Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Verlengen van de omgevingsvergunning (zaaknummer 2011-0384) voor het plaatsen van een tijdelijk kantoor TWO Chemical Warehousing B.V. te Maastricht Zaaknummer 2012-0223 d.d. 5 april 2012 Verzonden:
INHOUDSOPGAVE 1 Besluit 3 2 Procedure 5 2.1 Gegevens aanvrager 5 2.2 Bevoegd gezag 5 2.3 Ontvankelijkheid en opschorting procedure 5 2.4 Procedure (regulier) 5 2.5 Adviezen 5 3 Overwegingen 6 4 Voorschriften 8 4.1 Bouwen 8 2012-0223 2
1 Besluit Onderwerp Gedeputeerde Staten van Limburg hebben op 17 februari 2012 een verzoek ontvangen voor het verlengen van de aan TWO Chemical Warehousing met zaaknummer 2011-0384 verleende, tijdelijke omgevingsvergunning, voor het plaatsen van een kantoorunit (verleend d.d. 23 juni 2011). Het betreft de locatie gelegen aan Ankerkade 31, 6222 NL Maastricht. De aanvraag is geregistreerd onder nummer 2012-0223. Besluit Gedeputeerde Staten van Limburg besluiten, gelet op de overwegingen die zijn opgenomen in deze vergunning en gelet op artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo): 1. de op 23 juni 2011 verleende omgevingsvergunning voor het plaatsen van een tijdelijk kantoor op de locatie TWO Chemical Warehousing B.V, Ankerkade 31, 6222 NL Maastricht met zaaknummer 2011-0384 te verlengen; 2. dat het verzoek tot het verlengen van de verleende vergunning en de op 23 juni 2011 verleende vergunning met zaaknummer 2011-0384 inclusief de daarbij behorende stukken onderdeel uitmaken van deze vergunning; 3. dat de instandhoudingstermijn van de verleende vergunning verlengd wordt tot 31 december 2013. Na deze termijn dient het bouwwerk terstond hetzij gesloopt te worden, hetzij in overeenstemming gebracht te worden met de van toepassing zijnde voorschriften. Gedeputeerde Staten van Limburg, namens dezen, G.C.H. Broen clusterhoofd Milieu afdeling Vergunningen en Subsidies 2012-0223 3
Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 3.2 van de Wabo (de reguliere voorbereidingsprocedure). De aanvraag is getoetst aan artikel 2.10 voor de activiteit bouwen en artikel 2.12 voor de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening van de Wabo. Tevens is de aanvraag getoetst aan het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Afschriften Een afschrift van dit besluit is verzonden aan: aanvrager van de vergunning, zijnde TWO Chemicals B.V.; het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht. Bezwaar Als dit besluit uw belang rechtstreeks raakt en u het met de inhoud van dit besluit niet eens bent, kunt u bezwaar maken. U moet dan binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is verzonden een bezwaarschrift indienen. Op deze procedure is de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten: a. de naam en het adres van de indiener; b. de datum; c. een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht, en; d. de redenen van het beroep (motivering). Het bezwaarschrift moet worden gericht aan: Gedeputeerde Staten van Limburg Afdeling BSEB, cluster BZ, team Rechtsbescherming Postbus 5700 6202 MA MAASTRICHT Voor meer informatie verwijzen wij u naar www.limburg.nl en klik vervolgens op e-loket. Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Als u een bezwaarschrift heeft ingediend, dan kunt u tevens een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening indienen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank, sector Bestuursrecht, van het arrondissement Maastricht, Postbus 1988, 6201 BZ Maastricht. Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag volgend op de dag waarop dit besluit is verzonden. Indien de Voorzieningenrechter positief beslist op een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt de werking van het onderhavige besluit geschorst. 2012-0223 4
2 Procedure 2.1 Gegevens aanvrager Op 17 februari 2012 hebben wij een aanvraag voor het verlengen van een omgevingsvergunning als bedoeld in Wabo ontvangen. Het betreft een verzoek van TWO Chemical Warehousing B.V. 2.2 Bevoegd gezag De inrichting is genoemd in categorieën 4.1, 5.1, 10.1, 28.1, 28.4 a.6, 28.4 b.1, 28.4 a.5 en b.2 van bijlage 1, onderdeel C van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Verder is het Besluit risico s zware ongevallen van toepassing. Daarom zijn wij het bevoegd gezag voor de integrale omgevingsvergunning. 2.3 Ontvankelijkheid en opschorting procedure Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. 2.4 Procedure (regulier) Dit besluit is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo. Gelet hierop hebben wij op 20 maart 2012 conform artikel 3.8 van de Wabo kennis gegeven van de aanvraag op de site van de provincie Limburg (www.limburg.nl/bekendmakingen). 2.5 Adviezen Advies In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Gelet op het bepaalde in artikel 2.26 van de Wabo, alsmede de artikelen 6.1 tot en met 6.4 van het Bor, hebben wij de aanvraag ter advies verzonden aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht. Naar aanleiding van de aanvraag hebben wij op 22 maart 2012 het volgende advies ontvangen: op grond van hetgeen in de aanvraag is beschreven zien wij geen negatieve effecten voor de gemeente Maastricht en hebben wij terzake dus geen bedenkingen tegen vergunningverlening. 2012-0223 5
3 Overwegingen Toetsing Op 23 juni 2011 hebben wij een tijdelijke omgevingsvergunning verleend voor het plaatsen van een kantoor voor de duur van maximaal twee jaar. Het betreft de locatie TWO Chemical Warehousing B.V., Ankerkade 31, 6222 NL Maastricht. De vergunning is verleend voor de volgende activiteiten: het (ver)bouwen van een bouwwerk; het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, een beheersverordening, een exploitatieplan, regels gesteld door Rijk of Provincie of een voorbereidingsbesluit. Toetsingsgronden De omgevingsvergunning wordt geweigerd indien: 1. de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden het naar het oordeel van het bevoegd gezag niet aannemelijk maken dat het bouwen van een bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 2 of 120 van de Woningwet; 2. de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden het naar het oordeel van het bevoegd gezag niet aannemelijk maken dat het bouwen van een bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld bij de bouwverordening of, zolang de bouwverordening daarmee nog niet in overeenstemming is gebracht, met de voorschriften die zijn gesteld bij een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 8, achtste lid, van de Woningwet dan wel bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 120 van die wet; 3. de activiteit in strijd is met het bestemmingsplan, de beheersverordening of het exploitatieplan, of de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening; 4. het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, met uitzondering van een tijdelijk bouwwerk dat geen seizoensgebonden bouwwerk is, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, in strijd is met redelijke eisen van welstand beoordeeld naar de criteria, bedoeld in artikel 12a, eerste lid, onder a, van de Woningwet, tenzij het bevoegd gezag van oordeel is dat de omgevingsvergunning niettemin moet worden verleend; 5. het advies van de Commissie voor de tunnelveiligheid, bedoeld in artikel 6, derde lid, onder b, van de Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels, daartoe aanleiding geeft. De vergunning van 23 juni 2011 is getoetst aan bovenstaande toetsingscriteria voor de activiteit bouwen en akkoord bevonden. De vergunning is daarnaast verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 (ontheffing als bedoeld in artikel 4, bijlage II van het Bor) voor de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening van de Wabo. Op 17 februari hebben wij een verzoek van TWO Chemical Warehousing B.V. ontvangen om de verleende vergunning te verlengen tot 31 december 2013. Op grond van artikel 5.16 en artikel 5.18 van het Bor kan een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder a en c, welke bestemd is om in een tijdelijke behoefte te voorzien, verleend worden voor een maximale termijn van vijf jaar. 2012-0223 6
De tijdelijke vergunning was verleend voor een periode van maximaal twee jaar (tot 23 juni 2013). Met een verlenging van de vergunning tot 31 december 2013, wordt de maximale periode van vijf jaar niet overschreden. Het geplaatste kantoor verandert met deze aanvraag niet en er heeft in de tussentijd geen wetswijziging plaatsgevonden. Nu toetsing aan artikel 2.10 en 2.12 al heeft plaatsgevonden, blijft de toetsing in deze procedure beperkt tot het aantonen van de tijdelijke behoefte. Het plaatsen van het kantoor is noodzakelijk voor de huisvesting van medewerkers van een klant (RealChemie CV). Deze medewerkers zouden werkzaamheden verrichten tot 31 december 2012. Het contract met RealChemie CV is echter verlengd tot 31 december 2013. De tijdelijkheid is hiermee aangetoond. Verder wijzen wij op het volgende. De situering van de kantoorunits blijkt na plaatsing op een afstand van minder dan tien meter van de loods te liggen. In het Uitgangspunten Document (UPD) van de automatische lichtschuiminstallatie is omschreven dat er binnen een afstand van tien meter van de beveiligde gebouwen, geen onbeveiligde gebouwen mogen bevinden. Aangezien niet voldaan wordt aan de voorwaarden in het UPD kan dit gevolgen hebben voor de certificering van de automatische lichtschuiminstallatie. De plaatsing van de kantoorunits mogen geen afbreuk doen aan de brandwerendheid van de gevel. Tevens dient het uitgangspuntendocument nageleefd te worden. Vorenstaande is gekoppeld als voorwaarde aan deze verlenging. Conclusie Gezien het bovenstaande zijn er geen redenen om het verzoek van TWO Chemical Warehousing B.V. te weigeren. 2012-0223 7
4 Voorschriften 4.1 Bouwen 1.1 De voorschriften welke zijn opgenomen in de verleende vergunning d.d. 23 juni 2011, met zaaknummer 2011-0384 blijven van kracht; 1.2 Conform het UPD van de automatische lichtschuiminstallatie mogen, binnen een afstand van 10 meter van de beveiligde gebouwen, geen onbeveiligde gebouwen zijn gesitueerd. De kantoorunits zijn gelegen op een afstand van minder dan 10 meter. De plaatsing van de kantoorunits mogen geen afbreuk doen aan de brandwerendheid van de gevel van de loods. Wij verzoeken u zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vier weken na verzending van dit besluit, aan te geven op welke wijze u uitvoering gaat geven op naleving van het UPD. 2012-0223 8