9073/15 gys/yen/sl 1 DG E2b

Vergelijkbare documenten
Deze nota bevat ook een planning voor de verdere behandeling van dit dossier in de aanloop naar de zitting van de Raad TTE (8-9 juni 2006).

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0341/45. Amendement. Roger Helmer, David Coburn namens de EFDD-Fractie

PAKKET ENERGIE-UNIE BIJLAGE STAPPENPLAN VOOR DE ENERGIE-UNIE. bij de

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 11 november 2010 (16.11) (OR. en) 15697/1/10 REV 1 ENER 301 CONSOM 100

10592/19 mic/dep/ev 1 TREE.2.B

Tweede Kamer der Staten-Generaal

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0048/40. Amendement. Gérard Deprez namens de ALDE-Fractie

6981/17 ASS/sl 1 DG C 1

Tweede Kamer der Staten-Generaal

8792/1/16 REV 1 dui/cle/as 1 DG G 2B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 mei 2008 (04.06) (OR. en) 9935/08 SOC 316 COMPET 194

7495/17 tin/gra/sl 1 DGG 1A

7935/17 rts/van/fb 1 DG E - 1C

Tijdens de zitting van 18 mei 2009 heeft de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen de conclusies in bijlage dezes aangenomen.

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming

7875/17 oms/rts/sl 1 DGG 2B

NL In verscheidenheid verenigd NL. Amendement. Julia Reid namens de EFDD-Fractie

8461/17 nes/ons/sl 1 DGG 2B

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

13157/16 cle/van/dp 1 DGG 1A

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA

AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/2103(INI) Ontwerpadvies Lena Kolarska-Bobińska (PE496.

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

Raad van de Europese Unie Brussel, 3 november 2017 (OR. en)

13645/1/16 REV 1 ev 1 DG E 1C

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

14722/16 eer/rts/sl 1 DG G 2B

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

Tweede Kamer der Staten-Generaal

I. KADER VOOR HET KLIMAAT- E EERGIEBELEID 2030

10111/16 GAR/cg 1 DG G 3 B

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

1. 1. Het Comité heeft zich herhaaldelijk uitgesproken over de programma's en activiteiten van de Unie op energiegebied:

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 mei 2017 (OR. en) het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de Raad

Tweede Kamer der Staten-Generaal

4. Het voorzitterschap verzoekt de Raad derhalve de ontwerp-conclusies in bijlage dezes aan te nemen.

9635/17 mou/gys/ln 1 DG E 1C

9895/19 mak/van/hh 1 ECOMP.2B

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 mei 2019 (OR. en)

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0455/31. Amendement

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de ontwerp-conclusies van de Raad, waarover een akkoord is bereikt in de Groep sociale vraagstukken.

Fiche 6: Mededeling Een snellere overgang van Europa naar een koolstofarme economie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BIJLAGEN. bij GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE

15445/17 ver/cle/ia 1 DG G 2B

Commissie industrie, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, onderzoek en energie

13543/17 gys/gar/sp 1 DG G 3 B

7896/17 ver/gar/ev 1 DG G 2B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 november 2012 (05.12) (OR. en) 16617/12

12071/18 mak/nes/cg 1 ECOMP.3.C.

2. Voor de voorgestelde insolventierichtlijn geldt de gewone wetgevingsprocedure.

Commissie industrie, onderzoek en energie ONTWERPVERSLAG. over het voortgangsverslag hernieuwbare energie (2016/2041(INI))

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 november 2006 (24.11) (OR. en) 15258/06 SAN 240. NOTA het Comité van permanente vertegenwoordigers

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij

( ) (1999/C ) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 175, lid 1,

Het nieuwe Europese Klimaatplan voor 2030 #EU2030 YVON SLINGENBERG DG CLIMATE ACTION

Tweede Kamer der Staten-Generaal

9452/16 dau/roe/sv 1 DG G 2B

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Energiedossiers tijdens het Nederlandse voorzitterschap

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

8273/1/18 REV 1 dui/ass/sv 1 DG E 1C

10819/03 Interinstitutioneel dossier: 2001/0245 (COD)

9916/17 cle/van/oms/sv 1 DG D 2B

14491/18 ons/gra/hh 1 TREE.2.B LIMITE NL

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 december 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers (2e deel)

8975/15 dau/ons/as 1 DG G 3 C

12169/16 nuf/gar/ev 1 DG G 3A

12950/17 van/asd/dp 1 DG B 2B

8361/17 asd/jel/sl 1 DG B 2B

(COM(2015) 80 final) en de. (COM(2015) 82 final) (2015/C 383/12) Rapporteur: Ulla SIRKEINEN. Corapporteur: Pierre-Jean COULON

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

De nieuwe energie-efficiëntierichtlijn - Uitdagingen & oplossingen -

NOTA "A"-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-0286/23. Amendement. Julia Reda, Michel Reimon namens de Verts/ALE-Fractie

10368/1/19 REV 1 DAU/cg 1 LIFE.2.B

15201/17 gar/oms/dp 1 DG D 2A

14890/09 gar/gar/sd 1 DG I

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 december 2005 (03.01) 15929/05 EDUC 197 STATIS 100

EUROPESE RAAD Brussel, 23 mei 2013 (27.05) (OR. en)

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 mei 2009 (19.05) (OR. en) 9976/09 PROCIV 77 JAI 302 COCON 15 RELEX 473 SAN 126 TELECOM 112 COHAFA 28

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0258/36. Amendement. Peter Liese namens de PPE-Fractie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 oktober 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

8463/17 ass/ons/sl 1 DGG 2B

13525/14 van/yen/sv 1 DG D1C

15293/08 cle/gra/jv 1 DG E II

9901/17 dau/dau/fb 1 DG D 2A

BIJLAGE. Bijgewerkt stappenplan voor de energie-unie. bij de

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Raad van de Europese Unie Brussel, 25 november 2015 (OR. en) NOTA het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel)

Transcriptie:

Raad van de Europese Unie Brussel, 1 juni 2015 (OR. en) 9073/15 ENER 185 CLIMA 56 NOTA van: aan: Betreft: het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel) de Raad Ontwerpconclusies van de Raad over de uitvoering van de energie-unie: de consument mondig maken en investeringen in de energiesector aantrekken - Aanneming Aansluitend op de conclusies van de Europese Raad van 19 en 20 maart 2015, waarin is opgemerkt dat de EU vastbesloten is een energie-unie op te bouwen met een toekomstgericht klimaatbeleid, en de mededeling van de Commissie van 25 februari 2015 met als titel "Een kaderstrategie voor een schokbestendige energie-unie met een toekomstgericht beleid inzake klimaatverandering", gaat voor de delegaties in bijlage dezes een reeks ontwerpconclusies van de Raad over bovengenoemd onderwerp. In overeenstemming met de conclusies van de Europese Raad, waarin wordt benadrukt dat alle dimensies van de energie-unie van belang zijn, heeft het voorzitterschap het overkoepelend karakter van de kaderstrategie behouden. Tezelfdertijd stelt het voorzitterschap voor om de ontwerpconclusies op twee onderwerpen van horizontale aard toe te spitsen, namelijk consumenten en investeringen; die belichamen het belangrijkste doel van de uitvoering van in de kaderstrategie voorgestelde acties, namelijk de consumenten van de EU - huishoudens en bedrijven - betrouwbare, duurzame, concurrerende en betaalbare energie verschaffen. Met de ontwerpconclusies wordt derhalve gepoogd aan te tonen hoe met die twee aspecten rekening moet worden gehouden bij de uitvoering van de vijf dimensies van de energie-unie. 9073/15 gys/yen/sl 1 DG E2b NL

De ontwerpconclusies zijn gebaseerd op de schets van mogelijke elementen van 20 maart 2015 (doc. 7343/15) en de uitvoerige besprekingen die de Groep energie er bij meerdere gelegenheden aan heeft gewijd. Voorts is bij de verdere uitwerking en bespreking van de ontwerpconclusies ook aandacht besteed aan de besprekingen tijdens de Conferentie betreffende de energie-unie op 6 februari 2015 in Riga, en aan de gedachtewisseling van de ministers tijdens de zitting van de Raad TTE (Energie) op 5 maart 2015 over het strategische kader dat de Commissie voor de energieunie voorstelt. De besprekingen in de groep hebben duidelijk gemaakt dat de lidstaten ten aanzien van verscheidene aspecten van de ontwerpconclusies uiteenlopende standpunten en prioriteiten hebben. Het voorzitterschap heeft dan ook een grote inspanning gedaan om een passend evenwicht te bereiken in de tekst in de bijlage, en tegelijkertijd tegemoet te komen aan de diverse punten van zorg. Tevens heeft het voorzitterschap getracht in de ontwerpconclusies bij de aangekondigde thema's te blijven, namelijk van het mondig maken van de consumenten en het aantrekken van investeringen in de energiesector, en een goed evenwicht te bewaren van alle daarmee verband houdende vraagstukken in de tekst. De bijgaande tekst vormt dan ook een evenwichtig compromis, dat door alle delegaties kan worden gesteund. Tijdens de bijeenkomst van het Coreper van 27/29 mei hebben de delegaties bevestigd dat zij met de tekst van de ontwerpconclusies instemmen. De Raad TTE (Energie) wordt verzocht de ontwerpconclusies in bijlage dezes in zijn zitting op 8 juni 2015 aan te nemen. 9073/15 gys/yen/sl 2 DG E2b NL

BIJLAGE Ontwerpconclusies van de Raad over de uitvoering van de energie-unie: de consument mondig maken en investeringen in de energiesector aantrekken De Raad van de Europese Unie: HERINNEREND AAN: - de conclusies die de Europese Raad van 19 en 20 maart 2015 heeft aangenomen, met name met betrekking tot deel I (Energie-unie), waarin wordt gesteld dat de EU vastbesloten is een energie-unie met een toekomstgericht klimaatbeleid op te bouwen, op basis van de kaderstrategie van de Commissie met vijf onderling nauw samenhangende en elkaar versterkende dimensies; - de conclusies die de Europese Raad van 23 en 24 oktober 2014 heeft aangenomen, met name met betrekking tot deel I (Kader voor het klimaat- en energiebeleid 2030) inclusief de overeengekomen aard en reikwijdte van de doelstellingen voor 2030 betreffende de vermindering van broeikasgasemissies, het aandeel van hernieuwbare energie, verbetering van de energieefficiëntie, interconnecties voor elektriciteit, het fundamentele belang van een volledig functionerende en verbonden interne energiemarkt en de noodzaak om de energieafhankelijkheid van de EU te verminderen en haar energiezekerheid te vergroten, zowel voor elektriciteit als voor gas; - de conclusies over de mededeling van de Commissie "Vooruitgang bij de voltooiing van de interne energiemarkt", die de Raad TTE (Energie) op 9 december 2014 heeft aangenomen; - de conclusies over de mededeling van de Commissie "Energieprijzen en -kosten in Europa", die de Raad TTE (Energie) op 13 juni 2014 heeft aangenomen; - de mededelingen van de Commissie van 25 februari 2015 met als titel "Een kaderstrategie voor een schokbestendige energie-unie met een toekomstgericht beleid inzake klimaatverandering" en "Bereiken van het streefcijfer van 10 % voor de interconnectie van elektriciteit - Het Europees elektriciteitsnet voorbereiden voor 2020"; 9073/15 gys/yen/sl 3

- de mededelingen van de Commissie van 28 mei 2014 getiteld "Europese strategie voor energiezekerheid", en van 22 januari 2014, met als titel "Energieprijzen en -kosten in Europa". ONDERKENNEND dat de totstandbrenging van een energie-unie met een toekomstgericht klimaatbeleid tot doel heeft consumenten - huishoudens en bedrijven - te voorzien van betaalbare, veilige, concurrerende, betrouwbare en duurzame energie, alsook de energieafhankelijkheid van de EU te verminderen en haar energiezekerheid te vergroten. Dit doel moet in overeenstemming zijn met de energie- en klimaatdoelstellingen van de Unie voor de lange termijn en moet economische activiteit en groei ondersteunen. ZICH ERVAN BEWUST dat een investeringsklimaat en toegang tot financiering op energiegebied van belang zijn voor de uitvoering van de vijf dimensies van de energie-unie. NOTA NEMEND van de vijf onderling nauw samenhangende dimensies van de energie-unie, met name energiezekerheid, solidariteit en vertrouwen, een volledig geïntegreerde Europese energiemarkt, energie-efficiëntie als bijdrage aan de matiging van de vraag, het koolstofvrij maken van de economie; en onderzoek, innovatie en concurrentievermogen, alsook van de behoefte aan een samenhangende strategie en een evenwichtige aanpak voor de vijf dimensies. ERAAN HERINNEREND dat, om de uitvoering van alle vijf dimensies van de energie-unie te waarborgen - waaronder het overeengekomen beleidskader voor klimaat en energie 2030 - een betrouwbaar en transparant governancesysteem zonder onnodige administratieve rompslomp moet worden ontwikkeld, om er mede voor te zorgen dat de EU haar energiebeleidsdoelstellingen kan halen, en dat tegelijk de lidstaten de nodige flexibiliteit biedt en volledig recht kan doen aan hun vrijheid om zelf hun energiemix te bepalen, zoals aangegeven in de conclusies van de Europese Raad van oktober 2014. ER NOTA VAN NEMEND dat het governancesysteem zal worden ontwikkeld op basis van bestaande bouwstenen, en dat het de planning en verslaglegging, waar deze nog gescheiden verlopen, zal stroomlijnen en bundelen. Het zal de rol en de rechten van consumenten versterken, de transparantie en voorspelbaarheid voor investeerders vergroten, onder meer dankzij een systematische monitoring van belangrijke indicatoren voor een betaalbaar, veilig, concurrerend, zeker en duurzaam energiesysteem, de coördinatie van het nationaal energiebeleid vergemakkelijken en de regionale samenwerking tussen lidstaten bevorderen. CONSTATEERT dat bij de uitvoering van de energie-unie een belangrijke rol is weggelegd voor regionale samenwerking, als een essentieel onderdeel van het governancesysteem. 9073/15 gys/yen/sl 4

A. CONSUMENTGERICHTE UITVOERING VAN DE ENERGIE-UNIE De Raad, teneinde een consumentgerichte uitvoering van de vijf dimensies van de energie-unie te bevorderen: 1. WIJST nogmaals OP het belang van een flexibele en dynamische interne energiemarkt die zorgt voor stabiele, concurrerende en betaalbare energieprijzen voor consumenten en ONDERKENT dat prijzen binnen de interne energiemarkt kostenweerspiegelend of concurrerend moeten zijn, met specifieke maatregelen om te zorgen voor zichtbaarheid en concurrentievermogen voor de lange termijn, vooral voor energie-intensieve industrieën die aan internationale concurrentie zijn blootgesteld. 2. BENADRUKT het belang van de continuïteit van de energievoorziening voor de consument. NEEMT het brede spectrum en de uiteenlopende kosten en baten van de diverse oplossingen die beschikbaar zijn om de energiezekerheid te vergroten IN OVERWEGING en ONDER- KENT dat de voltooiing van de interne energiemarkt, een grotere energie-efficiëntie, het veiligstellen van het recht om eigen energiebronnen te ontwikkelen en daarover te kunnen beschikken, net zoals over veilige en duurzame koolstofarme technologieën, van cruciaal belang zijn, met inachtneming van het recht van de lidstaten om over hun eigen energiemix te beslissen; WIJST OPNIEUW OP DE BETEKENIS van de inspanningen die moeten worden geleverd om de energieafhankelijkheid van de EU te verkleinen en haar zekerheid van de energievoorziening en van de diversificatie van routes, bronnen en leveranciers, te vergroten. IS ZICH BEWUST van de gezamenlijke inspanningen van de lidstaten om op zoek te gaan naar nieuwe bronnen en routes van diversificatie, met name in de meest kwetsbare regio s. HERINNERT ERAAN, zoals in de conclusies van de Europese Raad van 20-21 maart 2014 is gesteld, dat, indien relevant, ook interconnecties met derde landen moeten worden ontwikkeld. 3. WIJST EROP dat een volledig functionerende en verbonden interne energiemarkt tot stand moet worden gebracht die voldoet aan de behoeften van de consumenten en BEVESTIGT dat de bestaande EU-wetgeving volledig moet worden uitgevoerd en gehandhaafd, ook het derde energiepakket, dat het gebrek aan energie-interconnecties moet worden aangepakt, wat tot hogere energieprijzen kan leiden, dat er voor deze markt passende prijssignalen moeten komen en de concurrentie op de kleinhandelsmarkt beter moet, dat energie-armoede moet worden aangepakt en er passende aandacht moet worden besteed aan de nationale specifieke kenmerken, en dat consumenten in kwetsbare situaties moeten worden bijgestaan terwijl tegelijk een passende combinatie van beleid op sociaal, energie- en consumentengebied wordt nagestreefd, dat consumenten moeten worden geïnformeerd en in hun kracht moeten worden gezet, om actief aan de energiemarkt te kunnen deelnemen en op prijssignalen te kunnen reageren teneinde aldus de concurrentie aan te wakkeren, de flexibiliteit van de markt aan de vraag- en aanbodzijde te vergroten en consumenten in staat te stellen hun energieverbruik in toom te houden en deel te nemen aan kosteneffectieve vraag-responsoplossingen via bijvoorbeeld slimme netten en meters. 9073/15 gys/yen/sl 5

4. ONDERKENT het belang en de positieve aspecten van energie-efficiëntie om de energiekosten voor consumenten te verminderen, wat tegelijk de uitstoot van broeikasgassen vermindert en bijdraagt tot energiezekerheid; BENADRUKT dat het van belang is alle belanghebbende partijen bij de uitvoering van de verschillende energie-efficiëntiemaatregelen te betrekken, en dat het noodzakelijk is ervoor te zorgen dat consumenten toegang hebben tot toereikende en transparante informatie en passende prikkels ontvangen om energie te besparen. ONDERSTREEPT in dit verband dat de bestaande wetgeving moet worden uitgevoerd, nader moet worden beoordeeld en verder moet worden ontwikkeld, hetgeen zou kunnen helpen het kosteneffectieve potentieel van energie-efficiëntie te verwezenlijken, onder meer door de richtlijn ecologisch ontwerp en de richtlijn energie-etikettering. STEUNT in dit verband initiatieven om de toegang tot financieringsinstrumenten en gerichte financieringsregelingen voor energie-efficiëntie te faciliteren. 5. HERHAALT dat een veilige en duurzame koolstofarme energiebevoorrading van belang is voor de consument. ONDERKENT het belang van de langetermijnbaten en -kosten van het koolstofarm maken van de economie door middel van duurzame koolstofarme technologieën, alsook dat lidstaten het recht hebben om conform hun bevoegdheden ter zake van de energiemix naar eigen inzicht hun voorkeur voor deze technologieën kunnen samenstellen om gemeenschappelijke EU-doelstellingen te verwezenlijken, alsook dat het concurrentievermogen van de industrie moet worden veiliggesteld en dat de transitie naar een duurzaam energiesysteem zou kunnen bijdragen tot meer groei en banen; IS ZICH ER ERVAN BE- WUST dat veilige en duurzame eigen energiebronnen, met name hernieuwbare energiebronnen, op kosteneffectieve wijze in de markt moeten worden geïntegreerd door het marktmodel te verbeteren en de ontwikkeling van dat soort energiebronnen te bevorderen door veilige en duurzame koolstofarme technologieën te gebruiken. 6. BENADRUKT in dit verband, met de belangen van de consument voor ogen, dat in de energiesector een toekomstgerichte strategie voor onderzoek en innovatie (O&I) moet worden ontwikkeld, met name om de verdere ontwikkeling te stimuleren van, onder meer, slimme huishoudtoestellen en intelligente netwerken, efficiënte energiesystemen, opslagsystemen voor elektriciteit en de volgende generatie hernieuwbare energiebronnen en andere veilige en duurzame energiebronnen voor onder meer verwarming en koeling en de vervoerssector. 9073/15 gys/yen/sl 6

B. PRIKKELS VOOR INVESTERINGEN IN DE ENERGIESECTOR De Raad, ter bevordering van de investeringen die nodig zijn om de vijf dimensies van de energieunie uit te voeren: 1. CONSTATEERT OPNIEUW dat het nodig is in de gehele Europese Unie een voorspelbaar marktgericht investeringsklimaat aan te houden en te verbeteren, dat gebaseerd is op een stabiel en transparant Europees juridisch kader en op een toekomstgericht coherent en kosteneffectief klimaat- en energiebeleid. STELT dat er behoefte is aan een goed functionerende koolstofmarkt teneinde een voorspelbaar kader voor langetermijninvesteringen te kunnen scheppen. ONDERKENT het potentieel van nauwere regionale samenwerking, met name wat betreft besparingen op investeringsgebied en mogelijke synergie op de verschillende gebieden van investeringen in de energiesector; alsook de noodzaak dat de baten ervan voor de korte en lange termijn adequaat worden geëvalueerd. BEVESTIGT dat de markt behoefte heeft aan grote investeringen in de energie-infrastructuur, energie-efficiëntie en innovatieve, veilige en duurzame koolstofarme energieopwekking. Het toepassen van alle internemarktregels, de aanwezigheid van passende investeringssignalen en de toegang tot financiering zijn daarom de belangrijkste knelpunten die moeten worden opgelost. STEUNT in dit verband dat alle mogelijke financieringsbronnen volledig worden benut, onder meer EU-financiering, en met name uit die bronnen die regionale samenwerking stimuleren, met het oog op een gemakkelijker toegang tot projectfinanciering, vooral voor projecten van gemeenschappelijk belang (PGB s) met een niet-commercieel karakter en voor ontwikkelingen in de energiesector. Daarbij moeten concurrentieverstoring en versnippering worden vermeden. VERKLAART dat er voor de marktdeelnemers een gelijk speelveld moet worden gecreëerd, onder meer om ervoor te zorgen dat de strengste veiligheids- en milieunormen gewaarborgd zijn. 9073/15 gys/yen/sl 7

2. ONDERSTREEPT dat meer moet worden gedaan om de energieafhankelijkheid van de EU te verminderen en haar energiezekerheid te vergroten, zowel voor elektriciteit als voor gas. Daartoe BEVESTIGT hij dat infrastructuurprojecten sneller moeten worden uitgevoerd, waaronder interconnecties in met name perifere regio s als omschreven in de conclusies van de Europese Raad van 19-20 maart 2015 en conform de conclusies van de Europese Raad van 23-24 oktober 2014; HERHAALT dat het nodig is cruciale projecten van gemeenschappelijk belang tot stand te brengen in de gassector, zoals de noord-zuidcorridor, de zuidelijke gascorridor en het promoten van een nieuwe gashub in Zuid-Europa en van de belangrijke infrastructuurprojecten ter versterking van de energiezekerheid van Finland en de Baltische Staten, teneinde te zorgen voor diversifiëring van energieleveranciers en routes en de marktwerking te garanderen. 3. VERKLAART dat alles in het werk moet worden gesteld om met spoed de doelstelling van een volledig functionerende en verbonden interne energiemarkt te verwezenlijken: - BEVESTIGT dat ontoereikende interconnecties tussen de lidstaten en de Europese gas-en elektriciteitsnetten moeten worden voorkomen, BENADRUKT dat zo spoedig mogelijk voor elektriciteit minimaal een interconnectiviteitsstreefcijfer van 10% moet worden gehaald, zulks uiterlijk in 2020 voor ten minste de lidstaten die nog geen minimumniveau van integratie in de interne energiemarkt hebben bereikt, dat wil zeggen voor de Baltische staten, Portugal en Spanje, en voor de lidstaten die voor die landen het belangrijkste toegangspunt tot de interne energiemarkt vormen, en BEVESTIGT dat het elektriciteitsnet van de Baltische staten in het Continentaal Europees Netwerk moet worden geïntegreerd. BEVESTIGT dat bijzondere aandacht moet worden besteed aan de afgelegen en/of minder goed verbonden delen van de eengemaakte markt zoals Malta, Cyprus en Griekenland. - IS HET EROVER EENS dat de energiemarkt behoefte heeft aan verbeteringen, teneinde de ontwikkeling van open en concurrerende markten te kunnen voortzetten en tegelijk bestaande marktverstoringen te verhelpen en nieuwe te vermijden; een en ander zal investeringen stimuleren, de voorspelbaarheid op de energiemarkten waarborgen en het langetermijnbeeld voor investeerders verhelderen, maar zal ook zorgen voor marktflexibiliteit in de vraag naar en het aanbod van energie, energievoorzieningszekerheid, hernieuwbare energie en eigen energiebronnen en voor een efficiënter energieverbruik. STELT dat aandacht moet worden besteed aan de groothandelsmarkt voor elektriciteit, waarvan wellicht onvoldoende prijssignalen uitgaan om de nodige investeringen te genereren en energievoorzieningszekerheid te waarborgen, en HERINNERT in dit verband aan de conclusies die de Raad TTE (Energie) op 7 juni 2013 heeft aangenomen. 9073/15 gys/yen/sl 8

4. PLEIT VOOR financiële en politieke steun met een duidelijk langetermijnperspectief dat particuliere investeringen ter verbetering van energie-efficiëntie en energiebesparingen faciliteert en bevordert, met name in de sectoren voor stadsverwarming en -koeling, gebouwen, vervoer, producten en huishoudtoestellen, en MOEDIGT het delen AAN van beste praktijken op het gebied van risico- en kostentoewijzing bij contracten voor energiediensten die investeringen in het huishouden, het midden- en kleinbedrijf en de overheidssector op gang kunnen brengen. 5. WIL de leidende rol van Europa inzake technologie en innovatie op het gebied van hernieuwbare energie HANDHAVEN en BEKLEMTOONT dat er in de sector van de hernieuwbare energie gezorgd moet worden voor een stabiel kader dat spoort met de EU-regels, waaronder de richtsnoeren van de Commissie inzake staatssteun ten behoeve van milieubescherming en energie, teneinde de voorwaarden voor langetermijninvesteringen en marktintegratie te versoepelen en tegelijk te waarborgen dat elektriciteitsnetten veilig en betrouwbaar zijn. 6. MOEDIGT initiatieven aan die het leiderschap van de EU wat betreft technologie en innovatie op energie- en klimaatgebied stimuleren en tegelijk voor groei en banen zorgen, die adequate instrumenten aanreiken om investeringen in onderzoek en innovatie op te bouwen, die nieuwe technologieën naar de EU-markt brengen en voor meer uitvoermogelijkheden zorgen, onder meer bijvoorbeeld met betrekking tot de volgende generatie hernieuwbare energiebronnen, de opslag van elektriciteit en het afvangen en opslaan van koolstof, een betere energie-efficiëntie en veilige en duurzame koolstofarme technologie voor de industrie en een duurzame transportsector. C. VOLGENDE STAPPEN De Raad, teneinde op basis van de kaderstrategie van de Commissie voort te bouwen aan de energie-unie: 1. ONDERSCHRIJFT de vijf dimensies van de strategie voor een energie-unie en de acties die in de conclusies van de Europese Raad van maart 2014 zijn geformuleerd, en VRAAGT dat die snel worden uitgevoerd. 2. HERINNERT ERAAN dat de instellingen van de EU en de lidstaten voort moeten werken aan de energie-unie en dat de Raad hierover vóór december 2015 aan de Europese Raad verslag dient uit te brengen. 9073/15 gys/yen/sl 9

3. VRAAGT de Commissie om spoedig met initiatieven te komen over het governancesysteem van de energie-unie, conform de conclusies van de Europese Raad van 19-20 maart 2015 en 23-24 oktober 2014, met inbegrip van richtsnoeren over regionale samenwerking, die de Raad TTE (Energie) snel verder moet uitwerken en bekrachtigen en waarover aan de Europese Raad in december 2015 moet worden gerapporteerd, als een eerste stap in het opzetten van een governancesysteem dat spoort met de conclusies van de Europese Raad van 19-20 maart 2015 en 23-24 oktober 2014. 4. VERZOEKT de Commissie om door middel van passende monitoring bij te dragen aan een grotere transparantie bij de samenstelling van energiekosten en -prijzen, zonder dat zulks tot onnodige administratieve lasten leidt.. 5. VERZOEKT de Commissie het toepassingsgebied van alle bestaande EU-financieringsinstrumenten en investeringsregelingen op energiegebied te onderzoeken waarmee middelen kunnen worden gebundeld ter financiering van economisch levensvatbare investeringen, en daarbij verstoring van de markt en versnippering te vermijden. 9073/15 gys/yen/sl 10