-emissie in de praktijk



Vergelijkbare documenten
Aanleg van nutsvoorzieningen

Aanleg van communicatienetwerken

COBRA KWARTIER. Amstelveen

Carbon Footprint 2014

W & M de Kuiper Holding

Ketenanalyse Papier. Rapportage: KAP 2015 Datum: 21 augustus 2015 Opgesteld door: Rick Arts Versie: 1.1

Kwartaalrapportage MVO Q BAM Civiel - EXTERN

2016/ Ketenanalyse Papier. Rapportage: KAP 2017 Datum: Opgesteld door: Monique Harmsen Versie: 1.3

SCOPE 3 analyse van GHG genererende (keten) activiteiten

CO2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018

Kwartaalrapportage MVO Q BAM Civiel - EXTERN

Infra n Parkeren n Water n Industrie n Energie. BAM Civiel flexibel denken, flexibel bouwen

Periodieke rapportage tweede helft 2017

Koopmans Bouw b.v. Bank KvK Veluwe en Twente ISO 9001 gecertificeerd. Datum 23 april Behandeld door H.

Energie Management Programma 3.B.2

Carbon footprint 2011

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas

Case study Nieuwbouw DC Conakryweg Amsterdam

VOORTGANGSRAPPORTAGE REDUCTIE DOELSTELLILNGEN 2017

4.A.1 Ketenanalyse Downstream transport and distribution

CO2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2016

CO 2 -reductiedoelstelling

CO2 reductie

Periodieke rapportage eerste helft 2017

Memo Scope 1 32 % Scope 2 5 % Scope 3 6 %

Scope 3 Analyse 2011

De Zeemanschapstrainer eind november 2017, het dek ligt verzonken in het landschap

Carbon footprint 2013

Periodieke rapportage eerste helft 2018

Memo. extern. Geachte Mevrouw / Heer,

Helmonds Energieconvenant

Review CO 2 reductiedoelstellingen voestalpine WBN. Conform niveau 5 op de CO 2 -prestatieladder 2.2

Onderdeel B: Reductie Energiemanagement actieplan Versie 2018, basisjaar 2015

CO2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2017

CO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

Kwartaalrapportage MVO Q BAM Civiel - EXTERN

Voortgangsrapportage CO 2 reductiedoelstellingen

Logistiek in de bouw

CO2 prestatieladder niveau 5

Inhoudsopgave. Energiemanagement programma I GMB 2

CO 2 -Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

CO 2 reductiedoelstellingen Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 3.0

CO2-reductieplan. Project S00164 CO2-prestatieladder HASSELT. Contactpersoon Gert Molenaar. Referentie Versie 1.2

Comfortabel, ruim & duurzaam wonen in Vlaardingen. 30 huurwoningen in een groene woonomgeving

Kwartaalrapportage MVO Q BAM Civiel - EXTERN

Resultaten van ons duurzaamheidsbeleid

CO 2 - Footprint Bedrijventerrein Lorentz I & II te Harderwijk

Memo. extern. Geachte Mevrouw / Heer,

CO 2 Prestatieladder. Plan van Aanpak. Verkrijgen van niveau 4 op de CO 2 Prestatieladder

Rapportage 2014 Swietelsky Rail Benelux B.V.

Emissie-inventarisrapport

Ketenanalyse HKS-Van Mechelen-Eindverwerkers. Versie Inleiding

Ketenanalyse PVC. in project Rioolvervanging en herinrichting Westereng te Bussum

Aann. bedr. H. van Haarst B.V. Kanaalstraat 329 Enschede

CO-2 Rapportage Inhoudsopgave. Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem

Een aanwinst voor de wijk Wolfsbos

Ketenanalyse project Kluyverweg. Oranje BV. Conform de CO 2 -Prestatieladder 3.0. Versie : Versie 1.0 Datum :

GGD Heerlen een BREEAM Very Good gebouw

ENERGIE MANAGEMENT ACTIEPLAN 2015

CO2-reductieplan. Versie 6. Contactpersoon Gert Molenaar

Memo. extern. Geachte Mevrouw / Heer,

Binnenklimaat: energie efficiënte oplossingen besparing door comfort

Periodieke rapportage [2016, eerste helft]

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

De CO2-footprint is weer bekend!

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

Ketenanalyse Asbestinventarisatie

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2017 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2

Energie Beoordeling Co2 reductie

ARTHUR VAN SCHENDELSTRAAT 500 UTRECHT

Ketenanalyse stalen kozijnen in project "Mauritshuis"

Energie beoordeling 2015: 1 e half jaar. Versie 08 september 2015

Kwartaalrapportage MVO Q BAM Civiel - EXTERN

Carbon Footprint Welling Bouw Vastgoed

Rapportage e half jaar Swietelsky Rail Benelux B.V.

Vervoersknooppunt voor reizigers per dag

Ketenanalyse Woon- Werkverkeer

Memo. extern. Geachte heer/ mevrouw,

referentiejaar Emissies aantal FTE 29,5125

Steek Energie in je huis

Voortgangsrapportage CO 2 - reductiedoelstellingen scope 1 & 2 -emissies

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2

Voortgangsrapportage CO 2 reductiedoelstellingen

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies. Eerste halfjaar 2012

Voortgangsrapportage 3 CO 2 -Prestatieladder

Totale uitstoot in 2010: kiloton CO 2

CO2-reductieplan Kuurman

CO 2 reductiedoelstellingen Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.1

4.A.1 Ketenanalyse Downstream transport and distribution

Onderhoud Nederrijn en Lek Datum Projectvoortgangsrapport CO 2 -Prestatieladder Pagina 1 van 9

Vragen/suggesties 2016 en antwoorden. Woningen

BENG. Bijna Energie Neutrale Gebouwen

1 e half jaar Carbon Footprint. J.M. de Wit Groenvoorziening BV. Carbon footprint J.M. de Wit Groenvoorziening BV.

Plan van aanpak CO2 reductiedoelstellingen Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.2

Duurzaam inkopen bij Rijkswaterstaat. Harald Versteeg Programmamanager RWS Duurzaam. Wat doen we zelf. Ministerie van Infrastructuur en Milieu

1 Achtergrond. 1.1 Overzicht uitstoot ketenanalyse. Onderwerp voortgangsrapportage. Aan J.M. Kuling. Datum 29 maart 2010

Voortgangsrapportage 5 CO 2 -Prestatieladder

Van Baarsen Buisleidingen BV. CO2 reductiedoelstellingen Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0

Rapportage 2015 S1 Swietelsky Rail Benelux B.V.

KENNISBANK BOUWEN MET ZWARE ELEMENTEN: PLN-SYSTEEM Een serie over systeemwoningen -23-

Transcriptie:

Reductie van -emissie in de praktijk Uitgerekend -emissie

Samen werken aan -reductie Klimaatverandering staat ondanks of zoals sommigen zullen betogen, mede dankzij de financiële crisis nog steeds hoog op de agenda. Als de financiële crisis ons iets laat zien, dan is het wel de grote verwevenheid en onderlinge afhankelijkheid van sectoren, economieën en landen. Een dergelijke trend doet zich ook voor bij klimaatverandering, in toenemende mate aangeduid als klimaatcrisis. Een problematiek die is ontstaan door de handelingen van vele partijen en waarvan de bestrijding vraagt om intensieve samenwerking van dezelfde partijen. Dit geldt zeker ook voor de bouwsector die veel schakels en spelers kent. De noodzakelijke en overeengekomen -reductiedoelstellingen in de gebouwde omgeving zullen alleen tot stand komen indien opdrachtgevers en opdrachtnemers samenwerken, uiteraard ieder vanuit de eigen rol en verantwoordelijkheid. Het is een positieve ontwikkeling dat zowel onderzoek als praktijkvoorbeelden laten zien dat de bouwsector in veel gevallen kosteneffectief kan bijdragen aan -reductie. Tot op heden is terecht veel aandacht besteed aan het verlagen van het energieverbruik en de -uitstoot in de gebruiksfase van opgeleverde producten, met name in de burger- en utiliteitsbouwsector. De overheid heeft ambitieuze doelstellingen uitgevaardigd en de meeste initiatieven en (ontwerp) instrumenten richten zich op de gebruiksfase. Naar de overtuiging van Koninklijke BAM Groep een uitgelezen moment om ook aandacht te vragen voor -reductie in de inkoop- en bouwfase, een naar ons is gebleken relatief onontgonnen terrein. Om hieraan kwantitatief invulling te geven heeft BAM de Project Carbon Calculator (PCC) ontwikkeld, een praktisch instrument waarmee in samenwerking met ketenpartners de -reductiemogelijkheden in de inkoop- en bouwfase van een bouwproject kan worden bepaald. Uit de toepassing van de PCC in 8 projecten blijkt een gemiddelde -reductie van circa 8,1 procent mogelijk te zijn. Voor ons aanleiding om de PCC structureel te gaan inzetten en opdrachtgevers proactief te wijzen op -reductiemogelijkheden. Tussen droom en daad staan ongetwijfeld nog diverse praktische barrières, maar die slechten wij graag in samenwerking met onze ketenpartners. Wij zijn ervan overtuigd dat verdere benutting van dit middel kan leiden tot een aanzienlijk verdere reductie van de -emissie. Wij roepen opdrachtgevers op om -emissie te laten meewegen in het aanbestedingsproces en de markt uit te dagen en in staat te stellen om op innovatieve wijze bij te dragen aan het bestrijden van klimaatverandering. Met deze publicatie, het opzetten van het bijbehorende interactieve platform en het beschikbaar stellen van de Project Carbon Calculator wil BAM haar ervaring en kennis graag delen met de sector. Niet alleen vanuit onze maatschappelijke verantwoordelijkheid, maar ook vanuit het besef dat een adequate respons op de klimaatcrisis mede de toekomst van ons bedrijf zal bepalen. Wij hopen voor de toekomst het vertrouwen te blijven genieten van onze opdrachtgevers om met hen en andere ketenpartners een bijdrage te leveren aan verdere -reductie in de gebouwde omgeving. Nico de Vries vice-voorzitter raad van bestuur Koninklijke BAM Groep nv 3 Inhoud Inleiding Pag. 4 1. noodzakelijk, mogelijk en kosteneffectief Pag. 5. van gebruiksfase naar inkoop- en bouwfase Pag. 7 3. De Project Carbon Calculator Pag. 10 Projecten BAM Woningbouw De Kapiteyn en Het Kompas Utrecht Pag. 14 6 Woningen Rondolaan Heijplaat Rotterdam Pag. 16 Woon-zorgcomplex Zuidland Purmerend Pag. 18 Zuiderval Enschede Pag. 0 Blok 56A te IJburg Amsterdam Pag. Projecten BAM Utiliteitsbouw Kantoor DCMR Schiedam Pag. 6 Revitalisatie kantoor BAM Civiel Gouda Pag. 8 De Zomertuinen Spijkenisse Pag. 30 Gemeentehuis Bronckhorst Pag. 3 Arentheem College/Leerpark Presikhaaf Arnhem Pag. 34 Projecten BAM Civiel Hospesbrug Bloemendaal Pag. 50 AZN Moerdijk Pag. 5 Fietsenstalling Leiden Pag. 54 Parkeergarage Nijverdal Pag. 56 Sluizen 4,5 en 6 Noord-Brabant Pag. 58 Projecten BAM Infratechniek Delflanden Emmen Pag. 6 Subline PWN Andijk Pag. 64 VRI Helmond Pag. 66 Fiber to the Home Son en Breugel Pag. 68 Puur water Schoonebeek Pag. 70 Projecten BAM Rail PGO De Peel Pag. 74 Spoorvernieuwing Schiedam Hoek van Holland Pag. 76 Lightrail George Maduroplein Den Haag Pag. 78 Projecten BAM Wegen Oost Veluweweg Apeldoorn Pag. 38 N3 Beneden-Leeuwen-Druten Pag. 40 Geluidsscherm Uitgeest Pag. 4 Bodemsanering UCP Utrecht Pag. 44 Servaeshof Venray bouwrijp maken Pag. 46

Inleiding Tijdens het door Koninklijke BAM Groep georganiseerde symposium in 006 over maatschappelijk verantwoord ondernemen zijn tien thema s benoemd waarvan energieverbruik in relatie tot klimaatverandering er één was. Dit thema kreeg een verdere verdieping tijdens het symposium van 008 waar de reductie van -emissie centraal stond. BAM heeft bij die gelegenheid een berekeningsmethode voorgesteld aan de hand waarvan de carbon footprint van een bouwonderneming kon worden bepaald. Vervolgens heeft BAM de -emissie van de eigen onderneming berekend. Het symposium van 008 werd afgesloten met de opening van een desk op de website van BAM, waar partijen uit de bouwsector terecht konden met vragen over reductie van -emissie. Tijdens het symposium van 009 met als titel Uitgerekend -emissie staat de praktische invulling van de berekeningsmethode centraal. Uitgaande van de veronderstelling dat reductie in de gebruiksfase al op voldoende aandacht van de sector kan rekenen, wil BAM nu de nadruk leggen op de vermindering van -emissie die te verwezenlijken is in de inkoop- en bouwfase. Om dit te realiseren introduceert BAM de Project Carbon Calculator (PCC) waarmee de reductie van -emissie in de inkoop- en bouwfase gekwantificeerd wordt. BAM wil hiermee ook een aanzet geven voor een uniforme berekeningsmethode die een vast onderdeel zou kunnen uitmaken van de bestekken die vanaf 010 door een duurzaam aanbestedende overheid worden voorgeschreven. Het is de overtuiging van BAM dat het alleen mogelijk is met succes de PCC tot een uniforme berekeningsmethode te verheffen als de bouwsector ervan doordrongen is dat het efficiënter is met een en dezelfde methode te werken. 4 5 1. noodzakelijk, mogelijk en kosteneffectief Circa 40 procent van de wereldwijde -emissie wordt direct of indirect veroorzaakt door de gebouwde omgeving. Het is niet verwonderlijk dat de bouwsector in de discussie rondom klimaatverandering volop in de schijnwerpers staat. Minder bekend is het feit dat de gebouwde omgeving nog een enorm besparingspotentieel kent. Recent onderzoek toont aan dat de komende decennia energiebesparing in gebouwen meer -reductie oplevert dan de totale uitstoot van de transportsector groot is. Verder blijkt dat een groot deel van het besparingspotentieel op kosteneffectieve wijze te realiseren is. Het is duidelijk dat de bouwsector een grotere rol zal gaan spelen bij de aanpak van klimaatverandering. Overheden zetten in op -reductie Binnen de internationale gemeenschap ontstaat meer en meer consensus over de oorzaken en bestrijding van klimaatverandering. Los van de vraag of wereldleiders in 009 op de klimaattop in Kopenhagen overeenstemming bereiken over een nieuw en ambitieus internationaal klimaatverdrag, zetten overheden op alle niveaus in op - reductie. Maakte de Europese Unie al in 007 haar reductiedoelstelling van 30 procent voor 00 bekend, nu stelt ook de nieuwe regering in de Verenigde Staten zich ten doel in 050 een -reductie van 80 procent te behalen. In de VS moet hiervoor al in 00 alle nieuwbouw 50 procent minder energie verbruiken en de bestaande bouw 5 procent. Nederland heeft haar klimaatdoelstellingen voor de gebouwde omgeving gespecificeerd door in 00 alleen nog energieneutrale nieuwbouw te zullen realiseren. Daarnaast stelt Nederland zich een halvering van het totale energieverbruik in de bestaande gebouwde omgeving in 030 ten doel. project Energy Efficiency in Buildings (EEB) van de World Business Council for Sustainable Development werken internationale bedrijven uit de bouwketen samen aan vraagstukken over energieconsumptie in de gebouwde omgeving. Onderzoek van het EEB laat zien dat ondanks de complexiteit van de sector, met behulp van bestaande technologie en met behoud van commercieel succes, er voldoende kansen liggen om het energieverbruik in gebouwen terug te dringen. Een belangrijk obstakel voor het bereiken van de gewenste resultaten vormt het gebrek aan kennis bij betrokken partijen. Een groot deel van dit kennisgebrek berust op het feit dat men ten onrechte van de veronderstelling uitgaat dat het doorvoeren van -reductiemaatregelen hoge kosten met zich meebrengt: het merendeel van de bouwsector schat de kosten voor duurzame gebouwen 1 procent hoger dan ze werkelijk zijn. Verder is het onduidelijk welk deel van de keten deze kosten moet dragen. Technologie en acceptatie Onderzoek laat keer op keer zien dat het zowel technologisch als economisch mogelijk is te voldoen aan de ambitieuze (inter)nationale doelstellingen. Binnen het

Winst met -reductie -reducerende maatregelen in de gebouwde omgeving kennen veelal een positief rendement en leveren per saldo geld op. In vergelijking met andere sectoren zoals transport, zware industrie, bos- en landbouw, behoren maatregelen die genomen kunnen worden voor gebouwen zelfs tot de meest kosteneffectieve. Uit een door Siemens gesponsord onderzoek blijkt dat circa tweederde van de maatregelen die de stad Londen dient te treffen om haar klimaatdoelstellingen te behalen, zichzelf op termijn terugverdienen (zie figuur 1). De gebouwde omgeving is voor circa driekwart verantwoordelijk voor de -emissie van Londen. Ook voor de grondstoffenproducerende sector is een groot aantal maatregelen kosteneffectief. Hier geldt tevens dat de haalbaarheid van maatregelen om -reductie te verwezenlijken relatief groot is. Mede doordat in deze sector de -emissie eenvoudig is toe te wijzen aan een beperkt aantal grote processen zoals de productie van staal of glas. Dit in tegenstelling tot de keten van bedrijven die de ontwerp- en bouwfase van projecten voor zijn rekening neemt. De relatief complexe structuur van de bouwketen leidt ertoe dat energiebesparing, ondanks de financiële voordelen, niet tot stand komt. Bijvoorbeeld door gebrek aan kennis en informatie of omdat besparingen niet terechtkomen bij de partij die investeert in de -reducerende maatregelen. Gebouwde omgeving: Kostencurve voor reductie Greenhouse gas Londen (05, besluitvormers perspectief) 500 400 300 00 Reductiekosten ( /t ) Woningen Openbaar en commercieel 100 0-100 -00 4 6 8 10 Dubbele beglazing Verlichting woningen Condensatieketels Muurisolatie Vloerisolatie Kantoorapparatuur Zolderisolatie Isolatie scholen Isolatie kantoorpanden Leidingisolatie Klimaatsystemen woningen Verlichting Verlichting etalages Keukenapparatuur commerciële Tochtwering Optimalisatie gebouwbeheersysteem gebouwen Energiebewust autorijden Warmteterugwinning Spouwmuurisolatie Openbare verlichting Elektrische toepassingen Verbeterde thermostaten Kleine klimaatsystemen Nieuwbouw met zeer lage epc Grote klimaatsystemen Koeling door hernieuwbare energie Cumulatief reductie potentieel (Mt / ) Bron: Rapport duurzame stedelijke infrastructuur, McKinsey & Company (008) Figuur 1. Kostencurve reductiemaatregelen GHG-emissies gebouwde omgeving Londen. 6 7. van gebruiksfase naar inkoop- en bouwfase Verhoudingen -emissie in de keten voor woningen Inkoop Bouw Gebruik Het onderwerp klimaatverandering heeft in een relatief korte periode een grote vlucht genomen. Toen BAM in 006 het eerste symposium over maatschappelijk verantwoord ondernemen in de bouw organiseerde, was klimaatverandering slechts een van de tien thema s. Sindsdien is klimaatverandering centraal komen te staan in de bouwsector. Daarbij is tot op heden terecht veel aandacht besteed aan het verlagen van het energieverbruik en de -uitstoot in de gebruiksfase van opgeleverde producten. Dat is de reden voor BAM om nu ook aandacht te vragen voor het reduceren van -emissie in de inkoopen bouwfase. Aandacht -reductie vooral gericht op gebruiksfase Uit het in 008 door BAM gepresenteerde rekenmodel van de carbon footprint blijkt dat het overgrote deel van -emissie veroorzaakt wordt door toeleveranciers en de opgeleverde producten in de gebruiksfase. In de afgelopen jaren is een reeks van initiatieven genomen om te komen tot duurzame producten en -reductie in de gebouwde omgeving. Uit een analyse blijkt dat deze initiatieven vooral gericht zijn op het einde van de bouwketen, de opgeleverde producten en in sommige gevallen in het begin van de keten: de inkoopfase of de bouwfase. Het merendeel van de aanpakken of methodes voorziet echter niet in instrumenten die -emissiecijfers berekenen. Bouwketen Keten Verhouding -emissie in de keten voor utilitaire gebouwen Inkoop Bouw Gebruik Reductie in de inkoop- en bouwfase Analyse van de carbon fooprint van de B&U-sector en de GWW-sector maakt duidelijk dat de -emissie in de keten gaat veranderen. Absoluut en relatief in de verdeling over de inkoop-, bouw- en gebruiksfase. Het relatieve belang van de inkoop- en bouwfase gaat toenemen ten opzichte van de gebruiksfase. Dit vraagt om een adequate respons vanuit de bouwwereld. Bouwketen Keten Figuur. Berekening carbon footprint burger- en utiliteitsbouwsector (008)

Hoewel het energieverbruik in de gebruiksfase nog lange tijd veel aandacht zal blijven vragen, wil BAM graag vooruitkijken. Met de nieuwe - emissieverdeling in het vooruitzicht zal de bouwsector zich meer dan voorheen moeten richten op reductiemogelijkheden in de inkoop- en bouwfase. Dit vraagt net als bij -reductie in de gebruiksfase om intensieve samenwerking tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers. Door de verschuiving van de aandacht van de gebruiksfase naar de inkoop- en bouwfase ontstaat een andere verdeling van de carbon footprint over de verschillende fases. Die verschuiving is niet voor alle sectoren hetzelfde of in gelijke mate. Stand van zaken in de burger- en utiliteitsbouwsector (B&U-sector) De resultaten van het rekenmodel van de carbon footprint voor de keten van B&U-sector zijn duidelijk: het grootste deel van de -emissie ontstaat door energieverbruik van opgeleverde producten (woningen 80 procent en kantoren 91 procent) in de gebruiksfase. Naar verwachting zullen woningen en utilitaire gebouwen in de nabije toekomst aanmerkelijk energiezuiniger zijn. Niet alleen door aangescherpte wettelijke eisen zoals de energieprestatiecoëfficiënt, maar ook door de vraag van publieke en private opdracht gevers en vastgoedbeleggers. Er bestaat inmiddels een keur aan methoden en instrumenten zoals BREEAM en de GreenUp Tool die zich richten op het terugdringen van -emissie in de gebruiksfase. Het grootste energiebesparingspotentieel zit overigens niet in nieuwbouwprojecten maar juist in de bestaande bouw. In Nederland wordt slechts 1 procent van de woningvoorraad en 1 procent van de utilitaire gebouwen jaarlijks gerenoveerd. De praktijk wijst uit dat de door SenterNovem en BAM Woningbouw in november 008 uitgebrachte Toolkit Bestaande Bouw steeds vaker wordt toegepast. Vanwege het omvangrijke karakter van renovatietrajecten worden de eerste resultaten pas eind 009 verwacht. Door de voortvarende aanpak van energiebesparing in de gebruiksfase zal de -emissie van de opgeleverde producten de komende jaren naar verwachting sterk afnemen. Hierdoor zullen de verhoudingen in de B&U-keten wijzigen en zal het relatieve aandeel en het belang van -emissie vanuit de inkoop- en bouwfase sterk toenemen. 8 9 Stand van zaken in de grond-, weg- en waterbouwsector (GWW-sector) De wereld van de grond-, weg- en waterbouwsector bestaat uit autowegen, spoorwegen, civiele constructies en infratechniek activiteiten. De carbon footprint van deze producten ziet er heel anders uit dan die van woningen en utilitaire gebouwen. De -emissie van spoor- en autowegen zit voornamelijk aan de toeleverende kant en in de bouwfase en minder in de gebruiksfase. De realisatie van producten in de GWW-sector vraagt om de inzet van relatief veel -intensieve grondstoffen zoals asfalt, beton, staal en koper. Het gebruik van deze producten is laag, omdat het wegverkeer en spoorwegverkeer niet worden meegenomen in het rekenmodel om de carbon footprint te bepalen. De aandacht voor -reductie ligt in vergelijking met de burger- en utiliteitsbouwsector aanmerkelijk lager. Dit verklaart waarschijnlijk ook het beperkte aantal methoden en instrumenten om de hoogte van -reductie in de GWW-sector te bepalen. De beschikbare tools zoals DuboCalc, VPL, URBIS en LEMON richten zich bovendien niet of in mindere mate op -emissie in de inkoop- en bouwfase. Naar verwachting zal het voorgenomen duurzame inkoopbeleid van de overheid, en met name Rijkswaterstaat en ProRail, het onderwerp -reductie hoog op de agenda zetten. In de komende jaren zal de -emissie van de inkoopfase afnemen: enerzijds gedreven door het inkoopbeleid van de overheid en anderzijds door innovaties van toeleveranciers. Hierdoor zullen de verhoudingen in de GWW-keten wijzigen en zal het aandeel en het belang van -emissie in de bouwfase toenemen. Verhouding -emissie in de keten voor spoorwegen Verhouding -emissie in de keten voor autowegen Inkoop Bouw Gebruik Inkoop Bouw Gebruik Bouwketen Keten Bouwketen Keten Figuur 3. Berekening carbon footprint grond-, weg- en waterbouwsector (008)

3. De Project Carbon Calculator Carbon footprint van bouwprojecten De Project Carbon Calculator (PCC) is een praktisch instrument om in samenwerking met ketenpartners -reductiekansen te bepalen in inkoop- en de bouwfase van een bouwproject. Het instrument is in samenwerking met KPMG ontwikkeld en is toepasbaar in iedere fase van een project. Zowel tijdens het ontwerp, de aanbesteding, de bouw en het onderhoud kan worden bepaald wat de carbon footprint van een bouwproject is (of wordt) en waar het meest efficiënt reductiemaatregelen kunnen worden genomen. Hierdoor ontstaat inzicht in de werkprocessen van het bouwproject en de gevolgen hiervan voor de -emissie. Bij de toepassing van de PCC wordt onderscheid gemaakt tussen inkoop- en de bouwfase. Binnen deze onderdelen is weer een indeling gemaakt naar een aantal categorieën waarvan de -emissie exact gemeten wordt (scope en categorieën in figuur 4). Inkoop Grondstoffen en halffabricaten Bouw Onderaannemers en BAM Bouwketen Gebruik Energieverbuik product De Project Carbon Calculator in de praktijk getoetst Uit zes bouwsectoren waarin BAM actief is (Woningbouw, Utiliteitsbouw, Wegen, Civiel, Infratechniek en Rail) zijn in totaal 8 projecten geselecteerd waarvan de reductie van de -emissie met de Project Carbon Calculator is berekend. Deze projecten vormen een dwarsdoorsnede van de bouwprojecten die Koninklijke BAM Groep uitvoert. Bij ieder project wordt een korte beschrijving gegeven van de werkzaamheden, gevolgd door een verklaring van de -emissies en mogelijke reductiekansen. Ook wordt per project het PCC resultaat en de gerealiseerde of mogelijke -reductie gepresenteerd. In de meeste gevallen gaat het om een vermindering die ook daadwerkelijk binnen het project gerealiseerd is. In die projecten waar (nog) geen reductie gerealiseerd is, wordt een eerste aanzet voor direct realiseerbare reductiemaatregelen gegeven. Door verder te optimaliseren met ontwerpkeuzes en materiaalkeuzes kan een verdere reductie worden bereikt. Leveranciers Materiaal ( -emissiefactor: Cradle to gate) Personeel Bouwplaatsmaterieel Afval Transport BAM en onderaannemers Opdrachtgevers Energie Figuur 4: De carbon footprint van bouwprojecten 10 11 Ontstane inzichten en conclusies Om de werking van de PCC te toetsen en de eerste ervaringen te kunnen delen, heeft BAM de PCC toegepast op bouwprojecten uit zowel de B&U-sector als de GWW-sector. De belangrijkste conclusies zijn: De PCC laat zien dat bij de geselecteerde bouwprojecten gemiddeld een -reductie van 8,1 procent mogelijk is [1]. Het doorrekenen [] van de verschillende projecten is een eerste stap, waarbij genomen reductiemaatregelen en kansen zijn geïnventariseerd. De projecten zijn verschillend van aard. Het ene project biedt betere reductiemogelijkheden dan het andere. Dit verklaart mede de spreiding in de reductiepercentages. Een aantal maatregelen dat in het verleden genomen is uit het oogpunt van efficiency, blijkt ook een positieve uitwerking te hebben op het reduceren van -emissie. Daarnaast is in enkele gevallen bij een project geconstateerd dat er nog geen concrete maatregelen zijn voor de categorieën die voor een groot deel van de -emissie op het betreffende project verantwoordelijk zijn. Het aanbod van leveranciers en de wijze waarop een opdrachtgever zijn vraag formuleert, heeft invloed op de -reductiemogelijkheden van bouwprojecten. Substantiële -reductie is uitsluitend te bereiken in samenwerking met toeleveranciers, bouwondernemingen en opdrachtgevers. Vanuit deze inzichten onderzoekt BAM nieuwe mogelijkheden voor energiebesparing en alternatieve materialen binnen de eigen bedrijfsonderdelen, maar ook bij toeleveranciers en opdrachtgevers. Daarnaast zal op de -desk vanaf 4 juni een platform worden gelanceerd dat vergelijkbaar is met Wikipedia. Volgens het principe van open source is het voor opdrachtgevers, leveranciers en andere bouwpartners mogelijk om het instrument uit te breiden en te verfijnen. Verder worden alle ketenpartners uitgenodigd op deze site eigen ervaringen, tips en informatie te plaatsen. [1] Per project is de -emissie weergegeven in tonnen (t) en de -reductie in percentages. [] Door afronding kunnen kleine verschillen in de berekening ontstaan. Aan de slag met de Project Carbon Calculator BAM heeft de ambitie om de PCC in samenwerking met partners in de keten verder te ontwikkelen. Via de www.bamcodesk.nl wordt de PCC vanaf 4 juni 009 voor de hele bouwsector beschikbaar gesteld. Op deze website zijn ook de uitgangspunten van de rekenmethode en de gebruiksaanwijzing te vinden. Project Carbon Calculator

Projecten BAM Woningbouw Als marktleider realiseert BAM Woningbouw een substantieel deel van de woningen in Nederland. We werken met ruim.000 mensen vanuit negen zelfstandige regionale bedrijven. We ontwikkelen en realiseren woonomgevingen die inspireren en zijn actief op alle onderdelen van de Nederlandse woningmarkt, te weten projectontwikkeling, nieuwbouw, onderhoud en renovatie, alsook herbestemming van gebouwen. We vinden innoveren belangrijk en voor ons betekent dit onder andere inspelen op de zorg voor duurzaamheid, leefbaarheid en energiebesparing.

De Kapiteyn en Het Kompas Utrecht In samenwerking met Mitros is door BAM Woningbouw het appartementencomplex De Kapiteyn en Het Kompas ontwikkeld en gerealiseerd. Het complex ligt in Langerak, een oude wijk van Leidsche Rijn, Utrecht. De Kapiteyn omvat 116 luxe huurwoningen en een stallinggarage bestemd voor de vrije markt. In Het Kompas zijn 14 sociale huurwoningen en een stallinggarage ontwikkeld. Aan beide uiteinden van het appartementencomplex De Kapiteyn staan torens met zeven verdiepingen. De twee torens worden gekoppeld door laagbouw van vier verdiepingen. Het Kompas heeft twee torens met respectievelijk zeven en negen verdiepingen die ook door laagbouw aan elkaar zijn gekoppeld. Het woon-werkverkeer van het personeel en het gebruikte bouwplaatsmaterieel is een relatief grote bron van -emissie op dit project. Daarnaast is in dit project een flinke hoeveelheid materiaal toegepast waarvan de productie en het transport verantwoordelijk zijn voor veel -uitstoot. De volgende mogelijkheden om de -emissie te reduceren zijn benut: Als alternatief voor kalkzandsteen is hout toegepast waarmee het werkproces bovendien een efficiënter verloop kreeg. Door het gebruik van een groter gevelsteenformaat is minder metselmortel per vierkante meter nodig. Door het stimuleren van carpoolen is het woon-werkverkeer zoveel mogelijk beperkt. Op twaalf kilometer van de bouwplaats ligt een afvalverwerking. Dit zorgt voor een afname van afvalvervoer. Vanaf augustus 008 is er op het project groene stroom afgenomen. 14 15 Materiaal 9570 9488 8 0,8% Personeel 311 181 130 1,% Bouwplaatsmaterieel 43 43 0 0,0% Afval 47 6 41 0,4% Transport 01 199 0,0% Energieverbruik 196 138 58 0,5% Totale 10568 1055 313 3,0% Gerealiseerde 3,0%

6 Woningen Rondolaan Heijplaat Rotterdam Het project Rondolaan maakt onderdeel uit van de herstructurering van het dorp Heijplaat. Projectontwikkelaar Kristal heeft de 6 eengezinswoningen ontwikkeld waarbij bestaande bebouwing is gesloopt. BAM Woningbouw heeft de woningen gerealiseerd. Waar mogelijk is voldaan aan de voorwaarde van opdrachtgever Woonbron om hoogwaardig hergebruik van de bij de sloop vrijgekomen materialen toe te passen. Behalve dat hierdoor duurzaam is gebouwd, heeft dit een esthetische uitstraling opgeleverd van woningen die in harmonie zijn met omliggende architectuur. Het materiaalgebruik draagt aanzienlijk bij aan de -emissie van het project: beton en kalkzandsteen hebben de grootste invloed. Daarnaast zorgt het woon-werkverkeer van personeel voor een relatief groot aandeel in de -emissie. De volgende mogelijkheden om -emissie op dit project te reduceren zijn benut: Door het gebruik van een groter gevelsteenformaat is minder metselmortel per vierkante meter oppervlak nodig. Het woon-werkverkeer is zoveel mogelijk beperkt door waar mogelijk personeel uit de regio in te zetten en door carpoolen te stimuleren. De woningscheidende wanden zijn van kalkzandsteen vervaardigd in plaats van beton. Dit leidt tot een toename van bouwmateriaal en van transport. Deze toename wordt gecompenseerd door inzet van minder bouwplaatsmaterieel. In augustus 008 is de bouwplaats overgegaan op het gebruik van groene stroom. 16 1 17 Materiaal 918 90 - -0,% Personeel 55 35 0 1,8% Bouwplaatsmaterieel 67 43 4,% Afval 5 5 0 0,0% Transport 0 1-1 -0,1% Energieverbruik 6 0 6 0,5% Gerealiseerde Totale 1091 1044 47 4,3% 4,3%

Woon-zorgcomplex Zuidland Purmerend In opdracht van De Zorgcirkel realiseert BAM Woningbouw een nieuw woon- en zorgcomplex Zuidland in de wijk Wijdevenne in Purmerend. Het complex bestaat uit 50 zorgeenheden, 47 luxe huurappartementen en 30 sociale huurwoningen. De woningen zijn bestemd voor senioren met een (toekomstige) zorgindicatie. Voor meer veiligheid en comfort zijn in een aantal woningen extra voorzieningen opgenomen. Het woon- en zorgcomplex bestaat uit drie gebouwen. De gebouwen verspringen van elkaar: de vorm kan vergeleken worden met lamellen. In het project is het casco vervaardigd van in het werk gestort beton. Er is gekozen om voor de kopgevels prefab beton toe te passen. De grote hoeveelheden beton en gevelstenen die in het project zijn verwerkt hebben de meeste invloed op de -emissie. Daarnaast draagt de categorie personeel voor een groot gedeelte bij aan de totale uitstoot. De volgende mogelijkheden om de -emissie te reduceren zijn benut: Door het personeel te laten carpoolen worden woon-werk kilometers verminderd. Per augustus 008 is op het project gebruikgemaakt van groene stroom. 18 19 Materiaal 896 896 0 0,0% Personeel 374 191 183 1,9% Bouwplaatsmaterieel 170 170 0 0,0% Afval 19 19 0 0,0% Transport 194 194 0 0,0% Energieverbruik 115 70 45 0,5% Totale 9798 9570 8.4% Gerealiseerde,4%

Zuiderval Enschede Woningcorporatie De Woonplaats is opdrachtgever voor de nieuwbouw van 9 appartementen, 500 m² aan commerciële ruimten en een parkeerkelder voor 9 auto s. BAM Vastgoed ontwikkelt en BAM Woningbouw realiseert het project. Het complex is gesitueerd in het Hofkwartier, een wijk van Enschede die nog in ontwikkeling is. Het ontwerp is van de Architecten Werkgroep uit Tilburg. Eén bouwdeel is een carré van vier bouwlagen waar plaats is voor zestig appartementen waarvan een aantal zorgwoningen. Het andere bouwdeel is een toren met op de begane grond commerciële ruimten en op de acht verdiepingen daarboven 3 appartementen. Tussen de beide bouwvolumes wordt een binnentuin aangelegd. De appartementen worden - in samenwerking met Eneco Energy - voorzien van warmte, tapwater en koeling door gebruik te maken van zonne-energie, warmtepompen en vloerverwarming met comfortkoeling via een bodemwisselaar. In het project draagt het toegepaste materiaal, voornamelijk beton, voor het grootste gedeelte bij aan de -emissie. De categorieën personeel en bouwplaatsmaterieel dragen ook voor een groot gedeelte bij aan de -uitstoot. De volgende mogelijkheden om -emissie te reduceren zijn benut: Prefab beton van de muren van de berging is vervangen door kalkzandsteen. Het toepassen van doorstrijkmortel in plaats van voegmortel leidt tot 6 liter minder mortel per m². Door het bouwplaatspersoneel te laten carpoolen is het woon-werkverkeer verminderd. Per augustus 008 is op het project gebruikgemaakt van groene stroom. 0 1 1 Materiaal 4784 4771 13 0,% Personeel 33 119 114,1% Bouwplaatsmaterieel 5 5 0 0,0% Afval 10 10 0 0,0% Transport 100 100 0 0,0% Energieverbruik 10 65 55 1,0% Gerealiseerde 3,3% Totale 547 590 18 3,3%

Blok 56a te IJburg Amsterdam Het project Blok 56A op IJburg in Amsterdam omvat de realisatie van 74 appartementen. De appartementen op de begane grond zijn gekoppeld aan bedrijfsruimtes. De achterzijde van Blok 56A heeft uitzicht op de groene tunnel (groenstrook). De opdrachtgever van dit project is Stadsgenoot. Het project is ontwikkeld door Oosten Kristal. Voor dit project heeft BAM Woningbouw de Zilveren Helm gewonnen. De Zilveren Helm is een regionale veiligheidsprijs binnen BAM die jaarlijks binnen alle regio s wordt uitgereikt. In het project wordt de meeste -emissie veroorzaakt door materiaalgebruik, voornamelijk beton. Daarnaast zorgt woon-werkverkeer voor veel -uitstoot. De volgende mogelijkheden om -emissie te reduceren zijn benut: Voor de kopgevels is gebruikgemaakt van houtskeletbouw-elementen in plaats van prefab beton. Door verandering in het ontwerp is het mogelijk om de hoeveelheid staal te reduceren met ongeveer zes ton. Door bouwplaatspersoneel uit de regio in te zetten wordt het woonwerkverkeer beperkt. Per augustus 008 is op het project gebruikgemaakt van groene stroom. 3 Materiaal 359 3191 68 1,9% Personeel 164 93 71,0% Bouwplaatsmaterieel 53 53 0 0,0% Afval 14 14 0 0,0% Transport 67 66 1 0,0% Energieverbruik 63 31 3 0,9% Totale 360 3448 17 4,8% Gerealiseerde 4,8%

Projecten BAM Utiliteitsbouw BAM Utiliteitsbouw is een landelijk opererende en ontwikkelende bouwer. Wij richten ons op het ontwikkelen, realiseren en onderhouden van huisvestingen voor bedrijven en instellingen. De meerwaarde voor klanten bestaat uit onze kennis, inzicht en ervaring in de gehele levenscyclus van een gebouw. BAM Utiliteitsbouw streeft ernaar vroeg bij projecten te worden betrokken. Want hoe vroeger wij worden ingeschakeld, hoe groter het voordeel dat de combinatie van onze manier van denken, ontwikkelen en bouwen voor onze klanten oplevert. Bij BAM Utiliteitsbouw werken 1.800 medewerkers, verdeeld over elf regio s. Iedere regio is volledig toegerust om als ontwikkelende bouwer te opereren.

Kantoor DCMR Schiedam Op het nieuwe bedrijventerrein Schieveste tussen station Schiedam Centraal en de snelweg A0 realiseert BAM Utiliteitsbouw een casco kantoorruimte met bijbehorende parkeerkelder met daarin circa 134 parkeerplaatsen voor de gebruiker van het pand, de Milieudienst Rijnmond. De hoofdingang van het kantoorgebouw ligt aan een plein en de achtergevel grenst aan de A0. Om het geluid van het voorbijgaande verkeer te weren is over de volle breedte van het gebouw een glazen wand geplaatst. In het ontwerp worden de richtlijnen voor duurzaam bouwen gehanteerd. De duurzaamheidsmaatregelen die zijn toegepast zorgen voor energiereductie tijdens de gebruiksfase van het gebouw. De warmte-koude-opslag onder de grond levert de grootste energiewinst op. Daarnaast wordt op termijn aan de pleinkant een aantal zonnecollectoren of andere opwekkers voor duurzame energie geplaatst. Door detectie van aanwezigheid van mensen wordt op verlichting bespaard. Daarnaast reageert het verlichtingssysteem op de hoeveelheid licht van buitenaf. Door de lage energieprestatiecoëfficiënt (EPC) van 1 krijgt het nieuwe kantoorgebouw een groen energielabel A+. In het project zorgt de categorie materiaal voor de meeste -emissie, voornamelijk staal en beton. Daarnaast heeft woon-werkverkeer een relatief groot aandeel in de totale -emissie. De volgende mogelijkheden om -emissie te reduceren zijn benut: De raamkozijnen zijn in hout uitgevoerd met aan de buitenzijde een aluminium afwerking. In vergelijking met traditionele alumunium raamkozijnen is hierdoor minder aluminium toegepast. Door personeel gezamenlijk naar de bouwplaats te rijden is het woon-werkverkeer beperkt. Er is gebruikgemaakt van een afvalverwerking op slechts vijf kilometer afstand van de bouwplaats. Dit heeft geleid tot een vermindering van afvalvervoer. Vanaf augustus 008 heeft de bouwplaats groene stroom afgenomen. 6 7 Materiaal 594 590 4 0,1% Personeel 51 6 50 4,0% Bouwplaatsmaterieel 188 188 0 0,0% Afval 15 1 14 0,% Transport 109 109 0 0,0% Energieverbruik 181 38 143,3% Totale 699 5888 411 6,5% Gerealiseerde 6,5%

Revitalisatie kantoor BAM Civiel Gouda Het kantoor van BAM Civiel in Gouda is gerevitaliseerd door BAM Utiliteitsbouw. Het pand uit de jaren zeventig van de vorige eeuw heeft nu een moderne, eigentijdse uitstraling. De betonconstructie aan de buitenzijde is schoongemaakt en hersteld. In de plafonds is een luchtbehandelingssysteem aangebracht. Hiervoor zijn extra schachten geplaatst. De enkele beglazing is vervangen door dubbele beglazing. Daarnaast is de inrichting van het pand vernieuwd. Op dit project is het Attente Bouwers Plan toegepast. Hierbij wordt proactief gecommuniceerd met de omgeving van de bouwplaats, waaronder een middelbare school, en wordt extra rekening gehouden met de activiteiten in relatie tot deze omgeving. Naast het toegepaste materiaal vertegenwoordigt de inzet van personeel de grootste bron van -emissie. De volgende mogelijkheden om -emissie te reduceren zijn benut: Door aanpassingen in het ontwerp is het materiaalgebruik van voornamelijk beton en staal gereduceerd. Bijkomend voordeel is dat hiermee het esthetische uiterlijk van het gebouw is gewaarborgd. Voor het project is vanaf augustus 008 gebruikgemaakt van groene stroom. Een mogelijkheid om -emissie nog verder te reduceren: Door personeel gezamenlijk naar de bouwplaats te laten rijden, kan in de toekomst op dergelijke projecten het woon-werkverkeer worden beperkt. 8 1 9 Materiaal 63 35 8 9,0% Personeel 199 199 0 0,0% Bouwplaatsmaterieel 18 18 0 0,0% Afval 5 5 0 0,0% Transport 1 1 0,3% Energieverbruik 4 10 14 4,5% Gerealiseerde 13,8% Totale 311 68 43 13,8%

De Zomertuinen Spijkenisse Voor Woonbron Spijkenisse wordt door BAM Utiliteitsbouw het woon- en zorgcomplex de Zomertuinen ontwikkeld. Het is een lang uitgestrekt gebouw van vier verdiepingen. Toekomstige bewoners van de dertig woonappartementen kunnen kiezen voor huur of koop. De woningen zijn voorbereid op de aanleg van domotica (de integratie van technologie en diensten voor een betere kwaliteit van wonen en leven) waarmee bewoners onder andere gebruik kunnen maken van zorg- en servicediensten. Het project omvat bovendien de inrichting van de 1,6 hectare grote locatie met de aanleg van 130 parkeerplaatsen, wegen, tuinen en watergangen. Kort voor de start van de uitvoering heeft BAM Utiliteitsbouw een voorstel gedaan om een compleet warmtepompsysteem op te nemen in het ontwerp. De engineering van dit systeem vindt gelijktijdig plaats met de werkvoorbereiding van het project. Door deze milieuvriendelijke en duurzame keuze is de energieprestatiecoëfficiënt (EPC) teruggebracht tot circa 0,6. Door de combinatie van een lagere EPC en reductiemaatregelen tijdens de bouw wordt de totale -emissie teruggebracht. Het materiaalgebruik is de grootste bron van -emissie, vooral beton en staal. Daarnaast heeft de inzet van personeel en bouwplaatsmaterieel een aanzienlijk aandeel in de -emissie. De volgende kansen om -emissie te reduceren zijn voor dit project benut: In overleg met de installateur is een keuze gemaakt voor kunststof PVC-leidingen in plaats van koperen leidingen. Bijkomend voordeel is dat het gebruik van PVC-leidingen de kans op vandalisme vermindert. Daar waar in het ontwerp lood van toepassing was, is dit vervangen door kunststof. Bouwplaatspersoneel is afkomstig uit de regio en er wordt gecarpoold. Voor dit project is per augustus 008 gebruikgemaakt van groene stroom. 30 31 Materiaal 7847 7615 3,5% Personeel 539 59 80 3,0% Bouwplaatsmaterieel 459 459 0 0,0% Afval 36 15 1 0,% Transport 137 138-1 0,0% Energieverbruik 13 98 115 1,% Totale 931 8584 647 7,0% Gerealiseerde 7,0%

Gemeentehuis Bronckhorst BAM Utiliteitsbouw bouwt het nieuwe gemeentehuis aan de rand van Hengelo (Gld), een van de 43 dorpen en buurtschappen van de gemeente Bronckhorst. Het 7.700 m² grote gebouw is ontworpen door Atelier Pro Architecten uit Den Haag. Het wordt een duurzaam kantoor: door de principes van Passief Bouwen te hanteren, zal het energieverbruik van dit gebouw slechts 36% zijn van de norm. Het gebouw is extreem goed geïsoleerd, volledig kierdicht en heeft vrijwel geen koudebruggen. De benodigde energie wordt duurzaam opgewekt. De vloerkoeling met bodemopslagsysteem koelt het gebouw in de zomer. De luiken van het gebouw sluiten zich automatisch om de inval van zonlicht te voorkomen en op het moment dat het vertrek niet wordt gebruikt. Om het energieverbruik tijdens de gebruiksfase te verlagen, is geïnvesteerd in extra isolatie. Dit leidt echter tot een hogere -emissie van de toegepaste materialen in vergelijking tot conventionele bouw. De categorie materiaal veroorzaakt het grootste deel van de -emissie. Om deze reden zijn genomen reductiemaatregelen gericht op materiaalverbruik en personeel. De volgende mogelijkheden om de -emissie te reduceren zijn benut: Waar mogelijk is licht beton toegepast in plaats van normaal beton. Dit heeft een gunstig effect op de -emissie doordat minder wapening nodig is om dezelfde sterkte te behalen. Er is gekozen voor een groter gevelsteenformaat, waardoor minder metselmortel nodig is. Waar mogelijk is bouwplaatspersoneel uit de regio ingezet zodat het woonwerkverkeer zoveel mogelijk beperkt is. Op de bouwplaats is tijdens de bouwfase groene stroom gebruikt. 3 1 33 Materiaal 130 079 51,1% Personeel 14 66 58,4% Bouwplaatsmaterieel 44 44 0 0,0% Afval 6 4 0,% Transport 4 41 1 0,0% Energieverbruik 11 0 11 4,9% Gerealiseerde 9,5% Totale 467 3 35 9,5%

Arentheem College/Leerpark Presikhaaf Arnhem Op de plek van de oude IJsseloordschool heeft het Arentheem College in Arnhem opdracht gegeven voor de bouw van een nieuwe school: Leerpark Presikhaaf. Drie scholen van het Arentheem College worden hier gehuisvest: een vmbo+-afdeling, een vmboafdeling en een praktijkschool. Rondom het gebouw wordt een vijverpartij aangelegd. Het gebouw heeft de uitstraling van een campus en vormt samen met het aangrenzende park een harmonieus geheel en wordt met drie voetgangersbruggen ontsloten. De schoolpleinen en de entree bevinden zich niet zoals gebruikelijk op de begane grond, maar op de eerste verdieping. Op de begane grond is een enorme praktijkruimte gesitueerd waar alle beroepsgerichte vakken worden gegeven. Om bouwterrein te creëren is de huidige vijver tijdelijk gedempt. Het project kent een aantal bijzondere aspecten zoals onderwaterbeton, gebruik van bestaande heipalen, nieuwe heipalen en bouwen op gedempte ondergrond. Het materiaalgebruik binnen dit project is de grootste emissiefactor. Daarnaast zorgen woon-werkverkeer en energieverbruik voor een relatief groot deel van de -emissie. De volgende mogelijkheden om -emissie te reduceren zijn benut: Woon-werkverkeer wordt zoveel mogelijk beperkt door het stimuleren van carpoolen. Vanaf begin augustus 008 is gebruikgemaakt van groene stroom. Met het projectteam is gekeken naar andere reductiemaatregelen. Berekeningen wijzen uit dat een extra -reductie van 85,15 ton mogelijk is: Het vervangen van transparante kunststof gevelpanelen door houten panelen. Het toepassen van houten plaatmateriaal in plaats van stalen dakplaten. Deze maatregelen leiden echter wel tot een esthetische verandering van het gebouw. 34 35 Materiaal 11177 11091 86 0,7% Personeel 66 35 310,5% Bouwplaatsmaterieel 165 165 0 0,0% Afval 3 3 0 0,0% Transport 146 146 0 0,0% Energieverbruik 358 197 161 1,3% Totale 1531 11974 557 4,4% Mogelijke 4,4%

Projecten BAM Wegen De kernactiviteiten van BAM Wegen zijn ontwerp, aanleg, beheer en onderhoud van verkeersinfrastructuur, grond-, riool- en milieuwerkzaamheden, geluidsreductie en gebiedsontwikkeling. BAM Wegen telt ongeveer 1.700 medewerkers, die in Nederland jaarlijks circa.500 projecten realiseren. De werkmaatschappij telt zeven regiokantoren en negen gespecialiseerde dochterondernemingen die onder meer actief zijn op het terrein van geluidsschermen, milieutechnieken, groenvoorzieningen, sportvelden, machinaal straten, (tijdelijke) verkeersmaatregelen en geleiderail.

Oost Veluweweg Apeldoorn In opdracht van de gemeente Apeldoorn wordt door BAM Wegen Regio Oost gewerkt aan het project Oost Veluweweg fase 1. Het project bestaat uit het verdubbelen van een toegangsweg in Apeldoorn. Het totale wegvak is circa 1.00 meter lang. Allereerst wordt een nieuwe rijbaan aangelegd langs de huidige Oost Veluweweg. Als deze gereed is en het verkeer hierover is omgeleid, wordt de huidige rijbaan gereconstrueerd. Bijzonderheid is dat de aan te leggen wegverharding bestaat uit een betonbaan die een geluidsreductie moet halen van db(a). Het is voor het eerst in Nederland dat een dergelijke betonconstructie wordt toegepast. Verder omvat het werk de reconstructie van een kruispunt van asfalt en de aanleg van een geluidsscherm van schanskorven. In het project wordt een grote hoeveelheid asfalt verwerkt. Dit betekent dat de categorie materialen en het transport verantwoordelijk is voor een groot deel van de totale CO -emissie. De volgende mogelijkheden voor reductie van -emissie zijn in dit project geconstateerd en deels toegepast: De toepassing van Laag Energie Asfalt Beton (LEAB) in plaats van standaard asfalt zou een reductie van CO -emissie van 86 ton hebben opgeleverd. Met de inzet van een mobiele puinbreker kan puin meteen worden hergebruikt en zijn minder transportbewegingen nodig. 38 39 Materiaal 36 3536 86,% Personeel 16 16 0 0,0% Bouwplaatsmaterieel 11 11 0 0,0% Afval 9 9 0 0,0% Transport 31 159 7 1,8% Energieverbruik 9 9 0 0,0% Totale CO 3999 3841 158 4,0% Gerealiseerde 4,0%