Doel. Beleid. Titel: Zwangerschapsdiabetes; diagnostiek en begeleiding Doc. nr. 100391 Versie: 1



Vergelijkbare documenten
Zwangerschapsdiabetes: diagnostische en beleidsmatige inzichten. Henk Bilo Opfrisdagen 15 & 16 december Risicofactoren.

Eerstelijns protocol Diabetes Gravidarum (DG) Zwolle en omstreken

ORALE GLUCOSE TOLERANTIE TEST FRANCISCUS GASTHUIS

Zwangerschapsdiabetes - Zwangerschapssuiker-

Zwangerschapsdiabetes - Zwangerschapssuiker-


VSV Zoetermeer. Ketenprotocol. Diabetes gravidarum. Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits. Versie 1.0

DIABETES GRAVIDARUM 13 APRIL 2011 I. VAN DER VEEN AIOS O&G UMCG

Zwangerschapsdiabetes

Orale glucose tolerantietest (suikertest) bij een zwangere vrouw

Protocol Diagnosticeren van diabetes mellitus

Protocol Diabetes. Definitie. Doel. Betrokkenen. Risicofactoren

Folder Zwangerschapsdiabetes - Zwangerschapssuiker-

Regionaal Protocol Zwangerschapsdiabetes (GDM)

Zwangerschapsdiabetes

zwangerschapsdiabetes

Zwangerschapsdiabetes

Diabetes Gravidarum Regioprotocol

Zwangerschapsdiabetes

Zwangerschapsdiabetes

Diabetes en zwangerschap

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zwangerschapsdiabetes. Begeleiding in het Refaja ziekenhuis

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zwangerschapsdiabetes. Begeleiding in het Refaja ziekenhuis

Interne geneeskunde. Zwangerschapsdiabetes

Suikerbelastingtest. Hoe ontstaat zwangerschapssuiker?

PATIËNTEN INFORMATIE. Zwangerschapsdiabetes

Protocol Diabetes en Zwangerschap

Zwangerschapsdiabetes

Diabetes en zwangerschap

3. Diagnostiek en risico-inventarisatie

Obesitas. Oktober. Zorgpad Low risk B en High risk A

Patiënteninformatie Interne geneeskunde. Zwangerschapsdiabetes

Transmuraal protocol Diabetes en Zwangerschap

PATIËNTEN INFORMATIE. Zwangerschapsdiabetes

Waarom worden uw risico s in kaart gebracht?

Diabetes en zwangerschap - Marokkaans/Arabisch مرض السكر والحمل

BMI protocol. Doel protocol Gezamenlijk protocol van de 1 e en 2 e lijn met als doel een eenduidig beleid voor alle zwangeren met een BMI > 30.

Diabetes mellitus 2. Clara Peters, huisarts Mea de Vent, praktijkondersteuner

Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime

UMC St Radboud. Suikerbelastingtest (OGTT) bij zwangerschapssuikerziekte

Suikerbelastingtest (OGTT) bij zwangerschapssuikerziekte

Werkafspraak diabetes gravidarum november 2015

Diabetesspreekuur voor zwangeren

Zwangerschapsdiabetes

Inleiding Dit protocol is samengesteld om de zorgverlener en de zwangere duidelijkheid te geven omtrent het te volgen beleid.

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Diabetes mellitus en zwangerschap. Begeleiding in het Refaja ziekenhuis

Diabetesspreekuur voor zwangeren

Zwangerschapsdiabetes

H Zwangerschapsdiabetes (diabetes gravidarum)

H Diabetespolikliniek

Zwangerschapsdiabetes

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime

VSV Samen protocol: Obesitas en zwangerschap, basiszorg

Ilse Arendz, Peter Oomen, Albert Wolthuis, Nienke van der Velde, Janna Kroese, Ingrid van der Veen, Nic J.G.M. Veeger en Taeke Spinder

Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime

Doel Preventie van complicaties ten gevolge van Diabetes Mellitus tijdens de zwangerschap.

Waarom worden uw risico s in kaart gebracht?

Zwangerschapsdiabetes

Zwangerschapsdiabetes Interne Geneeskunde

juli 2010, V7 PROTOCOL VOOR GLUCOSEREGULATIE BIJ DIABETES MELLITUS PRE-, PER- EN POSTOPERATIEF

Diabetes & Nierziekten Zelfcontrole en hypoglycemie. Inhoud. Hypoglycemie. Verschillende definities: NHG<3.5, ADA<3.

Zwangerschapsdiabetes

Fase Handeling Zorgverlener Preconceptiefase

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zwangerschapsdiabetes. Begeleiding in het Refaja ziekenhuis

Diabetes mellitus, zwangerschap en origine Maakthetwatuit? Harold W de Valk, internist-endocrinoloog Universitair Medisch Centrum Utrecht

Zwangerschapsdiabetes

Diabetes en zwangerschap

Zwangerschapsdiabetes

Diabetes en zelfregulatie. Werkboek

Werkboek Diabetes en zelfregulatie

diabetes en zwangerschap

Diabetes mellitus. Diabetesverpleegkundigen IJsselland Ziekenhuis

Zwangerschapsdiabetes. Diabetesteam IJsselland Ziekenhuis

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime

Maak kennis met het diabetesteam van Maasziekenhuis Pantein

diabetes en zwangerschap

nefrologie - endocrinologie - diabetologie informatiebrochure Zwangerschapsdiabetes (diabetes gravidarum)

Afdeling Diëtetiek. Voedingsadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Protocol Obesitas. 1.0 Definitie obesitas

Diabetes en zwangerschap

Diabetes en zwangerschap - Suikerziekte tijdens zwangerschap -

Zwangerschap is wel (soms) een ziekte. J Roeters van Lennep/ internist vasculaire geneeskunde, Erasmus MC, Rotterdam

Diabetes en zwangerschap

Workshop voor apothekers en huisartsen. (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij

de diabetespolikliniek

Protocol Diabetes en zwangerschap

Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie PATIËNTENVOORLICHTING

} Omvang/aard van het probleem } Wat verandert er in de glucose huishouding } Voorbereiding en behandeling } Na de bevalling. } Insuline resistentie

Inwendige geneeskunde. Diabetes en ziekte.

Diabetes. zwangerschap

Diagnose MODY nog vaak gemist

Chapter 10. Samenvatting

Praktische adviezen bij een 1 maal daags insulineregime

Bij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich.

Patiënteninformatie. Diabetes en zwangerschap

Zwangerschap en diabetes mellitus

Voedingsadvies bij verhoogde bloedsuikers tijdens de zwangerschap

Richtlijn screening op diabetes type 2 goedgekeurd door ALV op 17 september 2015

Diabetes en zwangerschap

Transcriptie:

Titel: Zwangerschapsdiabetes; diagnostiek en begeleiding Doc. nr. 100391 Versie: 1 Doel Het op protocollaire wijze vaststellen of bij een zwangere sprake is van zwangerschapsdiabetes (gestational diabetes) en in voorkomende geval met voortvarendheid opstarten van de begeleiding vanuit diabetes zorg. Beleid Bij de zwangere wordt op algemeen geaccepteerde wijze de diagnose zwangerschapsdiabetes gesteld of verworpen, onder verantwoording van een internist. Het onderzoeken op bestaan van zwangerschapsdiabetes gebeurt alleen indien bij de zwangere hierop verhoogd risico bestaat. Hiertoe dient sprake te zijn van één of meer van de volgende criteria [1]: a. BMI > 30 kg/m 2 voor de zwangerschap b. Familiehistorie met diabetes mellitus of zwangerschapsdiabetes in eerste graad, of van niet-kaukasische oorsprong c. Zwangerschapsdiabetes in eigen voorgeschiedenis d. Uitkomst van eerdere zwangerschap een kind met een te hoog geboortegewicht ( 4,5 kg / P97,7 / 2sd boven de mean), onverklaarde recidiverende miskramen, intra-uteriene vruchtdood of onverklaarde doodgeboorte, polyhydramnion e. Polyhydramnion (AFI 20 op diepste pocket 8cm) en/of macrosomie (geschatte gewicht of AC P95) in huidige zwangerschap Bij bestaan van verhoogd risico wordt onderzoek gedaan naar het bestaan van glucose intolerantie of zwangerschapsdiabetes tussen de 24 e en de 28 e week van de zwangerschap, tenzij er sprake is van risico-criterium 4, dan wordt dit al rond de 17 e week gedaan. De diagnose kan alleen gesteld worden indien: a. er blijkt volgens de algemene richtlijn sprake van diabetes mellitus, zoals deze ook zonder zwangerschap zou zijn gediagnosticeerd: in het laboratorium gemeten bloedglucose waarden voldoen aan het criterium diabetes mellitus ( Nuchter 7,0 mmol/l, Niet-nuchter 11,1 mmol/l) b. er blijkt volgens de richtlijnen een gestoorde glucose tolerantie tijdens de zwangerschap, welke tijdens zwangerschap wordt aangemerkt als zwangerschapsdiabetes: in het laboratorium gemeten bloedglucose waarden voldoen aan het criterium gestoord nuchtere bloedglucose (Nuchter 6,1 en 6,9 mmol/l) en/of de verhoogde waarde 2 uur na inname van een 75 grams glucose oplossing ( 7,8 mmol/l, volgens WHO-criteria) [2]. Deze metingen worden verricht tijdens een orale glucose tolerantie test (OGTT). Er is veel voor te zeggen om, alleen uit praktische oogpunten te kiezen voor een test waarvoor geen voorbereiding nodig is en men niet nuchter hoeft te zijn. Dit kan met behulp van de glucose provocatie test (glucose challenge test, GCT)[3] welke direct kan worden verrricht. Hierbij geldt met name dat en uitslag van de meting een bloedglucose waarde, één uur na inname van een 50 grams glucose oplossing, van 7,8 mmol/l vrijwel gelijk staat aan de diagnose. Een waarde 7,2 mmol/l geeft aanleiding tot ernstig vermoeden, maar kan eventueel met een echte OGTT bevestigd, dan wel ontkracht worden. Het risico van deze test is dat een kleine groep wordt gediagnostieerd en behandeld, waarbij feitelijk de OGTT

negatief zou blijken en dus onterecht de diagnose zwangerschapsdiabetes krijgen. Er zijn evenwel aanwijzingen dat ook deze groep extra aandacht verdient [4]. Bij het duidelijk bestaan van een of meerdere van de eerder besproken risicofactoren en dus een sterke verdenking kan het verstandig zijn om ondanks het bestaan van een normale nuchtere bloedglucose waarde toch een OGTT te verrichten [4]. Door te kiezen voor een protocol dat begint met een GCT kan verwacht worden dat deze groep wordt herkend en de begeleiding krijgt die zij verdient. Omdat de grenzen en geaccepteerde afkappunten voor de diagnostiek niet eenduidig zijn en er aanwijzingen bestaan dat het zinvol is ook milde vormen van glucoseintolerantie goed te begeleiden worden de afkapwaarden laag aangehouden. Met name een gestoorde nuchtere glucose waarde aanmerken als positief kan discutabel zijn. Het risico bestaat dat een klein deel van de zwangeren begeleiding ontvangt terwijl de feitelijke harde diagnose ter discussie kan worden gesteld. Het is dan aan de internist om bij de nacontrole een inschatting te maken in hoeverre de follow-up volgens de standaard adviezen plaats dient te vinden. Definities en afkortingen Zwangerschapsdiabetes: gestoorde glucose tolerantie ontstaan tijdens de zwangerschap. De afkapwaarden zijn duidelijk lager dan die voor de diagnose diabetes mellitus zonder zwangerschap. Bloedglucose waarden worden bepaald in veneus afgenomen bloed en zijn in plasma bepaald Orale Glucose Tolerantie Test: Na minimaal een dag normaal eten (geen koolhydraat beperking, dan wel er is minimaal 150 gram koolhydraten gebruikt in de voeding, gedurende de drie voorgaande etmalen*) en na minimaal 8 uur en niet langer dan 16 uur vasten wordt in het laboratorium een nuchter bloedglucose bepaald. Hierna wordt een vaste dosering glucose oplossing ingenomen (75g). Vervolgens wordt 2 uur na inname een bloedglucose bepaald. Indien tijdens de test de nuchtere waarde 7 mmol/l is, ligt het voor de hand de test niet door te voeren, omdat de diagnose eigenlijk wel vaststaat (zie boven). * mogelijk volstaat het om met patiënte door te nemen of ze dit normaal al gebruikt Glucose Provocatie Test: Kan zonder voorbereiding direct uitgevoerd worden. Ook hier wordt een waarde vóór en één uur na inname van een 50 g glucose-oplossing gemeten. Hypoglycemie: bloedglucose waarden rond of onder de ondergrens van normoglycemie: <3,5 mmol/l Hyperglycemie: bloedglucose waarden groter dan de bovengrens van normoglycemie: >6,0 mmol/l nuchter en >7,8 mmol/l niet-nuchter. Voedingsadvies bij zwangerschapsdiabetes: optimale samenstelling en verdeling van de voeding, rekening houdend met voldoende en doelmatig over de dag verdeeld gebruik van koolhydraten, bijdragend bij het bereiken en handhaven van normoglycemie. Het is van belang te streven naar goede balans tussen koolhydraatinname, lichamelijke inspanning, de verwachte fysieke effecten van de zwangerschap, stress en eventuele medicatie. Daarnaast wordt uitgegaan van het reguliere voedingsadvies bij zwangerschap. Glucoseregulatie in de periode na de partus bij zwangerschapsdiabetes (dus vòòr de zwangerschap niet met diabetes bekend): Dit zal afhankelijk zijn van de benodigde hoeveelheid insuline tijdens de laatste dagen van de zwangerschap, maar veelal kan direct na de bevalling het insulinegebruik gestaakt worden. In dat geval wordt zo mogelijk de dag erna (mits er 'normaal' gegeten kan worden) nog eens een dagcurve bij gehouden en wordt dit na 3 tot 6 weken herhaald, waarna er nog een poliklinisch consult met de internist volgt (de afspraken hiervoor worden bij ontslag mee gegeven). Na bevalling en gebleken normoglycemie is het van belang dat de vrouw weet hoe belangrijk het is om periodiek te blijven controleren op eventueel ontstaan van diabetes en in de leefstijl het mogelijke te doen om het ontstaan van diabetes te voorkomen. Tijdens de zwangerschap dient hier al aandacht voor te zijn. Met name gewichtsbeheersing is hierbij van het grootste belang.

Uitvoerenden / Discipline Gynaecologen en arts-assistenten gynaecologie Huisartsen en verloskundigen Laboratorium-medewerkers Isala klinieken Verpleegkundig consulenten diabeteszorg (met taakdelegatie), arts-assistenten interne en internisten/diabetologen, diëtisten. Toepassingsgebied Polikliniek Diabeteszorg Isala klinieken Polikliniek Gynaecologie en Obstetrie Isala klinieken Verzorgingsgebied 1 e lijn regio Isala klinieken (huisartsen en verloskundigen) Indicaties Zwangerschap met risicofactoren voor bestaan van gestoorde bloedglucose huishouding, zonder (bekende) pre-existentie van diabetes mellitus Contra-indicaties Pre-existente diabetes mellitus Benodigde materialen Laboratorium verwijzing Glucose Tolerantie Test ivm. Zwangerschap Diagnostiek Zwangerschapsdiabetes Werkwijze Bij bestaan van één of meer risicofactoren tijdens de zwangerschap (zie beleid) wordt patiënte geïnstrueerd voor het verrichten van een OGTT en krijgt ze hiervoor een verwijzing mee. Bij duidelijk hoog risico kan dit onderzoek reeds bij het eerste contact worden verricht, in andere gevallen is het redelijk dit te doen in de 24-28 e week van de zwangerschap. Indien een vroegere test negatief was is, het aangewezen het onderzoek te herhalen in de aangegeven periode. Bij eerder doorgemaakte zwangerschapsdiabetes wordt de diagnostiek bij een zwangerschapsduur van 16-18 weken gedaan en wordt dit herhaald bij 28 weken wanneer de uitkomst van de eerste test normaal is gebleken. Laboratoriummedewerker volgt de aanwijzingen op het formulier voor het onder zoek en noteert de uitslagen. Het stroomdiagram op het formulier geeft de vervolgstappen aan en geeft bij aan welke uitslagen reden geven tot verwijzing naar de diabetesverpleegkundige. Op de diabetespoli wordt de zwangere passend bij de gevonden uitslagen geholpen. [zie bijlage] Een positieve uitslag geeft aanleiding tot een afspraak met een diabetesverpleegkundige op de kortst mogelijke termijn, liefst de zelfde dag. Vervolgens zorgt de diabetesverpleegkundige ervoor dat een contactmoment met een internist wordt geregeld. De diabetespolikliniek is tijdens kantooruren bereikbaar via 038-424 23 29; en buiten kantooruren is via de receptie (038-424 5000) een diabetesverpleegkundige bereikbaar.

De uitslagen worden tevens toegezonden aan de aanvrager. De aanvrager is verantwoordelijk voor het tijdig actie ondernemen op een afwijkende uitslag. Derhalve is het van belang dat de aanvrager in kennis wordt gesteld van (eventuele) vervolgstappen als het doorverwijzen naar de diabetespolikliniek. De diabetesverpleegkundige verstrekt een persoonlijke bloedglucosemeter en instrueert de zwangere wat betreft het meten van nuchtere en postprandiale waarden. Duidelijke verhoogde waarden geven aanleiding tot direct instrueren voor het gebruik van insuline (zie hiervoor het protocol glucoseregulatie zwangerschapsdiabetes) Op korte termijn wordt een consult en afspraak met een diëtiste geregeld, bij voorkeur binnen 2 werkdagen en uiterlijk binnen een week, tenzij dit contact recent al heeft plaats gevonden. Indien mogelijk en nodig komen in het eerste gesprek met de diabetesverpleegkundige ernstige dieetfouten al aan het licht en wordt aanpassing geadviseerd: huidige voeding aanhouden, maar koolhydraat-rijke dranken worden afgeraden (uitzondering melk bij de hoofdmaaltijden) en het gebruik van meerdere tussendoortjes in één keer bij een niethoofdmaaltijd, zoals koek/snoep/fruit. Nadrukkelijk wordt niet in eerste plaats een advies gegeven, waaruit de zwangere zou kunnen concluderen dat minder eten het probleem oplost. In het eerste consult van de diëtist worden de voedingsrichtlijnen bij zwangerschapsdiabetes uitgelegd. Een voedingsanamnese wordt afgenomen, waarna concrete adviezen worden gegeven. Indien nodig wordt een voorbeeld van een dagmenu gemaakt. Schriftelijke informatie wordt meegegeven. Tijdens de educatie bij de eerste contacten is aandacht voor: a. Doel van de glucoseregulatie tijdens de zwangerschap b. Adviezen met betrekking tot de glucoseregulatie rond de bevalling c. Adviezen met betrekking tot de controle van de glucose metingen na de bevalling d. Adviezen met betrekking tot controle bij een eventuele volgende zwangerschap e. Adviezen met betrekking tot risicovermijding en vervolgcontroles gericht op de door het doorgemaakt hebben van zwangerschapsdiabetes verhoogde kans op het ontstaan van DM en HVZ. Complicaties Handelingsgebonden Het uitlokken van een hyperglycemie tijdens de zwangerschap Behandelingsgebonden Acuut Het laten bestaan van (ernstige) hyperglycemie wordt gerelateerd aan een verhoogd risico op doodgeboorte Grote wisseling in de bloedglucosespiegel kan leiden tot een lager dan normaal (geboorte)gewicht Herhaaldelijk te hoge bloedglucosewaarden kunnen leiden tot een hoger dan normaal (geboorte)gewicht met risico's van dien (als schouder dystocie en andere complicaties) Het uitlokken van ondervoeding (bij de moeder, indien teveel beperking in voeding en met name koolhydraat gebruik om hyperglycemie te voorkomen) Hyperglycemie (indien onderbehandeld) Hypoglycemie (indien behandeld) Gerelateerde documenten Protocol Glucoseregulatie bij Zwangerschap en Diabetes

Figuur 1 is het stroomdiagram bij de bepaling van de diagnose GDM, overgenomen uit Richtlijn Diabetes en Zwangerschap, NIV Zie voor interpretatie positieve of negatieve ogtt 'beleid' (hierboven). Grofweg: een waarde 2 uur na de inname van 75 g glucose > 7,8 mmol/l betekent een positieve uitslag. Bronnen 1. Walker, J.D.; NICE guidance on diabetes in pregnancy: management of diabetes and its complications from preconception to the postnatal period. NICE clinical guideline 63. London, March 2008; Diabetic Medicin, Volume 25-9, 1025-1027, 2008 2. Wens, J, ea.; Diabetes mellitus type 2; aanbeveling voor goede medische praktijkvoering (Gevalideerd door CEBAM onder het nummer 2005/02); okt/nov 2005http://74.125.77.132/search?q=cache:d09A_d48wA8J:pcdeurope.org/documents/guidelin es/type_2_dutch_guideline051015.pdf 3. Van Leeuwen, M ea; Comparison of Accuracy Measures of Two Screening Tests for Gestational Diabetes Mellitus; Diabetes Care, 30-11, 2779-2784, 2007 4. Di Cianni, G ea; Normal Glucose Tolerance and Gestational Diabetes Mellitus What is in between? ; Diabetes Care, 30-7, 1783-1788, 2007 5. Hollander, M H ea ; Gestational Diabetes: A Review of the Current Literature and Guidelines;obstetrical and gynecological survey,volume 62-2, 125-138, 2007 6. Lapaire, O, ea; Gestationsdiabetes praktisches Vorgehen im klinischen Alltag; Therapeutische Umschau 2008; s.675-680 Richtlijn Diabetes en Zwangerschap, NIV (Nederlandsche Internisten Vereeniging): http://www.internisten.nl/home/richtlijnen/niv2 Richtlijn (in wording) Gyneacologie/Obstetrie (Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie): http://www.nvog.nl/professionals/home

Richtlijn KNOV (Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen): http://www.knov.nl/home/40kwaliteit/11richtlijnen_gedragscodes_en_werkafspraken/95kno V-richtlijnen/