13525/14 van/yen/sv 1 DG D1C

Transcriptie

1 Raad van de Europese Unie Brussel, 1 oktober 2014 (OR. en) 13525/14 NOTA I/A-PUNT van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad het COREPER/de Raad nr. vorig doc.: 12707/4/14 REV 4 Betreft: COSI 88 ENFOPOL 289 FRONT 202 SIRIS 60 Ontwerpconclusies van de Raad betreffende een intensiever gebruik van de Interpol-gegevensbank inzake verloren en gestolen reisdocumenten (SLTD) 1. Bij de recente vermissing van een toestel van Malaysian Airlines (vlucht MH370) bleek dat twee Iraanse onderdanen erin geslaagd waren aan boord te gaan met behulp van gestolen paspoorten van EU-lidstaten. Hoewel die paspoorten door de betrokken lidstaten zowel in de Interpol-gegevensbank inzake verloren en gestolen reisdocumenten (SLTD) als in het Schengeninformatiesysteem (SIS) geregistreerd waren, werden zij op geen enkel moment in de SLTD-gegevensbank gecontroleerd door de autoriteiten van het land van vertrek, dat geen EU-lidstaat is. Was deze controle wél uitgevoerd, dan had een groot deel van de aandacht en de onderzoeksmiddelen die werden gebruikt om de identiteit van deze twee personen vast te stellen, vermeden kunnen worden. 2. In dit verband heeft het voorzitterschap ontwerpconclusies van de Raad opgesteld betreffende een intensiever gebruik van de SLTD-gegevensbank van Interpol, die werden goedgekeurd tijdens de vergadering van het Permanent Comité operationele samenwerking op het gebied van de binnenlandse veiligheid van 30 september /14 van/yen/sv 1 DG D1C NL

2 3. Het Coreper wordt derhalve verzocht de overeenstemming over de tekst van de ontwerpconclusies in bijlage dezes te bevestigen en deze ter goedkeuring aan de Raad voor te leggen /14 van/yen/sv 2 DG D1C NL

3 BIJLAGE Ontwerpconclusies van de Raad betreffende een intensiever gebruik van de Interpolgegevensbank inzake verloren en gestolen reisdocumenten (SLTD) DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, IN HET BESEF dat EU-luchthavens bij uitstek plaatsen zijn waar de aandacht van de wetshandhavingsautoriteiten erop gericht moet zijn te voorkomen dat passagiers met gestolen of verloren reisdocumenten reizen en aldus met onrechtmatig gebruikte paspoorten het grondgebied van de EU betreden, ONDERSTREPEND dat in artikel 3, lid 4 van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/69/JBZ van de Raad van 24 januari 2005 over de uitwisseling van bepaalde gegevens met Interpol 1 het volgende gezamenlijk optreden is overeengekomen: "De lidstaten zorgen ervoor dat hun bevoegde wetshandhavingsautoriteiten de Interpolgegevensbank raadplegen met het oog op de toepassing van dit gemeenschappelijk standpunt telkens wanneer dit voor de uitvoering van hun taak passend is. De lidstaten zorgen ervoor dat zij ten spoedigste, maar uiterlijk in december 2005, de infrastructuren opzetten die nodig zijn om de raadpleging te vergemakkelijken.", OVERWEGENDE dat de Interpol-gegevensbank (SLTD) gestolen en verloren reisdocumenten registreert zoals paspoorten, identiteitskaarten, het laissez passer van de VN, visumstempels en blanco reisdocumenten, en momenteel ongeveer 43 miljoen registraties uit 163 landen bevat, waarvan 28 miljoen uit de EU-lidstaten, IN HET BESEF dat Interpol, overeenkomstig Gemeenschappelijk Standpunt 2005/69/JBZ van de Raad, elke lidstaat desgevraagd toegang verschaft tot het gegevensregister van Interpol op twee geïntegreerde manieren waardoor de wetshandhavingsinstanties de nationale, de SIS- en de Interpolzoekopdracht kunnen combineren tot één zoekopdracht, 1 PB L 27 van , blz /14 van/yen/sv 3

4 ERKENNEND dat alle EU-lidstaten wel artikel 3, lid 1, van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/69/JBZ toepassen door alle huidige en toekomstige paspoortgegevens aan Interpol te verstrekken, maar dat artikel 3, lid 4, van het gemeenschappelijk standpunt zich in verschillende stadia van uitvoering en gebruik bevindt; een meerderheid van de lidstaten heeft de zoekinstrumenten volledig operationeel gemaakt voor parallelle zoekopdrachten in SIS en Interpol- SLTD, IN HET BESEF dat het geïntegreerde, systematische gebruik van de Interpol-gegevensbank (SLTD) regelmatig is besproken met de EU-lidstaten via de monitoring en evaluatie door de Commissie, overeenkomstig artikel 4 van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/69/JBZ, ERKENNEND dat de EU-strategie voor een geïntegreerd grensbeheer ook de volledige toepassing vereist van een instrument zoals Interpol ontwikkeld heeft om de kansen te verkleinen dat misdadigers EU-grenzen overschrijden, hetgeen een rechtstreeks effect heeft op de interne veiligheid van de EU, ook op het gebied van terrorisme, illegale migratie of zware en georganiseerde misdaad, VERZOEKT DE LIDSTATEN: 1. volledig uitvoering te geven aan artikel 3, lid 4, van Gemeenschappelijk Standpunt 2005/69/JBZ, door te waarborgen dat hun bevoegde autoriteiten de Interpol-gegevensbank (SLTD) raadplegen telkens wanneer dat nodig is om hun taken te vervullen. De Raad zal in december 2015 op dit punt terugkomen; 2. intensiever gebruik te maken van de mogelijkheid vermeld in artikel 7, lid 2, van de Schengengrenscode om in voorkomend geval aan de buitengrenzen de betrokken gegevensbanken uitsluitend te raadplegen uit het oogpunt van gestolen, ontvreemde, verloren en ongeldig gemaakte documenten, met inbegrip van door de lidstaten afgegeven documenten; 3. ervoor te zorgen dat de gegevens over afgegeven en blanco reisdocumenten die zijn gestolen, verloren, ontvreemd of ongeldig gemaakt, worden uitgewisseld met Interpol /14 van/yen/sv 4

5 VERZOEKT DE EUROPESE COMMISSIE: 1. toezicht te houden op de uitvoering van het gemeenschappelijk standpunt, met name de eindgebruiker in één zoekopdracht toegang verschaffen tot SIS en de SLTD van Interpol, de reikwijdte van de nationale dekking en het aantal zoekopdrachten en hits; 2. in het licht van het resultaat van het in punt 1 bedoelde toezicht na te denken over een aanbeveling aan de Raad, overeenkomstig artikel 218 VWEU, om met Interpol onderhandelingen aan te knopen over een overeenkomst inzake een koppeling tussen het SIS II en de SLTD-gegevensbank van Interpol overeenkomstig artikel 55 van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni , zodat eindgebruikers met één zoekopdracht toegang hebben tot het SIS II en de SLTD-gegevensbank van Interpol; 3. om zich, indien de Schengengrenscode wordt herzien, te beraden op de potentiële noodzaak van wijziging van artikel 7, lid 2, eerste alinea, van de Schengengrenscode, en wel met het oog op de invoering, na een algehele evaluatie en met name rekening houdend met een evenwichtige benadering van veiligheid en een vlotte overschrijding van de grenzen, van een frequentere raadpleging aan de buitengrenzen van relevante gegevensbanken zoals de Interpol- gegevensbank over gestolen, ontvreemde, verloren en ongeldig gemaakte documenten (SLTD), met inbegrip van documenten die door de lidstaten zijn afgegeven. VERZOEKT INTERPOL: derde landen aan te sporen de SLTD-gegevensbank aan te vullen en te raadplegen, en de hoogste kwaliteit te garanderen. 2 PB L 205 van , blz /14 van/yen/sv 5