Temperatuurmetingen en berekeningen aan een zwart-, een wit en een groendak van het winkelcentrum Alexandrium te Rotterdam.

Vergelijkbare documenten
'Homebox the isolated postbox', berekening van de U-waarde.

GEVEL 5. "Een goed dak is niet vanzelfsprekend" 153,900 4,09 4,23 0,24 6,8 15,54 4,00 : g/m² 14,3 8,7. 5,6 g/m² goed. Nee.

Begroeide daken Monitoring Alexandrium

JBo/ /NRe Rotterdam, 29 januari 2003

Bovenstaande metingen eventueel aan te vullen met metingen vereist in het kader van de certificering voor Breeam. Mook,

402,000 4,72 4,86 0,21 2,50 : 5,9 20,49 10,8 8,6. g/m². 2,2 g/m² goed. Nee. Constructie: Opbouw Constructie:

De meeste winst is te behalen door de werkelijke -waarde van een detail in te voeren. Deze waarde kan worden berekend door het detail geschematiseerd

Bepaling warmteweerstand zwembadkuipen uit vezelversterkt composiet

UNILIN PIR ISOLATIEPLATEN Voor platte daken 2017

2,50 : Nee. Constructie: Opbouw Constructie:

Berekening Gilde Software van 6

Wroeten met VarkensNET

Bouwfysica van Passief Bouwen in houtskeletbouw

395,000 3,91 4,05 0,25 2,50 : 7,1 20,41 149,0 148,2. g/m². 0,8 g/m² goed. Nee. Constructie: Opbouw Constructie:

Wanneer moet dakisolatie onbrandbaar zijn?

De warmteweerstand van De Hoop Reno systeemvloer volgens NEN 1068:2012

Het hedendaagse platte dak

Voorbeeld dakopbouw. Te verwachten temperatuurverloop aan de onderzijde van het dak (simulatieberekening volgens Haindl)

UNILIN ISOLATIEPLATEN PIR Voor platte daken

Energetische prestatie Derbigum Derbibrite

Tentamen Warmte-overdracht

UTHERM ISOLATIEPLATEN. 03. ISOLATIEPLATEN

Passief Bouwen. Passief Bouwen in de praktijk. Velve-Lindehof, Enschede. Stelling. Ontwerpvisie. Binnengasthuizen, Zwolle

NOTITIE. Datum 14 september 2016 Projectnaam Matrix VII Werknummer RNL Warmteweerstand gebouwschil ir. J.A. Pleysier Ir. M.

Bouwfysica: NATUURKUNDIGE ELEMENTEN DIE MET HET BOUWEN VERBAND HOUDEN

Eisenhowerlaan 112, Postbus NL-2508 EE Den Haag T +31 (0) F +31 (0)

Energierapportage MFC Atria Leusden. Asschatterweg JJ Leusden

Datum: 18 maart 2011 Ons kenmerk: RH3851 Project: Beoordeling staalconstructie systeem FlexFrameBouw Betreft: Onderzoek brandwerendheid

rapport nr. H.0906.S.633. EMCP

Bepaling R bf en R bw volgens NEN 1068:2012 bij toepassing kruipruimte isolatie (Drowa chips en EPS-platen)

UNILIN PIR ISOLATIEPLATEN juli 2017

Verwarmen en koelen met de zon

AIO- SVT Zuiddijk INTECH DYKE SECURITY SYSTEMS. Rapportage InTech-IDS AIO-SVT Zuiddijk 2012 V02

Resultaten monitoring

Passief Bouwen: waarom en hoe?

Hebel. Afmetingen. Hebel binnen- en buitenwanden AAC2/400 AAC3/450 AAC3,5/500 AAC4,5/550 AAC5/600

UNILIN PIR ISOLATIEPLATEN Januari, 2016

Rapport. Bepaling warmtedoorgangscoëfficiënt diverse Albo deuren

(Auteursrecht EUROSENSE, 2016)

Dynamisch daglicht. Een studie naar dynamiek in daglichttoetreding. Afstudeerpresentatie Lies Schaberg Climate Research & Design

Dam Dak Advies van 5

Restwarmte. Hoe zit dat nu met restwarmte in de oppervlaktebehandelende industrie? Robin Sommers, manager/sr. adviseur industrie

Bouwen met Unidek SIPS vs. houtskeletbouw

Rapportage second opinion Stichting Bewoners Initiatieven Scheepvaartkwartier

Akoestisch onderzoek geluidwering gevel nieuwbouw 24 appartementen hoek Rijnlandstraat Landscheidingstraat te Leidschendam Centrum

Slimline & Geluidisolatie

Warmtetransport & thermische isolatie

ADVIES ENERGIECONCEPT BUREAU NIEMAN KLUSWONINGEN CAPADOSESTRAAT 9-11 DEN HAAG

Passief Bouwen in de praktijk

K I N J O Y K I N R O O I. 14 februari 2013

De warmteverliescoëfficiënt van een begane grondvloer bij toepassing van Drowa chips als bodemisolatie in kruipruimtes bij een tussenwoning

Brandschot ; canalures staaldak profiel type 106.

DC Trade Port Noord-Venlo. Berekening gelijkwaardigheid warmteweerstand begane grond vloer

Verbruik per m² blokken lijm kg

Verbruik per m² blokken lijm kg

Tentamen Warmte-overdracht

memo Gemeente Wijdemeren Datum: 03 juli 2015

Naar een besparings programma voor energie in 2014

Condensatie op de buitenzijde van isolerende beglazing

Bouwend Nederland. Toenemende isolatiewaarden (R c ) Toenemende kierdichting (q v-10 ) Lichtere en snellere bouwconstructies

Zolder isoleren? Doe het met isoeasy Pro. isoeasy Pro

Condens niet binnen maar buiten

Eerste uitkomsten onderzoek luchtkwaliteit langs Nijenoord Allee Wageningen

3D DYNAMISCH MODELLEREN VAN PASSIEVE KOELTECHNIEKEN: AARDE LUCHT WARMTEWISSELAARS

Terug naar de basis. De zon levert ons twee belangrijke zaken. Dit zijn licht en warmte.

Beperkte interne warmteontwikkeling

Ervaringen gedeeld: wonen in een PCM huis

Eindexamen havo natuurkunde pilot II

Bezonningsonderzoek Noordgebouw U24 Stationsplein te Utrecht. Invloed van de nieuwbouw op de omgeving

Ruimteverwarming. 1 Inleiding Energieverbruik ruimteverwarming Centrale verwarming Decentralisatie... 4

Itho Daalderop Energiezuinig en comfortabel klimaatsysteem. uw nieuwe. woning

Energieprestatie. metalen gevelelementen in EP berekening Ubouw. 3, 10 en 17 november 2008 VMRG bijeenkomst. door Peter Vierveijzer

Is uw huis geschikt voor een warmtepomp?

Passief Bouwen: waarom en hoe?

Isolatie. Technische achtergrond 5 november Wouter van den Acker PKW

Geïsoleerde Dak- Five Crown Geïsoleerd Dakpaneel KS1000 FC

A2203 Albo deuren aanvullende berekeningen U-waarde

Ke u ze p l a n e n e rg i e - e n i n stallatieconcept. K e i z e r l i b e l Te r B o r c h 2 9 n o v e m b e r

Memorandum. Monitoring Systems Stieltjesweg 1 Postbus AD Delft

Beoordelingsrapport. Woningscheidende wanden met een Bohebiflex Inbouw wandgoot

Wand-, plafondpanelen

Your Partner in Geo Information Services. Frank De Boeck Commercieel directeur W. Europa EUROSENSE BELFOTOP B.V.B.A.

Rapport. Winkelcentrum Boven t Y te Amsterdam Bezonningsonderzoek. Rapportnummer: WG Datum: 21 september 2006 AA/OO/WG RA

Geïsoleerde Dak- Lo-Pitch Geïsoleerd Dakpaneel KS1000 LP

Waarom kiezen voor Daku-systeem. water voor vegetatie en/of planten door condensatie en diffusie. alle producten zijn gebaseerd op de FLL-normen

Kansen voor Geurradar. Luc Verhees en Hans Erbrink

(art. 2 der statuten van de Sticht ing Bouwresearch) (art. 3 der statuten van de Stichting Bouwresearch) Copyright SBR, Rotterdam

Oorzaken hoog warmteverbruik

Conceptvoorstel Tiny woningen: Tijdelijke huurwoningen voor éénpersoonshuishoudens. jonger als 23 jaar (huurtoeslag) en huurders ouder als 23 jaar.

4 Is dit dakdeel een dakraam, lichtstraat, groendak, schoorsteen, ventilatie, dakrand of volledig bedekt met zonnepanelen, groendak, kiezels of water?

Natuurlijke ventilatie van leslokalen

RIVM en CBG. sluit menu menu. Nederlands. Engels. Strukton. Strukton en werkmaatschappijen

Prelaq Energy Voorgelakt plaatstaal met uitstekende thermische eigenschappen

CLT Cross Laminated Timber

Warmte of vochtproblemen? Kom voor een warme, droge winter naar Workx Materieelverhuur

Toekomstbestendige comfortinstallatie in (nieuwbouw)woningen. Een visie van Martijn Bos

nieuwe woning in Austerlitz

Wanneer is het te warm om te werken?

Gemeente Zwolle. Morfologisch gevoeligheidsonderzoek Westenholte. Witteveen+Bos. Willemskade postbus 2397.

Transcriptie:

Temperatuurmetingen en berekeningen aan een zwart-, een wit en een groendak van het winkelcentrum Alexandrium te Rotterdam. Gerrit Hulstein, ir., Bouwfysica, Peutz Postbus 66 6585 ZH Mook T: 024 3570761 E: g.hulstein@peutz.nl W: www.peutz. 15 juni 2017 Intro Peutz Peutz bv is een onafhankelijk bureau van raadgevend ingenieurs op vele vakgebieden. Peutz is opgericht in Nederland in 1954. Laboratoria Peutz beschikt over verschillende laboratoria Het advieswerk wordt ondersteund door evaluaties gebaseerd op berekeningen en/of metingen. 1

Inhoud - Opdracht en vraagstelling - Situatie op locatie - InfraRood-onderzoek - Opbouw van de 3 daken en meetposities - Hoe metingen verricht en meetperiode - Resultaten metingen - Resultaten van de vergelijking van metingen versus berekeningen - Uitgangspunten berekeningen met BFEP-rekenmodel - Resultaten berekeningen met BFEP-rekenmodel - Conclusies aan de hand van de resultaten van de berekeningen - Antwoord op een aantal vooraf geformuleerde vragen. Opdracht en vraagstelling: - Opdracht: - Gemeente Rotterdam - Vraagstelling: - Vaststellen van het thermische gedrag van een 3-tal daken - Beantwoorden van aantal vooraf geformuleerde vragen. 2

Situatie op locatie: Situatie op locatie: 3

InfraRood-onderzoek: Opbouw daken: 4

Opbouw daken en meetposities: Metingen en meetperiode: - Totaal 42 kanalen - Gemeten met thermo-koppels en HuxeFluxen - Sample-frequentie: 1x/minuut - Wegschrijven/opslag: gemiddelde 1x/10 min. - Tbu lokaal gemeten (op 3 hoogtes) - Data t.a.v. Qzon, Vwind van Zestienhoven - Meetperiode: 21 april 2015 t/m 7 juni 2016 - Rapportage meetresultaten van select aantal periodes: - 1 periode voorjaar 2015-2 periodes zomer 2015-1 periode najaar 2015-2 periodes winter 2016-1 periode voorjaar 2016. 5

Beschouwde perioden bij uitwerking/presentatie: - voorjaar 2015 - Zomer 2015 - Zomer 2015: 25 juni t/m 6 juli - Najaar 2015 - Winter 2016 - Winter 2016 - Voorjaar 2016 Zomer 2015/metingen: 6

Zomer 2015/metingen: Zomer 2015/metingen: 7

Zomer 2015/metingen: Winter 2016/vergelijking metingen versus berekeningen: 8

Winter 2016/vergelijking metingen versus berekeningen: Winter 2016/vergelijking metingen versus berekeningen: 9

Uitgangspunten berekeningen met BFEP-modellen: - Buitenklimaat: klimaatdata 1964/DeBilt - Tbi: - winterperiode: 18 C ± 2 C - Voor-/najaar: 20 C ± 2 C - zomerperiode: 22 C ± 2 C. Materiaal: λ-waarde: [W/mK] ρ-waarde: [ kg/m 3 ] c-waarde: [J/kg.K] Alfa zon [-] bitumen 0,2 1050 1840 zwart: 0,9 wit: 0,2 PIR-isolatie 0,023 35 1470 staal 52 7800 530 systeemplafond 0,08 60 840 EPS-isolatie 0,045 35 1470 gasbeton 0,16 800 840 substraat 0,8 1450 1840 0,35 Varianten berekeningen met BFEP-modellen: - 6-tal varianten: 1. zwart dak /geprofileerd staaldak; R c -waarde van dak 1,8 m 2 K/W; 2. wit dak /geprofileerd staaldak; R c -waarde van dak 1,8 m 2 K/W; 3. groen dak /geprofileerd staaldak; R c -waarde van dak 1,8 m 2 K/W; 4. groen dak /gasbeton dak; R c -waarde van dak 1,8 m 2 K/W; 5. groen dak /geprofileerd staaldak; R c -waarde van dak 6,0 m 2 K/W; 6. groen dak /gasbeton dak; R c -waarde van dak 6,0 m 2 K/W. 10

Voorjaar 1964/berekeningen met BFEP-model: Voorjaar 1964/berekeningen met BFEP-model: 11

Voorjaar 1964/berekeningen met BFEP-model: Winter 1964/berekeningen met BFEP-model: 12

Conclusies aan hand van resultaten berekeningen: - Transmissieverlies [m3gas/m2 dak.jaar]: 1. zwart dak /geprofileerd staaldak; R c 1,8 m 2 K/W: 2,4 m3gas/m2.jaar 2. wit dak /geprofileerd staaldak; R c 1,8 m 2 K/W: 4,0 m3gas/m2.jaar 3. groen dak /geprofileerd staaldak; R c 1,8 m 2 K/W: 3,6 m3gas/m2.jaar 4. groen dak /gasbeton dak; R c 1,8 m 2 K/W: 3,5 m3gas/m2.jaar 5. groen dak /geprofileerd staaldak; R c 6,0 m 2 K/W: 1,3 m3gas/m2.jaar 6. groen dak /gasbeton dak; R c 6,0 m 2 K/W: 1,3 m3gas/m2.jaar. Conclusies aan hand van resultaten berekeningen: Warmtestroomdichtheid a/d onderzijde van het dak: Daken met R c = 1,8 m 2 K/W (varianten 1 t/m 4): - de binnenkomende hoeveelheid energie is bij het zwarte dak overdag, bij zoninstraling, aanmerkelijk hoger dan in geval van de 3 andere daken; - de binnenkomende en uittredende hoeveelheid energie is het meest gelijkmatig bij het groene relatief zware dak (met gasbeton drager, variant 4). Daken met R c = 6,0 m 2 K/W (varianten 5 en 6): - de twee daken met R c -waarde 6,0 m 2 K/W presteren onderling globaal gelijk, zowel 's zomers als 's winters; - de binnenkomende hoeveelheid energie aan de onderzijde van het dak vertoont bij het dak met de zwaardere drager (gasbeton drager) een lichte vertraging ten opzichte van het lichtere dak (staalplaat drager). Daken met R c = 1,8 m 2 K/W (varianten 1 t/m 4) versus daken met R c = 6,0 m 2 K/W (varianten 5 en 6) : - in de winterperiode is de uittredende hoeveelheid energie in geval van de twee daken met R c -waarde 6,0 m 2 K/W aanmerkelijk lager dan in geval van de 4 daken met R c - waarde 1,8 m 2 K/W. 13

Antwoord op vooraf geformuleerde vragen: Vraag 1: Kan het thermische gedrag van een dak met een lichte opbouw, voorzien van een vegetatiedak, stationair worden beschreven (t.b.v. het voorspellen van het binnenklimaat)? Antwoord 1: Nee, naast dat de warmtestromen aan de onderzijde van het dak niet de neiging hebben om na verloop van tijd constant te worden, treedt er een vertraging op van ca. 5 uur (warmtestroom aan onderzijde dak versus piek zonbelasting). Vraag 2: Welke effecten hebben de witte- en vegetatiedaken op het rendement van de koelunits (Alexandrium)? Antwoord 2: Deze effecten hebben wij niet kunnen vaststellen. Daarvoor waren de daken (veel) te klein, was het onderzoek te beperkt en waren de randcondities niet geschikt. Antwoord op vooraf geformuleerde vragen: Vraag 3: Hoe groot zijn de effecten van het witte dak en het vegetatiedak op de warmtestromen door het dak, vergeleken met die door het zwarte dak? Antwoord 3: In de zomermaanden komt er via het witte- en vegetatiedak minder warmte naar binnen via de onderzijde van het dak (minder koeling nodig). In de wintermaanden komt er via het witte- en vegetatiedak tevens minder warmte naar binnen via de onderzijde van het dak (het zwarte dak heeft meer absorptie van zonnewarmte tot gevolg, derhalve minder verwarming nodig). Derhalve leiden het witte- en vegetatiedak in de wintermaanden tot een hoger energieverbruik voor verwarmen. Bezien over het gehele jaar is het energieverbruik voor verwarmen het gunstigst bij toepassen van het zwarte dak (transmissieverlies globaal 2,4 m 3 gas/m 2 dakopp. versus 3,5 a 4,0 m 3 gas/m 2 dakopp. voor het witte- en vegetatiedak). 14

Antwoord op vooraf geformuleerde vragen: Vraag 4: Welke warmtegeleidingscoëfficiënt en soortelijke warmte kunnen worden gebruikt bij het beschrijven van de warmtestromen? Antwoord 4: Zie tabel 1 in de onderhavige rapportage. Vraag 5: Is het toepassen van een vegetatiedak op een gebouw met een retailfunctie bedrijfseconomisch aantrekkelijk? Antwoord 5: Nee, gunstiger is een dak met een veel hogere R c - waarde toe te passen, bijvoorbeeld R c = 6,0 m 2 K/W. Voor wat betreft de beantwoording van deze vraag ten aanzien van de overige aspecten: Klépierre. Antwoord op vooraf geformuleerde vragen: Vraag 6: Hoe is de optimale samenstelling van een dak van een gebouw met een retailfunctie? Antwoord 6: De optimale samenstelling is niet direct aan te geven. Wij opteren voor een dak met een hoge R c -waarde, bijvoorbeeld R c = 6,0 à 10 m 2 K/W. Dit leidt in principe tot een stabiel binnenklimaat. Bij een hoge R c -waarde is de uitvoering van het dak aan de bovenzijde nauwelijks meer van belang. 15