De masteropleiding richt zich met name op het onderwijs, maar ook professionals die werkzaam zijn in de zorg kunnen hun kennis op het gebied van kinderen en jongeren met communicatieve beperkingen verdiepen en verbreden. De Master SEN: Communicatief Gehandicapten begeleidt (multidisciplinaire) onderwijsprocessen aangaande allerlei aspecten van communicatieve, didactische en sociale ontwikkeling van de doelgroep waarmee zij werkt, vanuit een gepast cultureel referentiekader. De optimale onderwijsontwikkeling, ondersteuning en empowerment van leerlingen met communicatieve beperkingen staat centraal in de opleiding. Met haar helikoptervisie levert de afgestudeerde Master SEN: Communicatief Gehandicapten een actieve bijdrage aan het onderwijsveld van Cluster 2, en is zij een onmisbare schakel bij de versterking van de positie van leerlingen met spraak- en/of taalstoornissen in het onderwijs, zodat hun toekomstige maatschappelijke positie en participatie zal kunnen verbeteren. Zie art. 12 OER-HU 2.1.3 Competenties beginnende beroepsbeoefenaar Hieronder vindt u de competentiematrix die de basis legt voor verdere uitwerking en formulering van competenties. In de matrix wordt een verbinding gelegd tussen de Dublin Descriptoren, de competenties leraar speciaal onderwijs en de eindkwalificaties, toegespitst op het beroep van de Master SEN: Communicatief Gehandicapten. In haar werk is de Master SEN: Communicatief Gehandicapten interpersoonlijk, (ortho)pedagogisch, (ortho)didactisch, methodisch, organisatorisch en sociaal communicatief competent. Daarnaast beschikt de Master over een aantal metacompetenties, gericht op het vermogen om de eigen ontwikkeling te sturen en op de ontwikkeling van het eigen beroep. Dit leidt tot een negental competenties zoals beschreven door SBL 3. Tabel 2: Competenties leraar speciaal onderwijs, Dublin Descriptoren en eindkwalificaties Master SEN: Communicatief Gehandicapten Dublin Descriptoren Kennis en inzicht Toepassing van kennis en inzicht Oordeelsvorming Communicatie Leervaar-digheden Competenties 1. Interpersoonlijk competent in het werken met leerlingen C G 2 Voor zij en haar kan ook hij en hem worden gelezen. 3 SBL: Competentieprofiel Leraar Speciale Onderwijszorg (opgehaald mei 2011) 7/95

2. (Ortho)pedagogisch competent in de omgang met leerlingen 3. (Ortho)didactisch competent in de omgang met leerlingen 4. Organisatorisch competent 5. Competent in de samenwerking met collega s 6. Competent in de samenwerking met de omgeving 7. Competent in reflectie en ontwikkeling 8. Competent in het hanteren van jezelf in werksituaties 9. Diepgang in professioneel handelen; cyclus van diagnosticerend onderwijzen A B A B E J J J E F H D I G G J B J B J Toelichting op het model: In bovenstaande tabel 2 staat het competentiemodel Master SEN: Communicatief Gehandicapten weergegeven. Hieronder wordt de koppeling gelegd tussen de eindkwalificaties, de competenties leraar speciaal onderwijs en de Dublin Descriptoren. In par. 3.1.7 is per competentie een beschrijving uitgewerkt waarbij de verbinding wordt gelegd tussen de inhoud van het curriculum en de competenties. De letters A-J verwijzen naar de eindkwalificaties zoals deze beschreven zijn in paragraaf 3.1.5. Met de eindkwalificatie A is de Master vakmatig methodisch competent en heeft zij aantoonbare kennis en inzicht binnen het domein Communicatieve Beperkingen, gebaseerd op de kennis en het inzicht op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. Met de eindkwalificatie B beschikt de Master over kennis en inzicht om onderwijskundige vraagstukken met betrekking tot leerlingen met communicatieve beperkingen vanuit tenminste een van de deelpopulaties te analyseren en te vertalen naar planmatig professioneel handelen. Deze kennis is gebaseerd op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. Met de eindkwalificatie C is de Master sociaal communicatief competent en heeft zij aantoonbare kennis en inzicht binnen het domein Communicatieve Beperkingen gebaseerd op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. 8/95

Met de eindkwalificatie D is de Master reflectief competent en heeft zij aantoonbare kennis en inzicht binnen het domein Communicatieve Beperkingen gebaseerd op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. Met de eindkwalificatie E is de Master competent in het intern functioneren mede vanuit een veranderkundige optiek en heeft zij aantoonbare kennis en inzicht binnen het domein Communicatieve Beperkingen gebaseerd op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. Met de eindkwalificatie F beschikt de Master over competenties op het gebied van het extern functioneren en heeft zij aantoonbare kennis en inzicht binnen het domein Communicatieve Beperkingen gebaseerd op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. Met de eindkwalificatie G beschikt de Master over een onderzoekende houding waarmee zij nieuwe werkwijzen beoordeelt en benut. Zij heeft aantoonbare kennis en inzicht binnen het domein Communicatieve Beperkingen gebaseerd op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. Met de eindkwalificatie H is de Master competent in het extern functioneren en bijdragen te leveren aan het werkveld op lokaal, nationaal en internationaal niveau gebaseerd op het niveau van Bachelor en die deze overtreffen en/of verdiepen, alsmede een basis of een kans bieden om een originele bijdrage te leveren aan het ontwikkelen van het eigen beroep en/of toepassen van ideeën, meestal in een onderwijssetting of zorgsetting, soms in een onderzoeksverband. Met de eindkwalificatie I is de Master competent in het sturen van de eigen ontwikkeling en ontwikkeling van het beroep en bezit zij de leervaardigheden die hem of haar in staat stellen een vervolgstudie aan te gaan met een grotendeels zelfgestuurd of autonoom karakter. Zij is in staat om conclusies, alsmede de kennis, motieven en overwegingen die hieraan ten grondslag liggen, duidelijk en ondubbelzinnig over te brengen op een publiek van specialisten of niet-specialisten. Met de eindkwalificatie J is de Master in staat een inhoudelijke dialoog aan te gaan met collega s van een andere discipline waarbij integratie van vakkennis leidt tot het verbeteren van het onderwijsaanbod aan leerlingen met communicatieve beperkingen. 2.1.4 Beschrijving competenties Master SEN: Communicatief Gehandicapten en verbinding met inhoud curriculum Competentie 1: Interpersoonlijk competent in het werken met leerlingen De Master is in staat om een goed communicatief klimaat te creëren in het werken met haar leerlingen. Zij is sensitief en responsief en nodigt door haar communicatiewijze en wijze van leiding geven, uit tot samenwerken met ruimte voor eigen initiatief. Zij weet hoe interpersoonlijke relaties en de communicatie als gevolg van de communicatieve belemmering beïnvloed kunnen worden en hanteert een hierop afgestemd taalaanbod en communicatiewijze. Hieraan wordt aandacht besteed in de onderwijseenheden 9/95

Capita Selecta, Leerteambijeenkomsten, Gastcolleges en in het groepsthema Communicatieve Beperkingen. Competentie 2: (Ortho)pedagogisch competent in de omgang met leerlingen De Master zorgt voor een leeromgeving met een goede balans tussen veiligheid en uitdaging, waarin leerlingen met communicatieve beperkingen uitgedaagd worden initiatieven te nemen en naar vermogen zelfstandig kunnen werken. Zij is op de hoogte van basisbehoeften van leerlingen met spraak- en/of taalstoornissen en heeft inzicht in de opvoedingssituaties van de leerlingen, in hun specifieke ontwikkelingsmogelijkheden en in de gevolgen hiervan voor de sociaal-emotionele en identiteitsontwikkeling. Deze competentie wordt ontwikkeld in de onderwijseenheden Capita Selecta, Leerteambijeenkomsten, Gastcolleges, Onderzoekskunde en in het groepsthema Communicatieve Beperkingen en door gedurende de opleiding congressen of andere bijeenkomsten in het domein van Cluster 2 te bezoeken. Competentie 3: (Ortho)didactisch competent in de omgang met leerlingen De Master is in staat om een optimale leeromgeving te ontwerpen waarin zij leerinhouden kan afstemmen op leerlingen met communicatieve beperkingen. Zij leert de leerlingen te leren, ook leerlingen van en met elkaar, en bevordert daarmee hun zelfstandigheid. Hiervoor moet zij goed op de hoogte zijn van de leerstijlen en leerproblemen die kenmerkend zijn voor leerlingen met spraak- en/of taalstoornissen en moet zij programma s, methoden en benaderingen kunnen toepassen die afgestemd zijn op de communicatiewijze en leerstijlen van de leerlingen. Verder kan zij omgaan met de cognitieve, sociaalemotionele en met de auditief/visuele spanningsboog van de leerlingen. Hieraan wordt aandacht besteed in de onderwijseenheden Capita Selecta, Leerteambijeenkomsten, Gastcolleges, Onderzoekskunde en in het groepsthema Communicatieve Beperkingen en door gedurende de opleiding congressen of andere bijeenkomsten in het domein van Cluster 2 te bezoeken. Competentie 4: Organisatorisch competent De Master creëert een ordelijke, taakgerichte sfeer in de klas (klassenmanagement) en kan leermiddelen en materialen toegankelijk maken voor leerlingen met communicatieve beperkingen. Zij kan leermiddelen afstemmen op leerdoelen en leeractiviteiten en heeft weet van de betekenis van de inrichting van tijd en ruimte voor de beleving en het leren van haar leerlingen. Hieraan wordt aandacht besteed in de onderwijseenheden Leerteambijeenkomsten, Veranderkunde, Gastcolleges, Capita Selecta en in de SLB-gesprekken. Competentie 5: Competent in de samenwerking met collega s De Master zorgt samen met collega s voor een goed pedagogisch en didactisch klimaat op school. Zij levert een constructieve bijdrage aan vergaderingen en overleg en zorgt voor goede overdracht van kennis over de leerlingen waardoor de continuïteit in de begeleiding gewaarborgd is. Zij is op de hoogte van modellen voor kwaliteitszorg en methodieken voor onderwijsverbetering en schoolontwikkeling. Deze competentie wordt ontwikkeld in de onderwijseenheden Leerteambijeenkomsten, Veranderkunde, Capita Selecta en in de SLB-gesprekken. Competentie 6: Competent in de samenwerking met de omgeving De Master is bekend met de leefwereld van de ouders van haar leerlingen en is bekend met de zorg(infra) structuur en de sociale kaart die voor leerlingen met communicatieve beperkingen van belang is. Zij is in staat om gebruik te maken van informatie en deskundigheid van ouders en andere betrokkenen en deze te integreren in haar onderwijsaanpak. Hieraan wordt aandacht besteed in de onderwijseenheden Leerteambijeenkomsten, Capita Selecta, Gastcolleges, Veranderkunde en in de SLB-gesprekken. Competentie 7: Competent in reflectie en ontwikkeling De Master heeft een goed beeld van haar eigen competenties en ontwikkelt haar bekwaamheid ten aanzien van het onderwijzen van leerlingen met communicatieve beperkingen op een planmatige wijze. Zij is op de hoogte van kenmerkende ontwikkelingen in het werkveld van Cluster 2 en in de eigen beroepspraktijk. Zij heeft inzicht in haar persoonlijke ervaringen en motieven die een rol spelen in haar beroepsontwikkeling en kan reflecteren op haar positie in de beroepspraktijk. 10/95

Deze competentie wordt ontwikkeld in de onderwijseenheden Introductie (door het maken van een assessment leraar speciaal onderwijs), Leerteambijeenkomsten, Veranderkunde, in de SLB-gesprekken en door gedurende de opleiding congressen of andere bijeenkomsten in het domein van Cluster 2 te bezoeken. Competentie 8: Competent in het hanteren van jezelf in werksituaties De Master kan een gezond evenwicht bewaren tussen werk en ontspanning, kan omgaan met werkdruk en heeft een goede professionele verstandhouding met collega s en leidinggevenden. In spanningsvolle situaties reageert zij vanuit haar professionele rol. Hieraan wordt aandacht besteed in de onderwijseenheden Introductie, Leerteambijeenkomsten, Veranderkunde en in de SLB-gesprekken. Competentie 9: Diepgang in professioneel handelen; cyclus van diagnosticerend onderwijzen De Master is in staat om te gaan met de complexe begeleidingsvragen van leerlingen met communicatieve beperkingen. Daarbij maakt zij gebruik van informatie van ouders, deskundigen en collega s om een passend handelingsplan en groepsplan op te stellen waarin inter-persoonlijke, pedagogische, didactische en organisatorische doelen en werkwijzen geïntegreerd worden. In de uitvoering van het handelingsplan kan zij aanpassingen aanbrengen gekoppeld aan waargenomen behoeften van de leerling met spraaktaalproblemen en hierover kan zij zodanig rapporteren dat zijzelf met andere betrokkenen multidisciplinair de diagnose en aanpak door middel van handelingsplanning verder kan bijstellen. Deze competentie wordt ontwikkeld in de onderwijseenheden Capita Selecta, Leerteambijeenkomsten, Gastcolleges, Onderzoekskunde, in het groepsthema Communicatieve Beperkingen en door gedurende de opleiding congressen of andere bijeenkomsten in het domein van Cluster 2 te bezoeken. 2.1.5 Vaardigheden afgestudeerde De afgestudeerde van de Master SEN: Communicatief Gehandicapten kan adequaat handelen bij complexe onderwijskundige vraagstukken in allerlei situaties in het werkveld die betrekking hebben op leerlingen met communicatieve beperkingen. Zij benut daarbij de interdisciplinaire en multidisciplinaire infrastructuur van de organisatie en maakt gebruik van een flexibele mix van acties gericht op revalidatie, compensatie en adaptatie (Siméa, 2011) 4. Binnen deze Master staat de leerling met spraak- en/of taalstoornissen centraal. Begeleiding en coaching ten aanzien van communicatieve beperkingen van mensen binnen en buiten de eigen werksituatie kan tot haar taken behoren. Voorts wordt er van afgestudeerden verwacht dat zij een bijdrage kunnen leveren aan de kennisnetwerken op het gebied van communicatieve beperkingen. Het ontwikkelen van best practices (voorbeelden uit de praktijk die hun nut bewezen hebben) en kenniscirculatie is een speerpunt, zowel tijdens de opleiding als daarna in het werkveld. De afgestudeerde Master SEN: Communicatief Gehandicapten is in staat zelfstandig praktijkgericht onderzoek te initiëren, uit te voeren, hierover te rapporteren en resultaten van onderzoek desgewenst te (helpen) implementeren. Zij beschikt in ieder geval over de competenties zoals beschreven in paragraaf 3.1.7. Zie art. 12 OER-HU 2.1.6 Werkveld en functies De afgestudeerde kan werkzaam zijn in: De vier clusters van de regionale expertisecentra: Cluster 1: visueel gehandicapt (blind, slechtziend); Cluster 2: auditief gehandicapt (doof en slechthorend) en ernstige spraak-taalproblemen; Cluster 3: lichamelijk gehandicapte kinderen, zeer moeilijk lerende kinderen of meervoudig gehandicapte kinderen; Cluster 4: kinderen met gedragsproblemen (zeer moeilijk opvoedbare kinderen) of psychiatrische problemen (pedologische instituten) en langdurig zieke kinderen; het regulier en speciaal basisonderwijs; het voortgezet onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs; 4 Siméa (2011).Deelproject Kwaliteit: startdocument algemeen. 11/95

initiële lerarenopleidingen basis- en voortgezet onderwijs (pabo en NLO); het schoolmanagement in bovenstaande instellingen; de educatieve zorgstructuur (gezinsbegeleidingsdiensten, ambulante begeleiding, andere samenwerkingsverbanden e.d.); andere domeinen zoals (culturele) antropologie, geschiedenis, logopedie, (ortho-)pedagogiek, psychiatrie, psychologie, sociologie, taalwetenschap. Professionals met een Master SEN: Communicatief Gehandicapten kunnen binnen het onderwijs werkzaam zijn als leraar, intern begeleider, remedial teacher, ambulant begeleider maar kunnen tevens werken in functies als beleidsmedewerker, groepswerker, onderzoeker, ontwikkelaar, stafmedewerker of logopedist. Zie art. 12 OER-HU 2.2 Opleidingsprofiel 2.2.1 Algemeen De opleiding heeft gekozen voor een competentiegericht onderwijsmodel. Een competentie is een vaardigheid op grond van kennis, vaardigheden en houdingen die nodig is om een taak in een bepaalde (beroeps)context uit te oefenen. Voor het onderwijs betekent dit het volgende: Het onderwijs is gericht op het verwerven van beroepscompetenties, d.w.z. het in samenhang verwerven van kennis, vaardigheden en houdingsaspecten waarmee beroepstaken kunnen worden uitgevoerd binnen of buiten Nederland, maar altijd in een internationale context. Het leren wordt opgevat als een doelgerichte activiteit van de student; het onderwijs bevordert actief en zelfstandig leren. De docent ondersteunt en coacht het leerproces van de student en is inhoudelijk expert op een bepaald competentiegebied. Het leren vindt zoveel mogelijk plaats in realistische leeromgevingen, waarbij leertaken lijken op beroepstaken. Hierbij wordt waar wenselijk en mogelijk gebruikgemaakt van moderne media (ICT). Het onderwijs is gebaseerd op het concurrency-principe, waarbij leermomenten op de opleiding en in de beroepspraktijk elkaar wederzijds positief beïnvloeden. Het leren is een sociaal en interactief proces, studenten werken samen: met elkaar, de docent en professionals uit de praktijk. Toetsen zijn bedoeld om vast te stellen welke beheersniveau van de competenties is bereikt en de student inzicht te geven in de vorderingen in het eigen leerproces. 2.2.2 Doelstelling opleiding De opleiding heeft als doel haar studenten op te leiden voor een functie op masterniveau en elke afgestudeerde student dient aan een groot aantal (beroeps)eisen te voldoen. De eindkwalificaties van de opleiding zijn op hun beurt weer afgeleid van die beroepseisen Zie art. 12 OER-HU 2.2.3 Het hbo-niveau van de opleiding Het masterniveau van de competenties in de Master SEN: Communicatief Gehandicapten wordt geborgd in de verplichte bijeenkomsten waar (internationale) deskundigen ingaan op recente ontwikkelingen in onderzoek, educatie en opvoeding van kinderen met communicatieve beperkingen. Voorts in verplichte literatuur, in de bevoegdheden van de docenten en in de toetsing van de diverse onderwijseenheden en de masterproef. De masterproef wordt naast de beoordeling door de studiebegeleider mede beoordeeld door een tweede lezer die werkzaam is in het vakgebied. Het heeft de voorkeur dat de masterproef in de Engelse taal wordt opgesteld. Binnen de leerteambijeenkomsten wordt een zelfassessment gemaakt, gericht op de competenties leraar speciaal onderwijs, waarna een individueel studieplan wordt opgesteld dat gerelateerd is aan de eigen beroepspraktijk. Binnen het onderdeel studieloopbaan begeleiding (SLB) 12/95

bespreekt en verantwoordt de student de studievoortgang en de behaalde doelen door middel van een gespreksverslag. Alle producten van de student, inclusief feedback van medestudenten, feedback en beoordelingen van de docenten en de studiebegeleider worden opgenomen in een digitaal portfolio in de elektronische leeromgeving (elo). Kennis en Inzicht De afgestudeerde Master heeft aantoonbare actuele kennis en inzicht op het gebied van het onderwijsveld en het onderwijsleerproces van leerlingen met spraak- en/of taalstoornissen, waaronder kennis over diagnostiek en begeleiding van communicatieve beperkingen, taalverwerving, taalpathologie, communicatiewijzen, ondersteunende communicatietechnieken, beginnende en gevorderde geletterdheid en leerstrategieën vanuit nationale en internationale literatuur. Zij heeft inzicht in de specifieke ontwikkelingsmogelijkheden en belemmeringen van leerlingen met communicatieve beperkingen. Zij is goed op de hoogte van leerstijlen en leerproblemen die kenmerkend zijn voor leerlingen met communicatieve beperkingen en de gevolgen hiervan voor hun leerontwikkeling. Ook kent zij de zorg(infra)structuur waar de eigen instelling onderdeel van is en de sociale kaart die voor de leerlingen van belang is. Aangezien de bachelor vooropleiding van de Master SEN: Communicatief Gehandicapten divers is, evenals de werkervaring van de studenten, wordt tijdens de introductieperiode in de leerteambijeenkomsten een startassessment gedaan, waarna de individuele studenten hun studieverwachtingen en -doelen formuleren. De al aanwezige kennis en inzicht worden gedurende de masteropleiding verbreed en verdiept en gerelateerd aan de eigen werksituatie en aan recente ontwikkelingen in onderwijs en onderzoek. Toepassen kennis en Inzicht De afgestudeerde Master SEN: Communicatief Gehandicapten is in staat bovenstaande kennis, inzicht en probleemoplossende vermogens toe te passen, zowel in haar huidige werkpraktijk als in nieuwe en onbekende omstandigheden in een multidisciplinaire context, die gerelateerd is aan het werkveld. Zij kan haar professioneel handelen planmatig vormgeven en kan in het handelingsplan van de leerling cq. het groepsplan van de klas of het schoolplan van de instelling interpersoonlijke, pedagogische, didactische en organisatorische doelen en werkwijzen integreren en stemt haar handelen af op begeleiding die door anderen geboden wordt. Zij past de cyclus van diagnosticerend onderwijzen toe binnen de begeleiding van haar leerlingen. Zij is in staat om werkwijzen te gebruiken/ontwikkelen die toegespitst zijn op de kenmerken van leerlingen met communicatieve beperkingen en beheerst handicapondersteunende aanpassingen en technieken die nodig zijn voor het leerproces. Zij kan programma s, methoden en benaderingen beoordelen en toepassen die afgestemd zijn op de specifieke leercapaciteiten, leerprocessen en leerstijlen van haar leerlingen en zij kan omgaan met de cognitieve, emotionele en auditief/visuele spanningsboog van de leerlingen. Zij kan in haar gesprekken met ouders van leerlingen met spraak- en/of taalstoornissen een goed evenwicht vinden tussen effectief informeren en (emotioneel) ondersteunen. Zij is bovendien in staat om gebruik te maken van de informatie/deskundigheid van ouders en andere (externe) betrokkenen. Zij kan reeds bestaande en nieuwe kennis (oa. verkregen door op de praktijk gericht onderzoek) integreren en kan met complexe materie omgaan zoals het omgaan met veranderingsprocessen als resultaat van nieuwe kennis en ontwikkelingen in het werkveld en de implementatie daarvan in de bestaande beroepspraktijk. Oordeelsvorming De afgestudeerde Master is in staat om op grond van nationale en internationale literatuur, beeldvorming en onderwijskundige diagnose, leeractiviteiten te ontwerpen die voor leerlingen met communicatieve beperkingen uitvoerbaar zijn, die hen motiveren en uitdagen tot zelfwerkzaamheid. Daarbij stemt zij haar didactisch handelen af op de leermogelijkheden van de groep. Zij is in staat een plan van aanpak voor individuele leerlingen, voor de groep en voor de eigen professionele ontwikkeling op te stellen en bij te stellen. Daarbij wordt rekening gehouden met sociaal-maatschappelijke verantwoordelijkheden, waaronder de wetgeving en internationale verdragen op het gebied van de rechten en plichten van kinderen en volwassenen met beperkingen. Ethische verantwoordelijkheden die zijn verbonden aan het toepassen van de eigen kennis en oordelen, vormen een belangrijk element in het professioneel handelen en dienen expliciet geformuleerd te kunnen worden. 13/95

Communicatie De afgestudeerde Master is in staat om haar kennis over de begeleiding van haar leerlingen over te dragen en afspraken te maken waardoor continuïteit in de begeleiding gewaarborgd is. Zij kan informatie die zij van collega s krijgt benutten en levert een constructieve bijdrage aan verschillende vormen van inter- en multidisciplinair overleg en samenwerking binnen de school of instelling en daarbuiten. Zij kan collegiale consultatie geven en ontvangen op een professionele manier en kan aan ouders en andere belanghebbenden informatie geven over leerlingen met communicatieve beperkingen. Zij kan conclusies, alsmede kennis, motieven en overwegingen die ten grondslag liggen aan recent onderzoek en best practices overbrengen op een publiek van specialisten of niet-specialisten. Dit kan in het Nederlands of in het Engels zijn. Leervaardigheden De afgestudeerde Master werkt planmatig aan de verdere ontwikkeling van haar bekwaamheid, op basis van een goede analyse van haar kennis en vaardigheden en op basis van kenmerkende ontwikkelingen in het werkveld van Cluster 2. Zij kan leervormen benutten die gebaseerd zijn op kennis van processen van identiteitsvorming, zingeving en waardenontwikkeling. Zij kan een goed evenwicht vinden tussen investeren in de voortgang van het dagelijks werk en het investeren in de eigen ontwikkeling en heeft realistische ambities. Deze opleiding vraagt om een actieve, nieuwsgierige en onderzoekende houding waarbij er ruimte is voor het leggen van een eigen accent in het studietraject. Zie art. 12 OER-HU. 2.2.4 Didactische uitgangspunten Alle opleidingen van Hogeschool Utrecht zijn opgebouwd volgens een competentiegericht onderwijsmodel. Een competentie is de combinatie van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig is om een taak in een bepaalde (beroeps)context uit te oefenen. Voor ons onderwijs betekent dit het volgende: Het onderwijs richt zich op het verwerven van beroepscompetenties: het in samenhang verwerven van kennis, vaardigheden en houdingsaspecten waarmee beroepstaken worden uitgevoerd binnen of buiten Nederland, in een internationale context; Leren is een doelgerichte activiteit van u als student. Het onderwijs stimuleer daarom actief en zelfstandig leren; De docent ondersteunt en coacht uw leerproces en is inhoudelijk expert op een bepaald competentiegebied; Het leren vindt zoveel mogelijk plaats in realistische leeromgevingen, waarbij leertaken lijken op beroepstaken. Moderne media worden ingezet; Het onderwijs baseert zich op het concurrency-principe. Leermomenten op de opleiding en in de beroepspraktijk beïnvloeden elkaar positief; Leren is een sociaal en interactief proces en doet u nooit alleen. Daarom werkt u in uw opleiding veel samen: met andere studenten, met docenten en met professionals uit de praktijk. Om vast te stellen op welk niveau u de competenties beheerst, zijn er periodiek toetsen waaraan u deelneemt. De toetsen worden beoordeeld en geven u inzicht in de vorderingen van uw leerproces. De didactiek van de opleiding staat in het teken van competentiegericht onderwijs. Hierbij wordt gestreefd naar een optimale balans tussen levensechte praktijkopdrachten en verdiepende lesprogramma s en trainingen. De opleiding kent daarmee verschillende onderwijsvormen: Studieloopbaanbegeleiding: ondersteuning en coaching binnen en buiten de opleiding. Theorieonderwijs: hoorcolleges, responsie- en werkcolleges en zelfstudieopdrachten. Practicumonderwijs/werkgroepbijeenkomsten: trainingen in kleine groepen (max. 20 studenten) die erop zijn gericht dat de student zich methodische kennis eigen maakt en specifieke beroepsvaardigheden oefent. (Les)praktijkvorming: gekoppeld aan theorie/praktijkopdrachten 14/95

Praktijkbegeleiding: begeleiding van de praktijkopdrachten vanuit de opleiding en eventueel vanuit de instelling. Supervisie: in kleine groepen of individueel met docent gericht op reflectie op eigen beroepsontwikkeling. Casus-/projectonderwijs: groepsgewijze realisatie van producten in afgebakende periode. In te vullen door opleiding. 2.3 Inrichting opleiding 2.3.1 Opleidingsvarianten U kunt uw opleiding volgen in deeltijd. Deeltijdopleiding Heeft u een baan en wilt u daarnaast studeren? Dan is er ook de mogelijkheid om te kiezen voor een deeltijdopleiding. Deeltijd wil zeggen dat u een beperkt aantal dagen per week en/of in de avonduren de opleiding volgt. In een deeltijdopleiding is veel aandacht voor hetgeen u parallel aan uw studie in de beroepspraktijk leert. Om toegelaten te worden tot de deeltijdopleiding dient u als student aan dezelfde vooropleidingseisen te voldoen als bij de voltijdopleiding. Het diploma van de deeltijdopleiding is dan ook gelijkwaardig aan dat van de voltijdopleiding. Het deeltijdonderwijs biedt studenten de mogelijkheid om in de avonduren en in het weekend een volledige masteropleiding te volgen. Het deeltijdkarakter kenmerkt zich door het feit, dat er van de student verwacht wordt dat hij in staat is zijn studie zelfstandig te plannen en gedeeltelijk zelfstandig of met medestudenten uit te voeren. De programma s van de deeltijdopleiding zijn toegesneden op studenten die naast hun werk willen studeren, waarbij werk en studie op elkaar zijn afgestemd. Kenmerkend voor de deeltijdopleiding is dus dat relevant werk in een voor het beroep relevante organisatie wordt gecombineerd met het volgen van beroepsonderwijs. De roostering is daarop aangepast. Om toegelaten te worden tot de deeltijdopleiding Master SEN:Communicatief Gehandicapten dient de student aan dezelfde vooropleidingseisen te voldoen als bij een voltijdopleiding. Het diploma van de deeltijdopleiding is gelijkwaardig aan dat van een voltijdopleiding. Het Instituut IGTD gaat ervan uit, dat de verwerking van de studie in de eigen praktijksituatie onderdeel van de opleiding is. 2.3.2 Verkorte en versnelde opleidingsroutes Voor de opleiding Master SEN: Communicatief Gehandicapten zijn geen generale studieduurverkortingen. Een verkorte route is mogelijk doordat je vrijstellingen voor delen van het curriculum kunt krijgen.voor meer informatie over vrijstellingen: zie paragraaf 4.2 2.3.3 Getuigschriften Als bewijs dat u de masteropleiding hebt afgerond, wordt door de examencommissie een diploma uitgereikt. De wettelijke term hiervoor is getuigschrift, maar omdat wij in het gangbare taalgebruik binnen de HU over diploma s spreken, zullen we in deze studiegids de term diploma gebruiken. De voorzitter en een lid van uw examencommissie ondertekenen het diploma. Aan het masterdiploma wordt een Internationaal Diploma Supplement (IDS) volgens het Europese model toegevoegd. Hier zijn geen kosten aan verbonden. Het IDS geeft inzicht in de aard en de inhoud van de opleiding en de behaalde studieresultaten. Dit bevordert de internationale herkenbaarheid van de opleiding en het diploma. U ontvangt per opleiding slechts één diploma. Zie par. Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.. voor de procedure voor afgifte van het diploma. Het diploma wordt in beginsel in het Nederlands opgesteld. Op uw verzoek kan er ook een Engelstalig diploma worden verstrekt. Het Internationaal Diploma Supplement wordt altijd in het Engels opgesteld. 15/95

Als u meer dan één tentamen met goed gevolg hebt afgelegd, maar u krijgt geen diploma, dan kunt u de examencommissie vragen een verklaring af te geven. Daarop worden de behaalde tentamens vermeld. De verklaring wordt net als het diploma ondertekend door de voorzitter en een lid van uw examencommissie. 2.3.4 Graden en titulatuur Als u een masteropleiding bij de HU afrondt, krijgt u een graad en mag u een titel voeren. De graad wordt namens het College van Bestuur verleend door de examencommissie. Een graad geeft het recht op het voeren van een titel. Bij een masteropleiding wordt de graad Master verleend, als u met goed gevolg het afsluitend examen hebt afgelegd. Aan de graad wordt een vermelding van het vakgebied of het beroepenveld waarop de graad betrekking heeft toegevoegd. Het verlenen van de graad Master geeft het recht om deze, afgekort tot M (met eventuele toevoeging) achter uw eigen naam te vermelden. Het verlenen van de graad Master geeft het recht om deze als titel te voeren, afgekort tot M (met eventuele toevoeging) achter de eigen naam. Op het moment dat deze studiegids wordt samengesteld, ontvangen de afgestudeerde van de opleiding Master SEN: Communicatief Gehandicapten, de titel Master of Special Educional Needs (MSEN). Zie art. 33 OER-HU. 2.3.5 Opleidingsstructuur Wettelijke studieduur, studielast en studiepunten De studielast van de opleiding en de bijhorende cursussen wordt uitgedrukt in hele studiepunten (EC) volgens het European Credit Transfer System (ECTS). Dit is een studiepuntensysteem om opleidingen internationaal vergelijkbaar te maken. De studielast van 1 EC komt overeen met 28 studie-(klok)uren (inclusief contacttijd). De masteropleiding heeft een nominale studieduur van 60 EC s, die wordt in een jaar aangeboden. Indien de studie niet binnen de tweejaar is afgerond wordt de student gezien als langstudeerder met de wettelijke consequenties. Bij de opbouw van de opleiding is een gemiddelde studielast van 60 studiepunten, ofwel 1680 uur per studiejaar als uitgangspunt genomen. De totale studielast van de opleiding (onderwijs, zelfstudie en praktijkopdrachten) bedraagt dus 60 studiepunten. Per week komt dit neer op 40 uren studie gedurende het schooljaar. In het eerste semester (Periodes A en B) is het aantal contacturen vrij hoog; naarmate de studie vordert zijn gezamenlijke leerteambijeenkomsten en contacturen schaarser, aangezien de student geacht wordt steeds zelfstandiger de studie te kunnen volgen. In de cursusbeschrijvingen is per cursus de studielast opgenomen, uitgedrukt in hele studiepunten. Zie OSIRIS (www.osiris.hu.nl). Studiepunten worden pas toegekend nadat de desbetreffende cursus is afgerond met het bijbehorende tentamen (c.q. alle deeltentamens). Zie ook par. 6.3.6. Het examenprogramma kent een aantal kernbegrippen die in deze alinea vet zijn gedrukt. De student staat vanzelfsprekend centraal binnen de opleiding. Er is veel gelegenheid voor het onderling uitwisselen van kennis, vaardigheden en ervaringen. De individuele coaches structureren deze ervaringen samen met de student en met het leerteam van medestudenten. De docenten verzorgen onderwijs binnen hun eigen vakgebied. Doel van de opleiding is het verder ontwikkelen van de competenties van de student. Hij wordt daarbij gecoacht door de coach en docenten en krijgt ondersteuning van het eigen leerteam of andere studenten. Verder kent de opleiding het startassessment, het Competentie Ontwikkeling Plan (COP), het portfolio en de masterproef. Deze begrippen worden verder toegelicht in de ELO (Elektronische leeromgeving) op het intranet Sharepoint (http://sharepoint.hu.nl/cursussen/mogtngtdov/default.aspx). 16/95

2.3.6 Programma s Per studiejaar stelt de opleiding het onderwijsprogramma (curriculum) van de studie vast. Dit studieprogramma geldt uitsluitend voor het studiejaar waarvoor het is vastgesteld. De cursussen zijn hieronder per opleidingsjaar aangegeven inclusief het aantal bijbehorende EC en de OSIRIS-code. De volledige cursusbeschrijvingen zijn te vinden achterin deze studiegids en in OSIRIS. Eenjarige opleiding Jaar semester Blok/ Onderwijsprogramma 2012-2013 EC OSIRIS-code periode 2012-2013 1-4 Studieloopbaanbegeleiding 5 2012-2013 1-2 Capita Selecta 10 2012-2013 1-4 Leerteam 10 2012-2013 2 Veranderkunde 5 2012-2013 1-2 Methoden & Technieken 10 2012-2013 3 Persoonlijk Leertraject 5 2012-2013 3-4 Masterproef 15 Vanaf het studiejaar 2012-2013 wordt voor alle Masters van het Instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies een eenjarig curriculum aangeboden. De tweedejaars volgen in 2012-2013 nog het tweedejaars programma van het tweejarig curriculum, dat daarmee in 2012-2013 wordt afgebouwd: Tweedejaars programma tweejarige opleiding (alleen nog in 2012-2013) Jaar semester Blok/ Onderwijsprogramma 2012-2013 EC OSIRIS-code periode 2012-2013 1-4 Onderzoekskunde 10 2012-2013 2 Veranderkunde 5 2012-2013 1-4 Leerteam 5 2012-2013 2 Capita Selecta 5 2012-2013 3-4 Groepsthema 5 Een gedetailleerd overzicht en beschrijvingen van de cursussen vindt u achterin deze studiegids en in OSIRIS (www.osiris.hu.nl). 2.3.7 Afstuderen Studeren aan de HU betekent dat je je opleiding afrondt met een vorm van een afsluitend examen, technisch ook wel de afstudeereenheid genoemd. De afstudeereenheid kun je alleen met succes afronden als je het beoogde eindniveau van de opleiding behaald hebt. Voor deze afstudeereenheid of onderdelen daarvan kan je nooit een vrijstelling krijgen. Iedereen die een diploma wil krijgen, moet derhalve de afstudeereenheid met goed gevolg afronden. Binnen het moduleonderdeel Masterproef (15 EC) doen studenten van de Master Communicatief Gehandicapten beroepsgericht onderzoek en beschrijven dit in een Masterproef. De criteria voor het afstudeeronderzoek worden in de loop van studiejaar 2012-2013 bekendgemaakt. Een student kan ervoor kiezen om nog geen diploma te ontvangen, ook al heeft hij al wel alle cursussen/het afsluitende examen afgerond. De student dient dit tijdig aan te geven. Hiervoor dienen nadere regels opgenomen te worden. Zie ook paragraaf Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. en artikel 42 OER HU. Zie hoofdstuk 5 voor meer informatie over het examen, diploma en voor uitschrijving na afstuderen. 17/95

Digitaal aanleveren en publiceren van scripties en onderzoeksartikelen Binnen het moduleonderdeel Masterproef doen studenten van de Master Communicatief Gehandicapten een beroepsgericht onderzoek en beschrijven dit in een Masterproef. IGTD publiceert bachelor- en masterscripties die worden afgesloten met een 7,5 of hoger op de Sharepointsite https://intranet.sharepoint.hu.nl/fe/gebaren_taal_en_dovenstudies/pages/scriptiesigtd.aspx. De site is te bereiken via de IGTD startpagina. De HU is één van de hogescholen die actief deelneemt aan de HBO-Kennisbank. Hierop worden publicaties, zoals scripties en onderzoeksartikelen, die binnen hogescholen worden geproduceerd digitaal beschikbaar gesteld aan geïnteresseerden van over de hele wereld. Ze kunnen omgekeerd ook weer een rol spelen bij onderwijs en onderzoek. Rond jij je afstudeerscriptie af met het cijfer 7 of hoger, dan mag je je scriptie kosteloos digitaal laten publiceren op de HBO-Kennisbank. Belangrijke voorwaarde is wel dat je stagebedrijf hiermee akkoord gaat en dat er geen vertrouwelijke informatie in voor komt. Voor meer informatie: www.hbo-kennisbank.nl. 2.4 Examencommissie 2.4.1 Instelling en benoeming Binnen elke opleiding van de HU is een examencommissie actief. Een examencommissie ziet toe op de kwaliteit van toetsing en is de instantie die namens het College van Bestuur een diploma verstrekt. De examencommissie is onafhankelijk in haar oordeelsvorming ten opzichte van het management van een opleiding. Uw opleiding valt onder de Examencommissie Faculteit Educatie, Instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies. 2.4.2 Samenstelling Uw examencommissie bestaat uit 4 leden. Op 1 oktober 2012 benoemt de faculteitsdirectie nieuwe leden of herbenoemt zij (alle of sommige) huidige leden. Raadpleeg de website https://intranet.sharepoint.hu.nl/fe/info/examencommissie/pages/default.aspx voor de actuele samenstelling van de examencommissie. De Examencommissie Instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies is te bereiken via het ambtelijk secretariaat. E-mail: examencommissie.fe@hu.nl Adres: Padualaan 97, 3584 CH, Utrecht Correspondentieadres: Faculteit Educatie t.a.v. Examencommissie Instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies. Postbus 14007, 3508 SB Utrecht Verzoeken aan de examencommissie kunnen naar het ambtelijk secretariaat verzonden worden. De richtlijnen met betrekking tot het indienen van verzoeken vindt u op: https://intranet.sharepoint.hu.nl/fe/info/examencommissie/pages/default.aspx. 2.4.3 Taken en bevoegdheden De taken en bevoegdheden van de Examencommissie zijn vastgelegd in hoofdstuk 4 van de OER-HU masteropleidingen 2012-2013 en in het Reglement Examencommissie HU. Voor de Faculteit Educatie is voor 2012-2013 een facultair Reglement Examencommissie van kracht. De Examencommissie heeft op grond van artikel 7.12b lid 1 sub a WHW de taak de kwaliteit van examens en tentamens te borgen. Op grond van artikel 7.12b lid 1 sub d WHW kan de Examencommissie richtlijnen en aanwijzingen vaststellen ten aanzien van de uitslag van tentamens. Mochten er in dit kader onregelmatigheden worden geconstateerd (fraude), dan kan de Examencommissie tentamenresultaten ongeldig verklaren en maatregelen nemen. (OER-HU artikel 29). 18/95

De Examencommissie ziet er op toe dat de regels met betrekking tot het onderwijs, tentamens en examens, zoals opgenomen in de OER-HU masteropleidingen 2012-2013 en studiegidsen op correcte wijze worden uitgevoerd. Tevens dient de Examencommissie de kwaliteit van tentamens en examens te borgen, adviseert bij het vaststellen van het toetsbeleid, wijst examinatoren aan, verleent vrijstellingen en reikt studieadviezen en getuigschriften uit. De Examencommissie kan nadere regels vaststellen ter uitvoering van haar taken en bevoegdheden, zoals: * de gang van zaken bij schriftelijke tentamens (tentamenreglement) * de surveillanten bij schriftelijke tentamens (surveillanteninstructie) * de gang van zaken bij mondelinge tentamens (tentamenprotocol) * het maken en beoordelen van tentamens (tentamenrichtlijnen) * het sanctioneren van onregelmatigheden (fraudeprotocol) Voor een volledig overzicht aangaande taken en verantwoordelijkheid van de Examencommissie kunt u de informatie vinden in de WHW editie 2012 en de OER-HU 2012-2013. De procedures voor het aanvragen van een extra herkansing en/of vervangende opdracht vindt u op https://intranet.sharepoint.hu.nl/fe/info/examencommissie/pages/default.aspx 2.4.4 Verzoekschrift De docenten/examinatoren en de examencommissie voeren de regels van de OER-HU masteropleidingen en de studiegids uit. Als u vindt dat er voor u een afwijking van de regels moet gelden, bijvoorbeeld een extra tentamenkans of een afwijkend examenprogramma, dan kunt u een verzoekschrift indienen bij de examencommissie. Let er wel op dat u een verzoek tijdig indient. Als u bijvoorbeeld aan een komende tentamenronde deel wilt nemen, moet u rekening houden met een behandeltermijn van de examencommissie van 3 weken. Denk eraan, dat u bij een verzoekschrift ten minste de volgende zaken toevoegt: a. Naam, adresgegevens en studentnummer; b. Datum; c. Het verzoek en de redenen van het verzoek; d. De opleiding en variant (voltijd, deeltijd, duaal) waaraan u staat ingeschreven; e. Eventuele bewijsstukken. Vergeet niet uw verzoekschrift ook te ondertekenen. Let op! Voor een verzoek om vrijstellingen gelden aanvullende regels, zie paragraaf Fout! Verwijzingsbron niet gevonden... Er is verschil tussen een verzoek en een bezwaar- of beroepschrift. Een verzoek dient u in als u een (bijzonder) besluit van de examencommissie wilt krijgen. Als u het niet eens bent met het besluit van de examencommissie, dan kan u bezwaar (en beroep) instellen. Dat werkt als volgt: U dient binnen twee weken (de bezwaartermijn) nadat u het besluit van de examencommissie hebt ontvangen, direct bij de examencommissie of via het facultair loket rechtsbescherming een bezwaarschrift in; Als hoofdregel geldt dat de examencommissie binnen twee weken na ontvangst van het bezwaar een besluit moet nemen; Als u het niet eens bent met het besluit op bezwaar, bestaat er de mogelijkheid om daartegen in beroep te gaan. Dit doet u bij het HU Loket Rechtsbescherming Studenten. Een beroep wordt behandeld door het College van Beroep voor de Examens. De beroepstermijn bedraagt zes weken, nadat u het besluit op bezwaar van de examencommissie hebt ontvangen. Zie voor meer informatie over het indienen van een bezwaarschrift of een beroepschrift hoofdstuk 7 of kijk op www.klachtenwegwijzer.hu.nl. 19/95

Spoedeisende zaken worden door de Examencommissie Instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies met voorrang behandeld. 2.5 Voorzieningen 2.5.1 Begeleiding Als HU-student heeft u recht op studieloopbaanbegeleiding. De HU heeft veel docenten aangewezen als studieloopbaanbegeleider. Zij fungeren als spil tussen u als student en uw opleiding. U kunt bij hem of haar terecht met vragen en problemen over uw studie. Denk daarbij aan uw studievoortgang of keuzes die u kunt maken in het curriculum. Voor duale opleidingen geldt dat er gedurende het hele studietraject twee aanspreekpunten zijn: vanuit de opleiding een docentbegeleider en een door de werkgever aangewezen bedrijfsbegeleider. Studieloopbaanbegeleiding is het proces waarin u uw eigen studie en loopbaan stuurt en leert sturen. Doel van studieloopbaanbegeleiding is dat u: Inzicht krijgt in het beroep en in de eisen die de beroepspraktijk stelt; Op basis daarvan kunt beoordelen of u uzelf in het beroep wil bekwamen en ontplooien; U daadwerkelijk ontwikkelt in de beroepsuitoefening, zodat u na afronding van de opleiding voldoet aan de gestelde eindtermen; Optimaal gebruik maakt van de beschikbare middelen en tijd om een maximaal studierendement te bereiken. De begeleiding vindt plaats door middel van individuele gesprekken, groepsbijeenkomsten en opdrachten. Naarmate de studie vordert, zal de intensiteit van de studieloopbaanbegeleiding geleidelijk afnemen. De student staat vanzelfsprekend centraal binnen de opleiding. Er is veel gelegenheid voor het onderling uitwisselen van kennis, vaardigheden en ervaringen. De individuele coaches structureren deze ervaringen samen met de student en met het leerteam van medestudenten. De docenten verzorgen onderwijs binnen hun eigen vakgebied. Doel van de opleiding is het verder ontwikkelen van de competenties van de student. Hij wordt daarbij gecoacht door de coach en docenten en krijgt ondersteuning van het eigen leerteam of andere studenten. Zie art. 16 OER-HU. 2.5.2 ICT-faciliteiten 2.5.2.1 Algemeen De HU biedt u een aantal standaard ICT-faciliteiten aan. Met uw eigen HU-inlognaam en wachtwoord heeft u toegang tot deze faciliteiten. Uw inlognaam en wachtwoord ontvangt u kort voor aanvang van uw studie via e-mail. Na ontvangst kunt u inloggen op: Uw eigen mailadres (via www.webmail.hu.nl) ; De computers aanwezig op de HU. U kunt ook met uw eigen laptop binnen de gebouwen van de HU gebruikmaken van het draadloze netwerk (Eduroam, www.eduroam.nl) ; De online catalogus van de mediatheek (www.catalogus.hu.nl) ; Het intranet van de HU (www.sharepoint.hu.nl) ; uw eigen ruimte om bestanden op te slaan (Sharepoint, My Site) ; OSIRIS Student (www.osiris.hu.nl) ; Een aantal openbare sites, zoals Surfspot (www.surfspot.nl). Hier kunt u tegen gereduceerde prijs hard- en software kopen. Meer informatie over de ICT-faciliteiten en actuele ontwikkelingen vindt u op de site van ICT (www.ict.hu.nl). 20/95