De uitgaven van de Vlaamse partijen voor de federale, regionale en Europese verkiezingen van 25 mei Bart Maddens, Jef Smulders en Gert-Jan Put

Vergelijkbare documenten
De uitgaven van de Vlaamse partijen voor de federale verkiezingen van 13 juni Bart Maddens, Gert-Jan Put en Ine Vanlangenakker

De uitgaven van de Vlaamse partijen voor de federale verkiezingen van 13 juni 2010

De uitgaven van de Vlaamse partijen voor de Europese, Vlaamse en Brusselse verkiezingen van 7 juni 2009

Hoeveel mogen de partijen in totaal uitgeven voor de komende verkiezingscampagne?

De uitgaven van de Vlaamse partijen voor de federale verkiezingen van 10 juni 2007 Bart Maddens, Karolien Weekers, Stefaan Fiers

De kostprijs van lokale verkiezingscampagnes: een vergelijking tussen 2012 en 2018

Briefings. De Verkiezingsuitgaven van 2009 in Perspectief VIVES. Bart Maddens 2010 APRIL.

Hoeveel zullen de partijen uitgeven bij de komende verkiezingscampagne?

De uitgaven voor de federale verkiezingen van 18 mei 2003

VERKIEZINGEN VAN 25 MEI 2014 VOOR HET EUROPEES PARLEMENT, DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS EN DE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTPARLEMENTEN

De uitgaven en maximumbedragen voor de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen. Jef Smulders en Bart Maddens

De verkiezingsuitgaven voor de regionale en Europese verkiezingen van 13 juni 2004

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen. Jef Smulders en Bart Maddens

De financiële gevolgen voor de politieke partijen na de hervorming van de Senaat. Jef Smulders & Bart Maddens

BIJLAGE 2. voor de. van de. politieke partijen. - Wet van 19. verkiezingsui Hoofdstedelij. jk Parlement. Adres :... Kieskring/Kie. escollege :..

Het profiel van de kandidaten voor de Europese verkiezingen ( )

Een vergelijkende analyse van het profiel van de kandidaten voor de Kamerverkiezingen van 1987 tot en met 2014

De financiële gevolgen voor de politieke partijen na de hervorming van de Senaat. Jef Smulders & Bart Maddens

De geografische spreiding van de kandidaten voor de Kamerverkiezingen van 1987 tot en met Gert-Jan Put, Jef Smulders en Bart Maddens

BIJLAGE 2. voor de. van de. politieke partijen. - Wet van 19. verkiezingsui Hoofdstedelij. jk Parlement ... Adres van de... logo:..

De evolutie van het profiel van de Vlaamse kandidaten voor de Kamerverkiezingen van 1987 tot en met 2019

Welke kandidaten zullen het meest voorkeurstemmen halen?

De evolutie van het ledenaantal van de politieke partijen in Vlaanderen,

Het vermogen van de Belgische politieke partijen ( )

De winnaars en verliezers van 14 oktober

Aangifte van de herkomst van de geldmiddelen voor de verkiezingsuitgaven door lijsten

De verkiezingsuitslagen voor de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2012: de case van het arrondissement Leuven

De verkiezing van de Belgische Europarlementsleden

De verkiezingsuitgaven voor de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2006 in de 13 Vlaamse centrumsteden

De evolutie van de partijfinanciering op het niveau van de Europese Unie ( )

Een vergelijkende analyse van de profielen van de kandidaten voor de verkiezingen van 2003, 2004, 2007, 2009 en 2010

VERSIE : 06 juli 2018

De winst- en verliescijfers op 14 oktober: Een vergelijking tussen de provincieraadsverkiezingen van 2012 en 2018

DE POLITIEKE VERTEGENWOORDIGING VAN VROUWEN NA DE

(licht aangepaste versie, september 2003)

Aangifte van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen door lijsten voor de rechtstreekse OCMWraadsverkiezingen

Een aantal simulaties op basis van de Vlaamse, Brusselse en Europese verkiezingen van 13 juni 2004

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 7 juni 2009 voor de Vlaamse politieke partijen

Een analyse van het profiel van de Vlaamse verkozenen bij de Kamerverkiezingen van 1987 tot en met Gert-Jan Put, Jef Smulders en Bart Maddens

Verkiezingen - Methodologie

Simulatie van de zetelverdeling voor het Vlaams Parlement volgens een aantal scenario's inzake de hervorming van het kiesstelsel

De evolutie van het ledenaantal van de politieke partijen in Vlaanderen,

ingediend door mevrouw Veerle Wouters en de heer Hendrik Vuye

Het gebruik van de voorkeurstem bij de parlementsverkiezingen van 25 mei 2014

Het gebruik van de voorkeurstem bij de federale parlementsverkiezingen van 13 juni 2010

VERKIEZING VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

VERKIEZING VAN DE BRUSSELSE LEDEN VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI 2019

VERKIEZING VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

BRUSSEL - De kritiek dat het VRT-journaal linkser' zou zijn dan het VTM-nieuws wordt door onderzoek van het Elektronisch Nieuwsarchief tegengesproken.

VERKIEZING VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

Het profiel van de kandidaten op de lijsten voor de Vlaamse, Europese en Brusselse verkiezingen van 7 juni 2009

VERKIEZING VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

Partijpolitieke fundraising in België

Welke kandidaten zullen de meeste voorkeurstemmen krijgen bij de gemeenteraadsverkiezingen?

VERKIEZING VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VAN 25 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 13 juni 2010 voor de Vlaamse politieke partijen

GEAUTOMATISEERDE STEMMING VOORSTELLING VAN DE SCHERMEN.

Analysenota politieke situatie Centrumgemeenten inwoners in Vlaanderen

Verkiezingsuitslagen. Drechtsteden

De vernieuwing van de Senaat bij de samenvallende verkiezingen van 25 mei 2014

Aangifte van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen door lijsten voor de gemeenteraadsverkiezingen

Stem van de jeugd: bulletrapport

40 jaar Vlaams parlement

VERKIEZING VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

TOELICHTING. 1. Doel van het protocolakkoord

Verkiezingen 2014 Kieskring Brussel- Hoofdstad

VERKIEZING VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT VAN 26 MEI 2019

VERKIEZING VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 25 MEI 2014

VERKIEZING VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

VERKIEZING VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VAN 26 MEI 2019

Het profiel van de verkozen kandidaten bij de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober in de 13 Vlaamse centrumsteden

Een simulatie van de toekomstige verdeling van zetels over de provincies bij Kamerverkiezingen ( )

VERKIEZING VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 25 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

FORMULIER A/3 KIESKRING :... VERKIEZING VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS. Voordracht van Kandidaten (*)

Stap 3 Stellingen 01 02

VERKIEZING VAN DE BRUSSELSE LEDEN VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI 2019

VERKIEZING VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

NOTARISBAROMETER S LANDBOUWGRONDEN LANDBOUWGRONDEN GEMIDDELDE PRIJZEN EN OPPERVLAKTE N 2

VERKIEZING VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT VAN 26 MEI 2019

VERKIEZING VAN DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS VAN 26 MEI Voordracht van Kandidaten ( 1 )

VERKIEZING VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI 2019

Hoeveel investeren partijen en kandidaten in online verkiezingscampagnes?

VERKIEZING VAN DE BRUSSELSE LEDEN VAN HET VLAAMS PARLEMENT VAN 26 MEI 2019

Het succes van Franstalige lijsten in de Vlaamse Rand bij de federale en regionale verkiezingen van 2014

VERKIEZING VAN HET EUROPESE PARLEMENT VAN 25 MEI 2014 B E R I C H T

Veranderen quota het gedrag van partijen?

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2018 B E R I C H T

Onderzoek. Diversiteit in de Tweede Kamer 2012

De Directie Verkiezingen

De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk!

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2018 B E R I C H T

1. Het Europees Parlement: jij kiest mee

Aan de voorzitters van de gemeentelijke hoofdbureaus, van de stadsdistrictshoofdbureaus en van de provinciedistrictshoofdbureaus

LIJST VAN HET VERKIEZINGSDRUKWERK VOOR DE BELGISCHE SENAAT EN KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS Laatst gewijzigd op 27 september 2014

Regionale Verschillen in Loonkosten en Arbeidsproductiviteit. Jozef Konings & Luca Marcolin

Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord

NOTARISBAROMETER VASTGOED AAN DE KUST OVERZICHT

De PVV in het land en in de peiling

Transcriptie:

Naamsestraat 61 bus 3550 B-3000 Leuven BELGIUM Tel. 0032 16 326661 vives@kuleuven.be VIVES Briefings 2014 21 augustus De uitgaven van de Vlaamse partijen voor de federale, regionale en Europese verkiezingen van 25 mei 2014 Bart Maddens, Jef Smulders en Gert-Jan Put KU Leuven Instituut voor de Overheid Bart.Maddens@soc.kuleuven.be +32 16 3 23260 Het Vlaams Instituut voor Economie en Samenleving, VIVES, is een economisch onderzoekscentrum dat via fundamenteel en toegepast onderzoek wil bijdragen tot het maatschappelijk debat inzake de economische en maatschappelijke ontwikkeling van regio s, in het bijzonder van Vlaanderen. VIVES is als onderzoekscentrum wetenschappelijk en juridisch geïntegreerd binnen de KU Leuven en werkt ook samen met research fellows uit andere universiteiten.

Belangrijkste resultaten (1) De verkiezingscampagne van 2014 kostte in totaal 20.651.511 euro voor alle Vlaamse partijen samen. Hiermee was ze beduidend duurder dan alle vorige verkiezingscampagnes sinds 2003. Dat komt omdat er nu drie verschillende verkiezingen samenvielen. Deze campagne kan dan ook het best vergeleken worden met die van 1999, toen er ook federale, Vlaamse en Europese verkiezingen waren. Toen kostte de campagne (geïndexeerd) 20,9 miljoen euro, wat nauwelijks meer is dan de meest recente campagne. (2) N-VA heeft, met 4.507.043 euro, het meest uitgegeven voor de campagne. De N-VA-campagne van 2014 was 2,5 keer duurder dan die van 2010 (1.820.627 euro). Hierdoor waren het voor het eerst niet de liberalen of de christendemocraten die de duurste campagne voerden. (3) N-VA wordt op de voet gevolgd door CD&V (4.241.347 euro) en Open Vld (4.240.945 euro). Op enige afstand volgen sp.a (3.323.184 euro) en Vlaams Belang (2.596.616 euro). Groen (1.146.180 euro) staat op de zesde plaats. PVDA (386.964 euro) en LDD (209.234 euro) zijn de partijen met de laagste uitgaven. (4) Als we de totale uitgaven van de partijen relateren aan het aantal behaalde stemmen (voor alle verkiezingen samen), dan blijkt vooral dat de Groen-stemmen uiterst goedkoop waren. Groen betaalde slechts 0,97 euro per stem. Aan het andere uiterste vinden we LDD. Gemiddeld kostte een stem deze partij 7,36 euro. De stemmen van Vlaams Belang waren met 3,31 euro per stem ook relatief duur. De overige partijen hebben elk tussen 1 en 2 euro per stem betaald. (5) Gemiddeld betalen de kandidaten nauwelijks 15% van hun uitgaven zelf, terwijl maar liefst 84,1% door de partij wordt gesponsord. Slechts 0,8% van die uitgaven wordt gefinancierd met giften. De individuele uitgaven van de kandidaten worden steeds meer door de partij betaald. In 1999 werden de individuele campagnes in totaal voor slechts 62,5% door de partij betaald, terwijl dit percentage in 2010 al opliep tot 73% en in 2014 zelfs tot 83,1%. (6) Bij N-VA, Vlaams Belang en sp.a worden de individuele campagnes bijna helemaal (voor ongeveer 90%) door de partij betaald. Aanvankelijk viel Open Vld nog op door een zeer hoge inbreng van de kandidaten zelf, maar sinds enkele jaren is de inbreng van de kandidaten zelf beperkt. In 2014 lag dit percentage op 25,4%, waardoor de partij aansloot bij CD&V (22,5%). 1

Inleiding Zowel de politieke partijen als de kandidaten moeten na de verkiezingen aangeven hoeveel ze voor de campagne hebben uitgegeven en waar ze de middelen daarvoor hebben gehaald. Deze aangiften liggen vanaf de 75 ste dag na de verkiezingen gedurende 15 dagen ter inzage voor de kiezers op de rechtbank van eerste aanleg in de respectievelijke kieskring. Op basis daarvan gingen we 1 na hoeveel de partijen en de kandidaten in totaal hebben uitgegeven voor de campagne in de aanloop naar de verkiezingen van 25 mei 2014, 2 en hoe die uitgaven werden gefinancierd. We deden dit voor de acht Vlaamse partijen die hetzij voor hetzij na de verkiezingen minstens één verkozene hadden in een van de verkozen parlementen. 3 De lijsten van deze acht Vlaamse partijen telden in totaal 2.898 plaatsen (1.109 voor de, 1.458 voor het Vlaams Parlement, 198 voor het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en 133 voor het Europees Parlement). 4 Slechts 2 kandidaten (0,7%) voldeden niet aan de wettelijke verplichting om een aangifte in te dienen. De hierna gerapporteerde onderzoeksresultaten betreffen enkel de 2.896 kandidaten die een aangifte hebben ingediend. 1 Met dank aan Kristof Peetermans, William Struye, Pieter-Jan Van Gorp en Tabitha Wuytack voor hun medewerking bij het verzamelen van de gegevens. 2 Dit zijn enkel de uitgaven gedaan tijdens de sperperiode, de periode van drie maanden voor de verkiezingen. Hierbij wordt dus geen rekening gehouden met de uitgaven die de partijen reeds hebben gedaan vóór de start van de sperperiode, tijdens de zogenaamde precampagne. Op een paar uitzonderingen na weten we niet hoeveel de partijen hieraan al hebben besteed. We weten enkel dat N-VA hiervoor 800.000 euro opzij zette (300.000 euro voor een online campagne en 500.000 voor een print campagne) en Vlaams Belang 980.000 euro (N-VA vervangt affiches door campagne op Facebook, Het Laatste Nieuws, 29 januari 2014; Hoeveel kosten de precampagnes van de Vlaamse politieke partijen?, Radio 1, 29 januari 2014). 3 In alfabetische volgorde gaat het om CD&V, Groen, LDD, N-VA, Open Vld, PVDA, sp.a en Vlaams Belang. Voor PVDA houden we geen rekening met de kandidaten die zijn opgekomen op de Franstalige lijsten van PTB-GO! (en evenmin met de lijst PTB*PVDA-GO! voor het Brussels Hoofdstedelijk Parlement). Daarnaast hebben we de bedragen die vermeld staan in de lijstaangifte van deze unitaire partij in deze nota volledig aan PVDA toegekend, aangezien het niet mogelijk is om de totale uitgaven van de partij uit te splitsen naar het Nederlandstalige dan wel het Franstalige landsgedeelte. 4 In tegenstelling tot bij vorige verkiezingen waren er nu geen meervoudige kandidaten meer, aangezien het sinds de zesde staatshervorming niet langer toegelaten is om voor verschillende verkiezingen kandidaat te zijn of om zowel effectief kandidaat als kandidaat-opvolger te zijn. 2

1. De totale uitgaven De campagne in de aanloop naar de verkiezingen van 25 mei 2014 kostte in totaal 20.651.511 euro. Daarvan werd 6.342.688 euro aangegeven door de partijen en 14.308.824 euro door de individuele kandidaten (Tabel 2). Is dit veel of weinig in vergelijking met de vorige verkiezingen? In Tabel 1 en Grafiek 1 geven we de evolutie weer van de uitgaven van de partijen en de kandidaten voor alle federale, regionale en Europese verkiezingen sinds 1991, toen de betrokken wetgeving voor het eerst werd toegepast. 5 De uitgaven voor de recente campagne blijken beduidend hoger dan bij alle vorige verkiezingen sinds 2003. Zo werd er voor de campagne van 2014 bijna 6 miljoen euro méér uitgegeven dan voor de campagne van 2010. Dat komt omdat er drie verschillende verkiezingen samenvielen. De totale uitgaven worden in grote mate bepaald door het aantal kandidaten, en dat is beduidend hoger bij samenvallende verkiezingen. Het beste vergelijkingspunt is daarom de verkiezing van 1999, toen er ook zowel federale, regionale als Europese verkiezingen werden georganiseerd. In tegenstelling tot vandaag kwam daar toen ook nog de verkiezing van de Senaat bij. De campagne voor die verkiezing bedroeg (geïndexeerd) 20,9 miljoen euro, dat is nauwelijks meer dan de campagne van 2014. Dat deze bedragen zo sterk bij elkaar aansluiten, terwijl er in 1999 ook nog Senaatsverkiezingen waren en dus meer kandidaten opkwamen, heeft ook te maken met het grotere aantal significante partijen in 2014. Agalev Groen CVP CD&V Tabel 1: Uitgaven van partijen en kandidaten samen, per verkiezing, in euro en prijzen van mei 2014 1991 1995 1999 2003 2004 2007 2009 2010 2014 Senaat Vl.Parl. Vl.Parl. Senaat Vl.Parl. Senaat Vl.Parl. Br.H.Parl. Br.H.Parl. Vl.Parl. Senaat Senaat Senaat Br.H.Parl. Provincie Br.H.Parl. Eur.Parl. Eur.Parl. Br.H.Parl. Eur.Parl. Eur.Parl. 242.351 505.453 1.251.473 1.196.677 516.106 1.027.677 1.216.176 1.090.170 1.146.180 6.628.278 6.104.431 5.601.583 3.638.896 3.887.165 3.682.255 3.466.826 3.315.445 4.241.347 LDD 590.076 1.177.942 765.112 209.234 VU N-VA PVV (Open) Vld 3.036.243 2.229.775 2.287.935 1.552.831 - - 1.840.248 1.820.627 4.507.043 5.565.831 6.372.159 4.944.283 3.765.246 4.336.921 3.840.331 3.655.293 3.167.854 4.240.945 PVDA 41.873 101.197 139.809 72.661 46.012 57.533 151.448 90.451 386.964 SP sp.a Vl. Blok Vl. Belang 5.352.034 3.939.307 3.825.812 3.107.441 3.387.027 3.113.265 3.081.351 2.446.851 3.323.184 768.836 2.058.836 2.858.262 2.437.843 2.897.805 2.249.462 2.872.318 2.225.280 2.596.616 TOTAAL 21.635.446 21.311.158 20.909.157 15.771.595 15.071.036 14.560.599 17.461.602 14.921.790 20.651.511 5 De gegevens voor de campagnes van 1991 tot en met 2010 zijn afkomstig van de verslagen van de Controlecommissie betreffende de verkiezingsuitgaven en de boekhouding van de politieke partijen (federaal en Europees Parlement), de Vlaamse Controlecommissie voor de verkiezingsuitgaven (Vlaams Parlement) en het Controlecollege (Brussels Hoofdstedelijk Parlement). 3

Miljoenen 25 Grafiek 1: Uitgaven van partijen en kandidaten samen, per verkiezing, in euro en prijzen van mei 2014 21,6 21,3 20,9 20,7 20 15 10 17,5 16,4 14,4 15,8 10,5 17,5 15,1 14,6 11,6 10,6 10,2 14,9 8,9 11,8 5 0 1991 1995 1999 2003 2004 2007 2009 2010 2014 Alle partijen Traditionele partijen De uitgaven worden immers ook sterk bepaald door het aantal partijen dat opkomt bij de verkiezingen. Hoe meer relevante partijen deelnemen, hoe hoger de uitgaven. We kunnen daarvan abstractie maken door enkel te kijken naar de drie traditionele partijen (Grafiek 1, onderste curve). Dan zien we dat er zich vanaf het begin van de jaren negentig een dalende trend aftekent: in 1991 gaven de drie traditionele partijen samen nog 17,5 miljoen euro uit, terwijl dat in 2014 is teruggevallen tot 11,8 miljoen euro. In 2014 is er wel een lichte opvering, maar het uitgavenniveau van de traditionele partijen blijft wel duidelijk onder het niveau van de jaren negentig. Het aandeel van de drie traditionele partijen in de totale verkiezingsuitgaven is bovendien eveneens gedaald van 81,1% in 1991 tot slechts 57,2% in 2014. 2. De uitgaven per partij Van alle onderzochte partijen heeft N-VA de hoogste totale uitgaven gedaan (4.507.043 euro). De partij wordt echter op de voet gevolgd door CD&V (4.241.347 euro) en Open Vld (4.240.945 euro). Op enige afstand volgen sp.a (3.323.184 euro) en Vlaams Belang (2.596.616 euro). In vergelijking hiermee heeft Groen opvallend weinig uitgaven gedaan (1.146.180 euro), al zijn PVDA (386.964 euro) en LDD (209.234 euro) overduidelijk de partijen met de laagste uitgaven (Tabel 2). De stijging ten opzichte van 2010, als gevolg van de samenvallende verkiezingen, doet zich voor bij elke partij, met uitzondering van LDD. Deze stijging is echter veruit het sterkst bij N-VA, waar de uitgaven toegenomen zijn met factor 2,5 ten opzichte van 2010 (toen 1.820.627 euro). De uitgaven van Groen daarentegen zijn slechts met 50.000 euro toegenomen, waardoor de uitgaven van deze partij al bij al vrij stabiel blijven (Grafiek 2). 4

Miljoenen Tabel 2: Uitgaven van partijen en kandidaten, en uitgave per stem Partij Kandidaten Totaal Uitgave per stem CD&V 995.823,69 3.245.522,92 4.241.346,61 1,70 Groen 983.428,92 162.750,59 1.146.179,51 0,97 LDD 164.344,65 44.889,57 209.234,22 7,36 N-VA 945.164,79 3.561.877,71 4.507.042,50 1,17 Open Vld 991.044,85 3.249.900,23 4.240.945,08 1,99 PVDA 385.773,48 1.190,56 386.964,04 1,12 sp.a 990.294,68 2.332.888,83 3.323.183,51 1,90 Vlaams Belang 886.812,75 1.709.803,20 2.596.615,95 3,31 Totaal 6.342.687,81 14.308.823,61 20.651.511,42 1,65 Grafiek 2: Uitgaven van partijen en kandidaten samen, per verkiezing en per partij, in euro en prijzen van mei 2014 7 6 5 4 3 2 1 0 1991 1995 1999 2003 2004 2007 2009 2010 2014 CVP/CD&V PVV/(Open)Vld SP/sp.a VB VU/N-VA Agalev/Groen LDD PVDA PVV/(Open)Vld en CVP/CD&V zijn bij elke verkiezing aan elkaar gewaagd op vlak van uitgaven. Ze staan ook steeds op de eerste en de tweede plaats. Enkel bij de meest recente verkiezingen worden ze van de troon gestoten door N-VA. Terwijl die partij aanvankelijk onder het uitgavenniveau van de Volksunie in de jaren negentig bleef, heeft ze nu een enorme sprong voorwaarts gemaakt. De socialistische partij kwam vóór 2014 altijd op de derde plaats. Sinds de verkiezingen van 1999 wordt die partij bovendien redelijk dicht op de hielen gezeten door Vlaams Blok/Belang. Ondanks het inkomstenverlies als gevolg van de electorale nederlagen bij de voorbije verkiezingen kon Vlaams Belang haar verkiezingsuitgaven op peil houden. Na een duidelijke dip in 2004 zitten de groenen bij deze verkiezingen weer op het uitgavenniveau van 1999 en 2003. PVDA heeft altijd al zeer weinig uitgaven gedaan, maar steekt nu wel LDD voorbij. Als we de totale uitgaven van de partijen relateren aan het totaal aantal behaalde stemmen (voor alle verkiezingen samen), dan blijkt dat Groen het minst betaald heeft per stem, namelijk amper 0,97 euro (Tabel 2, laatste kolom). Aan het andere uiterste vinden we LDD. Gemiddeld kostte een stem deze partij 7,36 euro. De stemmen van Vlaams Belang waren met 3,31 euro per stem ook relatief duur. De overige partijen hebben elk tussen 1 en 2 euro per stem betaald. 5

3. De uitgaven als percentage van het maximumbedrag Politieke partijen mogen elk 1 miljoen euro uitgeven. Voor de kandidaten wordt een onderscheid gemaakt tussen de hoogstgeplaatste kandidaten en de overige kandidaten. Het aantal hoogstgeplaatste kandidaten per lijst is gelijk aan het aantal zetels dat de lijst de vorige keer behaalde in de kieskring, plus één. Een hoogstgeplaatste kandidaat mag maximaal 8.700 euro uitgeven, aangevuld met 0,035 euro per tijdens de vorige verkiezingen ingeschreven kiezer in de kieskring. 6 De overige effectieve kandidaten en de eerste opvolger mogen elk 5.000 euro uitgeven, de overige opvolgers elk 2.500 euro. 7 De onderzochte Vlaamse partijen en kandidaten mochten samen in totaal ruim 33,1 miljoen euro uitgeven in de aanloop naar de verkiezingen van 25 mei (Tabel 3). 8 Van dit theoretisch besteedbare bedrag hebben ze 62,4% (20.651.511 euro) ook effectief uitgegeven. Dit percentage verschilt echter sterk tussen de partijen. Met 89% benadert N-VA het plafond het dichtst, op de voet gevolgd door Open Vld (87,5%). CD&V (79,1%) en sp.a (71,6%) hebben al een iets grotere marge. Vlaams Belang (54,5%) zou in principe bijna een dubbel zo dure campagne kunnen voeren. Bij Groen (30,5%) had de campagne zelfs drie keer zo duur mogen zijn. LDD en PVDA sluiten de rij af: zij hebben respectievelijk amper 17,8% en 11% uitgegeven van wat wettelijk toegelaten was. De uitgaven van de partij zelf komen telkens zeer dicht in de buurt van het maximumbedrag van 1 miljoen euro, met uitzondering van PVDA en LDD. De totale uitgaven van de individuele kandidaten variëren veel sterker tussen de partijen. Terwijl de kandidaten van N-VA met een totaal van 3.561.878 euro (87,7%) de meeste uitgaven hebben gedaan, gaven de kandidaten van Groen maar 1.146.180 euro (5,9%) uit, en die van PVDA zelfs maar 1.191 euro (0,1%). Voor deze partijen zijn de wettelijke plafonds kennelijk onrealistisch hoog, en dat geldt dan hoofdzakelijk voor de individuele kandidaten. Tabel 3: Besteedbaar bedrag voor partijen en kandidaten, en percentage effectief besteed Partijen Kandidaten Partijen + kandidaten Besteedbaar % besteed Besteedbaar % besteed Besteedbaar % besteed CD&V 1.000.000 99,58 4.359.658 74,44 5.359.658 79,13 Groen 1.000.000 98,34 2.763.848 5,89 3.763.848 30,45 LDD 1.000.000 16,43 176.528 25,43 1.176.528 17,78 N-VA 1.000.000 94,52 4.062.827 87,67 5.062.827 89,02 Open Vld 1.000.000 99,10 3.846.774 84,48 4.846.774 87,50 PVDA 1.000.000 38,58 2.090.010 0,06 3.506.269 11,04 sp.a 1.000.000 99,03 3.642.665 64,04 4.642.665 71,58 Vl. Belang 1.000.000 88,68 3.761.286 45,46 4.761.286 54,54 Totaal 8.000.000 79,28 24.703.596 57,92 33.119.855 62,35 6 Voor de Europese verkiezingen: 8.700 euro plus 0,0175 euro per geldige stem die bij de laatste verkiezingen voor het Nederlandse, respectievelijk Franse dan wel Duitstalige kiescollege werd uitgebracht. 7 Voor de Europese verkiezingen: respectievelijk 10.000 euro en 5.000 euro. 8 Voor het berekenen van de maximumbedragen hebben we ook rekening gehouden met de twee kandidaten waarvan de formulieren ontbraken. We hebben dan verondersteld dat deze kandidaten geen uitgaven gedaan hebben. Voor een verdere toelichting bij deze maximumbedragen, zie: B. Maddens en J. Smulders, Hoeveel mogen de partijen in totaal uitgeven voor de komende verkiezingscampagne?, KU Leuven Instituut voor de Overheid, 2014. 6

4. De uitgaven per verkiezing Kandidaten voor het Europees Parlement geven gemiddeld 12.501 euro uit aan hun campagne, al liggen deze bedragen wel een stuk hoger bij Open Vld (22.059 euro) en CD&V (21.817 euro). Kandidaten voor de spenderen gemiddeld 6.020 euro, gevolgd door kandidaten voor het Vlaams Parlement met 5.329 euro. Dat het bedrag voor de zoveel hoger ligt dan voor het Vlaams Parlement kan onder meer toegeschreven worden aan de kandidaten van N-VA, die gemiddeld maar liefst 10.822 euro uitgeven. De laagste gemiddelde uitgave vinden we terug bij de kandidaten voor het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, met 2.857 euro (Tabel 4). 9 Wie kandidaat is voor het Europees Parlement, geeft dus gemiddeld 6.481 euro meer uit dan kandidaten voor de, 7.172 euro meer dan kandidaten voor het Vlaams Parlement en zelfs 9.644 euro meer dan kandidaten voor het Brussels Hoofdstedelijk Parlement. Dat komt omdat die Europese kandidaten in heel Vlaanderen campagne voeren en daardoor een hoger bedrag mogen uitgeven en dit dus ook effectief doen. Dat kandidaten voor het Brussels Hoofdstedelijk Parlement zo weinig uitgeven (ondanks het feit dat de maximumbedragen voor gewone kandidaten even hoog zijn als bij de andere regionale verkiezingen) heeft allicht te maken met de beperkte omvang van het Nederlandstalige electoraat in Brussel. De Vlaamse kandidaten voor de en het Vlaams Parlement in Brussel geven ook beduidend minder uit dan hun collega s in de rest van Vlaanderen, respectievelijk gemiddeld 2.251 euro en 3.635 euro. Tabel 4: Gemiddelde totale uitgave per kandidaat (effectief en opvolger), voor de verschillende parlementen Vlaams Brussels Hoofdst. Europees Parlement Parlement Parlement CD&V 6.935,83 7.714,63 3.066,30 21.817,33 Groen 489,00 369,45 136,91 692,92 N-VA 10.822,30 7.143,88 2.937,04 12.648,27 Open Vld 7.147,71 7.341,96 4.404,31 22.058,51 sp.a 6.017,41 5.440,16 3.334,33 10.625,28 Vlaams Belang 3.946,75 3.974,38 3.260,96 7.162,80 Totaal 6.019,96 5.329,30 2.856,64 12.500,85 5. De kandidaten met de hoogste individuele uitgaven De top-tien van kandidaten met de hoogste totale individuele uitgaven (Tabel 5) bevat enkel kandidaten voor het Europees Parlement. Dit hoeft niet te verbazen, aangezien voor dit parlement het hoogste maximumbedrag geldt. Het zijn uitsluitend politici van Open Vld en CD&V die hier komen bovendrijven, en één kandidaat van N-VA. Bovendien wordt een groot deel van de plaatsen in deze top-tien ingevuld door bekende partijkopstukken. De kandidaten helemaal bovenaan de lijst komen dicht in de buurt van het uitgavenplafond van 80.029 euro voor het Europees Parlement. Karlos Callens van Open Vld (79.563 euro) wordt onmiddellijk gevolgd door Steven Vanackere van CD&V (78.975 euro). De volgende kandidaten hebben nauwelijks minder uitgegeven. Enkel de tiende plaats zorgt voor een zekere kloof: Ivo Belet van CD&V heeft maar 74.018 euro gespendeerd, wat bijna 3.600 euro minder is dan Tom Vandenkendelaere, die op de negende plaats staat. 9 We nemen PVDA en LDD niet op in deze tabel en analyse om de gemiddelden vergelijkbaar te maken tussen de verschillende parlementen. Deze twee partijen kwamen immers niet op in alle kieskringen voor alle parlementen. Doordat bovendien de gemiddelde totale uitgave per kandidaat bij beide partijen zeer laag ligt, zou hun aanwezigheid het algemene gemiddelde bij enkele parlementen dan ook sterk naar beneden halen. 7

Tabel 5: Kandidaten met de hoogste individuele uitgaven Kandidaat Partij Uitgaven Verkiezing Verkozen? Karlos Callens Open Vld 79.562,97 Europees Parl. Neen Steven Vanackere CD&V 78.975,29 Europees Parl. Neen Helga Stevens N-VA 78.919,40 Europees Parl. Ja Karel De Gucht Open Vld 78.835,29 Europees Parl. Ja Guy Verhofstadt Open Vld 78.687,59 Europees Parl. Ja Annemie Neyts Open Vld 78.298,54 Europees Parl. Ja Marianne Thyssen CD&V 78.151,93 Europees Parl. Ja Tom Vandenkendelaere CD&V 77.614,46 Europees Parl. Neen Ivo Belet CD&V 74.018,09 Europees Parl. Ja 6. Waarmee betalen de partijen de campagne? Zowel de partijen als de kandidaten dienen ook aangifte te doen van de herkomst van de middelen waarmee de verkiezingsuitgaven werden betaald. Daarbij wordt telkens een onderscheid gemaakt tussen een aantal rubrieken, die we hieronder voor de duidelijkheid tot een beperkter aantal reduceren. Voor wat de partijen betreft kunnen we een onderscheid maken tussen (1) geldmiddelen afkomstig uit het eigen patrimonium van de partij 10, (2) giften van natuurlijke personen 11, (3) tegemoetkomingen van de componenten van een partij 12 en (4) andere 13. Tabel 6: Herkomst van de middelen van de partijen, in absolute cijfers (in euro) Tegemoetkoming Eigen Giften patrimonium componenten Andere Totaal CD&V 899.256,70 0,00 1.125,00 95.442,00 995.823,70 Groen 791.865,65 0,00 191.563,27 0,00 983.428,92 LDD 164.344,65 0,00 0,00 0,00 164.344,65 N-VA 945.164,79 0,00 0,00 0,00 945.164,79 Open Vld 991.044,85 0,00 0,00 0,00 991.044,85 PVDA 130.108,28 255.665,20 0,00 0,00 385.773,48 sp.a 990.294,68 0,00 0,00 0,00 990.294,68 Vl. Belang 886.413,80 398,95 0,00 0,00 886.812,75 Totaal 5.798.493,40 256.064,15 192.688,27 95.442,00 6.342.687,81 10 Rubriek 1: Geldmiddelen afkomstig van het eigen patrimonium van de partij. 11 Rubriek 2: Giften in geld van natuurlijke personen, (a) te registreren giften ten belope van 125 euro of meer per schenker, (b) niet te registreren giften ten belope van minder dan 125 euro per schenker; Rubriek 3: Tegenwaarde van giften in natura van natuurlijke personen, (a) te registreren tegenwaarde ten belope van 125 euro of meer per schenker, (b) niet te registreren tegenwaarde ten belope van minder dan 125 euro per schenker; Rubriek 4: Tegenwaarde van met giften gelijkgestelde prestaties of diensten van natuurlijke personen, (a) te registreren tegenwaarde ten belope van 125 euro of meer per schenker, (b) niet te registreren tegenwaarde ten belope van minder dan 125 euro per schenker. 12 Rubriek 5: Financiële tegemoetkoming van de componenten van de politieke partij; Rubriek 6: Tegenwaarde van giften in natura van de componenten van de politieke partij; Rubriek 7: Tegenwaarde van met giften gelijkgestelde prestaties of diensten van de componenten van de politieke partij. 13 Rubriek 8: Andere. 8

De partijen vermelden als herkomst van de middelen bijna uitsluitend het eigen patrimonium van de partij (Tabel 6). Inkomsten uit giften worden niet vermeld, met uitzondering van Vlaams Belang en vooral PVDA. Die laatste partij haalt zelfs het grootste deel van haar middelen uit giften. De overige partijen gaan er daarentegen wellicht van uit dat het hier enkel gaat om specifieke giften voor de campagne, terwijl giften buiten de context van de campagne deel uitmaken van het eigen patrimonium. CD&V en Groen vermelden daarnaast een relatief beperkt bedrag afkomstig van de componenten van de partij. Dit kan bijvoorbeeld gaan om bedragen afkomstig van de provinciale partijafdelingen. 7. Waarmee betalen de kandidaten de campagne? Voor wat de kandidaten 14 betreft (Tabel 7 en Tabel 8) kunnen we eveneens een onderscheid maken tussen (1) de geldmiddelen afkomstig van het eigen patrimonium van de kandidaat 15, (2) giften van natuurlijke personen 16, (3) tegemoetkomingen van de partij of de lijst 17 en (4) andere 18. Tabel 7: Herkomst van de middelen van de kandidaten, in absolute cijfers (in euro) Eigen Tegemoetkoming partij Giften patrimonium Andere Totaal CD&V 728.567,96 77.929,17 2.434.884,71 0,00 3.241.381,84 Groen 36.813,37 1.784,62 114.267,57 0,00 152.865,56 LDD 0,00 0,00 44.889,57 0,00 44.889,57 N-VA 312.053,51 13.497,12 3.225.158,94 0,00 3.550.709,57 Open Vld 816.671,27 10.552,56 2.394.031,66 0,00 3.221.255,49 PVDA 683,74 0,00 0,00 0,00 683,74 sp.a 161.397,12 8.968,19 2.160.812,84 0,00 2.331.178,15 Vl. Belang 85.188,14 7.000,00 1.614.737,25 0,00 1.706.925,39 Totaal 2.141.375,11 119.731,66 11.988.782,54 0,00 14.249.889,31 14 Sommige kandidaten hebben geen herkomst van middelen ingevuld op hun aangifteformulier, maar wel het totale bedrag van hun uitgaven. Deze kandidaten kunnen in deze analyse dus niet worden meegenomen, wat verklaart waarom de totalen per partij in Tabel 7 lichtjes lager zijn dan in Tabel 2. 15 Rubriek 1: Geldmiddelen afkomstig van het eigen patrimonium van de kandidaat. 16 Rubriek 2: Giften in geld van natuurlijke personen, (a) te registreren giften ten belope van 125 euro of meer per schenker, (b) niet te registreren giften ten belope van minder dan 125 euro per schenker; Rubriek 3: Tegenwaarde van giften in natura van natuurlijke personen, (a) te registreren tegenwaarde ten belope van 125 euro of meer per schenker, (b) niet te registreren tegenwaarde ten belope van minder dan 125 euro per schenker; Rubriek 4: Tegenwaarde van met giften gelijkgestelde prestaties of diensten van natuurlijke personen, (a) te registreren tegenwaarde ten belope van 125 euro of meer per schenker, (b) niet te registreren tegenwaarde ten belope van minder dan 125 euro per schenker. 17 Rubriek 5: Financiële tegemoetkoming van de politieke partij of de lijst in naam waarvan de kandidaat opkomt in die hoedanigheid om die partij of lijst te vertegenwoordigen, of van andere kandidaten van die partij of lijst in het kader van een gemeenschappelijke campagne; Rubriek 6: Tegenwaarde van giften in natura van de politieke partij of de lijst in naam waarvan de kandidaat opkomt in die hoedanigheid om die partij of lijst te vertegenwoordigen, of van andere kandidaten van die partij of lijst in het kader van een gemeenschappelijke campagne de politieke partij of de lijst in naam waarvan de kandidaat opkomt in die hoedanigheid om die partij of lijst te vertegenwoordigen, of van andere kandidaten van die partij of lijst in het kader van een gemeenschappelijke campagne; Rubriek 7: Tegenwaarde van met giften gelijkgestelde prestaties of diensten van de politieke partij of de lijst in naam waarvan de kandidaat opkomt in die hoedanigheid om die partij of lijst te vertegenwoordigen, of van andere kandidaten van die partij of lijst in het kader van een gemeenschappelijke campagne. 18 Rubriek 8: Andere. 9

Tabel 8: Herkomst van de middelen van de kandidaten, in procenten Eigen Tegemoetkoming partij Giften patrimonium Andere Totaal CD&V 22,48 2,40 75,12 0,00 100,00 Groen 24,08 1,17 74,75 0,00 100,00 LDD 0,00 0,00 100,00 0,00 100,00 N-VA 8,79 0,38 90,83 0,00 100,00 Open Vld 25,35 0,33 74,32 0,00 100,00 PVDA 100,00 0,00 0,00 0,00 100,00 sp.a 6,92 0,38 92,69 0,00 100,00 Vl. Belang 4,99 0,41 94,60 0,00 100,00 Totaal 15,03 0,84 84,13 0,00 100,00 De individuele campagnes worden slechts voor 0,8% met giften gefinancierd. Dit percentage is net iets hoger dan in 2010 (0,7%) en ligt van alle partijen het hoogst bij CD&V (2,4%). Er zijn slechts 41 kandidaten die een bedrag aan giften declareren. In totaal gaat het om 119.732 euro, dit is gemiddeld 2.920 euro per ontvanger. Van het totale bedrag aan individuele giften gaat 65,1% naar CD&Vkandidaten en 11,3% naar N-VA-kandidaten. Gemiddeld betalen de kandidaten nauwelijks 15% van hun uitgaven zelf, terwijl maar liefst 84,1% door de partij wordt gesponsord. Maar deze percentages verschillen sterk van partij tot partij. Bij Vlaams Belang, sp.a en N-VA worden de individuele campagnes bijna helemaal (voor respectievelijk 94,6%, 92,7% en 90,8%) door de partij betaald. Bij LDD wordt zelfs alles door de partij betaald, maar hier ging het om veel minder grote bedragen. Bij PVDA betalen de kandidaten dan weer alles zelf, maar ook dit is weinig relevant, aangezien de individuele uitgaven verwaarloosbaar klein zijn. De eigen inbreng van de kandidaten is ook hoger dan gemiddeld bij Open Vld, Groen en CD&V (met respectievelijk 25,4%, 24,1% en 22,5%). 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 Grafiek 3: Percentage van de individuele verkiezingsuitgaven betaald met partijmiddelen 1999 2003 2004 2007 2009 2010 2014 CVP/CD&V PVV/(Open)Vld SP/sp.a Vlaams Blok/Belang N-VA 10

Dat er bij Open Vld zo n royale sponsoring vanwege de partij is, is enigszins opvallend. Vroeger viel deze partij immers op door een zeer hoge persoonlijke inbreng van de kandidaten zelf. In 1999 werden de individuele VLD-campagnes voor amper 41,2% door de partij gesponsord, een percentage dat geleidelijk is opgelopen tot 74,3% vandaag (Grafiek 3). De eigen inbreng van de liberale kandidaten is in die periode teruggelopen van 55,6% tot 25,4%, waardoor de partij nu op het niveau van CD&V zit. Over het algemeen zien we overigens dat de individuele uitgaven van de kandidaten steeds meer door de partij worden betaald. In 1999 werden de individuele campagnes in totaal voor slechts 62,5% door de partij betaald, terwijl dit percentage in 2010 al opliep tot 73% en in 2014 zelfs tot 83,1%. 19 Die laatste sprong heeft vooral te maken met het feit dat de partij met de hoogste uitgaven, N-VA, ook 90,8% van de uitgaven van de kandidaten voor haar rekening neemt. Dit is overigens nieuw bij de N-VA, want in 2010 bedroeg dit percentage nog maar 73,9%. 8. De persoonlijke investering per verkiezing Wie kandidaat is voor het Europees Parlement, betaalt voor de campagne gemiddeld 1.214 euro uit eigen middelen (Tabel 9). 20 Die individuele kostprijs loopt vooral hoog op bij CD&V (2.759 euro) en Open Vld (1.892 euro), twee partijen met een vrij hoog uitgavenniveau en een lager dan gemiddelde sponsoring door de partij. De gemiddelde investering voor de verkiezing van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement loopt ook vrij hoog op (867 euro). Dit gemiddelde wordt echter sterk beïnvloed door de kandidaten van Open Vld, die gemiddeld 4.102 euro zelf investeren in hun campagne. Dit is ruim zeven keer meer dan de kandidaten van CD&V, die met een gemiddelde van maar 564 euro op de tweede plaats komen. De gemiddelde persoonlijke kostprijs van de campagne is lichtjes lager voor het Vlaams Parlement en de (resp. 850 euro en 825 euro), maar ook hier schiet het bedrag opnieuw de hoogte in bij CD&V en Open Vld. Terwijl dus kandidaten voor de, het Vlaams Parlement en het Brussels Hoofdstedelijk Parlement gemiddeld genomen allemaal ongeveer evenveel zelf investeren in hun campagne, is de campagne vooral een dure aangelegenheid voor kandidaten voor het Europees Parlement. Tabel 9: Gemiddelde persoonlijke investering per kandidaat (eff. en opv.), voor de verschillende parlementen Vlaams Brussels Hoofdst. Europees Parlement Parlement Parlement CD&V 1.590,60 1.919,23 564,01 2.759,09 Groen 111,81 47,61 48,24 517,93 N-VA 824,38 734,47 289,99 937,58 Open Vld 1.660,00 1.808,30 4.102,28 1.892,31 sp.a 438,06 360,46 199,12 798,57 Vlaams Belang 195,34 222,48 0,76 378,32 Totaal 825,36 849,58 867,40 1.213,97 19 B. Maddens, J. Smulders en K. Weekers, Partij- en campagnefinanciering in België, Leuven: Acco, pp. 90-91, 2014; B. Maddens, G. Put en I. Vanlangenakker, De uitgaven van de Vlaamse partijen voor de federale verkiezingen van 13 juni 2010, Leuven: Vives Briefings, 2010. 20 We nemen PVDA en LDD wederom niet op in deze tabel en analyse om de gemiddelden vergelijkbaar te maken tussen de verschillende parlementen. Deze twee partijen kwamen immers niet op in alle kieskringen voor alle parlementen. Doordat bovendien de gemiddelde persoonlijke investering per kandidaat bij beide partijen zeer laag ligt, zou hun aanwezigheid het algemene gemiddelde bij enkele parlementen dan ook sterk naar beneden halen. 11

9. De kandidaten met de hoogste persoonlijke investering Rekening houdend met deze hoge gemiddelden bij CD&V en Open Vld wekt het weinig verwondering dat de top-tien van kandidaten met de hoogste uitgaven uit eigen middelen (Tabel 10) uitsluitend uit kandidaten van deze twee partijen bestaat. De lijst wordt aangevoerd door Irina De Knop (27.101 euro) en Rose Desimpel-Leirens (26.163 euro) van Open Vld. Op de derde plaats volgt, op enige afstand, Eric Van Rompuy van CD&V (22.470 euro). De uitgaven van de overige kandidaten in de lijst liggen allemaal zeer dicht bij elkaar. Enkel Ward Kennes (20.620 euro) en Dirk Van Mechelen (19.256 euro) onderaan de lijst weten enige afstand te houden. De meeste kandidaten in deze lijst waren terug te vinden op meer onzekere lijstplaatsen. Zo kreeg Eric Van Rompuy met de derde positie op de lijst voor Vlaams-Brabant eerder een strijdplaats toegewezen. Maar ook Ward Kennes was met een zevende plaats in Antwerpen lang niet zeker van een zetel in het Vlaams Parlement. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat deze kandidaten zelf wat meer investeerden in de persoonlijke campagne, in de hoop alsnog verkozen te raken. De enige lijsttrekker in deze top-tien, Ann Brusseel, kwam op in de kieskring Brussel voor het Vlaams Parlement. Ironisch genoeg zijn het enkel de twee kandidaten met de hoogste persoonlijke uitgaven die uiteindelijk niet verkozen raakten. Ook Katrien Schryvers werd als eerste opvolger uiteraard niet rechtstreeks verkozen, maar lijkt wel uitzicht te hebben op een zetel in het Vlaams Parlement met Kris Peeters als boegbeeld op haar lijst. Tabel 10: Kandidaten met de hoogste persoonlijke investering Kandidaat Partij Uitgaven Verkiezing Verkozen? Irina De Knop Open Vld 27.100,74 Vlaams Parl. Neen Rose Desimpel-Leirens Open Vld 26.163,37 Vlaams Parl. Neen Eric Van Rompuy CD&V 22.469,90 Ja Katrien Schryvers CD&V 21.707,17 Vlaams Parl. Neen Ann Brusseel Open Vld 21.458,54 Vlaams Parl. Ja Griet Smaers CD&V 21.375,90 Ja Jo De Ro Open Vld 21.278,16 Vlaams Parl. Ja Ward Kennes CD&V 20.619,93 Vlaams Parl. Ja Dirk Van Mechelen Open Vld 19.256,35 Ja 10. De werkelijke kostprijs van de campagne voor de partijen Op basis van de gegevens over de inkomsten van de kandidaten kunnen we een schatting maken van de werkelijke kostprijs van de campagne voor de partij en haar componenten en afdelingen (Tabel 11). Deze totale kostprijs komt overeen met de prijs van de partijcampagne (cf. Tabel 2) plus het aandeel van de individuele uitgaven gefinancierd door de uiteenlopende geledingen van de partij (cf. Tabel 7). Dit is dus een schatting van het totale bedrag betaald uit de kas van de partij en haar componenten. Als we de eigen uitgaven van de partij en de financiële transfers van de partij naar de kandidaten optellen, dan blijkt dat de campagne overduidelijk het duurst was voor N-VA (4.170.324 euro). Dit is niet toevallig de partij die naast de partijcampagne ook een relatief groot aandeel van de individuele campagnes betaald heeft. Op de tweede en de derde plaats staan CD&V (3.430.708 euro) en Open Vld (3.385.077 euro). Nochtans waren de kandidaten van deze twee partijen voor een groot deel op zichzelf aangewezen. Vervolgens volgen sp.a (3.151.108 euro), Vlaams Belang (2.501.550 euro) en Groen 12

(1.097.696 euro). De verkiezingscampagne was, tot slot, het goedkoopst voor PVDA (385.773 euro) en LDD (209.234 euro). Tabel 11: Totale kostprijs van de campagne voor de partij (partijuitgaven plus financiële transfers naar kandidaten) Eigen patrimonium Transfer Totaal CD&V 995.823,69 2.434.884,71 3.430.708,40 Groen 983.428,92 114.267,57 1.097.696,49 LDD 164.344,65 44.889,57 209.234,22 N-VA 945.164,79 3.225.158,94 4.170.323,73 Open Vld 991.044,85 2.394.031,66 3.385.076,51 PVDA 385.773,48 0,00 385.773,48 sp.a 990.294,68 2.160.812,84 3.151.107,52 Vlaams Belang 886.812,75 1.614.737,25 2.501.550,00 Totaal 6.342.687,81 11.988.782,54 18.331.470,35 13