RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK naar de KWALITEITSVERBETERING (OKV) REGIUS COLLEGE SCHAGEN Locatie WILHELMINALAAN, afdeling VWO Plaats: Schagen BRIN-nummer: 16CX Registratienummer: 3128284 Onderzoek uitgevoerd op: 9 juni 2011 Conceptrapport verzonden op: 24 juni 2010 Rapport vastgesteld te Utrecht op: 9 augustus 2011 Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
Pagina 2 van 11
1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 9 juni 2011 een onderzoek uitgevoerd op het Regius College te Schagen (voorheen GSG Schagen), locatie Wilhelminalaan, afdeling vwo, om na te gaan in hoeverre de eerder vastgestelde tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving zijn opgeheven. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. Op basis van een risicoanalyse, waarbij de opbrengstenkaart van 2011 is betrokken, is vastgesteld dat bij de afdeling vwo de belangrijkste tekortkomingen inmiddels zijn opgeheven. Daarom is afgesproken in juni 2011 een afsluitend onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (OKV) uit te voeren, zodat bij een positief resultaat- het traject van het intensieve toezicht voor deze afdeling kan worden beëindigd. Toezichthistorie Uit analyses die de inspectie heeft uitgevoerd kwam in het voorjaar 2009 naar voren dat de opbrengsten onvoldoende zijn bij de afdeling vwo van deze school. Na gesprekken met het bestuur en op basis van de beschikbare informatie heeft de inspectie besloten een onderzoek uit te voeren naar de belangrijkste oorzaken van de onvoldoende opbrengsten. Bovendien wilde de inspectie nagaan of en in hoeverre er sprake is van mogelijke risico s of tekortkomingen in het onderwijsleerproces. Dit onderzoek heeft op 8 december 2009 plaatsgevonden. De conclusies hieruit zijn in een Rapport van bevindingen (d.d. 9-04-2010) vastgelegd. Al eerder heeft het bestuur een plan van aanpak ingediend (d.d. 2-12-2009), opdat zo min mogelijk tijd verloren zou gaan. In dit plan heeft het bestuur beschreven welke acties zij zal ondernemen om tot verbetering van de kwaliteit van het onderwijs op deze school te komen. De gemaakte afspraken zijn in een toezichtplan vastgelegd. De school heeft direct vanaf het onderzoek in 2009 met voortvarendheid de verbetermaatregelen ter hand genomen. De voortgang van het verbetertraject wordt door de inspectie intensief gevolgd. In het op 11-10-2010 gehouden voortgangsgesprek voor de afdeling vwo zijn de resultaten en ontwikkelingen van het afgelopen cursusjaar besproken. De inspectie heeft daarbij vastgesteld dat intensief en met positief resultaat aan de verbeteringen wordt gewerkt. In april 2011 kon worden vastgesteld dat bij de afdeling vwo te verwachten is dat de belangrijkste tekortkomingen inmiddels zijn opgeheven. De voorlopige examenuitslagen (juni 2011) bevestigen dit. Onderzoeksopzet In het onderzoek zijn meerdere kwaliteitsaspecten onderzocht, maar het onderzoek werd met name toegespitst op de opbrengsten en de kwaliteitszorg. Daarnaast zijn tevens de kernindicatoren van de andere kwaliteitsaspecten uit het waarderingsader van de inspectie onderzocht. Naast deze kwaliteitsaspecten heeft de inspectie tevens een aantal wettelijke aspecten onderzocht. Dit Rapport van Bevindingen is gebaseerd op : Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Bestudering van analyses en evaluaties van eigen onderzoek van de school, zoals notities over verbeterplannen, het teamactieplan, de onderwijstijd en de verantwoording van CE cijfers en SE-CE-verschillen.
Notities die aan de inspectie onder meer op 7, 8, 16 en 17 juni jl. door de school zijn toegezonden. Onderzoek op locatie, waarbij - schooldocumenten zijn bestudeerd; - de onderwijspraktijk is geobserveerd; - gesprekken met de directie, zorgcoördinator en met docenten en leerlingen zijn gehouden. Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de locatiedirectie en het bevoegd gezag. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader 2009 Voortgezet Onderwijs en de werkinstructie Actief burgerschap en sociale integratie (febr. 2008). Deze documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek op het gebied van de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin tekortkomingen worden toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Pagina 4 van 11
BEVINDINGEN REGIUS COLLEGE SCHAGEN, LOCATIE WILHELMINALAAN (afd. vwo) 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. De inspectie heeft daarnaast onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten. Resultaten 1.1 * De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vwo. 1.3 * De leerlingen van de opleiding vwo behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4 * Bij de opleiding vwo zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 5 Leerstofaanbod 2.1 * De aangeboden leerinhouden in de onderbouw voldoen aan de wettelijke vereisten. 2.2 * De aangeboden leerinhouden in de bovenbouw zijn dekkend voor de examenprogramma s. 2.3 * De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen. 2.4 De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen. 2.5 De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving. Pagina 5 van 11
Tijd 3.1 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. 3.2 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen is beperkt. 3.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. Schoolklimaat 4.1 De ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. 4.2 De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school. 4.3 Het personeel voelt zich aantoonbaar veilig op school. 4.4 * De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school. 4.7 * Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. 4.8 * De mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie van de leerlingen. Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Afstemming 6.1 De aangeboden leerinhouden maken afstemming mogelijk op de onderwijsbehoeften van de individuele leerlingen. 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. Pagina 6 van 11
Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. 7.3 De school gebruikt de informatie van scholen en instellingen waar de leerlingen vandaan komen bij de begeleiding van leerlingen Zorg 8.1 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school tijdig de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.2 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.3 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. 8.4 De school zoekt de structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden. Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en van andere toetsinstrumenten. 9.7 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. 9.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving. Wet- en regelgeving N1 N2 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24a en 24c). Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24 en 24c). Ja*) J J Nee Pagina 7 van 11
Wet- en regelgeving N3 N4 Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan van het samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 10h). Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en beide voldoen inhoudelijk aan de wettelijke vereisten (Eindexamenbesluit art. 31). N5 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WVO art. 10, J lid 2; 10b, lid 2; 10d, lid 2; 10f, lid 3a; 11c, lid 1b; 12, lid 5). *) Bij de indicatoren N1 tot en met N4 wordt het oordeel J (Ja) gegeven als het betreffende document door de inspectie is ontvangen. De inhoud van deze documenten is niet getoetst aan de wettelijke vereisten. J J Pagina 8 van 11
2.2 Beschouwing Algemeen beeld De inspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs op de afdeling vwo van het Regius College Schagen, locatie Wilhelminalaan, als voldoende. Dit oordeel is gebaseerd op de volgende overwegingen. De opbrengsten van deze afdeling zijn, afgemeten aan de prestaties van de leerlingen over drie jaar, voldoende. Het onderwijsproces vertoont weliswaar enkele tekortkomingen, met name op het punt van het rekening houden met de verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen, maar is naar het oordeel van de inspectie over het geheel genomen van voldoende kwaliteit. De leerlingenzorg is van goede kwaliteit. De school werkt in haar kwaliteitszorg zeer systematisch en planmatig. De inspectie heeft de kwaliteitszorg als voldoende tot goed beoordeeld. De school leeft de onderzochte wet- en regelgeving niet na als het gaat om de gerealiseerde onderwijstijd. Toelichting Opbrengsten Bij de start van het traject van intensief toezicht in 2009 waren drie opbrengstindicatoren bij de vwo-afdeling van het Regius College Schagen onvoldoende: het rendement van de onderbouw, het gemiddelde CE-cijfer en de SE-CE-verschillen. De school heeft door de uitvoering van een flink aantal verbeteracties bereikt dat de beoordeling van de opbrengsten nu op drie van de vier indicatoren voldoende is. Daarnaast heeft de inspectie geconstateerd dat effecten van de verbeteracties op verschillende manieren zijn verankerd in de schoolorganisatie en in het bewustzijn van de docenten. Op de eerste plaats is het rendement van de onderbouw verbeterd door enerzijds zorgvuldiger de leerlingen op het juiste niveau te plaatsen en anderzijds leerlingen beter te begeleiden. Daarnaast heeft de nieuwe schoolleiding de teamvorming en teamsamenwerking versterkt. Zo wordt de begeleiding van de leerlingen regelmatig tijdens de teamvergaderingen besproken. Voorts is de leerlingenzorg en het mentoraat versterkt en werkt de school systematisch aan een aanpak ter bestrijding van de taal- en rekenachterstanden. De twee andere indicatoren die bij het vorige kwaliteitsonderzoek onvoldoende zijn beoordeeld betreffen de examens. Allereerst is getracht o.a. door het maken van concrete afspraken met de secties en een intensieve monitoring daarvan- om waar nodig het niveau van de vakken te verbeteren en docenten een meer adequate examenvoorbereiding te laten organiseren. Dit zou op de korter termijn positieve effecten moeten hebben op het gemiddelde CE-cijfer. Daarnaast heeft de school het PTA herzien (o.a. de weging van handelingsdelen en het beperken van de herkansingen) en eveneens de bevorderingsregels in de lagere leerjaren aangepast. Gezien de doorlooptijd die nodig is voordat van een aantal maatregelen het effect zichtbaar zal zijn, verwacht de school dat deze maatregelen er aan bijdragen om het verschil tussen SE en CE de komende jaren kleiner te maken. Over de laatste drie jaar gezien is een duidelijk dalend verschil tussen de SE- en CE-cijfers waarneembaar en dit verschil bedraagt nu gemiddeld 0,47 punt. Ook de gemiddelde cijfers van het Centraal examen van 2010 zijn verder verbeterd en bedragen nu 6,3 punt, hetgeen als voldoende wordt beoordeeld. Het rendement van de bovenbouw is bij de vwo-afdeling de afgelopen jaren gemiddeld onvoldoende geworden, mede door de strenger geworden overgangsnormen en doordat de determinatiemaatregelen nog onvoldoende effect hebben laten zien. Een betere afstemming van de verbetermaatregelen op de mogelijke effecten in de verschillende leerjaren lijkt wenselijk. Pagina 9 van 11
Kwaliteitszorg De indicatoren van het aspect kwaliteitszorg worden als voldoende beoordeeld. De in gang gezette maatregelen worden planmatig uitgewerkt en systematisch geëvalueerd. Ook de waarborging van de kwaliteit van de toetsen van het schoolexamen bij de kleine secties (zgn. éénmanssecties) is door aanvullende procedures nu gegarandeerd. Een belangrijke vooruitgang is verder dat het draagvlak bij de docenten voor de verbeteringen is versterkt. De schoolleiding volgt de voortgang van de verbeteracties nadrukkelijk en is actief betrokken bij de oplossing van knelpunten. Onderwijsleerproces De inspectie waardeert alle onderzochte aspecten van het onderwijsleerproces, zoals het schoolklimaat en de veiligheid, de begeleiding en de zorg, als (ruim) voldoende tot goed. Anderzijds zijn er ook enkele indicatoren over het lesgeven als onvoldoende beoordeeld. Tijdens het lesbezoek heeft de inspectie onder andere geconstateerd dat er over het algemeen weinig werd gedifferentieerd: vooral de verwerkingsopdrachten waren niet voldoende afgestemd op de verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen. Uit de basisschooladviezen van de vwo-leerlingen blijk dat ca. 60 tot 65% van hen geen vwo-advies heeft. Gezien de heterogeniteit van de klassen meent de inspectie dat het ook in het vwo noodzakelijk is om meer rekening te houden met de verschillen tussen de leerlingen. Onderwijstijd Naast een wettelijke verplichting beschouwt de inspectie de onderwijstijd tevens als een kwaliteitsaspect. Uit de verantwoording van de school blijkt dat de school voor alle leerjaren en klassen voldoende tijd heeft geprogrammeerd. Bij enkele klassen (met name in de vwobovenbouw) bleek dat de lesuitval in het afgelopen cursusjaar meer dan 5% bedraagt. Dit leidt er toe dat indicator 3.1 als onvoldoende is beoordeeld. Tevens constateert de inspectie dat in het afgelopen cursusjaar bij enkele vwo-klassen tot het percentage ongeoorloofd verzuim meer dan 1% bedroeg en daarmee boven de norm van de inspectie (indicator 3.2) is uitgestegen. De school geeft aan dat dit deels te maken heeft met de administratieve organisatie van de verzuimregistratie en heeft aangekondigd een en ander te verbeteren. Pagina 10 van 11
3. TOEZICHTARRANGEMENT De onderwijskwaliteit van de afdeling vwo van de locatie Wilhelminalaan van het Regius College te Schagen vertoont geen belangrijke tekortkomingen in de opbrengsten en in het onderwijsleerproces en is daarom als voldoende beoordeeld. Om die reden kent de Inspectie van het Onderwijs aan deze afdeling een basisarrangement toe. Dit betekent dat de inspectie na de vaststelling van dit rapport- het intensieve toezicht voor deze afdeling beëindigt. Het basistoezicht bestaat uit een jaarlijkse risicoanalyse en, eventueel, een onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag of themaonderzoeken. Pagina 11 van 11