Huishoudelijk reglement CPBW Hulpverleningszone Vlaams Brabant West.

Vergelijkbare documenten
Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg

Koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de opdrachten en de werking van de Comités voor preventie en bescherming op het werk (B.S

3 MEI Koninklijk besluit betreffende de opdrachten en de werking van de Comités voor

REGLEMENT VAN ORDE VOOR HET... OVERLEGCOMITE ( 1 ) HOOFDSTUK I - ALGEMENE BEPALINGEN

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid

Model van huishoudelijk reglement van de Ondernemingsraad

Het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

vakbeweging Opdrachten en bevoegdheden van het Comité voor Preventie en Bescherming op het werk, de Ondernemingsraad en de Vakbondsafvaardiging

Huishoudelijk reglement culturele raad

GEMEENTEBESTUUR VAN SINT-JANS-MOLENBEEK

BIJZONDERE ONDERHANDELINGSCOMITE EN OVERLEGCOMITE REGLEMENT VAN INWENDIGE ORDE

Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S

Rob Stevens. Deel 1. Opdrachten en bevoegdheden van het Comité voor Preventie en Bescherming op het werk

Het bestuur van de gemeenschappelijke regeling bedrijfsvoeringsorganisatie Syntrophos;

Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening Huishoudelijk reglement

Huishoudelijk reglement van het Tussenonderhandelings/-overlegcomité op niveau van de Scholengroep 25

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOOR HET COMITE VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING EN HET WELZIJN OP HET WERK

Verbond Sociale Ondernemingen. Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk

Gemeentelijke cultuurraad Maldegem.

Huishoudelijk reglement

27 MAART KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET BELEID INZAKE HET WELZIJN VAN DE WERKNEMERS BIJ DE UITVOERING VAN HUN WERK

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR MILIEU EN NATUUR

De rol van het comité voor preventie en bescherming op het werk (CPBW) Wetgeving

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 72 VAN 30 MAART 1999 BETREFFENDE HET BELEID TER VOORKOMING VAN STRESS DOOR HET WERK

Afdeling I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van de bepalingen van dit besluit wordt verstaan onder:

Statuten van het gemeentelijk adviesorgaan voor kinderopvang (LOK)

wijziging statuten 2013 Gemeentelijke Sportraad Affligem

Gemeente Rijkevorsel HUISHOUDELIJK REGLEMENT CULTUURRAAD

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

ADVIESRAAD LOKALE ECONOMIE HAACHT STATUTEN

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

Afdeling I. - Toepassingsgebied en definities

STATUTEN LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG GLABBEEK

Huishoudelijk reglement jeugdraad goedgekeurd door de algemene vergadering van de jeugdraad 18 april 1998

GEMEENTE DE PINTE GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD VOOR MILIEU EN NATUUR

Huishoudelijk Reglement voor het Bureau van de Vrijwilligers. Huishoudelijk Reglement

Huishoudelijk reglement gemeentelijke cultuurraad

De commissie vergadert na bijeenroeping door de voorzitter of, als de voorzitter verhinderd is, de ondervoorzitter.

De ADOMA wordt in ieder geval om advies gevraagd over de verplichtingen in het kader van de samenwerkingsovereenkomst milieu met het Vlaams gewest.

Huishoudelijk reglement gemeentelijke jeugdraad gemeente Alken

Gemeente en OCMW Kuurne

Vrije Basisschool De Papaver Adegemdorp 16a 9991 Adegem. Ouderraad: huishoudelijk reglement

Statuten Ouderenadviesraad Gemeente Brecht

Artikel 1. Voor de toepassing van dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder het begrip:

ONDERNEMINGSRAAD WERKING

Reglement Geschillencommissie Woningbedrijf Velsen

Hoofdstuk VI. Het re-integratietraject van een werknemer die het overeengekomen werk tijdelijk of definitief niet kan uitoefenen

Statuten Gemeentelijke adviesraad voor milieu en natuur

Huishoudelijk reglement van FOPAS. Hoofdstuk I Zetel van FOPAS Art. 2

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

Door de overname van Carestel is de reikwijdte van de EOR een eerste maal gewijzigd.

Reglement voor de Audit Commissie Stichting WSW

SOLVAY NV HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET AUDITCOMITE. De leden van het Auditcomité worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van twee jaar.

Statuten van de gemeentelijke adviesraad voor ontwikkelingssamenwerking

Afdeling 1. Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HUISHOUDELIJK REGLEMENT INTERSECTORAAL REGIONAAL OVERLEG JEUGDHULP WEST-VLAANDEREN

Basistaken van de externe dienst voor uw bedrijf

Opstart van het Nieuwe Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (Naam) (Plaats) (Datum)

ORGANIEK REGLEMENT BEHEERSORGAAN BIBLIOTHEEK ALKEN

STATUTEN RAAD VOOR TOERISME

Codex over het welzijn op het werk. Boek II.- Organisatorische structuren en sociaal overleg

2. Deze adviesraad heeft als doel advies te verlenen over het algemeen beleid rond jeugd en jeugdwerk van het gemeentebestuur.

Bijlage 3. Intern reglement van het Auditcomité

INTERN REGLEMENT VAN HET DIRECTIECOMITÉ

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 104 VAN 27 JUNI 2012 OVER DE UITVOERING VAN EEN WERKGELEGENHEIDSPLAN OUDERE WERKNEMERS IN DE ONDERNEMING

Huishoudelijk reglement van de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) van de stad Antwerpen

STATUTEN MONDIALE RAAD MECHELEN 1

Regeling melding onregelmatigheden TU/e

Woningzoekende: degene die zich heeft aangemeld voor een beschikbare woning van de SOR in de vrije sector.

STATUTEN GOAR goedgekeurd in de gemeenteraad van 21 februari 2013 :

Vergaderreglement adviesraad sociaal domein Gemeente Schinnen

Statuten van de gemeentelijke cultuurraad van Heist-op-den-Berg

Art. 33 van de WZW verplicht elke WG een IDPBW op te richten, waarin minstens één PAwerknemer

DOC herzien NL-7978

Corporate governance comité. Huishoudelijk. Reglement ELIA SYSTEM OPERATOR NV

HOOFDSTUK XI VOORKOMING EN BESLECHTING VAN GESCHILLEN

Opstellen GPP en JAP op basis van verslagen. Els Fias

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 104 VAN 27 JUNI 2012 OVER DE UITVOERING VAN EEN WERKGELEGENHEIDSPLAN OUDERE WERKNEMERS IN DE ONDERNEMING

Statuten cultureel adviesorgaan Sint-Laureins

Functie en bevoegdheden dorpsraad

STATUTEN GEMEENTELIJKE ADVIESRAAD LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG DE PINTE

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

HUISHOUDELIJK REGLEMENT: Raadgevend Comité Jeugdhulp. Afdeling 1. - Begrippenkader. Artikel 2. In dit huishoudelijk reglement wordt verstaan onder:

A 2014 N 8 PUBLICATIEBLAD L A N D S B E S L U I T. D e G o u v e r n e u r v a n C u r a ç a o, H e e f t g o e d g e v o n d e n: Enig Artikel

Statuten Stedelijke Seniorenraad Gent

KB ADMINISTRATIEF en GELDELIJK STATUUT AMBULANCIERS

Omstandig verslag ernstig arbeidsongeval (KB )

Reglement Dienstraden

stichting Wetland Wonen Groep en woningstichting de Veste Hierna te noemen: de corporatie.

33ste bijvoegsel - Bericht 4H-VM/2012

gelet op het bepaalde in artikel 24 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en artikel 23 van de Gemeenschappelijke regeling Holland Rijnland;

STATUTEN SAMENLEVINGSFORUM

Huishoudelijk reglement GECORO (Gemeentelijk commissie voor ruimtelijke ordening)

Functie en bevoegdheden Sociale raad

Reglement van het Verantwoordingsorgaan. Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG)

Transcriptie:

Huishoudelijk reglement CPBW Hulpverleningszone Vlaams Brabant West.

1/12 Inhoud Huishoudelijk reglement CPBW hulpverleningszone Vlaams Brabant West. 2 1.1 Zetel en samenstelling van het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) 2 1.1.1 Vervanging van een gewone werknemersafgevaardigde 2 1.1.2 Opdracht van het Comité 3 1.1.3 Vergaderingen 3 1.1.4 Oproeping 4 1.1.5 Taak van de voorzitter 4 1.1.6 Toepassing van de adviezen van het Comité 5 1.1.7 Agenda 5 1.1.8 Het secretariaat 5 1.1.9 Voorbereidende vergaderingen 6 1.1.10 Rondgangen 6 1.1.11 Archief 6 1.1.12 Informatie aan het personeel 7 1.1.13 Wijziging huishoudelijk reglement 8 1.1.14 Eindbepaling 8

2/12 Huishoudelijk reglement CPBW hulpverleningszone Vlaams Brabant West. 1.1 Zetel en samenstelling van het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) Artikel 1 Het Comité van de hulpverleningszone Vlaams - Brabant West heeft zijn zetel te 1730 Asse, Asphaltcosite 110, waar de vergaderingen plaats hebben. Artikel 2 Het Comité is samengesteld uit: voor de werkgever: Het diensthoofd personeel (vervanger: hoofddeskundige personeel) De directeur logistiek (vervanger: diensthoofd logistiek) Secretaris (zie Art. 16 en 17)??? voor het personeel: Namens ACV: maximum drie leden Namens VSOA: maximum drie leden Namens ACOD: maximum drie leden De secretarissen van de verschillende vakbonden kunnen vrijblijvend deelnemen aan de vergaderingen. De afvaardiging van elke vakorganisatie mag zich doen vergezellen door ten hoogste twee technici per op de dagorde ingeschreven punt. (Art 21 & 43 KB 28.09.1984) technisch adviseur: ACOD : Voor sommige punten kan het nuttig zijn technische adviseurs uit te nodigen op de vergadering. Bij het aanleveren van agendapunten dient meegegeven te worden of er een toelichting zal zijn door een adviseur. De technisch adviseur mag de vergadering bijwonen enkel voor die punten waarvoor zijn/haar tussenkomst gevraagd is. Art 2: Art 43 van het KB van 29.09.84 is zeer duidelijk en zegt dat er twee technici per op de dagorde ingeschreven punt kunnen toegevoegd worden. Gelieve dit hier eveneens bij te vermelden. Artikel 3 Nemen van ambtswege deel aan de vergaderingen van het Comité; het hoofd van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk en zijn eventuele adjunct(en) evenals de preventieadviseur(s). EDPBW: De heer Verdoodt Gilbert voor ARISTA (functie? als arbeidsgeneesheer of als preventie-adviseur EDPBW of als beide?) Interne dienst: preventieadviseur 1.1.1 Vervanging van een gewone werknemersafgevaardigde Artikel 4 Het plaatsvervangende lid zal ter vervanging van een gewoon lid zetelen: - wanneer het gewoon lid verhinderd is om aan de vergadering van het Comité deel te nemen; - indien het mandaat van een gewoon lid een einde neemt om een in de wet voorziene reden. In deze gevallen voltooit het plaatsvervangende lid dit mandaat.

3/12 1.1.2 Opdracht van het Comité Artikel 5 Het Comité heeft hoofdzakelijk als opdracht alle middelen op te sporen en voor te stellen, en actief bij te dragen tot alles wat wordt ondernomen om het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk te bevorderen in het kader van de Wet betreffende het Welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming en de Codex over het Welzijn op het Werk. Zie bijlage 1 Artikel 6 De leden van het comité zullen bij vaststelling van een ernstig ongeval hiervan zo snel als mogelijk telefonisch (zie bijlage 2 voor de lijst met contactgegevens) op de hoogte gebracht worden. Afhankelijk van de aard van het ongeval kan er beslist worden om samen te komen in de post waar het slachtoffer tewerkgesteld is, of de post die het dichtst gelegen is bij de plaats van het ongeval. Op deze samenkomst kan men bespreken of het een meerwaarde kan betekenen voor het verder onderzoek om ter plaatse af te stappen. 1.1.3 Vergaderingen Artikel 7 Het Comité vergadert tenminste viermaal per jaar. De dagen waarop het Comité vergadert, worden vastgelegd op de eerste vergadering van het jaar. Wanneer een afgesproken vaste datum, wegens ernstige redenen, niet kan worden aangehouden, wordt de bijeenkomst verdaagd naar de eerstvolgende werkdag, tenzij het Comité een andere dag bepaalt. Artikel 8 Het Comité vergadert eveneens op verzoek van de voorzitter of van ten minste één derde van de personeelsafvaardiging in het Comité. De verzoekers doen mededeling van de punten die zij op de agenda geplaatst wensen te zien. Wanneer een representatieve vakorganisatie aan de voorzitter van een overlegcomité schriftelijk vraagt een aangelegenheid betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk op de dagorde te plaatsen, dient hij het comité zo spoedig mogelijk bijeen te roepen, en uiterlijk dertig dagen na ontvangst van de vraag. (Art 47 KB 28.09.1984) Bespreking van ernstige ongevallen en/of technische mankementen worden op de agenda van de eerstvolgende vergadering geplaatst, of wordt er een extra vergadering in spoed samen geroepen ter behandeling/afhandeling van het dossier omtrent ernstige arbeidsongevallen. Dergelijke buitengewone vergaderingen kunnen worden samen geroepen in volgende gevallen : - Indien één van de representatieve syndicale organisaties dit aangevraagd heeft - Op verzoek van de toezichthoudende ambtenaar - Op initiatief van de voorzitter - In dringende gevallen. In dit geval wordt de vergadering gehouden binnen een termijn van maximum 3 werkdagen. Artikel 9 De vergaderingen van het Comité gaan door tijdens de kantooruren. Het Comité kan eveneens beslissen de vergadering te laten plaatshebben buiten de kantooruren. De aan de vergaderingen bestede tijd, zelfs indien dit buiten de voorziene arbeidsuren wordt gepresteerd, wordt als normale arbeidstijd beschouwd en als dusdanig bezoldigd voor de leden van het Comité. De werkingkosten in de betrokken overheidsdiensten gangbare vergoedingen voor reiskosten (bijkomende verplaatsingskosten) gelden ook voor de leden van het comité bij de uitoefening van hun functie. Daarnaast wordt het parkeergeld dat door de leden van het comité in het kader van de uitoefening van hun opdrachten werd uitgegeven door de werkgever vergoed. (Art 33 KB 28.09.1984)

4/12 Het beroepspersoneelslid dat een syndicale opdracht uitvoert op grond van de bepalingen in het syndicaal statuut (Wet van 19.12.1974 en KB van 28.09.1984) heeft recht op de premie voor operationaliteit en onregelmatige prestaties, daar de regelgeving op deze premie niet voorziet in een opschorting of niet toekenning ervan bij het uitvoeren van een syndicale opdracht. ACOD : Art 9: ook bij vermelden dat de eventuele benodigde verplaatsingstijd eveneens als diensttijd aanschouwd wordt aub Artikel 10 Er kan slechts geldig worden vergaderd indien ten minste de helft van de leden, die de werknemers vertegenwoordigen, of de overheidsdelegatie aanwezig zijn. Wanneer de reglementering voorziet dat het akkoord van het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk noodzakelijk is, moeten de beslissingen worden genomen bij unanimiteit. In alle andere gevallen wordt beslist bij gewone meerderheid van de aanwezige leden. 1.1.4 Oproeping Artikel 11 Elk lid van het Comité (en de secretaris of centrale van elke representatieve vakorganisatie) wordt tenminste 10 dagen vóór de vergadering opgeroepen. De uitnodiging en alle nodige documenten zoals o.a. het verslag van de vorige vergadering van het Comité en het maandverslag van de Gemeenschappelijke Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk worden per mail overgemaakt. Artikel 12 Wanneer een effectief lid van het Comité verhinderd is om aan de vergadering deel te nemen, moet hij zelf het plaatsvervangend lid hiervan verwittigen, evenals de secretaris van het Comité. 1.1.5 Taak van de voorzitter Artikel 13 Het voorzitterschap van het Comité wordt waargenomen door de vertegenwoordiger van de werkgever. De voorzitter zorgt voor de goede werking van het Comité, leidt en sluit de besprekingen, stelt de vragen waarover een beslissing moet worden genomen en kondigt de genomen beslissingen aan. De voorzitter is belast met en verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van de beslissingen van het Comité. Bij ontstentenis van wettelijke beschikkingen terzake bepaalt het Comité de perioden binnen dewelke een genomen beslissing moet worden uitgevoerd. De voorzitter stelt de lokalen en het materieel, nodig voor de vergaderingen, ter beschikking van het Comité. Bevoegdheden van de leden van het comité 1. De overheid geeft aan de leden van het comité die de werknemers vertegenwoordigen de mogelijkheid om onderling of met hun afgevaardigden alsook met de hiërarchische oversten, de preventieadviseurs en de betrokken werknemers alle contacten te hebben die nodig zijn voor de uitvoering van hun opdracht. 2. De leden van het comité die het wensen, ontvangen een notitieboekje om de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk en de rechtstreekse bevoegde leidinggevende op de gevaren en risico's te wijzen. Deze notitieboekjes zijn beschikbaar bij de IDPBW. 3. De leden van het comité hebben het recht op een passende opleiding. Die vorming is ten laste van de overheid en wordt gegeven tijdens de arbeidsuren. Missies van de IDPBW (interne dienst voor Preventie en Bescherming op het werk) De dienst moet, in het raam van zijn adviserende rol, initiatieven nemen om de aandacht van de overheid te vestigen op de noodzaak om acties te ondernemen naar aanleiding van opgedoken of te verwachten problemen betreffende het welzijn van de werknemers of naar aanleiding van nieuwe reglementaire bepalingen.

5/12 In het kader van zijn adviserende bevoegdheid ten aanzien van de overheid, de representatieve syndicale organisaties van de werknemers en het overlegcomité treedt de preventieadviseur op als neutrale raadgever. Hij moet immers aan elke partij objectieve informatie kunnen geven over welke welzijnsproblemen moeten aangepakt worden en welke oplossingen technisch en organisatorisch mogelijk zijn. Daarnaast oefent hij alle opdrachten uit die gepland zijn in de Koninklijke besluiten van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk en van 3 mei 1999 met betrekking tot opdrachten alsmede over de werking van het comité voor preventie en bescherming op het werk, evenals alle andere opdrachten waarin de van kracht zijnde wetgeving voorziet. 1.1.6 Toepassing van de adviezen van het Comité Artikel 14 De voorzitter moet: onmiddellijk gevolg geven aan de uitgebrachte adviezen van het Comité met betrekking tot de dreigende of ernstige gevaarsituaties voor het welzijn van de werknemers; zo vlug mogelijk en in ieder geval binnen de door het Comité gestelde termijn, gevolg geven aan eenparige adviezen; een passend gevolg geven in geval van uiteenlopende adviezen. De voorzitter die niet overeenkomstig de adviezen heeft gehandeld of gekozen heeft onder de uiteenlopende adviezen, deelt de beweegredenen hiervan mee aan het Comité. Hij/zij verklaart tevens de maatregelen die in gewettigd dringend geval werden genomen zonder dat het Comité hierover voorafgaandelijk werd geraadpleegd of geïnformeerd. Dit wordt desgevallend op de eerstvolgende vergadering of indien nodig in spoedvergadering, opnieuw voorgelegd ter onderhandeling. 1.1.7 Agenda Artikel 15 De agenda wordt opgesteld door de voorzitter van het Comité. Enkel de aangelegenheden die tot de bevoegdheid van het Comité behoren, kunnen op de dagorde van de vergaderingen worden gesteld. De agenda vermeldt elk punt dat door een lid van het Comité tenminste 10 kalenderdagen voor de vergadering schriftelijk werd ingediend bij de secretaris van het Comité. De punten worden op de agenda geplaatst in volgorde van datum van indiening. Het overlopen én de goedkeuring van het verslag van de vorige bijeenkomst vormen echter altijd het eerste punt op de agenda. De agenda vermeldt binnen welke termijnen het overleg van agendapunten, dient te worden beëindigd Ernstige ongevallen die in tussentijd zijn voorgevallen worden automatisch aan de agenda toegevoegd zonder inachtneming van voorgaande bepalingen. ACOD : Art 15: Hier wil ik graag bij vermeld zien dat punten die op de vergadering aangehaald worden eveneens besproken kunnen worden mits goedkeuring van de aanwezige leden van het comité 1.1.8 Het secretariaat Artikel 16 Het secretariaat van het Comité wordt waargenomen door het hoofd van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk. Hij/zij wordt hierin bijgestaan door iemand van het administratief personeel van de zone Vlaams-Brabant West. Artikel 17 De secretaris moet: zorgen voor de tijdige schriftelijke oproeping voor de vergadering; zorgen voor de nodige documenten ter voorbereiding van de voorgestelde agendapunten; de notulen van de vergadering opstellen en ze tenminste 10 dagen vóór de vergadering bezorgen aan de gewone en plaatsvervangende leden van het Comité, alsmede aan de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer belast met het

6/12 gezondheidstoezicht op de werknemers. Eveneens aan de secretaris en/of centrale van elke representatieve vakorganisatie. De notulen bevatten: de namen van de aanwezige en verontschuldigde afgevaardigden evenals de niet verontschuldigde afgevaardigden, de namen van de technici; de agendapunten; beknopte samenvatting van de besprekingen; de punten waarvoor het overleg is beëindigd. de voorstellen en gemotiveerde adviezen van de leden van het Comité met vermelding van hun standpunten; de besluiten van de besprekingen; de respectievelijke data van uitvoering en de verantwoordelijke voor de uitvoering van de adviezen en beslissingen; op de eerstvolgende vergadering van het Comité de notulen laten goedkeuren; het archief van het Comité bijhouden evenals alle documenten, wetgeving enzovoort die verband houden met het welzijn van de werknemers. 1.1.9 Voorbereidende vergaderingen Artikel 18 Na melding van de werkgever en in functie van de dagorde van de vergadering en mits opgave van de te bespreken punten, mogen de werknemersafgevaardigden voorbereidende vergaderingen houden binnen de onderneming tijdens de normale arbeidsuren. Zij kunnen dit gezamenlijk doen met alle afgevaardigden of per vakorganisatie. Zij bekomen hiervoor de nodige tijd om hun standpunten en adviezen behoorlijk te formuleren. ACOD : Art 18: bij de laatste zin van de eerste eveneens de verplaatsingstijd bijvoegen aub De werkgever stelt een geschikt vergaderlokaal ter beschikking waar de voorbereidende vergaderingen vrij en ongestoord kunnen plaatshebben. Indien er werknemersafgevaardigden voor de voorbereidende vergadering buiten de normale werkuren moeten komen, wordt deze vergadertijd beschouwd als normale arbeidstijd. De werkingkosten in de betrokken overheidsdiensten gangbare vergoedingen voor reiskosten (bijkomende verplaatsingskosten) gelden ook voor de leden van het comité bij de uitoefening van hun functie. Daarnaast wordt het parkeergeld dat door de leden van het comité in het kader van de uitoefening van hun opdrachten werd uitgegeven door de werkgever vergoed. (Art 33 KB 28.09.1984) Het beroepspersoneelslid dat een syndicale opdracht uitvoert op grond van de bepalingen in het syndicaal statuut (Wet van 19.12.1974 en KB van 28.09.1984) heeft recht op de premie voor operationaliteit en onregelmatige prestaties, daar de regelgeving op deze premie niet voorziet in een opschorting of niet toekenning ervan bij het uitvoeren van een syndicale opdracht De werknemersafvaardiging kan zich tijdens de voorbereidende vergadering laten bijstaan door een preventieadviseur en/of een preventieadviseur-arbeidsgeneesheer. In dat geval zal de werknemersafvaardiging de werkgever hiervan verwittigen. 1.1.10 Rondgangen Artikel 19 Het CPBW zal samen met het hoofd van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk, de preventieadviseur(s), de respectievelijke postverantwoordelijken en de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, periodiek en tenminste eenmaal per jaar, een grondig onderzoek instellen in alle posten van de zone. Deze rondgang moet voorbereid worden in het Comité en de evaluatie ervan wordt tijdens de eerstvolgende vergadering van het Comité besproken. 1.1.11 Archief Artikel 20

7/12 Alle documenten betreffende het welzijn op het werk, het Interne milieu en de werking van het Comité worden door de secretaris bijgehouden. Elk lid van het Comité, zowel gewoon als plaatsvervangend, heeft het recht om, op de door het Comité vastgestelde dag(en) en uur (uren), deze documenten te raadplegen. In dwingende gevallen kan hiervan afgeweken worden mits voorafgaande verwittiging van de rechtstreekse overste. De werkgever is er toe gehouden het comité alle nodige informatie te verstrekken opdat het met volkomen kennis van zaken advies zou kunnen uitbrengen. Hij stelt een documentatie samen betreffende de vraagstukken inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, het intern en extern milieu, waarvan de inhoud is bepaald in bijlage I van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk, en houdt deze ter beschikking van het comité. Daartoe moeten de leden van het comité op de hoogte worden gebracht en kennis kunnen krijgen van alle al dan niet door de arbeids- of milieureglementering opgelegde inlichtingen, verslagen, adviezen en documenten die verband houden met het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, het intern of extern milieu. Bovendien houdt de werkgever de bestelbon, de leveringsdocumenten en het indienststellingsverslag die betrekking hebben op de keuze, de aankoop en het gebruik van arbeidsmiddelen en persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen ter inzage van het comité en legt hij regelmatig een verslag of overzicht ter bespreking voor aan het comité. De werkgever verstrekt aan het comité alle nodige informatie betreffende de risico's voor de veiligheid en de gezondheid, alsmede de beschermings- en preventiemaatregelen, zowel voor de organisatie in haar geheel als op het niveau van elke groep van werkposten of functies evenals alle nodige informatie betreffende de maatregelen genomen met betrekking tot de eerste hulp, de brandbestrijding en de evacuatie van werknemers. De werkgever verstrekt bovendien alle nodige informatie betreffende de evaluatie van de risico's en de beschermende maatregelen, in het kader van het dynamisch risicobeheersingssysteem en het globaal preventieplan. 1.1.12 Informatie aan het personeel Artikel 21 Het hoofd van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk zal het personeel via mail inlichten: tien dagen vóór de vergadering van het Comité de datum en de agenda mee te delen aan het personeel; binnen de tien dagen na de vergadering de verslaggeving van de vergadering van het Comité bekend te maken aan het personeel; ACOD : Art 21: de wetgeving (art 49 van het KB 29.08.84) zegt dat een afschrift van de notulen binnen de 15 dagen na de vergadering moet verzonden worden aan de leden van het comité en dat die dan nog eens 15 dagen hebben om hun bemerkingen over te maken. Daarna worden de notulen pas definitief. Ook dit artikel zie ik dus graag aangepast. in deze verslaggeving zal melding gemaakt worden van: de besluiten van de besprekingen betreffende de behandelde aangelegenheden; de evolutie en de stand van de werkzaamheden in verband met de punten voor dewelke nog geen besluit getroffen werd; de timing van de uit te voeren beslissingen. Bij het einde van iedere bijeenkomst zal het Comité de tekst vastleggen van de tot het personeel te richten verslaggeving. Het Comité beslist welke punten wegens hun vertrouwelijk karakter niet in deze mededelingen aan het personeel worden opgenomen. de inhoud van het Jaarlijks Actieplan, het jaarverslag van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk, de gevolgen die aan de adviezen van het Comité werden gegeven en elke informatie waaraan het Comité een bijzondere ruchtbaarheid wenst te geven, te verspreiden. In elk gebouw zal de overheid zichtbare en toegankelijke uithangborden plaatsen om: - acht dagen voor de vergadering van het comité een bericht aan te plakken dat de datum en de agenda van de vergadering meedeelt; - de notulen binnen acht dagen na goedkeuring aan te plakken; - de inhoud van het jaarlijks actieplan, het jaarverslag van de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk, de aan de adviezen van het comité gegeven gevolgen en elke informatie die het comité in het bijzonder wil kenbaar maken, aan te plakken.

8/12 Deze documenten worden bovendien op het Intranet van de zone geplaatst binnen dezelfde termijnen. De leidinggevende geeft deze informatie mondeling door aan het personeel dat problemen heeft met het lezen. 1.1.13 Wijziging huishoudelijk reglement Artikel 22 Elk lid van het Comité kan wijzigingen voorstellen aan dit huishoudelijk reglement. De voorgestelde wijzigingen moeten 10 dagen vóór de vergadering van het Comité schriftelijk ingediend worden bij het ondernemingshoofd en eveneens overhandigd worden aan de secretaris en aan de werknemersafgevaardigden. Het Comité kan slechts over de voorgestelde wijzigingen beraadslagen indien tenminste 2/3e van de leden waaruit het Comité bestaat aanwezig is op de vergadering. 1.1.14 Eindbepaling Artikel 23 Ieder gewoon en plaatsvervangend lid van het Comité (eveneens de secretaris en/of centrale van elke representatieve vakorganisatie) moet in het bezit worden gesteld van een exemplaar van dit huishoudelijk reglement. Opgemaakt te Asse op 13/02/2017. Voor akkoord:

9/12 Bijlage 1 : Opdrachten van het comité Het Comité heeft voornamelijk een adviserende functie. 1.- Het comité heeft inzonderheid als opdracht adviezen uit te brengen en voorstellen te formuleren omtrent het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, omtrent het globaal preventieplan en het jaarlijks actieplan opgesteld door de werkgever, de wijzigingen, de uitvoering en de resultaten ervan. 2.- Het comité brengt een voorafgaand advies uit over : 1 alle voorstellen, maatregelen en toe te passen middelen, die rechtstreeks of onrechtstreeks, meteen of na verloop van tijd, gevolgen kunnen hebben voor het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk; 2 de planning en invoering van nieuwe technologieën, wat betreft de gevolgen voor de veiligheid en de gezondheid van de werknemers, verbonden aan de keuzen inzake uitrusting, de arbeidsomstandigheden en de invloed op de omgevingsfactoren op het werk, met uitzondering van die gevolgen, waarop een collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing is, die in gelijkaardige waarborgen voorziet; 3 de keuze of de vervanging van een externe dienst voor technische controles op de werkplaats en andere instellingen en deskundigen; 4 de keuze of de verandering van de diensten waarop een beroep wordt gedaan in toepassing van de arbeidsongevallenwetten; 5 elke maatregel die overwogen wordt om de technieken en de arbeidsvoorwaarden aan de mens aan te passen en om de beroepsvermoeidheid te voorkomen; 6 de specifieke maatregelen voor de inrichting van de arbeidsplaats teneinde, in voorkomend geval, rekening te houden met de tewerkgestelde minder-valide werknemers; 7 de keuze, de aankoop, het onderhoud en het gebruik van arbeidsmiddelen en persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen; 3.- Het comité geeft zijn voorafgaand akkoord in de gevallen bepaald door de verschillende wetten en uitvoeringsbesluiten ervan. 4.- Het comité is er mee belast in de hem eigen domeinen de propagandamiddelen en de maatregelen in verband met het onthaal van de werknemers, de informatie en de opleiding op het vlak van de preventie en bescherming op het werk uit te werken en in toepassing te brengen. 5.- Het comité stimuleert de activiteiten van de interne dienst en volgt de werking van de interne dienst op. 6.- Het comité onderzoekt de door de werknemers geuite klachten met betrekking tot het welzijn op het werk, evenals de klachten die betrekking hebben op de manier waarop de diensten, waarop in toepassing van de arbeidsongevallenwetten een beroep wordt gedaan, hun opdracht vervullen. 7.- Het comité werkt voorstellen uit om de arbeidsplaats en de omgeving ervan te verfraaien. 8.- Het comité verleent, op vraag van de met het toezicht belaste ambtenaren, zijn medewerking aan deze ambtenaren. 9.- Het comité draagt bij tot de toepassing van het dynamisch risicobeheersingssysteem door sommige van zijn leden werkgevers en werknemers af te vaardigen om samen met de bevoegde preventie-adviseur en het bevoegde lid van de hiërarchische lijn, periodiek en ten minste één maal per jaar een grondig onderzoek in te stellen op al de arbeidsplaatsen waarvoor het comité bevoegd is. 12.- Het comité vervult bovendien alle andere opdrachten die door specifieke bepalingen aan hem worden toevertrouwd.

10/12 Bijlage 2 : Lijst van de leden en plaatsvervangende leden van het Comité, en hun contactgegevens : Overheidswege : Arbeidsgeneesheer : EDPBW : Erkende representatieve vakorganisaties : ACOD-Lrb : secretaris Centrale : Afgevaardigden : - 1-2 - 3 Plaatsvervangers : - 1-2 - 3 ACV-OD : secretaris Centrale : Afgevaardigden : - 1-2 - 3 Plaatsvervangers : - 1-2 - 3 VSOA Hulpverleningszones : secretaris Centrale : Afgevaardigden : - 1-2 - 3 Plaatsvervangers : - 1-2

- 3 11/12