Bijlage 3 (Voorschriften en Voorwaarden)

Vergelijkbare documenten
VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. DSM EP te Emmen

VOORSCHRIFTEN. behorende bij de veranderingsvergunning Wm

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. Sunny-Egg-Systems BV te Rogat

1.1.1 De inrichting moet schoon worden gehouden en in goede staat van onderhoud verkeren.

* *

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. Avebe u.a. te Gasselternijveen

Voorschriften behorende bij de omgevingsvergunning m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu)

VOORSCHRIFTEN BEHORENDE BIJ DE MILIEUVERGUNNING VAN:

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting Alvon Bouwmaterialen BV te Veenoord

Besluit Burgemeester en wethouders van Uden besluiten om vergunning te verlenen voor:

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. Vos Zand en Grind BV te Ellertshaar

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting DSM EP te Emmen

BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D

1. VERGUNDE SITUATIE 2. AMBTSHALVE WIJZIGING

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer. voor de inrichting. TS Metals BV, Scholekster 4 te Coevorden

Dorpsstraat TE, Ulicoten

1. VERGUNDE SITUATIE 2. AMBTSHALVE WIJZIGING

Cubri Pallet en Handelsmaatschappij B.V. t.a.v. de heer G.J. Brinks Kanaalweg PH SCHOONEBEEK. Datum verzending: 27 mei 2019

Maatschap Van Hooijdonk Weg naar Wouw 38 Huijbergen

Bijlage 1: Voorschriften. Inhoudsopgave. 1 Algemene voorschriften

1 ALGEMEEN Algemeen BODEMBESCHERMING Voorzieningen en beheermaatregelen Nulsituatiebodemonderzoek 17

Afvalstoffenverordening 2017 gemeente Aalten

(ONTWERP)BESLUIT AMBTSHALVE WIJZIGING OMGEVINGSVERGUNNING

WET MILIEUBEHEER BESCHIKKING

beschikking omgevingsvergunning Registratienummer:

OMGEVINGSVERGUNNING WABO. verleend aan. Talen Recycling. t.b.v. het. bouwen van een bedriffspand. locatie. Wagenmaker 8, 9502 ES Stadskanaal

ONTWERP. Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM VOOR DE MILIEUSTRAAT GEMEENTE MIDDEN-DRENTHE, EURSING 2A TE BEILEN

MILIEUVOORSCHRIFTEN. 60 db(a) tussen en uur (nachtperiode);

Zaaknummer: Vergunninghouder: J.C. Boerma Projectomschrijving: het oprichten van pluimveestallen en een werktuigenberging

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE AMBTSHALVE WIJZIGING VAN DE WM-VERGUNNING VOOR NV ROVA HOLDING TE MEPPEL

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING (UITGEBREID)

Omgevingsdienst Brabant Noord

Besluit Burgemeester en wethouders besluiten, gelet op 2.3 en 2.4 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

1.1.2 De inrichting moet schoon worden gehouden en in een goede staat van onderhoud verkeren.

Wet milieubeheer. Besluit burgemeester en wethouders van Moerdijk. Datum 9 augustus 2004.

Burgemeester en wethouders van de gemeente Stadskanaal.

Behoort bij raadsvoorstel , titel: Afvalstoffenverordening Utrechtse Heuvelrug 2016.

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting. MSV Motodrôme te Emmen

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM FRIESLAND FOODS DOMO BEILEN TE BEILEN

Geldigheid van de vergunning Overeenkomstig 5.4 van het Besluit omgevingsrecht geldt de verleende vergunning tot en met 1 oktober 2019.

Voorschriften baggerdepot Polsbroek Noord

BESCHIKKING D.D. 23 APRIL NR. MPM7609 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

1. In te trekken de Afvalstoffenverordening 2016 Dronten 2. Vast te stellen de volgende verordening: Afvalstoffenverordening 2019 Dronten

Bodembescherming. en de NRB in het Bal. Bodembescherming. verandert, het bodembeschermingsniveau blijft gelijkwaardig

Pluimveehouderij Bouma

WET MILIEUBEHEER. Burgemeester en wethouders van W a g e n i n g e n ;

De Afvalstoffenverordening Woudenberg 2017:

MAATMERKVOORSCHRIFT WET MILIEUBEHEER

gezien het verslag van de inspraakprocedure; besluit vast te stellen de volgende verordening: Afvalstoffenverordening Krimpen aan den IJssel.

1 ALGEMEEN LUCHT 21 Emissie-eisen 21 Metingen en controles 21 Onderhoud, gebruik en controle van de filtersystemen 22

Workshop bodem. Barimfinale 12 juni 2008 door Mark Diependaal. Mlieudienst IJmond. Programma

:-: Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten 1) van Limburg. milieuneutraal. Rockwool B.V. te Roermond

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

1 Algemeen. 2 Huishoudelijke afvalstoffen

Gewaarmerkte bijlagen De volgende documenten worden meegezonden met dit besluit en zijn als gewaarmerkt stuk bijgevoegd:

Afvalstoffenverordening Eemnes 2017

Wet milieubeheer. Jaar Nr Definitieve beschikking. Besluit van burgemeester en wethouders van Nunspeet;

Bodem+, Kennis van bodemzaken

BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER

(ONTWERP)BESCHIKKING AMBTSHALVE INTREKKING VOORSCHRIFTEN VAN DE OMGEVINGSVERGUNNING. Schipper Recycling B.V.

Deze beschikking is voorbereid met de uitgebreide voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.3 van de Wabo.

Afvalstoffenverordening gemeente Beesel 2018

RAADSBESLUIT 16R şemeente WOERDEN. besluit:

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer. voor de inrichting. G. Hindriks, Oosterwijk WZ 24 H te Nieuw-Dordrecht

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het besluit. betreffende de Wet milieubeheer. voor de inrichting. Afvalbrengstation gemeente Noordenveld,

REGULIERE BOUWVERGUNNING

waarbij omgevingsvergunning wordt gevraagd voor het bouwen van een vrijstaande woning op het perceel

Archiefexemplaar BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

1 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN 2. 2 MILIEUASPECTEN Geluidhinder Bodembescherming Geur- en stofhinder 4

ONTWERPBESLUIT. aan de aanvraag planologische medewerking kan worden verleend middels het nemen van een projectbesluit;

Algemene voorwaarden behorende bij de omgevingsvergunning voor de activiteit slopen.

Inhoudsopgave. 1.1 Algemeen. Algemene voorschriften

Lelystad * Beschikking d.d. 10 mei 2012 Omgevingsvergunning L gemeente. Lisdoddeweg 36 oprichten van een aardappelopslag

Afvalstoffenverordening van de gemeente Renkum 2016

Ontwerpbesluit veranderingsvergunning

Bijlage A: Verklarende begrippenlijst

waarbij omgevingsvergunning wordt gevraagd voor het verbouwen winkel tot woning op het perceel : Oud-Loosdrechtsedijk 156 te Loosdrecht

TIJDELIJKE OMGEVINGSVERGUNNING (UITGEBREIDE PROCEDURE)

U heeft een omgevingsvergunning aangevraagd voor de activiteit(en): bouwen, gebruik bestemmingsplan vvgb/tijd.

Reststoffen Centrum Zutphen B.V. De heer J.A. Borgelink Postbus AP ZWOLLE. Geachte heer Borgelink,

verzenddatum Record Industry B.V. De heer A.J.M. Vermeulen Postbus LN HAARLEM Geachte heer Vermeulen,

LICHTE BOUWVERGUNNING

Gemeente Langedijk. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouder van 29 december 2009, nummer 14;

BIJLAGE B, behorend bij de Omgevingsvergunning, nummer

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

O M G E V I N G S V E R G U N N I N G , 17 februari 2017

datum x kenmerk x uw kenmerk/brief van x doorkiesnummer x R41/

BESCHIKKING WET MILIEUBEHEER

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting

... V O O R S C H R I F T E N I N H O U D BEGRIPPEN...2

MANDAAT-, VOLMACHT- EN MACHTIGINGSLIJST

OMGEVINGSVERGUNNING. intrekking terreindeel Salt. gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning. Oosterhorn 4 te Farmsum

Omgevingsvergunning. Zaaknummer: O

Gemeente Kollumerland c.a.

Bijlage 1: Voorschriften. Inhoudsopgave

Transcriptie:

Bijlage 3 (Voorschriften en Voorwaarden)

INHOUDSOPGAVE 1 ALGEMEEN ONDERDEEL BOUW... 3 2 VOORWAARDEN ONDERDEEL AFWIJKEN BESTEMMINGSPLAN... 5 3 ALGEMEEN MILIEU... 6 3.1 Gedragsvoorschriften... 6 3.2 Registratie en onderzoeken... 7 4 AFVALSTOFFEN... 7 4.1 Afvalscheiding... 7 4.2 Opslag van afvalstoffen... 8 5 BODEM... 8 5.1 Doelvoorschriften... 8 5.2 Beschermende voorzieningen... 8 5.3 Beheermaatregelen vloeistofkerende voorzieningen... 9 5.4 Eindsituatieonderzoek... 9 5.5 Herstelplicht (bodemsanering)... 9 6 GELUID EN TRILLINGEN... 9 6.1 Algemeen... 9 7 OPSLAG VAN GEVAARLIJKE STOFFEN IN VERPAKKING... 10 7.1 Opslag verpakte gevaarlijke stoffen, kernvoorschriften... 10 BIJLAGE: BEGRIPPEN... 11

VOORSCHRIFTEN & VOORWAARDEN ONDERDEEL BOUW 1 ALGEMEEN ONDERDEEL BOUW Algemeen Het bouwen moet plaatsvinden volgens de bepalingen van het Bouwbesluit en de gemeentelijke bouwverordening. De vergunninghouder dient er voor te zorgen dat de vergunning altijd op het werk aanwezig is en op verzoek aan de afdeling Ruimte, team Toezicht & Handhaving ter inzage kan worden gegeven. De vergunninghouder dient de gemeente kennis te geven van: a) de aanvang van (bouw)werkzaamheden, ten minste 2 dagen van te voren; b) de voltooiing (gereedmelding) van de (bouw)werkzaamheden, voordat het bouwwerk of de inrichting in gebruik wordt genomen. Dit kunt u digitaal doen via de formulieren op www.weststellingwerf.nl/startengereedmeldingbouw Indien van een verleende vergunning geen gebruik wordt gemaakt kan, na een schriftelijk verzoek, overeenkomstig de geldende legesverordening, de leges eventueel worden terugbetaald. Niet terugbetaald worden de leges welstandscommissie, leges bij toepassing van planologische procedures en de kosten van externe adviseurs. Burgemeester en Wethouders kunnen deze vergunning geheel of gedeeltelijk intrekken, indien: a) de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend; b) niet overeenkomstig de vergunning is of wordt gehandeld; c) de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen niet zijn of worden nageleefd; d) de voor de vergunninghouder voorschriften niet zijn of worden nageleefd. e) binnen 26 weken na dagtekening van deze vergunning geen aanvang is gemaakt met de bouwwerkzaamheden of deze langer dan zes maanden is of wordt gestaakt. Het bouwwerk dient te worden gebouwd overeenkomstig de bij deze vergunning gevoegde gewaarmerkte stukken en bescheiden, waarbij de op de gewaarmerkte tekening(en), berekening(en) en/of andere stukken aangegeven aanwijzingen en/of correcties in acht worden genomen. Schade toegebracht aan gemeente-eigendommen of aan eigendommen van derden moet na overleg met de betreffende partijen worden hersteld of vergoed. Vergunninghouder wordt erop gewezen, dat voor het uitvoeren van de werkzaamheden, waarvoor nu vergunning is verleend, wellicht nog andere vergunningen, ontheffingen of toestemmingen zijn benodigd van bijvoorbeeld de provincie, een waterschap of het Rijk. Daarnaast kunnen ook bepalingen van privaatrechtelijke aard het nodig maken dat toestemming wordt verkregen van bijvoorbeeld de eigenaar en/of de gebruiker van een aangrenzend perceel. Deze verleende vergunning vrijwaart de vergunninghouder derhalve niet tegen aanspraken van derden. Hij blijft daarvoor zelf verantwoordelijk. Met de uitvoering van de bouwwerkzaamheden mag niet eerder worden begonnen alvorens aan alle relevante voorschriften in deze vergunning is voldaan.

Voorwaarden De uitvoering van de bouwwerkzaamheden moet plaatsvinden in overleg met de afdeling Ruimte, team Toezicht & Handhaving. De juiste plaats (van de rooilijnen) en peilhoogte zullen door de afdeling Ruimte, team Toezicht & Handhaving worden bepaald en/of gecontroleerd. Er wordt pas uitgezet/gecontroleerd indien alle nog aan te leveren gegevens zoals gesteld in de voorwaarden van deze vergunning door de gemeente zijn goedgekeurd. Ten minste 2 dagen vóór het storten van gewapend betonconstructies dient de wapening ter goedkeuring aan de afdeling Ruimte, team Toezicht & Handhaving te worden aangeboden. Met het storten mag niet eerder worden begonnen alvorens de wapeningen zijn goedgekeurd. Gedurende de uitvoering van de bouwwerkzaamheden dient het bouwterrein te zijn voorzien van een doeltreffende afscheiding.

2 VOORWAARDEN ONDERDEEL AFWIJKEN BESTEMMINGSPLAN De afwijking van het bestemmingsplan weliswaar voorziet in (met inpassing) een erf ter grootte van in totaal 2.9ha, dit betekent echter niet dat het gehele perceel (bij recht) kan worden bebouwd. De ruimtelijke procedure is niet gericht op het creëren van een planologisch kader voor nieuwe aanvragen omgevingsvergunning (bouw). Binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van deze beschikking moet de beplanting zijn aangebracht zoals in het erfinrichtingsplan, welke onderdeel uitmaakt van deze vergunning, is aangegeven. Na uitvoering van de landschappelijke inpassing moeten de aangeplante bomen en struiken goed onderhouden worden zodat deze in goede gezondheid in stand blijven.

VOORSCHRIFTEN MILIEU 3 ALGEMEEN MILIEU 3.1 Gedragsvoorschriften 3.1.1 De inrichting moet schoon worden gehouden en in goede staat van onderhoud verkeren. 3.1.2 De inrichting mag niet toegankelijk zijn voor onbevoegden. Binnen de openingstijden mogen anderen dan het personeel van de inrichting uitsluitend onder toezicht in de inrichting aanwezig zijn. 3.1.3 Alle binnen de inrichting aanwezige machines, installaties en voorzieningen moeten overzichtelijk zijn opgesteld en altijd goed bereikbaar zijn. 3.1.4 Het aantrekken van insecten, knaagdieren en ongedierte moet worden voorkomen. Zo vaak de omstandigheden daartoe aanleiding geven, moet doelmatige bestrijding van insecten, knaagdieren en ander ongedierte plaatsvinden. 3.1.5 De in de inrichting aangebrachte of gebruikte verlichting moet zodanig zijn afgeschermd dat geen directe lichtstraling buiten de inrichting waarneembaar is. 3.1.6 Installaties of onderdelen van installaties welke buiten bedrijf zijn gesteld, moeten zijn verwijderd tenzij deze in een goede staat van onderhoud verkeren. 3.1.7 Klachten van derden en de actie die door de vergunninghouder is ondernomen om de bron van de klachten te onderzoeken en eventueel weg te nemen, moeten worden geregistreerd. 3.1.8 Indien zich binnen de inrichting een ongewoon voorval voordoet als bedoeld in artikel 17.1 Wet milieubeheer dient hiervan conform artikel 17.2 Wet milieubeheer zo spoedig mogelijk mededeling te worden gedaan aan de gemeente Weststellingwerf. In aanvulling op het bepaalde in artikel 17.2 Wet milieubeheer dient de vergunninghouder deze mededeling onverwijld schriftelijk te bevestigen.

3.2 Registratie en onderzoeken 3.2.1 In de inrichting moet een centraal registratiesysteem aanwezig zijn waarin informatie omtrent onderhoud, metingen, keuringen, controles en gegevens van relevante milieuonderzoeken worden bijgehouden. In het registratiesysteem moet ten minste de volgende informatie zijn opgenomen: - De schriftelijke instructies voor het personeel; - De resultaten van in de inrichting uitgevoerde milieucontroles, keuringen, inspecties, metingen, registraties en onderzoeken (zoals, keuringen van brandblusmiddelen, visuele inspectie van bodembeschermende voorzieningen, bodemonderzoek, keuringen van tanks, keuringen van stookinstallaties, etc); - Meldingen van ongewone voorvallen, die van invloed zijn op het milieu, met vermelding van datum, tijdstip en de genomen maatregelen; - Registratie van het energie- en waterverbruik; - De jaarlijkse voortgangsrapportages van de uitvoering van het energiebesparingsplan; - Registratie van klachten van derden omtrent milieu-aspecten en daarop ondernomen acties; - Een afschrift van de vigerende omgevingsvergunning(en) met bijbehorende voorschriften en meldingen; - Het advies van de brandweercommandant ten aanzien van aan te brengen blusmiddelen en brandwerende voorzieningen. 3.2.2 De in het vorig voorschrift bedoelde informatie moet in ieder geval tot aan het beschikbaar zijn van de resultaten van de eerst volgende meting, keuring, controle of analyse, maar ten minste gedurende 5 jaar in de inrichting worden bewaard en ter inzage gehouden voor de daartoe bevoegde ambtenaren. 3.2.3 Het jaarlijks energieverbruik moet worden geregistreerd. Er kan worden volstaan met het bewaren van de energienota's. De vergunninghouder houdt deze gegevens drie jaar in het bedrijf ter inzage voor het bevoegd gezag. 4 AFVALSTOFFEN 4.1 Afvalscheiding 4.1.1 Vergunninghouder is verplicht de volgende afvalstromen te scheiden, gescheiden te houden en gescheiden aan te bieden, aan een erkend inzamelaar, dan wel zelf af te voeren: de verschillende categorieën gevaarlijke afvalstoffen, onderling en van andere afvalstoffen papier en karton; elektrische en elektronische apparatuur; kunststoffolie.

4.1.2 Gebruikte poetsdoeken, absorptiematerialen en overige gevaarlijke afvalstoffen die vrijkomen bij onderhoudswerkzaamheden en bij het verwijderen van gemorste dieselolie, smeerolie en hydraulische olie, moeten worden bewaard in vloeistofdichte en afgesloten emballage die bestand is tegen inwerking van de betreffende afvalstoffen. 4.2 Opslag van afvalstoffen 4.2.1 De op- en overslag en het transport van afvalstoffen moeten zodanig plaatsvinden dat zich geen afval in of buiten de inrichting kan verspreiden. Mocht onverhoopt toch verontreiniging van het openbaar terrein rond de inrichting plaatsvinden, dan moeten direct maatregelen worden getroffen om deze verontreiniging te verwijderen. 4.2.2 De verpakking van gevaarlijk afval moet zodanig zijn dat: niets van de inhoud uit de verpakking kan ontsnappen; het materiaal van de verpakking niet door gevaarlijke stoffen kan worden aangetast, dan wel met die gevaarlijke stoffen een reactie kan aangaan dan wel een verbinding kan vormen; deze tegen normale behandeling bestand is; deze is voorzien van een etiket, waarop de gevaarsaspecten van de gevaarlijke stof duidelijk tot uiting komen. 4.2.3 Afvalstoffen moeten zodanig gescheiden van elkaar worden opgeslagen dat de verschillende soorten afvalstoffen ten opzichte van elkaar geen reactiviteit kunnen veroorzaken. 5 BODEM 5.1 Doelvoorschriften 5.1.1 Het bodemrisico van de in de aanvraag beschreven bodembedreigende activiteiten moet door het treffen van doelmatige maatregelen en voorzieningen voldoen aan bodemrisicocategorie A zoals gedefinieerd in de NRB. 5.2 Beschermende voorzieningen 5.2.1 Een vloeistofdichte lekbak moet, indien het (licht) ontvlambare vloeistoffen betreft, de gehele inhoud van de totale hoeveelheid opgeslagen vloeistoffen kunnen bevatten. In de overige gevallen moet de bak een inhoud hebben van ten minste de grootste verpakkingseenheid vermeerderd met 10% van de inhoud van de overige emballage. 5.2.2 Boven een vloeistofdichte lekbak met vloeibare (afval)stoffen in emballage moet, indien deze buiten het bebouwde deel van de inrichting ligt, een afdak aanwezig zijn. Het afdak moet zo groot zijn dat regenwater niet binnen de vloeistofdichte lekbak kan komen.

5.2.3 Vloeibare (afval)stoffen in emballage moeten worden bewaard op een vloeistofdichte vloer. De vloer moet zijn omgeven door een vloeistofdichte omwalling, een gotensysteem of een gelijkwaardige constructie van een zodanige capaciteit, dat ten minste de gemiddelde neerslaghoeveelheid van twee maanden binnen deze constructie kan worden opgevangen. Het verzamelde water moet tijdig worden afgevoerd. 5.3 Beheermaatregelen vloeistofkerende voorzieningen 5.3.1 Wijzigingen van de bij de aanvraag gevoegde beheermaatregelen voor de bodembeschermende maatregelen moeten aan het bevoegd gezag worden overgelegd. 5.3.2 Vergunninghouder dient lekkages te verhelpen en morsingen op te ruimen ongeacht de zwaarte van de getroffen voorzieningen (good housekeeping). 5.3.3 Gemorste bodembedreigende vloeistoffen als oliën, vetten en chemicaliën moeten direct worden opgeruimd. Hiertoe moeten absorptiemateriaal en neutraliserende stoffen in voldoende mate en gebruiksgereed aanwezig zijn. Gebruikte absorptie- of neutralisatiemiddelen moeten worden bewaard en afgevoerd als gevaarlijk afval. 5.4 Eindsituatieonderzoek 5.4.1 Ter plaatse van de opslagzwavelzuur en spuiwater en een eventueel (laatste) herhalingsonderzoek onderzochte locaties moet een eindsituatieonderzoek worden verricht. Monsterneming moet direct na beëindiging van de activiteiten plaatsvinden. Monsterneming en analyse van de monsters dient te zijn uitgevoerd conform NEN 5740. 5.5 Herstelplicht (bodemsanering) 5.5.1 Indien uit eindonderzoek, bedoeld in voorschrift 5.4.1, blijkt dat de bodem als gevolg van de activiteiten in de inrichting is aangetast of verontreinigd, draagt degene die de inrichting drijft er zorg voor dat binnen zes maanden na toezending van dat rapport aan het bevoegd gezag de bodemkwaliteit is hersteld. Het herstel van de bodemkwaliteit geschiedt door een persoon of een instelling die beschikt over een erkenning op grond van het Besluit bodemkwaliteit. 5.5.2 Indien de Wet bodembescherming niet van toepassing is op de wijze van saneren moet sanering plaats vinden overeenkomstig door het bevoegd gezag te stellen nadere eisen. 6 GELUID EN TRILLINGEN 6.1 Algemeen

6.1.1 Het meten en berekenen van de geluidsniveaus en het beoordelen van de meetresultaten moet plaatsvinden overeenkomstig de Handleiding meten en rekenen Industrielawaai, uitgave 1999. 6.1.2 Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau L Ar,LT veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, door de in de inrichting verrichte werkzaamheden of activiteiten, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, mag op de onderstaande beoordelingspunten in de representatieve situatie niet meer bedragen dan: Beoordelingspunt Lemsterweg 15 noordoostgevel) Lemsterweg 19 oostgevel LAr,LT) [in db(a)] Dag 07.00-19.00 (hoogte 1,5m) LAr,LT) [in db(a)] LAr,LT) [in db(a)] Avond 19.00-23.00 Nacht 23.00-07.00 (hoogte 5m) (hoogte 5m) 40 35 30 40 35 30 6.1.3 Het maximale geluidsniveau L Amax veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, door de in de inrichting verrichte werkzaamheden of activiteiten, alsmede door het transportverkeer binnen de grenzen van de inrichting, mag op de onderstaande beoordelingspunten niet meer bedragen dan: Beoordelingspunt Lemsterweg 15 noordoostgevel) Lemsterweg 19 oostgevel LAr,LT) [in db(a)] Dag 07.00-19.00 (hoogte 1,5m) LAr,LT) [in db(a)] LAr,LT) [in db(a)] Avond 19.00-23.00 Nacht 23.00-07.00 (hoogte 5m) (hoogte 5m) 70 65 60 70 65 60 6.1.4 Het laden en lossen van goederen mag uitsluitend plaatsvinden op het terrein van de inrichting. 7 OPSLAG VAN GEVAARLIJKE STOFFEN IN VERPAKKING 7.1 Opslag verpakte gevaarlijke stoffen, kernvoorschriften 7.1.1 De opslag dient te voldoen aan het gestelde in de voorschriften uit hoofdstuk 3 van de richtlijn PGS 15:2005.

BIJLAGE: BEGRIPPEN ** VOOR ZOVER EEN DIN-, NEN-, NEN-EN-, OF NEN-ISO-NORM,...: Voor zover in een voorschrift verwezen wordt naar een DIN-, DIN-ISO, NEN-, NEN-EN-, NEN-ISO-, NVN-norm, AI-blad, BRL, CPR, PGS of NPR, wordt de uitgave bedoeld die voor de datum waarop de vergunning is verleend het laatst is uitgegeven met tot die datum uitgegeven aanvullingen of correctiebladen. Indien er sprake is van reeds bestaande constructies, toestellen, werktuigen en installaties is -de norm, BRL, CPR, PGS, NPR of het AI-blad van toepassing die bij de aanleg of installatie van die constructies, toestellen, werktuigen en installaties is toegepast, tenzij in het voorschrift anders is bepaald. Alle onderstaande verklaringen en definities zijn van toepassing op de in de voorschriften gebruikte benamingen en termen, aangevuld met, dan wel in afwijking van de in NEN 5880 (Afval en afvalverwijdering, Algemene termen en definities) en de NEN 5884 (Afval en afvalverwerking, termen en definities voor bouw- en sloopafval) gegeven verklaringen en definities. BESTELADRESSEN: publicaties zijn in ieder geval verkrijgbaar bij de onderstaande instanties: - AI-bladen bij: SDU Service, afdeling Verkoop Postbus 20025 2500 EA DEN HAAG telefoon (070) 378 98 80 telefax (070) 378 97 83 www.sdu.nl - PGS-richtlijnen zijn digitaal verkrijgbaar via www.publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl - DIN, DIN-ISO, NEN, NEN-EN, NEN-ISO, NVN-normen en NPR-richtlijnen bij: Nederlands Normalisatie-instituut (NEN), Afdeling verkoop Postbus 5059 2600 GB DELFT telefoon (015) 269 03 91 telefax (015) 269 01 90 www.nen.nl - BRL-richtlijnen bij: KIWA Certificatie en Keuringen Postbus 70 2280 AB RIJSWIJK telefoon (070) 414 44 00 telefax (070) 414 44 20 - InfoMil is het informatiecentrum in Nederland over milieu wet- en regelgeving. www.infomil.nl AFVALSTOFFEN: Alle stoffen, preparaten of voorwerpen, waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen. BODEMBEDREIGENDE ACTIVITEIT: Bedrijfsmatige activiteit die gepaard gaat met het gebruik, de productie of de emissie van een bodembedreigende stof overeenkomstig de definitie van het Activiteitenbesluit.

EMBALLAGE: Verpakkingsmateriaal, zoals glazen en kunststof flessen, blikken en kunststof cans, metalen en kunststof vaten of fiberdrums, papieren en kunststof zakken, houten kisten, big-bags en intermediate bulkcontainers (IBC's). GELUIDSNIVEAU IN DB(A): Het niveau van het ter plaatse optredende geluid, uitgedrukt in db(a), overeenkomstig de door de Internationale Elektrotechnische Commissie (IEC) terzake opgestelde regels, zoals neergelegd in de IEC-publicatie no. 651, uitgave 1989. GEVAARLIJKE AFVALSTOF: Afvalstof die een of meer van de in bijlage III bij de kaderrichtlijn afvalstoffen genoemde gevaarlijke eigenschappen bezit. LANGTIJDGEMIDDELD BEOORDELINGSNIVEAU (LAr,LT): Het A-gewogen gemiddelde van de afwisselende niveaus van het ter plaatse, in de loop van een bepaalde periode optredende geluid en zo nodig gecorrigeerd voor de aanwezigheid van impulsachtig geluid, tonaal geluid of muziekgeluid, vastgesteld en beoordeeld overeenkomstig de 'Handleiding meten en rekenen industrielawaai', uitgave 1999. MAXIMALE GELUIDNIVEAU (LAmax): Het hoogste A-gewogen geluidsniveau, afgelezen in de meterstand 'fast', verminderd met de meteocorrectieterm Cm. De meterstand 'fast' komt overeen met een tijdconstante van 125 ms. PREVENTIE: Maatregelen die worden genomen voordat een stof, materiaal of product afvalstof is geworden, ter vermindering van: de hoeveelheden afvalstoffen, al dan niet via het hergebruik van producten of de verlenging van de levensduur van producten; de negatieve gevolgen van de geproduceerde afvalstoffen voor het milieu en de menselijke gezondheid, of het gehalte aan schadelijke stoffen in materialen en producten. VISA: Veiligheid Industriële Stookinstallaties voor het stoken van Aardgas.