Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk, Zevenbergen en Klundert in 2014

Vergelijkbare documenten
Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Antwerpen op de lucht kwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2015

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Antwerpen op de lucht kwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2014

Windroosanalyse naar de invloed van het industriegebied Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk in 2012

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2016

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk, Zevenbergen, Klundert en Strijensas in 2016

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit - april 2010 t/m maart 2011

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2011

Windroosanalyse naar de invloed van Eindhoven Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2012

Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2013

Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2011

Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2012

Windroosanalyse naar de invloed van industriegebied Antwerpen op de luchtkwaliteit in de gemeente Woensdrecht in 2010

Rapportage van de luchtkwaliteit gemeten in De Peel van 2008 tot en met 2015.

Onderzoek naar de luchtkwaliteit ter hoogte van de parkeerplaats Julianastraat te Moerdijk.

Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant Spoorlaan CB Tilburg Postbus AB Tilburg

Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam. Jaarrapportage 2016

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Julianastraat te Moerdijk,

Sensormetingen luchtkwaliteit in Schiedam (juli -december2017)

Samenvatting datarapporten Luchtkwaliteit (IJmond, Haarlemmermeer, Havengebied Amsterdam).

Onderzoek naar de luchtkwaliteit te Moerdijk, Klundert, Zevenbergen en Strijensas

Provincie Noord-Brabant, Onderzoek naar de Luchtkwaliteit te Ossendrecht

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat te Ossendrecht en aan de Grindweg te Woensdrecht Rapport , 10 april 2014

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester Voetenstraat te Ossendrecht en aan de Grindweg te Woensdrecht Rapport ,

Fijn stof in IJmond. TNO-rapport 2007-A-R0955/B. Laan van Westenenk 501 Postbus AH Apeldoorn. T F

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat te Ossendrecht en aan de Grindweg te Woensdrecht

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat in Ossendrecht

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Burgemeester voetenstraat in Ossendrecht

In opdracht van: P.A. Burgos Ministerie van Gezondheid, Milieu en Natuur Klein Kwartier 33 Willemstad Curaçao

Fijnstof Beverwijk-west

Onderzoek gezondheidsrisico s. stof rond Schiphol. Module 1 Resultaten meetcampagne. Subtitle. April 2018

Luchtkwaliteit in Vlaanderen

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Grindweg locatie Gemeentewef te Woensdrecht

- 1 - april mei juni juli augustus september maand

Werkgroep luchtkwaliteit en geluidsbelasting. Overzicht gegevens

Rapportage Luchtmetingen in het Havengebied Amsterdam 2014

Luchtkwaliteitmetingen in Alblasserdam. Derde kwartaalverslag 2014

Monitoring luchtkwaliteit bij 'Hart op Zuid' in Nulmeting in 2016

Eerste uitkomsten onderzoek luchtkwaliteit langs Nijenoord Allee Wageningen

Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de A2 ter hoogte van de nieuwe wijk In Goede Aarde te Boxtel.

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2009

Meetresultaten Luchtkwaliteit Curaçao 2014

Rapportage Luchtmetingen in het Havengebied Amsterdam 2016

Op grond van artikel 28 uit het Besluit luchtkwaliteit (Stb. 2001, 269) bieden wij U hierbij aan de provinciale rapportage Luchtkwaliteit 2003.

MEMO. Onderwerp/Subject: Analyse rapport RIVM Luchtkwaliteit 2012

1. Inleiding. Rapportage Luchtkwaliteit 2012, gemeente Doetinchem 4

Smog in zomer van 5

Rapportage Luchtmetingen in het Havengebied Amsterdam 2017

Notitie. e-nose board. 22 mei E-nose programma Bianca Milan

L. Indicatieve effecten Luchtkwaliteit

Monitoring luchtkwaliteit van de Vaillantlaan. Rapportage 2016/2017

Onderzoek naar de luchtkwaliteit langs de N69 in Waalre

Inleiding De gemeenteraad van Alblasserdam heeft op 21 januari 2013 een motie aangenomen die luidt:

14 juli 2005 RIVM-MNP-TNO

Adviesdienst Verkeer en Vervoer RWS

Aanpassing GCN*) fijn stof in IJmond

EFFECT VAN DE AUTOLOZE ZONDAG OP DE CONCENTRATIES STIKSTOFOXIDEN 2007, 2008 EN 2009

Luchtkwaliteit monitoring in Alblasserdam. Eerste kwartaal 2014

4.4 VLUCHTIGE ORGANISCHE STOFFEN (V.O.S.)

PROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE B

Factsheet luchtkwaliteit over het jaar 2014

Onderzoek naar de luchtkwaliteit nabij Vliegbasis Eindhoven & Eindhoven Airport

Provinciale weg N231; Verkeersintensiteit, geluid en luchtkwaliteit 1

Luchtkwaliteit en windmolens

Onderzoek naar de luchtkwaliteit in Meppel

Monitoring NSL. Werksessie Veehouderijen. Hans Berkhout RIVM

Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP. onderzoeksprogramma

Rapportage Luchtmetingen in het Havengebied Amsterdam 2015

Onderzoek naar de luchtkwaliteit nabij Vliegbasis Eindhoven & Eindhoven Airport

Meetresultaten luchtkwaliteit 2010 Curaçao

RMD West-Brabant, 15 juni 2005 INVENTARISATIE LUCHTKWALITEIT 2004 GEMEENTE MOERDIJK

1 INLEIDING 2 2 WETTELIJK KADER 3 3 LUCHTKWALITEIT LANGS DE RELEVANTE WEGEN IN HET PLANGEBIED 4 4 CONCLUSIES 8

Datarapport Luchtkwaliteit Haarlemmermeer meetresultaten 2015

Luchtkwaliteit langs de N208 bij Hillegom

Kwartaalbericht luchtkwaliteit. 4e kwartaal 2012

Vuurwerk tijdens de jaarwisseling van 2012/2013

NO, NO2 en NOx in de buitenlucht. Michiel Roemer

Luchtkwaliteit in Vlaanderen. Vleva-Joaquin symposium Brussel 3 juni 2013

Onderzoek naar de luchtkwaliteit nabij Vliegbasis Eindhoven & Eindhoven Airport

Vergelijkende buitenluchtmetingen RIVM, GGD Amsterdam en DCMR Resultaten 2014

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 26 april J. van Rooij

Onderzoek naar de luchtkwaliteit nabij Vliegbasis Eindhoven & Eindhoven Airport

Eerste kaart roetconcentraties Nederland Roet aanvullende maat voor gezondheidseffecten luchtvervuiling

Bepalen van de luchtkwaliteit

Luchtkwaliteit Nieuwegein 2009

Meetresultaten Luchtkwaliteit Curaçao 2015

MEMO DHV B.V. Logo. : De heer P.T. Westra : Ramon Nieborg, Alex Bouthoorn : Ceciel Overgoor

Luchtkwaliteit Nijmegen

Datarapport Luchtkwaliteit Haarlemmermeer meetresultaten 2016

Meetnet luchtkwaliteit Rijnmond: Wat heb je er aan en wat kost het?

Aanvullende informatie over luchtkwaliteit en metingen

Samenvatting Haalbaarheidsstudie Milieuzone Gemeente Helmond, ARS 7 juli 2009

Meetresultaten luchtkwaliteit 2011 Curaçao

Luchtkwaliteitonderzoek Lelystad bestemmingsplan De Velden

Actualisatie Toets luchtkwaliteit bestemmingsplan Spijkvoorder Enk

Kwartaalbericht luchtkwaliteit. 2 e kwartaal 2013

Luchtkwaliteit in Nederland: cijfers en feiten. Joost Wesseling

HaskoningDHV Nederland B.V. MEMO. : Provincie Overijssel : Tijmen van de Poll : Jorrit Stegeman

Bijlage 4 - Onderzoek luchtkwaliteit

Transcriptie:

Windroosanalyses naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk, Zevenbergen en Klundert in 214 Zaaknummer 15199, 3 november 215 Projectverantwoordelijke: T.H. Visser Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant Team : Metingen en Onderzoek Postbus 75, 5 AB TILBURG Telefoon : 13-261 Internet : www.omwb.nl

gemiddelde bijdrage in % Samenvatting Deze rapportage bevat de resultaten van een windroosanalyse, die de invloed in beeld brengt van het industrieterrein Moerdijk op de woonkernen van Moerdijk, Klundert en Zevenbergen. De analyse is uitgevoerd op verzoek van het Cluster Natuur, Water en Milieu van de provincie Noord-Brabant en is een vervolg op analyses, die sinds 28 zijn uitgevoerd door TNO of de Provincie zelf. De metingen zijn uitgevoerd op 4 locaties, te weten: Julianastraat in Moerdijk, ten oosten van het industrieterrein; Atletiekbaan te Zevenbergen ten zuid-westen van het industrieterrein; Kerkweg te Klundert, ten westen van het industrieterrein; Zwingelspaansedijk te Fijnaart ten westen van het industrieterrein. Door de resultaten van de metingen in bepaalde windhoeken met elkaar te vergelijken, waarbij sommige stations als achtergrondstation dienen, kan de bijdrage van het industrieterrein op de luchtkwaliteit in bedoelde woonkernen worden vastgesteld. Een vergelijking met voorgaande jaren geeft inzicht in het verloop door de jaren heen. Uit de resultaten van de windroos analyse kunnen de volgende conclusies worden getrokken: De meteocondities over het jaar 214 zijn in het algemeen vergelijkbaar met die van 213. De wind uit de windhoek -14, waarbij Klundert wordt belast door het industrieterrein lijkt iets minder vaak voor te komen dan in 213. Van voorgaande jaren is geen informatie opgenomen voor deze windhoek, omdat in Klundert pas vanaf 213 een volledig jaar is gemeten. 21 vertoont een dip in de bijdrage uit de windhoek, waarbij Moerdijk is belast. Dit is van invloed op de bijdrage van het industrieterrein op Moerdijk; Voor alle meetstations geldt dat de grenswaarden van PM 1, NO 2 en benzeen uit de Europese richtlijn niet worden overschreden. Moerdijk De bijdragen van PM 1 en NO 2 lijken niet te verschillen ten opzichte van vorige jaren. De bijdrage van benzeen vertoont sinds de metingen in 21 een dalende trend. In onderstaande grafiek is dit weergegeven. Vanwege afwijkende meteo is 21 een uitzonderlijk jaar geweest. De grafiek vertoont voor alle gemeten componenten een dip. Vermoedelijk is dit te wijten aan de afwijkende frequentieverdeling van de wind; Concentratieverloop 45 4 35 3 25 2 15 1 5 26 28 21 212 214 216 jaar pm1 Figuur 1: concentratie verloop PM1, NO2 en benzeen in Moerdijk NO2 Benzeen Rapport: 15199 / 3 november 215 2/34

Zevenbergen De concentraties van PM 1 en NO 2 zijn in 214 vergelijkbaar met die uit 213. Benzeen is duidelijk afgenomen. Dit laatste is wel meer in de lijn der verwachting, zoals TNO al beschreef in het rapport over 213. De NO 2 concentratie is in Moerdijk in alle gevallen hoger dan in Zevenbergen. De combinatie Zevenbergen met Moerdijk als achtergrondstation voor NO 2 is niet zinvol. De bijdrage van alle componenten is logischerwijs lager dan in Moerdijk tengevolge van de lagere windbijdrage uit de belaste windhoek; Er is geen noemenswaardig verschil berekend tussen de bijdrage ten opzichte van de onbelaste stations Moerdijk en Fijnaart; Opvallend is wel dat de gemiddelde concentratie en de bijdrage van benzeen aanzienlijk lager is dan in 213, maar meer in de lijn der verwachting ligt; Zoals TNO al eerder vaststelde, is er ook een verhoging van benzeen gemeten in de windhoek 15-26, welke niet belast wordt door het industrieterrein. Dit doet vermoeden dat er ook nog andere bronnen zijn ten zuiden van Zevenbergen. Klundert De bijdragen zijn kleiner dan in Moerdijk, hetgeen logisch is vanwege de lagere windbijdrage uit de belaste hoek. De bijdrage van het industrieterrein voor NO 2 is niet berekend, omdat in Moerdijk (het onbelaste station) de concentraties hoger zijn; Evenals in het voorgaande jaar is de bijdrage van het industrieterrein voor benzeen het hoogst. Opvallend is wel dat de gemiddelde concentratie relatief hoog is, hoger bijvoorbeeld dan door RIVM gemeten in 213 op regionale en stedelijke achtergrondstations, maar ook hoger dan verkeers- en industrie belaste stations; De bijdrage windroos voor benzeen laat een verhoging zien in de windhoek 15-26. Dit lijkt te wijzen op nog een andere bron in zuidelijke richting. Deze bijdrage wordt ook zichtbaar in de windroos van Zevenbergen. Algemeen Evenals vorige jaren is de bijdrage van PM1, NO2 en benzeen het hoogst in Moerdijk, daarna volgen Zevenbergen en Klundert. Gezien de verdeling van de windhoek frequentie is dat niet verwonderlijk; Het feit dat in Moerdijk in alle windrichtingen hogere NO2 concentraties worden gemeten is vermoedelijk een gevolg van de invloed van snelwegen rondom Moerdijk(A16 en A17); Opvallend is de bijdrage van benzeen uit andere windhoeken dan vanuit het industrieterrein Moerdijk. Dit duidt op andere bronnen; Om een beter beeld te krijgen van de werkelijke bijdrage van het industrieterrein op de woonkernen van Moerdijk en Zevenbergen wordt geadviseerd een GC te plaatsen in het meetstation Fijnaart. Rapport: 15199 / 3 november 215 3/34

Inhoud 1 Inleiding 5 2 Algemeen 6 2.1 Meetlocaties 6 2.2 PM 1 7 2.3 NO x 7 2.4 Benzeen 7 2.5 Meteorologie 7 3 Uitvoering analyse 8 3.1 Methode 8 3.2 Meetonzekerheid 9 4 Resultaten Windrichting 1 5 Resultaten Moerdijk 11 5.1 PM 1 11 5.2 NO 2 12 5.3 Benzeen 14 6 Resultaten Zevenbergen in combinatie met Fijnaart 16 6.1 PM 1 16 6.2 NO 2 17 6.3 Benzeen 19 7 Resultaten Zevenbergen in combinatie met Moerdijk 21 7.1 PM 1 21 7.2 NO 2 22 7.3 Benzeen 23 8 Resultaten Klundert 25 8.1 PM 1 25 8.2 NO 2 26 8.3 Benzeen 27 9 Samenvatting en Conclusies 29 1 Referenties 33 11 Verantwoording 34 Rapport: 15199 / 3 november 215 4/34

1 Inleiding Op verzoek van het cluster Natuur, Water en Milieu van de Provincie Noord-Brabant is een windroosanalyse uitgevoerd, die de invloed in beeld brengt van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in de woonkernen van Moerdijk, Zevenbergen en Klundert. De analyse is analoog aan de onderzoeken, die TNO of de provincie Noord-Brabant heeft uitgevoerd in de voorgaande jaren [1-1]. De luchtkwaliteit wordt op vier locaties rondom het industrieterrein gemeten, te weten: Julianastraat in Moerdijk, ten oosten van het industrieterrein; Atletiekbaan te Zevenbergen ten zuid-westen van het industrieterrein; Kerkweg te Klundert, ten westen van het industrieterrein; Zwingelspaansedijk te Fijnaart ten westen van het industrieterrein. De drie eerst genoemde stations worden beheerd door de omgevingsdienst Midden en West-Brabant (OMWB). Hier worden de componenten PM 1, en NO x en BTEX (BTEX is de verzamelnaam voor de componenten benzeen, ethylbenzeen, tolueen en p,m en o-xyleen) gemeten. Het laatste station wordt beheerd door het RIVM als LML station 246. De daar gemeten concentraties PM 1 en NO x dienen ter vastlegging van de achtergrondconcentraties vanwege de grotere afstand tot het industrieterrein. De windroosanalyses worden reeds uitgevoerd sinds 28. In de eerste instantie alleen voor NO x en PM 1 op Moerdijk met Fijnaart als achtergrondstation, later zijn ook analyses beschikbaar gekomen voor de andere meetstations en is de analyse uitgebreid met de component benzeen. In het rapport zullen de historische gegevens worden vermeld, zodat een trendanalyse mogelijk wordt. Voor deze gegevens wordt voor een belangrijk deel gebruik gemaakt van de rapportages van TNO over de jaren 28-213. Het doel van deze analyse is om de invloed van het industrieterrein in kaart te brengen en trend te volgen van de luchtkwaliteit door de jaren, door het berekenen van de bijdrage ten opzichte van niet-belaste stations. De bijdrage berekeningen zijn afhankelijk van de meteorologische omstandigheden, de sterkte van de emissiebronnen op het terrein en incidentele emissie. Door echter de emissies uurgewogen te middelen ontstaat een reëel beeld van de bijdrage uit de verschillende windhoeken. De metingen van PM 1 en NO x zijn uitgevoerd conform het kwaliteitssysteem van het team Metingen en Onderzoek (TMO) van de omgevingsdienst midden- en west Brabant. Dit kwaliteitssysteem voldoet aan de norm NEN-EN-ISO/IEC 172 en is geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie onder registratienummer I73. De metingen van de koolwaterstoffen, waaronder benzeen, vallen niet onder de geaccrediteerde verrichtingen. Rapport: 15199 / 3 november 215 5/34

2 Algemeen 2.1 Meetlocaties In figuur 2 zijn de meetpunten en windsectoren, waarbij de meetstations worden belast door het industrieterrein aangegeven. Deze gegevens zijn samengevat in tabel 1 Moerdijk Klundert Fijnaart Zevenbergen Figuur 2: Overzicht meetlocaties met grafisch weegegeven windsectoren Tabel 1: Combinaties van belaste en onbelaste meetstations en windsectoren Belast station Onbelast station Windsector ( ) Moerdijk Fijnaart (LML 246) 2-29 Zevenbergen Moerdijk 28-2 Zevenbergen Fijnaart 28-2 Klundert Moerdijk -14 De gegevens van de windsectoren zijn ontleend uit eerdere studies, gerapporteerd door TNO. Meetstation Moerdijk wordt tussen windrichting 2 en 29 belast door het industrieterrein. Vanwege de ligging van meetstation Fijnaart, dient deze locatie als achtergrondstation. Meetstation Zevenbergen wordt door het industrieterrein belast tussen 28 en 2 graden. Zowel Moerdijk als Fijnaart kunnen dienen als onbelast station voor de berekening van de bijdrage. Meetstation Klundert wordt binnen de sectoren -14 belast door het industrieterrein. Vanwege de ligging van Moerdijk ten opzichte van Klundert bij deze windrichtingen, kan deze dienen als onbelast station. Rapport: 15199 / 3 november 215 6/34

2.2 PM 1 In 214 is op alle meetlocaties het gehalte PM 1 gemeten. In Fijnaart door het RIVM, op de overige locaties door de OMWB. De meettechniek betreft in alle gevallen monitoring met behulp van bètastofmonitoren. De metingen maken deel uit van de geaccrediteerde verrichtingen van het team TMO. De metingen worden periodiek gevalideerd en vergeleken met de daggemiddelde concentraties van de referentiemethode. Aangezien deze rapportage de bijdrage berekent op basis van uurgemiddelde meetwaarde, moeten deze waarden met een grotere onnauwkeurigheid worden bezien. 2.3 NO x In 214 is op alle meetlocaties het gehalte NO x gemeten. In Fijnaart door het RIVM, op de overige locaties door de OMWB. De meettechniek betreft in alle gevallen monitoring met behulp van NO x monitoren op basis van chemoluminescentie. De metingen maken deel uit van de geaccrediteerde verrichtingen van het team TMO en periodiek gevalideerd. 2.4 Benzeen In 214 is op 3 meetlocaties (Moerdijk, Klundert en Zevenbergen) het gehalte benzeen gemeten door de OMWB. In Fijnaart is geen benzeen gemeten. De meettechniek betreft in alle gevallen monitoring met behulp van een GC met een PID detector. Om de trendvorming niet te onderbreken is dezelfde methodiek gekozen voor de bijdragewindroos voor Moerdijk. Aangezien er voor Moerdijk geen onbelast meetstation voor benzeen is, wordt de bijdrage berekend uit de laagste gemiddelde concentratie uit de overige windhoeken (,7 µg/m 3 voor 214). Geadviseerd wordt een GC te plaatsen in het meetstation Fijnaart. Voor de overige meetstations is wel een onbelaste locatie voor benzeen bepaald (zie tabel 1). 2.5 Meteorologie Evenals voorgaande jaren is voor de meteo gegevens gebruik gemaakt van de KNMI station Gilze-Rijen. Rapport: 15199 / 3 november 215 7/34

3 Uitvoering analyse 3.1 Methode Onderstaande tekst in cursief is letterlijk overgenomen uit het rapport van TNO [9]. Hiervoor is gekozen omdat de berekeningen van de bijdrage op dezelfde wijze tot stand is gekomen. Op basis van uurgemiddelde concentraties en windrichtingen worden windroosanalyses uitgevoerd. Ten eerste wordt de frequentie verdeling van de windrichting over 214 bepaald. Voor elke windsector wordt berekend hoeveel uur de wind uit die richting kwam. Door te delen door het totaal aantal uren wordt dit omgerekend naar een percentage. Ten tweede worden concentratiewindrozen van PM 1, NO x en benzeen voor de combinatie van de belaste en onbelaste stations gemaakt. Bij een concentratiewindroos wordt voor elke windsector de gemiddelde optredende concentratie getoond. De concentratiewindrozen geven inzicht in de windrichtingen waarbij de concentratie is verhoogd. Hoe meer waarnemingen er in een windsector voorkomen, hoe betrouwbaarder de gemiddelde concentratie is. Ten derde is de lokale bijdrage van het industrieterrein op de locaties in Moerdijk, Zevenbergen en Klundert bepaald. Dit is stapsgewijs gedaan: 1. Er wordt een windroos van het concentratieverschil tussen belaste en onbelaste locatie gemaakt (voor Moerdijk het verschil met de aangenomen achtergrondconcentratie). Op deze manier wordt de grootschalige bijdrage op het belaste punt als het ware uitgefilterd. Ook hier geldt, hoe meer waarnemingen er in een windsector voorkomen, hoe betrouwbaarder het verschil in concentratie is. is. 2. De windroos van het concentratieverschil wordt vermenigvuldigd met de frequentieverdeling. Dit levert een zogenaamde bijdrage windroos op. Deze heeft echter alleen betekenis bij de windsectoren waarbij het station is belast door het industrieterrein. 3. De bijdragen in deze windsectoren worden opgeteld tot de jaargemiddelde bijdrage van het industrieterrein op de bewuste locatie (in µg/m 3 ). Dit wordt vergeleken met de jaargemiddelde concentratie op deze locatie bepaald over de uren, die aan de criteria voldoen. Daaruit volgt een bijdrage in procenten. De op deze manier gevonden bijdrage is een gemiddelde waarde. De uiteindelijke bijdrage is gebaseerd op de volgende selectie criteria: De windrichting valt in de betreffende windsector; De windsnelheid is groter dan 1 m/s; De uurgemiddelde concentratie is gelijktijdig beschikbaar op het belaste en onbelaste station. De selectiecriteria leiden voor elke combinatie tot een percentage van het totaal aantal uren in het jaar 214 dat beschikbaar is voor analyse. Deze percentages zijn weergeven in tabel 2. Tabel 2: Aandeel van de uurgemiddelde metingen, die voldoen aan criteria voor de windroosanalyses (%) Combinatie PM 1 NO x Benzeen Moerdijk-Fijnaart 96 91 85 Zevenbergen-Fijnaart 97 97 91 Zevenbergen-Moerdijk 96 95 84 Klundert-moerdijk 94 83 86 Rapport: 15199 / 3 november 215 8/34

Het percentage beschikbare datasets is zeer hoog voor PM 1 en NO x. Voor benzeen zijn de percentages wat lager, maar nog steeds hoog. 3.2 Meetonzekerheid Zoals in de rapporten van TNO al is beschreven is de onnauwkeurigheid van de metingen lastig in te schatten. De meetmethoden, die worden toegepast voor de bepaling van PM 1, NO 2 en benzeen hebben intrinsiek een bepaalde meetonzekerheid of hebben een meetonzekerheid, die afgeleid is van een referentiemethode. Voor de component fijn-stof is voor de berekening van de totale meetonzekerheid de methodiek gevolgd zoals beschreven in NEN-EN 1497, Ambient air quality- Standard gravimetric measurement method for the datermination of the PM2,5 mass fraction of suspended particulate matter. Voor PM1 wordt vooralsnog dezelfde methodiek gehanteerd. In het geval van PM 1 is de meetmethode met β-stofmonitoren, gekalibreerd middels de referentiemethode. Conform de Europese richtlijn [11] wordt de methode geaccepteerd indien kan worden aangetoond dat vergelijkbare resultaten worden behaald binnen 25% van de referentiewaarde. Voor de door TMO gebruikte apparatuur is dat het geval. De meetmethode voor NO 2 (NEN-EN 14211) is geen afgeleide methode, maar is binnen Europa de referentiemethode voor NO x metingen in de buitenlucht. De meetonzekerheid voor NO x is vastgesteld door, onder praktijkomstandigheden, gecertificeerde gassen op verschillende tijdstippen aan te bieden aan het gehele meetsysteem. Vervolgens wordt, indien noodzakelijk, het meetsignaal gecorrigeerd voor eventueel geconstateerde afwijkingen als gevolg van drift op nul-en span instellingen. Daarbij zijn acceptatiecriteria gedefinieerd tot welke afwijking maximaal gecorrigeerd mag en kan worden zonder eventueel aanvullende acties te ondernemen. In het rapport van de OMWB met betrekking tot luchtkwaliteitsmetingen in Moerdijk, Zevenbergen en Klundert [7] wordt de meetonzekerheid voor NO 2 gesteld op beter dan15%. Voor de bepaling van koolwaterstoffen (BTEX) wordt gebruikt gemaakt van een geaccepteerde meetmethode met behulp van een GC en PID detectie. In het veld wordt elke 72-uur een kalibratie uitgevoerd met gecertificeerde kalibratiegassen. Periodiek worden de data gevalideerd. De meetonzekerheid voor de analyse wordt daardoor beperkt tot ca 1% [7]. Naast de meetonzekerheid van de meetmethode speelt ook de representativiteit van de locatie, windrichting en windsnelheid een rol [1]. Dit maakt het lastig een onderbouwde uitspraak te doen over de totale meetonzekerheid in het gepresenteerde getal. Rapport: 15199 / 3 november 215 9/34

4 Resultaten Windrichting Figuur 3 geeft de jaargemiddelde frequentieverdeling van de windrichting in 214. Totaal 27 29 28 3 31 35 34 8% 33 7% 32 6% 5% 4% 3% 2% 1% % 1 2 3 4 5 6 7 8 9 26 1 25 11 24 12 23 22 21 2 19 18 17 14 15 16 13 Figuur 3: Frequentieverdeling (%) van de windrichting in 214. In tabel 3 worden deze percentages getalsmatig weergegeven over de jaren vanaf 28. Tabel 3: Aandeel wind van het industrieterrein in de richting van de woonkernen Moerdijk, Zevenbergen en Klundert (in %) Jaar Moerdijk (2-29) Zevenbergen (28-2) Klundert (-14) 28 5 - - 29 46 - - 21 37 - - 211 45 - - 212 49 - - 213 42 19 35 214 43 19 29 Ten opzichte van 213 is het percentage belaste uren in Moerdijk en Zevenbergen gelijk. Klundert is procentueel minder belast dan in 213. Dit kan mogelijk effect hebben op de concentratie bijdrage van het industrieterrein Moerdijk op de woonkern Klundert. Rapport: 15199 / 3 november 215 1/34

5 Resultaten Moerdijk 5.1 PM 1 In figuur 4 zijn de windrozen weergegeven voor Moerdijk en Fijnaart (Swingelspaansedijk). Uit de windrozen is het volgende op te maken: De concentratie in Moerdijk is in west-zuidwestelijke richting verhoogd. Dit is de invloed van het industrieterrein; Bij de overige windsectoren zijn de concentraties nagenoeg gelijk; Relatief gezien zijn de concentraties in noordoostelijke richting groter dan bij de overige windrichtingen. Dit is al eerder geconstateerd in rapporten van TNO en is het gevolg van ongunstige meteo-omstandigheden (slechter verspreiding bij oostelijke wind), waardoor er hogere achtergrondconcentraties ontstaan.. 35 34 35 33 3 32 31 25 2 3 15 29 1 28 5 27 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 14 15 16 17 13 6 7 12 8 9 1 11 Gemiddelde van Moerdijk PM1 ug/m3 Gemiddelde van Swingelspaanse dijk PM1 ug/m3 Figuur 4 : Concentratiewindrozen van PM 1 (µg/m 3 ) op locatie Moerdijk (roze) en Fijnaart, Swingelspaansedijk (blauw) in 214. De windroos van het concentratie verschil en de bijdragewindroos zijn weergegeven in figuur 5. 3 31 34 35 1 33 32 5 1 2 3 4 5 6 34 35 1 33 32,5 31 3 1 2 3 4 5 6 29 28 7 8 29 28 -,5 7 8 27-5 9 27-1 9 26 1 26 1 25 24 23 22 21 2 19 18 14 15 16 17 13 12 11 22 21 2 14 15 16 17 Figuur 5: Links: windroos van het PM 1 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Moerdijk en Fijnaart in 214. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Moerdijk. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 2-29 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 4) 25 24 23 19 18 13 12 11 Rapport: 15199 / 3 november 215 11/34

In de windroos van het verschil en de bijdrage windroos is de invloed van het industrieterrein goed te zien. In onderstaande tabel zijn de bijdragen over de afgelopen jaren samengevat. Tabel 4:Gemiddelde PM 1 concentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Moerdijk Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 28 25,4 2,9 11 29 23,3,9 4 21 25,5,3 1 211 26,2 1, 4 212 2,4 1,8 9 213 22,1 2,9 13 214 22, 2,4 11 industrieterrein in % De gemiddelde bijdrage is iets lager dan in voorgaande jaren, maar nog steeds hoger dan in de jaren 29-212, procentueel is de bijdrage vergelijkbaar. Aangezien de windrichtingverdeling vergelijkbaar is met 213 is dat verklaarbaar, maar niet ten opzichte van de jaren 29-212. De verschillen, die vorig jaar zijn geconstateerd bij overige windsectoren zijn nu minder prominent aanwezig. 5.2 NO 2 In figuur zijn 6 de windrozen weergegeven voor Moerdijk en Fijnaart. Uit de windrozen is het volgende op te maken: De concentratie in Moerdijk is in zuidwestelijke richting verhoogd. Dit is de invloed van het industrieterrein; Bij de overige windsectoren zijn de concentraties nagenoeg gelijk. Dit is in tegenstelling met 213 maar in overeenstemming met de daaraan voorafgaande jaren. Relatief gezien zijn de concentraties in noordoostelijke richting groter dan bij de overige windrichtingen. Dit is al eerder geconstateerd in rapporten van TNO en is het gevolg van ongunstige meteo-omstandigheden (slechter verspreiding bij oostelijke wind), waardoor er hogere achtergrondconcentraties ontstaan. Het is ook niet uitgesloten dat hier de invloed zichtbaar is van de A16 ten noordoosten van Moerdijk. Rapport: 15199 / 3 november 215 12/34

29 28 27 26 25 35 34 4 33 32 3 31 3 24 23 22 21 2 19 2 1 18 1 2 3 4 5 13 14 15 16 17 6 7 12 8 9 1 11 Gemiddelde van Moerdijk NO2 ug/m3 Gemiddelde van Swingelspaanse dijk NO2 ug/m3 Figuur 6 : Concentratiewindrozen van NO2 (µg/m 3 ) op locatie Moerdijk (roze) en Fijnaart, Swingelspaansedijk (blauw) in 214. De windroos van het concentratie verschil en de bijdragewindroos zijn weergegeven in figuur 7. 29 28 3 34 35 15 33 32 1 31 5 1 2 3 4 5 6 7 8 34 35 1 33 32,5 31 3 29 -,5 28 1 2 3 4 5 6 7 8 27-5 9 27-1 9 26 1 26 1 25 11 25 11 24 23 22 21 2 19 18 14 15 16 17 13 12 24 23 22 21 2 19 18 17 12 13 14 15 16 Figuur 7: Links: windroos van het NO2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Moerdijk en Fijnaart in 214. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Moerdijk. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 2-29 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 5) In de windroos van het verschil en de bijdrage windroos is de invloed van het industrieterrein goed te zien. In onderstaande tabel 5 zijn de bijdragen over de afgelopen jaren samengevat. Rapport: 15199 / 3 november 215 13/34

Tabel 5 :Gemiddelde NO2 concentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Moerdijk Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 28 28,9 3,7 13 29 25,2 3,3 13 21 28, 2,1 7 211 26,5 3,5 13 212 24,9 3,3 13 213 27,5 4,3 16 214 24,1 3,9 16 industrieterrein in % De gemiddelde bijdrage is net zo hoog als in voorgaande jaren, maar nog steeds hoger dan in de jaren 29-212. 5.3 Benzeen De concentratie windroos voor benzeen voor de locatie Moerdijk is weergegeven in figuur 8. Moerdijk 27 34 35 4 33 3,5 32 3 31 2,5 3 2 29 28 1,5 1,5 1 2 3 4 5 6 7 8 9 26 1 25 11 24 23 22 21 2 19 18 14 15 16 17 Figuur 8: concentratiewindroos van benzeen (µg/m 3 ) op locatie Moerdijk in 214. 13 12 Rapport: 15199 / 3 november 215 14/34

De windroos van het concentratie verschil en de bijdragewindroos zijn weergegeven in figuur 9. 354 32 3334 3 31 2 3 1 29 28-1 27-2 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 35,2 32 3334 31,1 3 29 28 27 26 -,1 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Figuur 9: Links: windroos van het benzeenconcentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Moerdijk en de achtergrondconcentratie van,7 µg/m 3 in 214. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Moerdijk. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 2-29 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 6) In de bijdrage windroos is de bijdrage van het industrieterrein goed zichtbaar als uitstulping tussen 24 en 25 graden. Een lichte bijdrage aan de oost-zuidoost zijde is eveneens opvallend. Zoals in het TNO rapport van 213 [9] reeds is opgemerkt is het goed mogelijk dat de bijdrage van het verkeer hiervan de oorzaak is(a16, A17, knooppunt klaverpolder). In onderstaande tabel 6 zijn de gegevens van voorgaande jaren samengevat. Opvallend is de verdere afname van de gemiddelde concentratie benzeen, zeker omdat het aandeel wind uit de betreffende sectoren hetzelfde is. Ook de bijdrage is afgenomen zodat procentueel de bijdrage gedaald is tot 25%. Tabel 6 :Gemiddelde benzeenconcentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Moerdijk Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 21 1,8,5 29 211 1,9,7 37 212 2,,8 39 213 1,4,4 3 214 1,3,3 25 Rapport: 15199 / 3 november 215 15/34

6 Resultaten Zevenbergen in combinatie met Fijnaart 6.1 PM 1 In figuur 1 zijn de windrozen weergegeven voor Zevenbergen en Fijnaart. Uit de windrozen is het volgende op te maken: Evenals in 213 zijn de concentraties PM 1 in Zevenbergen bij alle windrichtingen hoger dan in Fijnaart, Swingelspaansedijk; De verschillen lijken minder groot dan in 213. 29 28 27 26 25 3 24 33 32 31 34 35 23 22 21 2 19 4 35 3 25 2 15 1 5 18 1 2 3 4 5 13 14 15 16 17 6 7 12 8 9 1 11 Gemiddelde van Zevenbergen PM1 ug/m3 Gemiddelde van Swingelspaanse dijk PM1 ug/m3 Figuur 1: Concentratiewindroos van PM 1 (µg/m 3 ) op locatie Zevenbergen en Fijnaart in 214. De windroos van het concentratie verschil en de bijdragewindroos zijn weergegeven in figuur 11. 29 28 27 26 25 3 24 31 23 35 34 1 33 32 22 21 2 19 5-5 18 1 2 3 4 14 15 16 17 5 13 6 7 12 8 9 1 11 28 27 26 32 3334 31 3 29 25 1,5 -,5 24 23 22 21 2 19-1 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Figuur 11: Links: windroos van het PM 1 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Zevenbergen en Fijnaart in 214. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Zevenbergen. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 28-2 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 7) Rapport: 15199 / 3 november 215 16/34

Evenals in 213 is het opvallend dat de bijdrage uit zuidwestelijke richting, dus niet uit de richting van het industrieterrein groter is. In tabel 7 zijn de resultaten van de voorgaande jaren samengevat. Tabel 7:Gemiddelde PM 1 concentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Zevenbergen Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 213 21,7 1,1 5 214 24,1 1,2 5 De gemiddelde concentratie is in 214 hoger dan in 213. Dit is ook al zichtbaar in de concentratie windroos. De bijdrage van het industrieterrein is procentueel vergelijkbaar. 6.2 NO 2 In figuur 12 zijn de windrozen weergegeven voor Zevenbergen en Fijnaart. Uit de windrozen is het volgende op te maken: In tegenstelling tot PM 1 komt de gemiddelde concentratie NO 2 in Zevenbergen in de meeste windsectoren overeen met de achtergrondconcentratie in Fijnaart; De invloed van het industriegebied in de windsectoren uit noordoostelijke richting is duidelijk zichtbaar. 29 28 27 26 25 35 34 4 33 32 3 31 3 24 23 22 21 2 19 2 1 18 1 2 3 4 5 13 14 15 16 17 6 7 12 8 9 1 11 Gemiddelde van Zevenbergen NO2 ug/m3 Gemiddelde van Swingelspaanse dijk NO2 ug/m3 Figuur 12: Concentratiewindroos van NO 2 (µg/m 3 ) op locatie Zevenbergen en Fijnaart in 214. Rapport: 15199 / 3 november 215 17/34

De windroos van het concentratie verschil en de bijdragewindroos zijn weergegeven in figuur 13. 29 28 3 31 35 34 15 33 32 1 5 1 2 3 4 5 6 7 8 28 32 3334 31 3 29 1,5 -,5 1 2 3 4 5 6 7 8 27-5 9 27-1 9 26 25 24 23 22 21 2 19 18 14 15 16 17 13 12 1 11 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 11 12 13 14 15 16 17 Figuur 13: Links: windroos van het NO 2 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Zevenbergen en Fijnaart in 214. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Zevenbergen. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 28-2 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 8) Evenals in 213 is het opvallend dat de bijdrage uit zuidwestelijke richting, dus niet uit de richting van het industrieterrein groter is. In tabel 8 zijn de resultaten van de voorgaande jaren samengevat. Tabel 8:Gemiddelde NO 2 concentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Zevenbergen Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 213 21,7,9 4 214 22,4 1,1 5 Rapport: 15199 / 3 november 215 18/34

6.3 Benzeen De concentratie- en bijdrage windroos voor benzeen voor de locatie Zevenbergen is weergegeven in figuur 14 en 15. Zevenbergen 34 35 2 33 32 1,5 31 1 2 3 4 5 3 1 6 29 28,5 7 8 27 26 25 9 1 11 24 23 22 21 2 19 18 17 14 15 16 Figuur 14: Concentratiewindroos van benzeen (µg/m 3 ) op locatie Zevenbergen in 214. 13 12 352 1,5 32 3334 1 31,5 3 29 -,5 28-1 -1,5 27-2 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 35,1 32 3334,5 31 3 29 -,5 28 27 26 -,1 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Figuur 15 : Links: windroos van het benzeenconcentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Zevenbergen en de achtergrondconcentratie van,7 µg/m 3 in 214. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Zevenbergen. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 28-2 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 9) De bijdrage van benzeen is berekend ten opzichte van de gemiddelde benzeen concentratie in Moerdijk bij windhoeken, die niet van het industrieterrein afkomen (,7 µg/m 3 ). De bijdrage van het industrieterrein op Zevenbergen is zeer klein (tabel 9). Opvallend is echter een bijdrage vanuit het zuiden. TNO heeft in haar rapport over 213 de analyse niet gemaakt, maar komt bij de bijdragen in Zevenbergen ten opzichte van Moerdijk tot een vergelijkbare conclusie. In dat geval wordt gesuggereerd dat er mogelijk een systematisch verschil is tussen de meetapparatuur van beide meetstations. Echter omdat bij de bijdrage op Zevenbergen ten opzicht van de achtergrond een vergelijkbare bijdrage windroos wordt berekend, moet eerder gezocht worden naar een mogelijke bron ten zuiden van Zevenbergen. Rapport: 15199 / 3 november 215 19/34

Tabel 9:Gemiddelde benzeenconcentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Zevenbergen en opzichte van de achtergrond of Moerdijk (TNO) Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 213 * 2,,2 11 214 1,2,1 5 * Ten opzichte van Moerdijk (TNO;213) Rapport: 15199 / 3 november 215 2/34

7 Resultaten Zevenbergen in combinatie met Moerdijk 7.1 PM 1 In figuur16 zijn de windrozen weergegeven voor Zevenbergen en Moerdijk. Uit de windrozen is het volgende op te maken: Evenals in 213 zijn de concentraties PM 1 in Zevenbergen bij windrichtingen uit de sectoren 28-2 hoger dan in Moerdijk; Ook bij windrichtingen tussen 2-12 zijn de concentraties hoger dan in Moerdijk. Kennelijk is hier nog een andere bron in het geding; Bij overige windrichtingen zijn de concentraties nagenoeg gelijk. 35 34 4 33 35 32 3 31 25 3 2 29 15 28 1 5 27 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 13 14 15 16 17 6 7 12 8 9 1 11 Gemiddelde van Zevenbergen PM1 ug/m3 Gemiddelde van Moerdijk PM1 ug/m3 Figuur 16: Concentratiewindroos van PM 1 (µg/m 3 ) op locatie Zevenbergen en Moerdijk in 214 De windroos van het concentratie verschil en de bijdragewindroos zijn weergegeven in figuur 17. 29 28 27 26 25 3 24 31 23 35 34 1 33 32 22 21 2 19 5-5 18 1 2 3 4 14 15 16 17 5 13 6 7 12 8 9 1 11 351 32 3334,5 31 3 29 -,5 28 27 26 25 24 23 22 21 2 19 Figuur 17: Links: windroos van het PM 1 concentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Zevenbergen en Moerdijk in 214. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Zevenbergen. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 28-2 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 1) -1 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Evenals in 213 is het opvallend dat de bijdrage uit zuidwestelijke richting, dus niet uit de richting van het industrieterrein groter is. In tabel 1 zijn de resultaten van de voorgaande jaren samengevat. Rapport: 15199 / 3 november 215 21/34

Tabel 1 :Gemiddelde PM 1 concentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Zevenbergen Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 213 21,7,9 4 214 24,1,5 2 De gemiddelde concentratie is in 214 hoger dan in 213. Opvallend is het feit dat de bijdrage van het industrieterrein lager is dan in 213. Ten opzichte van de combinatie Zevenbergen-Fijnaart valt het op dat de gemiddelde bijdrage bij die combinatie wordt berekend op 1,2 terwijl die ten opzichte van Moerdijk slechts,5 is. Dit betekent dat er vanuit de windsectoren 28-2 in Moerdijk een hogere concentratie wordt gemeten dan bij dezelfde windsectoren in Fijnaart. Mogelijk dat hiervoor de scheepvaart verantwoordelijk is. 7.2 NO 2 In figuur 18 zijn de windrozen weergegeven voor Zevenbergen en Moerdijk. Uit de windrozen is het volgende op te maken: In bijna alle windsectoren is de concentratie in Moerdijk hoger dan in Zevenbergen 34 354 33 32 3 31 3 2 29 1 28 27 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Gemiddelde van Zevenbergen NO2 ug/m3 Gemiddelde van Moerdijk NO2 ug/m3 Figuur 18: Concentratiewindroos van NO 2 (µg/m 3 ) op locatie Zevenbergen en Moerdijk in 214 Een windroosanalyse is in dit geval niet zinvol. Rapport: 15199 / 3 november 215 22/34

7.3 Benzeen De concentratie windroos voor benzeen voor de locatie Zevenbergen (paars) en Moerdijk (blauw) is weergegeven in figuur 19. 29 28 27 26 3 31 Zevenbergen Moerdijk 35 34 3 33 32 2,5 2 1,5 1,5 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 25 24 23 22 21 2 19 18 14 15 16 17 13 12 11 Figuur 19: Concentratiewindroos van benzeen (µg/m 3 ) op locatie Zevenbergen en Moerdijk in 214 In tegenstelling tot 213 zijn de concentraties in Zevenbergen niet aanzienlijk groter dan in Moerdijk. In de windroos van het verschil is te zien dat de verschillen rond de,5 µg/m 3 liggen, terwijl deze in 213 één of hoger was. In het rapport van TNO uit 213 is aanbevolen te onderzoeken wat de oorzaak is geweest van de grote verschillen van Zevenbergen ten opzichte van Moerdijk in de windhoek 27-23. Het beeld lijkt nu in ieder geval reëler te zijn. De invloed van het industrieterrein in Moerdijk is zichtbaar, maar minder prominent dan in 213. 352 1,5 32 3334 1 31,5 3 29 -,5 28-1 -1,5 27-2 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 35,1 32 3334,5 31 3 29 -,5 28 27 26 -,1 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Figuur 2: Links: windroos van het benzeenconcentratieverschil (µg/m 3 ) tussen locatie Zevenbergen en Moerdijk. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Zevenbergen. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren 28-2 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 11) Rapport: 15199 / 3 november 215 23/34

In onderstaande tabel 11 zijn de gegevens van voorgaande jaren samengevat. Opvallend is het verschil ten opzichte van 213. In het rapport van TNO werd al het vermoeden uitgesproken dat de schatting van 213 niet realistisch is geweest. De gemiddelde concentratie ligt nu in de lijn der verwachting. Ook de bijdrage van het industrieterrein is veel lager dan berekend in 213. De bijdrage bedraagt procentueel 6%. Wel opvallend is het feit dat de bijdrage in de windsector 15-26 veel hoger is (,3 µg/m 3 ) dan uit de windhoek die onder invloed ligt van het industrieterrein Moerdijk. Dit doet vermoeden dat er toch nog een andere bron ligt ten zuiden van Zevenbergen. Ook in de windhoek 2-13 wordt een hogere bijdrage berekend (,2 µg/m 3 ) dan de windhoek die onder invloed ligt van het industrieterrein Moerdijk. Tabel 11:Gemiddelde benzeenconcentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Zevenbergen Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 213 2,,2 11 214 1,2,1 6 Rapport: 15199 / 3 november 215 24/34

8 Resultaten Klundert 8.1 PM 1 In figuur21 zijn de windrozen weergegeven voor Klundert en Moerdijk. Uit de windrozen is het volgende op te maken: Er is een kleine invloed zichtbaar van het industrieterrein in Moerdijk ten opzichte van Klundert Bij overige windrichtingen zijn de concentraties nagenoeg gelijk. 35 34 35 33 3 32 31 25 2 3 15 29 1 28 5 27 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 14 15 16 17 5 13 6 7 12 8 9 1 11 Gemiddelde van Klundert PM1 ug/m3 Gemiddelde van Moerdijk PM1 ug/m3 Figuur 21: Concentratiewindroos van PM 1 (µg/m 3 ) op locatie Klundert en Moerdijk in 214 De verschillen tussen beide stations zijn zo klein dat windrozen van het concentratie verschil en de bijdrage windroos geen additionele informatie leveren. Getalsmatig wordt de bijdrage slechts op,1 µg/m 3 berekend. Tabel 12:Gemiddelde PM 1 concentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Klundert Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 213 2,6,8 4 214 21,4,1,5 Rapport: 15199 / 3 november 215 25/34

8.2 NO 2 In figuur 22 zijn de windrozen weergegeven voor Klundert en Moerdijk. Uit de windrozen is het volgende op te maken: In bijna alle windsectoren is de concentratie NO 2 in Moerdijk hoger dan in Klundert. Alleen in de sectoren 3-7 is een lichte verhoging te zien van Klundert ten opzichte van Moerdijk. Deze bijdrage is toe te schrijven aan het industrieterrein. 28 27 26 34 354 33 32 3 31 3 29 25 24 23 22 21 2 19 2 1 18 1 2 3 4 5 6 13 14 15 16 17 7 8 9 1 11 12 Gemiddelde van Moerdijk NO2 ug/m3 Gemiddelde van Klundert NO2 ug/m3 Figuur 22: Concentratiewindroos van NO 2 (µg/m 3 ) op locatie Klundert en Moerdijk in 214 De windroosanalyse van het verschil en de bijdrage zijn niet zinvol. De bijdrage zou negatief zijn over de sectoren -14. Rapport: 15199 / 3 november 215 26/34

8.3 Benzeen De concentratie windroos voor benzeen voor de locatie Klundert (paars) en Moerdijk (blauw) is weergegeven in figuur 23. Klundert Moerdijk 31 35 34 3 33 32 2,5 2 1 2 3 4 5 3 1,5 6 29 1 7 28,5 8 27 26 25 9 1 11 24 23 22 21 2 19 18 14 15 16 17 Figuur 23: Concentratiewindroos van benzeen (µg/m 3 ) op locatie Klundert en Moerdijk in 214 13 12 In deze windroos is de invloed van het industrieterrein goed zichtbaar, maar is ook een verhoging te zien in zuidelijke richting. Vermoedelijk is hier dezelfde bron voor verantwoordelijk als bij Zevenbergen 352 1,5 32 3334 1 31,5 3 29 -,5 28-1 -1,5 27-2 26 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 35,1 32 3334,5 31 3 29 -,5 28 27 26 -,1 25 24 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Figuur 24: Links: windroos van het benzeenconcentratieverschil (µg/m3) tussen locatie Klundert en Moerdijk. Rechts: windroos van de bijdrage (µg/m 3 ) per sector op locatie Klundert. De zwarte lijn is de nul-lijn. Het sommeren van de sectoren uit de rechterfiguur binnen de sectoren -14 graden levert de bijdrage van het industrieterrein op (zie tabel 13) Rapport: 15199 / 3 november 215 27/34

In onderstaande tabel 13 zijn de gegevens van voorgaande jaren samengevat. De gemiddelde concentratie is gelijk aan die van 213. De bijdrage van het industrieterrein is procentueel lager dan in 213. Mogelijk is dit het gevolg van het lager percentage wind uit de sectoren -14 (22 vs 16%). In de bijdrage windroos is naast de invloed van het industrieterrein ook een bron zichtbaar ten zuiden van Klundert. Als de bijdrage uit de sectoren 14- wordt berekend, dan is die bijdrage,7 µg/m 3 en dus veel hoger dan uit de windhoek van het industrieterrein Moerdijk. Dit is vermoedelijk ook de oorzaak van het feit dat de gemiddelde jaarconcentratie hoger is dan veel LML achtergrondstations [1]. Tabel 13:Gemiddelde benzeenconcentratie (µg/m 3 ) en de geschatte bijdrage van het industrieterrein in Klundert Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % 213 1,9,4 22 214 1,9,3 16 Dit doet vermoeden dat er nog een andere bron is ten zuiden van Klundert. Als de bijdrage windrozen van Klundert en Zevenbergen worden gepresenteerd (fig.25) in een achtergrond, dan is het brongebied te herleiden. Als het om dezelfde bron gaat, dan ligt deze op aanzienlijke afstand, het is echter ook mogelijk dat het lokale bronnen uit de directe omgeving van de meetlocaties betreft. 35,1 32 3334,5 31 3 29 -,5 28 27 26 -,1 25 24 23 22 21 2 19 1 2 3 4 5 6 35,1 7 32 3334 8,5 31 9 3 1 29 28 27 26 25 17 16 18 24 13 14 15 -,5 11 12 -,1 23 22 21 2 19 18 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 11 12 13 14 15 16 17 Figuur 25: Visualisatie van bronbijdragen ten zuid-zuidwesten van Zevenbergen en Klundert Rapport: 15199 / 3 november 215 28/34

9 Samenvatting en Conclusies De windroosanalyses van de meetstations Moerdijk, Klundert en Zevenbergen leiden tot de volgende conclusies: Meteo De frequentie van de windrichting laat zien dat de windrichtingen niet noemenswaardig afwijken in 214 ten opzichte van 213. Ter vergelijking is het overzicht nogmaals opgenomen in tabel 14. Jaar Moerdijk (2-29) Zevenbergen (28-2) Klundert (-14) 28 5 - - 29 46 - - 21 37 - - 211 45 - - 212 49 - - 213 42 19 35 214 43 19 29 Tabel 14: overzichtstabel frequentieverdeling windrozen 28-212. Moerdijk In onderstaande tabel 15 zijn de resultaten van de metingen in Moerdijk samengevat. Voor de analyses is het LML station 246 Swingelspaansedijk van het RIVM in Fijnaart gebruikt als achtergrondstation. De vergelijking met Zegveld/Utrecht is niet meer gemaakt omdat de resultaten uit onderzoek van TNO vergelijkbaar zijn. Rapport: 15199 / 3 november 215 29/34

Tabel 15: Resultaten voor Moerdijk Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % PM 1 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 28 25,4 2,9 11 29 23,3,9 4 21 25,5,3 1 211 26,2 1, 4 212 2,4 1,8 9 213 22,1 2,9 13 214 22, 2,4 11 NO 2 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 28 28,9 3,7 13 29 25,2 3,3 13 21 28, 2,1 7 211 26,5 3,5 13 212 24,9 3,3 13 213 27,5 4,3 16 214 24,1 3,9 16 Benzeen (grenswaarde 5 µg/m 3 ) 28-29 - 21 1,8,5 29 211 1,9,7 37 212 2,,8 39 213 1,4,4 3 214 1,3,3 25 Uit de resultaten kan het volgende worden geconcludeerd: De grenswaarden voor PM 1, NO 2 en benzeen [11] liggen beneden de gestelde grenswaarden; Evenals in voorgaande jaren is de bijdrage van het industrieterrein voor benzeen het hoogst, al lijkt deze in de loop van de jaren wel af te nemen. De gemiddelde concentratie is hoger dan regionale achtergrondstations, die door RIVM zijn gemeten, maar vergelijkbaar met verkeer- of industrie belaste stations [1]; De conclusie van TNO in het rapport van TNO over 213 over de afwijkende bijdrage in het jaar 21 wordt nog steeds onderschreven. Dit is niet alleen zichtbaar bij NO 2, maar ook bij PM 1. De bijdrage van benzeen lijkt zogezegd jaarlijks af te nemen. Zevenbergen In onderstaande tabellen 16 en 17 zijn de resultaten van de metingen in Zevenbergen samengevat. Voor de analyses is het LML station 246 Swingelspaansedijk van het RIVM in Fijnaart en Moerdijk gebruikt als achtergrondstation. Rapport: 15199 / 3 november 215 3/34

Tabel 16: Resultaten voor Zevenbergen ten opzichte van de achtergrondconcentratie Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % PM 1 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 213 21,7 1,1 5 214 24,1 1,2 5 NO 2 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 213 21,7,9 4 214 22,4 1,1 5 Benzeen (grenswaarde 5 µg/m 3 ) 213 * 2,,2 11 214 1,2,1 5 Tabel 17: Resultaten voor Zevenbergen ten opzichte van Moerdijk Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % PM 1 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 213 21,7,9 4 214 24,1,5 2 NO 2 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 213 21,7 214 22,4 Benzeen (grenswaarde 5 µg/m 3 ) 213 2,,2 11 214 1,2,1 6 Uit de resultaten kan het volgende worden geconcludeerd: De grenswaarden voor PM 1, NO 2 en benzeen liggen beneden de gestelde grenswaarden[11]; De bijdragen zijn kleiner dan in Moerdijk, hetgeen logisch is vanwege de lagere windbijdrage uit de belaste hoek. De bijdrage in Zevenbergen ten opzichte van Moerdijk is niet berekend omdat in alle gevallen de concentratie in Moerdijk hoger is; Evenals in voorgaande jaar is de bijdrage van het industrieterrein voor benzeen het hoogst. Opvallend is wel dat de gemiddelde concentratie en de bijdrage aanzienlijk lager is dan in 213, maar meer in de lijn der verwachting ligt. De gemiddelde concentratie is hoger dan regionale achtergrondstations, die door RIVM zijn gemeten, maar vergelijkbaar met verkeer- of industrie belaste stations [1]; De bijdrage windroos laat een verhoging zien in de windhoek 15-26 voor zowel NO 2, PM 1 als benzeen. Dit lijkt te wijzen op nog een andere bron in zuidelijke richting. Deze bijdrage wordt ook zichtbaar in de windroos van Klundert. Rapport: 15199 / 3 november 215 31/34

Klundert In onderstaande tabel 18 zijn de resultaten van de metingen in Klundert samengevat. Voor de analyses is het meetstation Moerdijk gebruikt als achtergrondstation. Tabel 18: Resultaten voor Klundert Jaar Concentratie (µg/m 3 ) industrieterrein in µg/m 3 industrieterrein in % PM 1 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 213 2,6,8 4 214 21,4,1,5 NO 2 (grenswaarde 4 µg/m 3 ) 213 21,6 214 19,8 Benzeen (grenswaarde 5 µg/m 3 ) 213 1,9,4 22 214 1,9,3 16 Uit de resultaten kan het volgende worden geconcludeerd: De grenswaarden voor PM 1, NO 2 en benzeen liggen beneden de gestelde grenswaarden [11]; De bijdragen zijn kleiner dan in Moerdijk, hetgeen logisch is vanwege de lagere windbijdrage uit de belaste hoek. De bijdrage van het industrieterrein voor NO 2 is niet berekend, omdat in Moerdijk (het onbelaste station) de concentraties hoger zijn; Evenals in het voorgaande jaar is de bijdrage van het industrieterrein voor benzeen het hoogst. Opvallend is wel dat de gemiddelde concentratie relatief hoog is, hoger bijvoorbeeld dan door RIVM gemeten in 213 op regionale en stedelijk achtergrondstations, maar ook hoger dan verkeers- en industrie belaste stations [1]; De bijdrage windroos laat een verhoging zien in de windhoek 15-26 voor benzeen. Dit lijkt te wijzen op nog een andere bron in zuidelijke richting. Deze bijdrage wordt ook zichtbaar in de windroos van Zevenbergen. Rapport: 15199 / 3 november 215 32/34

1 Referenties [1] Voogt, M.H. en van der Valk, C.C.M., 29: Windroos analyse van de luchtkwaliteit rond het industrieterrein Moerdijk in 28, TNO rapport TNO-34-UT-29-2414_RPT-ML, december 29 [2] Van Loon, J. 21: Windroos analyse van de luchtkwaliteit rond het industrieterrein Moerdijk in 29, Provincie Noord-Brabant rapport 1731423, 11 oktober 21. [3] Voogt, M.H. en Weststrate, J.H., 212: Windroos analyse naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk in 21, TNO rapport TNO-6-UT-212-11, januari 212. [4] Voogt, M.H. en den Boeft, J., 212: Windroos analyse naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk in 211, TNO rapport TNO-6-UT-212-1655, december 212 [5] Voogt, M.H. en Verhagen, H.L.M., J.H., 212: Windroos analyse naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk in 212, TNO rapport TNO 213 R11473, oktober 213 [6] RIVM, 213. Jaaroverzicht Luchtkwaliteit 212, RIVM rapport 687423/213 [7] Van der Bij, E.S., 214: Onderzoek naar de luchtkwaliteit aan de Julianastraat te Moerdijk, Kerkweg te Klundert en Atletiekbaan De Knip te Zevenbergen, Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant, rapport 137926, 1 april 214 [8] Van Strien, N. 212: Gevoeligheidsanalyse van windroosbijdrageberekeningen bij industriegebied Moerdijk. Afstudeerrapport 2 juli 212 [9] Voogt, M.H. en Weststrate, J.H., 214: Windroos analyse naar de invloed van het industrieterrein Moerdijk op de luchtkwaliteit in Moerdijk, Zevenbergen en Klundert in 213, TNO rapport TNO 214 R11585, november 214 [1] RIVM, 214. Jaaroverzicht Luchtkwaliteit 213, RIVM Rapport 214-111 [11] Richtlijn 28/5/EG, richtlijn van het Europese Parlement en de Raad, 2 mei 28, betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa, document L 152/1. Rapport: 15199 / 3 november 215 33/34

11 Verantwoording Namen en taakverdeling van de medewerkers T.H. Visser, Projectverantwoordelijke Namen van instellingen waaraan een deel van het onderzoek is uitbesteed n.v.t. Datum waarop het onderzoek is gepubliceerd Tilburg, 3 november 215 Ondertekening Goedgekeurd door T.H. Visser Projectverantwoordelijke E. van der Bij Adviseur Lucht Rapport: 15199 / 3 november 215 34/34