Handleiding bij brief na verzoek tot Hertaxatie bij Dienst Domeinen Roerende Zaken (DDRZ) Op de navolgende pagina's treft u een voorbeeldbrief aan die u na voltooiing met de adresgegevens én uw eigen gegevens kunt toepassen als reactie op het verzoek van de belastingdienst om u met uw auto bij een depot van DDRZ te vervoegen. Toepassing hiervan is uitsluitend bedoeld als een vrijblijvend advies. Uiteraard kunt u geen rechten aan de toepassing ervan ontlenen. toepassing: 1. Voer op pagina 1 eventueel de persoonsnaam van de afzender in. 2. Voer op pagina 1 een juiste woonplaats van de afzender van het verzoek tot hertaxatie in. 3. Voer op pagina 1 een juiste datum in 4. Voer in de eerste tekst alinea het VIN nummer (chassisnummer) in 5. Voer op pagina 4 bij > uw Naam, adres, postcode en woonplaats in knippen en plakken als antwoord op de ontvangen e-mail: 1. Zet de cursor van uw muis voor de eerste positie van de brief: 2. Druk vervolgens uw linker muisknop in, houdt deze vast en sleep deze geheel door naar onder totdat u de gehele tekst blauw heeft gemaakt tot en met uw Naam en en Adres gegevens. Plaats uw muis vervolgens op de blauwe tekst, druk de rechter muisknop en selecteer kopiëren. 3. Ga vervolgens naar uw e-mail bericht, selecteer Beantwoorden, zet de cursor boven aan het tekstveld, klik wederom de rechter muisknop en selecteer plakken. 4. De eerder geselecteerde tekst verschijnt als antwoord boven de door u ontvangen e- mail.
5. Verzeker u zelf er van dat uw bericht verzonden is, maak een print van het verzonden bericht en leg een fysiek dossier (een tastbare map met écht papier) aan. Indien u een reactie ontvangt van de Belastingdienst, kunt u deze uiteraard met ons delen voor beoordeling van de eventuele vervolgstappen. Voor vragen kunt u contact opnemen met: Euro Auto Logic b.v. afd. bezwaar / beroep info@euroautologic.nl bellen s.v.p. alleen in geval uiterste noodzaak! 024-388 05 26
Belastingdienst afd. BPM aangifte / BPM Controle t.a.v. de heer / mevrouw Doetinchem / Roosendaal / Roermond / Assen / Utrecht... /... / 2013 / 2014 Betreft: hertaxatie door Dienst Domeinen Roerende Zaken (DDRZ) Geachte heer, mevrouw, Ik ontving uw bijgaande / onderstaande e-mail waarin u stelt dat ik mijn voertuig met VIN (Vin nummer) dien aan te leveren bij uw Dienst Domeinen Roerende Zaken (DDRZ) te Soesterberg. U stelt daarbij dat ik daartoe een afspraak zou hebben gemaakt. Van het maken van een afspraak is geen sprake geweest. Er is uitsluitend sprake van een éénzijdige en nog al dwingende uitnodiging. Ik ga niet in op uw uitnodiging mijn auto te tonen bij de DDRZ te Soesterberg en wel om de volgende redenen: Mijn voertuig is nog niet geregistreerd in het Nederlandse kentekenregister en daarmee niet verzekerd. Voor de registratie bij de Rijksdienst Voor het Wegverkeer is dat een ander verhaal. Ik kan ten behoeve van het verkrijgen van de registratie een ééndagskenteken bij het RDW verkrijgen. In het verlengde daarvan is het voor uw op het RDW station in de regel aanwezig zijnde belastingambtenaren mogelijk om dezelfde dag een nadere controle van voertuig en aangifte uit te voeren. Zou ik mijn voertuig (al dan niet zelfstandig voortbewogen) al naar DDRZ in Soesterberg gaan transporteren, is er eveneens een risico dat het voertuig daar niét in door u gewenste ongewijzigde staat zal verschijnen. Het voertuig kan immers (onverzekerd) betrokken raken bij een ongeval met alle gevolgen van dien en bij zelfstandig voortbewegen, komen er (aanzienlijke) kilometers bij. Voorts bestaat het risico dat het voertuig technische mankementen oploopt. Deze risico's zijn voor mij niet aanvaardbaar. Nu u voorstelt dat ik mijn voertuig op een andere dag en tijdstip wederom (al dan niet zelfstandig voortbewogen) over de weg dien te vervoeren, zou ik sowieso onverzekerd en (bij zelfstandige voortbeweging) eveneens in overtreding zijn. Dit is een, voor mij persoonlijk én in algemene zin, onaanvaardbaar risico. 1.
Ik stel mij op het standpunt dat de hertaxatie, zou deze door de DDRZ worden uitgevoerd, geen gelijkwaardige expertise is ten opzichte van de door mij aangeleverde taxatie. In dit verband verwijs ik naar het rapport van de Ombudsman d.d. 23 april 2009, rapportnummer 2009/074, II punt 3 en 4: Het vereiste van professionaliteit impliceert dat ambtenaren van een bestuursorgaan hun stellingname jegens een belastingplichtige ten minste doen steunen op of daarbij gebruik maken van gelijkwaardige expertise als van de belastingplichtige wordt verwacht. Ik heb goede redenen te twijfelen aan de professionaliteit en gelijkwaardige expertise van taxateurs van DDRZ. Volgens de website van DDRZ zijn haar kerntaken: "Bewaren, Verkopen en Vernietigen". Taxeren is geen kerntaak van DDRZ en haar taxateurs (b)lijken mij onvoldoende deskundig. Het zou mij verontrusten mijn auto bij de DDRZ op haar terrein te brengen waarbij zij wellicht per ongeluk een van haar kerntaken op mijn voertuig zou loslaten. In de Nota van Toelichting bij de totstandkoming van artikel 8 Uitvoeringsregeling Wet BPM wordt het volgende opgemerkt: Zo mag een taxateur in de zin van artikel 8, vijfde lid, van de UR BPM 1992 geen deel uitmaken van, en evenmin direct of indirect verbonden zijn aan, een bedrijf dat handelt in gebruikte motorrijtuigen of dat voor eigen klanten of derden BPM-aangiften opmaakt of optreedt als gemachtigde bij bezwaar- en beroepsprocedures. Ik stel vast dat de Dienst Domeinen Roerende zaken zich bezighoudt met de verkoop van tweedehands auto s. Reeds hierom kan geen sprake zijn van een hertaxatie die voldoet aan de wet- en regelgeving, zodat ik geen gehoor zal geven aan uw verzoek de auto naar DDRZ te brengen. Ingevolge artikel 10, achtste lid, Wet BPM kunnen bij ministeriele regeling nadere regels worden gesteld ten behoeve van de uitvoering van dit artikel. Daarbij kan de vermindering, bedoeld in het tweede lid, worden verhoogd voor motorrijtuigen als bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdelen a, b, en g. Voorts kan daarbij een termijn worden gesteld waarbinnen het motorrijtuig in ongewijzigde staat beschikbaar wordt gehouden voor controle met het oog op een juiste vaststelling van de afschrijving, bedoeld in het tweede lid. De Minister heeft aldus de bevoegdheid gedelegeerd gekregen een termijn te bepalen waarbinnen een auto in ongewijzigde staat moet worden gehouden met het oog op een nadere controle door de inspecteur. In de parlementaire geschiedenis hierover wordt het volgende opgemerkt: 2.
Naar aanleiding van de wijziging in het onderhavige wetsvoorstel van de vergunningsregeling om achteraf per tijdvak BPM-aangifte te doen, heeft de Belastingdienst aandacht gevraagd voor een verwant probleem bij de individuele aangifte voor gebruikte motorrijtuigen. Ook in die situatie speelt namelijk dat het niet mogelijk is om een op individuele basis vastgestelde afschrijving achteraf te controleren. In de praktijk komt het echter voor dat bij de aangifte een evenwichtige afschrijvingsmethode wordt gebruikt die niet noodzaakt tot het instellen van een nadere controle, waarna in de bezwaar- of beroepfase wordt overgestapt op een dan niet meer controleerbare andere afschrijving. Daarom wordt expliciet in de wet opgenomen dat gegevens die niet zijn gebruikt voor het vaststellen van de aangegeven afschrijving en evenmin op verzoek van de inspecteur zijn toegevoegd, in een later stadium niet alsnog kunnen worden gebruikt voor het wijzigen van de aangegeven afschrijving. In het verlengde van deze aanpassing wordt verder expliciet in de wet opgenomen dat bij ministeriële regeling een termijn kan worden vastgesteld waarbinnen de auto in ongewijzigde staat beschikbaar moet worden gehouden met het oog op de controle van de toegepaste afschrijving. Dit is alleen van belang indien aangifte wordt gedaan op basis van de individuele afschrijving van de auto. Gedacht kan worden aan enkele dagen tot, in uitzonderlijke gevallen, een week, te rekenen vanaf het tijdstip van de aangifte. Noch in de Wet in formele zin (artikel 10, achtste lid, Wet BPM), noch in de parlementaire geschiedenis bij de totstandkoming hiervan, staat beschreven dat de auto in een ongewijzigde staat moet blijven teneinde de auto te tonen op een door de inspecteur aan te wijzen plaats en tijdstip. Artikel 8, achtste lid, van de Uitvoeringsregeling Wet BPM is aldus te ruim geformuleerd, dat wil zeggen dat de Minister buiten de specifiek aan hem gedelegeerde bevoegdheden is getreden, door een zinsnede toe te voegen op grond waarvan de belastingplichtige de auto op een door de inspecteur aan te wijzen plaats en tijdstip moet tonen. Om deze reden zal ik niet voldoen aan uw verzoek de auto naar DDRZ te brengen. In plaats daarvan nodig ik u uit de auto op mijn woon- of vestigingsadres te controleren. Een "taxateur" van DDRZ is als medewerker van het Ministerie van Financiën natuurlijk niet te beoordelen als een onafhankelijke deskundige. 3.
Ingevolge artikel 28 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie geldt het verbod om het vrij verkeer van goederen tussen lidstaten te belemmeren. Iedere vorm van in- en uitvoerrechten en alle heffingen van gelijke werking zijn verboden. Onder heffingen van gelijke werking wordt ook begrepen niet-financiële handelsbelemmeringen. In het arrest Dassonville (zaak 8/74) heeft het Hof het begrip maatregelen van gelijke werking ruim uitgelegd. Volgens dit arrest is een maatregel van gelijke werking iedere overheidsmaatregel die direct of indirect, daadwerkelijk of potentieel de intracommunautaire handel kan belemmeren. Onder dit begrip vallen om te beginnen maatregelen die een onderscheid maken tussen ingevoerde producten en nationale producten. In casu is sprake van een maatregel die onderscheid maakt tussen nationale en Europese producten, aangezien in de memorie van toelichting wordt opgemerkt dat het beschikbaar houden van het voertuig met het oog op de controle door de inspecteur (op een door hem aan te wijzen plaats en tijdstip) enkel geldt voor aangiften die worden gedaan op basis individuele afschrijving van de auto. Aangezien individuele afschrijving is niet mogelijk in binnenlandse situaties, zie artikel 10c Wet BPM jo artikel 13a, derde lid, Wet BPM, geldt het verzwaarde controleregime (lees: auto naar DDRZ brengen) enkel voor uit andere lidstaten van de Europese Unie ingevoerde producten. De schending van artikel 28 VWEU is evident. Om voornoemde redenen beschouw ik uw verzoek als buitengewoon onredelijk op basis waarvan ik hier niet aan tegemoet zal komen. Indien u in staat bent uw hertaxatie op een, conform uw eisen in dit kader gesteld, gelijkwaardig te stellen onafhankelijk uitgevoerde expertise kunt baseren, houd ik mijn auto tot 6 werkdagen na mijn belastingaangifte in ongewijzigde staat beschikbaar voor uw hertaxateur. De auto zal daarvoor gestald blijven staan op een door mij verzekerde locatie. Met vriendelijke groet, > 4.