THEATERSPORT Scène kleuren 1. Warming-up - Ontmoeten en begroeten Elkaar begroeten met verschillende stemmen en teksten. De kinderen lopen kriskras in de speelzaal. Ze gaan elkaar op verschillende manieren ontmoeten en begroeten. De eerste paar keer geef je een voorbeeld. Als de leerkracht in de handen klapt, gaan de kinderen snel in duo s bij elkaar staan. Bij een ontmoeting begroeten ze elkaar met een bepaalde stem en tekst die daarbij past. (Als je deftig bent zeg je Goedemorgen en als je sloom bent zeg je Heeeeey.) Voorbeelden: Een lage stem - Een hoge stem - Als een pudding - Als een spijker Stimuleer de kinderen bij deze oefening op het groots uitbeelden en overdreven uitspreken. Leerdoel: Stemgebruik en stemvariatie 2. Rollen Schrijf een aantal rollen uit R & J op briefjes, bij elke rol schijf je een eigenschap. Bijvoorbeeld: Mama Capuletti deftig. Mercutio- stoer, Pater verstrooid, Pa Capuletti streng; Julia verliefd etc. Doe de briefjes in een hoge hoed o.i.d. De kinderen pakken allemaal een briefje en gaan rondlopen als het type dat op het briefjes staat. Freeze alle kinderen gaan staan in een houding die bij hun rol past. Om de beurt stellen ze zich zelf voor richting publiek. Alle briefjes worden daarna onderling geruild. Hierbij zullen de kinderen bewuster kiezen voor een rol. Daarna hetzelfde als hierboven vermeld. Leerdoel: het verkennen van de personages uit Romeo en Julia 3. Tekstzegging In duo s beginnen we met onderstaand kort tekstje. De kinderen kiezen wie A is en wie B en oefenen een aantal keer de zinnen door het hardop voor te lezen. A: Goede morgen (bv. Romeo Burgemeester- Pater - Ma Capuletti etc) B: Goedemorgen (bv. Tebaldo Paris Voedster Mercutio - Julia etc.) A: Lekker weertje hè? B: Zeg dat wel. A: Wat zie ik nou? B: Wat is er?
Door te variëren in stemgebruik krijgt de tekst betekenis en ontwikkelt zich een verhaal. Stimuleer de kinderen om de tekst uit te spreken op de volgende manieren: Dolblij - Woest -Verliefd Bang Deftig - Snel/gehaast -Geheimzinnig Ieder duo oefent met alle bovenstaande manieren tegelijk op de speelvloer. Daarna kiezen ze een van deze manieren en bespreken ze wat er aan de hand zou kunnen zijn; Wat ziet Romeo, of Julia, of de moeder? De manier moet passen bij de situatie. Bijvoorbeeld: Bang er zit bloed op de jas van Mercutio De kinderen mogen allebei nog één zin tekst toevoegen. Bijvoorbeeld: A: Daar op je jas! B: Wat? Bloed..?! Alle duo s presenteren hun scène aan de groep. Nabespreken op: - Welke manier hebben zij gekozen? Waar zag of hoorde je dat aan? - Variatie: De nadruk ligt hier op tekstzegging. Als een duo snel klaar is of kinderen zijn al goed vaardig, stimuleer tijdens het oefenen in het toevoegen van gebaren/bewegingen/handelingen. - Hoe ervaren de duo s het presenteren aan de groep? Leerdoel: stemvariatie, tekstzegging, intonatie en presentatie Hetzelfde herhalen maar nu met onderstaande scenes, die ze eerst hardop samen in twee en drietallen voorlezen.
1. Balkonscène op, verschuilt zich als Julia verschijnt op haar balkon. Het is een heldere lente/zomernacht. Ze is totaal onrustig en wisselt tussen angst en verliefdheid. Romeo. Een engeltje op mijn tong. Romeo Montecchi. Als dit liefde is, heb ik nog nooit van iemand gehouden. Dit is het dus. De liefde. Maar dan die hatelijke naam. Montecchi. Montecchi. What s in a name? Hè? Romeo. Verlaat je familie, verraad je familie. Heet zoals ik heet en ik kan van je houden. (Julia schrikt als Romeo van de heg springt) Wie is daar? meer! Je bent gek. Op jou. Als ze je vinden. Julia, ze kunnen me nooit vinden. Ik ben mezèlf al helemaal kwijt. Jij hebt staan luisteren! Maar al wat ik hoorde was vioolmuziek. Je bent een dromer. Jij bent mijn droom. Wakker worden, Montecchi. Ik ben jouw nachtmerrie. Je loopt gevaar. Romeo Capuletti. Romeo! Met een naam Kan ik je niet zeggen wie ik ben. Omdat dat woord een vijand van je is. Geef maar een stuk papier dan schrijf ik er mijn naam op en dan verscheur ik het. En zie ik heet geen Montecchi Kom hier en snoer me de mond. Waarom? Ik heb niets meer te zeggen. Jij hebt alles al gehoord. Maar je zei het tegen de sterren. Niet tegen mij. Als jij me niet had afgeluisterd, had ik
nooit zo roekeloos geklonken. Dat past niet voor een meisje. Maar het kan niet! Oh Romeo, we spelen met vuur! We zíjn het vuur, Julia. Stop de mooie woorden nu. Denk na, Montecchi. We hebben geen schijn van kans. Ik kan het slijpen van de messen al horen. Goed, Julia. Maar wat wil je dán dat ik doeof wat wij doen ik bedoel ik weet het niet ik weet het ook niet ik weet niet waar ik het moet zoeken ik weet helemaal niks meer niks niks niks Julia.. Nu. Trouwen dan maar? Trouwen? Ja. In het geheim. Dan kunnen ze ons niks meer maken. STEM VAN Goed. We trouwen. Regel het. Laat me weten waar en wanneer. Mijn lot ligt in jouw handen. Maar als je van gedachten verandert. Ik sterf nog liever. (wil gaan) Zeg dat je van me houdt. Oh Romeo, ruik je de nacht? Die zoete geur, bloemen die op het punt staan te bloeien. Ruik, Romeo. Ruik dit moment. We smeren hem. Nu. Ze zouden ons overal vinden. Stilte. Ik hou van je, Julia Capuletti Ik hou van jou, Romeo Montecchi. Stilte. Wacht. Wat. Ik weet het niet meer. STEM VAN Ga nu. Maar niet te ver. (beiden af)
2. Pater Lorenzo en Romeo Pater Lorenzo! Pater Lorenzo! Ik heb geweldig nieuws. O, Romeo, Romeo, Romeo, rustig aan, alsjeblieft. Heilige Franciscus! Je laat me schrikken. Ik ben verliefd! Neem een vlierboombes. Dan gaat het wel over. Bent u niet blij voor me? Ach, Romeo, Romeo, Romeo, beste dromer, je bent zo vaak verliefd. Dit keer is het anders. Ik heb mijn ware liefde ontmoet! Alweer? Nee, het is echt anders,ik zweer t u. Maar een probleem: ze heet Julia Capuletti. Hou maar op met die grappen. Maar het is geen grap!! Wil je dat ik een beroerte krijg? Nee, ik wil met haar trouwen! Trouwen. Luister kerel, het is oorlog tussen jouw familie en die van Julia. Een huwelijk tussen jullie laat de hel losbarsten! Ik wil er geen woord meer over horen. Amen! Wordt het geen tijd dat er een eind komt aan die belachelijke strijd? Onze liefde zou het begin van vrede kunnen zijn. Ik hou van haar. En zij houdt van mij. Wacht. Jullie houden van elkaar? Dat kun je wel zeggen, ja. Een Montecchi houdt van een Capuletti en andersom. Hier ligt een mooie kans. Jullie liefde zou de haat kunnen verjagen. Jullie huwelijk smeedt een onverbreekbare band tussen de beide families. Ik zie het! Mooi! Wanneer? Wanneer?
Ik zal jullie trouwen. U bent geweldig, pater Lorenzo. (kust de pater) Ik ga het haar meteen vertellen! (Romeo af, daarna Lorenzo ook) 3. Scene-afscheid Kan het niet wat zachter daarboven? Ik ben aan het huilen! Wacht! Wat is er? Van hier zie je ineens zo bleek. Als een lijk. Jij ook. Twee bleke lijken. Is het een voorteken? Het is het afscheid. Het verdriet in ons hart. Of het komt door de maan. Ik hou van jou, Romeo Montecchi. Ik van jou, Julia Capuletti. Voor altijd. En overal. Kus. Kus. 4. Scene Julia en haar moeder Ik ben bang. Ik ook. Maar Lorenzo heeft een plan. Hij zal ons helpen. (op) Moeder. Nog altijd aan het huilen? We hebben Tebaldo begraven. Je kunt er nu wel mee ophouden.
Ik heb verdriet om wie ik mis. Daarom huil ik. Verspilling, kindje. Gebruik je kracht liever om hem te haten die ons dit allemaal heeft aangedaan. Doe als wij en haat die Montecchi. Haat ze allemaal. En dan nu het goede nieuws, Julia. Donderdag is het zover. Je vader en ik hebben alles al geregeld. Wat is er zover? Ik denk er niet aan. Jij hoeft niet te denken. Dat hebben wij al gedaan. Jij hoeft alleen maar te trouwen. Met Paris. Donderdag. Waarom die haast? Waarom Paris? De gruwel. Doe het me niet aan, moeder. Ik kan niet trouwen met iemand die me niets zegt, die me niets doet. Dan nog liever met iemand die ik haat. Voor mijn part Romeo Montecchi. Je huwelijk. Donderdag trouw jij met Paris. Zeg je dat zelf even tegen je vader?