7 OASE Utrecht. 7.1 Bestuurlijk-juridische inrichting

Vergelijkbare documenten
3 SEAN Noord-Nederland

6 SEOR Flevoland. 6.1 Bestuurlijk-juridische inrichting

8 SEON Noord-Holland. 8.1 Bestuurlijk-juridische inrichting

Ontleend aan: Zelfevaluatie SER Zuid-Holland, 2003.

Gelet op artikel 14 van de gemeenschappelijke regeling Randstedelijke Rekenkamer,

Beleid onderzocht door provinciale rekenkamers. uitgave 18 maart 2015

2 Verslag van bevindingen

Commissie Bestuur en Middelen

PROVINCIE FLEVOLAND D» «, «^,OOI DI,^ Provinciaal Blad

Aan Provinciale Staten

Doel cliëntenparticipatie (Bergeijk, Bladel, Eersel en Oirschot)

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld R v T

Zelfevaluatie Raad van Toezicht RvT

Ontwerpbesluiten pag. 3. Toelichting pag. 5

Huishoudelijk Reglement

De Regieraad Techniek Flevoland verbindt Flevolandse personen, partijen en projecten en stimuleert initiatieven om te zorgen dat

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Onderwerp: aanpassen regelingen bestuursmodel Randstedelijke Rekenkamer

Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Sliedrecht; Regeling behandeling rechtspositionele bezwaren regio Drechtsteden

Regeling Cliëntenraad Werk en Inkomen Rotterdam Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

Federatie NVVS FOSS SH-Jong, Huishoudelijk reglement (definitief) d.d

vast te stellen de Verordening Burgertafel Sociaal Domein Zeewolde 2017.

GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES

Toezichtkader Raad van Toezicht SGR

S T A T E N V O O R S T E L

Bestuursreglement. Geldend van 8 juni 2018

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd 18 november 2014, nr. ;

Verordening op de Provinciale Raad voor de Volksgezondheid en Maatschappelijke Zorg 1995

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Verslag van het overleg van 11 mei Opening

Verordening Auditcommissie Wetterskip Fryslân

Reglementen en verordeningen - Verordening rechtsbescherming

Advies van de Raad van Opdrachtgevers uit de vergadering 9 maart 2015: akkoord

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Zeeland Regeling ambtelijke organisatie Provincie Zeeland 2014

blad 1 DOORLOPENDE TEKST VAN DE STATUTEN VAN Stichting Brancheplatform Kappers (BPK), gevestigd in de gemeente Utrecht, per 16 september 2014

Nota inzake Economic Development Board

Statenvoorstel van de ondersteuningscommissie Omgevingsbeleid

Reglement Territoriaal Adviescommissie Wageningse Eng (TAWE)

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Overlegverordening van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

Ontwerpbesluit. Toelichting

1 Hoofdlijnen uit het rapport

Verordening op de controle commissie en de commissie van voorbereiding van Provinciale Staten

Regeling melden vermoeden van een misstand bij de Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor Primair en Voortgezet Onderwijs

Gemeenschappelijke Regeling Zuidelijke Rekenkamer Noord- Brabant en Limburg 2018

AGENDAPUNTNUMMER 15 REGISTRATIENUMMER VOORSTEL D&H DATUM BEHANDELING IN D&H 22! 2007

Profielschets. Voorzitter Sociaal-Economische Raad (SER) Brabant / Lid bestuur BrabantAdvies. Provincie Noord-Brabant

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

DORDRECHT. Aan. de gemeenteraad

Pagina 1 van 6 REGIOREGLEMENT BOUWEND NEDERLAND. Index: Artikel 0 Considerans

Verordening Cliëntenparticipatie Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw)

Profielschets Raad van Commissarissen

Verordening Adviesraad Sociaal Domein gemeente Zwartewaterland 2015

SPOORBOEKJE Bestuurlijke Besluitvorming. MIRT Verkenning Haaglanden Infrastructuur en ruimte

1. Onderwerp Beëindiging deelname Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid Rijn Gouwe (RPA) 2. Rol van het

Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B no. 87)

REGLEMENT REGIO MIDDEN-NEDERLAND POLITIEKE PARTIJ DEMOCRATEN D66

Verordening cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening

in te stellen een Stedelijk Adviesorgaan Interculturalisatie onder de navolgende bepalingen:

Stichtingsbestuur BMV de Nassaurie.

Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO

Van Wmo-adviesraad naar een Adviesraad Sociaal Domein Katwijk

Jaarverslag Centrale Cliëntenraad Bartiméus

Overlegverordening commissie voor Georganiseerd Overleg gemeente Haren

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5

Huishoudelijk Reglement Participatieraad Zevenaar

Verordening Adviesraad Sociaal Domein Ten Boer 2017

KLOKKENLUIDERSREGELING. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College

Maatschappelijk Beleid. Huishoudelijk Reglement Adviesraad Sociaal Domein. Datum 27 juni 2016 *ZA953C44F87*

Provinciaal blad 2011, 67

12 Overleg met organisaties van overheidspersoneel. Algemene bepalingen

1 oktober 2010 [STICHTING APARTWONEN.]

Governance FUMO Samen aan het stuur

Gelet op artikel 82 van de Provinciewet en artikel 5 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening;

Districtsreglement KNMV algemene vergadering 14 mei DISTRICTSREGLEMENT KNMV

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr ,

Regeling Adviesraad Wmo gemeente Hardenberg

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

PROVINCIAAL BLAD. ARTIKEL 2 AVP-gebiedscommissie Utrecht Oost Er is een AVP-gebiedscommissie Utrecht Oost, hierna te noemen de commissie.

Reglement van orde van de Raad voor Cultuur 2014

RAADSVOORSTEL Rv. nr. + dossiernr.: B&W-besluit d.d.: B&W-besluit nr.:

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Statuten jeugdraad Glabbeek

vast te stellen de navolgende Verordening Georganiseerd Overleg Hefpunt

VERORDENING COMMISSIE REGIONAAL OVERLEG LUCHTHAVEN HOOGEVEEN

Besluit pag. 3. Toelichting pag. 5

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING NOORDELIJKE REKENKAMER 2013

- 1 PS2010RGW09. Datum : Nummer PS : PS2010RGW09 Afdeling : ILG Commissie : RGW Registratienummer : 2010INT Portefeuillehouder : Krol

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE VERENIGING SGP-jongeren

PROVINCIAAL BLAD. Regeling Commissie rechtsbescherming provincie Groningen 2015

Provinciaal blad 2012, 1

Griffier van de Staten. Geleidebrief Kaderstellend. Statenvoorstel Toekomstvisie voor Zeeland in het jaar Naam voorstel SGR-21

HUISHOUDELIJK REGLEMENT DE AGAAT. per

Provinciaal blad 2010, 35

Huishoudelijk Reglement van de Stichting Seniorenraad Haarlemmermeer

Besluit vast te stellen de:

p t" c!! HOLLAND ZUID

BELEIDSEFFECTMETING - HANDLEIDING VOOR STATENCOMMISSIES

Deel 2: basisregelingen

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet)

Transcriptie:

7 OASE Utrecht OASE kan een sterker profiel krijgen door duidelijke keuzes te maken, die goed uit te diepen en te vertalen in standpunten en adviezen, en die consequent uit te dragen ( frapper toujours! ). Met een sterker profiel stijgt ook de impact van OASE. Uit: Zelfevaluatie van OASE, 2003. 7.1 Bestuurlijk-juridische inrichting Sinds 1987 kent de provincie Utrecht een eigen overleg- en adviesorgaan voor sociaaleconomische aangelegenheden. Sinds oktober 2000 functioneert het in zijn huidige vorm. De OASE is een door de provincie erkend privaatrechtelijk orgaan en als zodanig onafhankelijk van de provincie. In 2000 is in Utrecht tot een OASE nieuwe stijl gekomen. Tot die tijd was OASE een commissie ingesteld bij artikel 89 van de Provinciewet en had het orgaan de commissaris van de Koningin van de provincie Utrecht als voorzitter. Vanaf 2000 heeft OASE een onafhankelijker en zelfstandiger positie gekregen, waarin nu het gehele Utrechtse bedrijfsleven is vertegenwoordigd. Verder is gekozen voor een onafhankelijke voorzitter en zijn ook de huisvesting en het secretariaat bij het bedrijfsleven ondergebracht. Doel van deze nieuwe werkwijze is om OASE als overleg- en adviesorgaan van de provincie op sociaal-economisch terrein invloedrijker te maken. Het bestuur van OASE bestaat uit tien stemgerechtigde leden: vier ondernemersvertegenwoordigers, vier werknemersvertegenwoordigers en twee vertegenwoordigers van de Kamers van Koophandel. Een opvallende verandering in OASE is dat de omvang van het bestuur door de jaren heen steeds verder is afgenomen. In 1995 telde OASE zesentwintig bestuursleden en vijf adviseurs, in 2001 waren er nog tien bestuursleden en twee adviseurs. De onafhankelijke voorzitter van OASE is onder andere oud-gedeputeerde voor de provincie Utrecht en tot 1 april 2001 voorzitter van het RBA Midden-Nederland. Een vertegenwoordiger van het ministerie van Economische Zaken treedt op als vaste adviseur van OASE. Voor de voorzitter en de leden is geen zittingstermijn overeengekomen. 73

figuur 7.1 Bestuursstructuur OASE Adviseur Min. EZ regio Noord-West Overige leden KvK Gooi en Eemland KvK Utrecht GLTO MHP Werkgevers MKB Utrecht en Eemland CNV Werknemers 2x VNO-NCW Midden 2x FNV Onafhankelijke voorzitter 7.2 Organisatie en werkwijze Organisatie OASE heeft het secretariaat sinds 1 oktober 2000 ondergebracht bij een extern adviesbureau. Er is 0,3 fte beschikbaar. Binnen OASE wordt onderscheid gemaakt tussen de commissie en de stichting. De Stichting OASE facilitair dient uitsluitend rechtspositionele en facilitaire doeleinden en komt twee keer per jaar bijeen. In deze vergaderingen van de voorzitter, penningmeester, secretaris en een bestuurslid staan facilitaire zaken zoals het goedkeuren van de begroting en de jaarrekening centraal. Door de commissie OASE (de raad) wordt gemiddeld vijf keer per jaar vergaderd, waarvan twee keer met (een vertegenwoordiging uit) het college van GS. De commissie komt tegenwoordig minder vaak in vergadering bijeen dan begin jaren negentig. De commissievergaderingen worden voorbereid door een agendacommissie. Deze voert tien keer per jaar overleg en bestaat naast voorzitter en secretariaat uit vier personen namens de sociale partners, twee namens de Kamers van Koophandel en één vertegenwoordiger van de provincie. Er zijn geen vaste adviesvoorbereidende commissies, maar het is wel gebruikelijk om voor omvangrijkere adviestrajecten een werkgroep in te stellen. 74

figuur 7.2 Organogram OASE OASE St. OASE Secretariaat Agendacie Werkwijze In de commissievergadering wordt door de bestuurders van de aangesloten organisaties in onderling overleg, en nadat de adviseurs gehoord zijn, advies uitgebracht. OASE stelt zich ten doel nadrukkelijk proactief te functioneren, om daarmee maximale invloed uit te kunnen oefenen op het beleid van de provincie. Daartoe wordt periodiek contact onderhouden met ambtenaren van de provincie. Daarnaast voert de commissie OASE twee keer per jaar overleg met het college van Gedeputeerde Staten. OASE heeft er de afgelopen jaren op aangedrongen om vroegtijdig betrokken te worden bij beleidsontwikkelingtrajecten. De formele gesprekspartner en adviesaanvrager van OASE was in 2001 en 2002 Gedeputeerde Staten. De adviezen van OASE werden in de eerste plaats aan hen uitgebracht. Advisering aan andere overheden (rijksoverheid, gemeenten en waterschappen) is in de ogen van OASE opportuun wanneer het onderwerpen betreft die direct van invloed zijn op de sociaal-economische ontwikkeling binnen de provincie Utrecht, maar die onder de desbetreffende overheden vallen. Publiciteit wordt alleen gezocht bij majeure onderwerpen. In 2001 is bijvoorbeeld het advies rondom het HSL-Oost-traject aan de landelijke politieke partijen gericht. In 2002 heeft OASE een brochure gepubliceerd met uitgangspunten voor het nieuwe streekplan en die verspreid onder bedrijfsleven, gemeenten en statenfracties. Begin 2003 is het OASE-manifest De Utrechtse politiek moet kiezen ook aan de statenfacties, gemeenten, bedrijvenkringen, ondernemersverenigingen en aan de pers toegezonden. Afhankelijk van het onderwerp geeft de provincie in meer of mindere mate blijk van het meewegen van het standpunt van OASE in haar beleidsontwikkeling. De provincie onderkent het belang van gezamenlijke advisering door sociale partners door adviesaanvragen aan OASE te richten. 75

Nadat OASE een advies heeft uitgebracht wordt hier door OASE in de eerstvolgende vergadering follow-up aan gegeven. Met het college van GS zijn afspraken gemaakt dat OASE steeds een (bij voorkeur schriftelijke) terugkoppeling op de adviezen krijgt. Samenwerking Bij adviesvoorbereiding over provinciegrensoverschrijdende onderwerpen wordt afstemming gezocht met andere provinciale raden. Samenwerking geschiedt voornamelijk in Randstadverband, dat wil zeggen met de provinciale raden in Noord- en Zuid-Holland, Brabant en Flevoland. In 2001 is overleg gevoerd met ROC s en Hogescholen in de regio. Er is over de aansluiting en wederzijdse versterking van onderwijs en arbeidsmarkt gesproken. 7.3 Taken en activiteiten OASE richt zich op overleg en advies; er wordt zowel gevraagd als ongevraagd advies gegeven ten behoeve van het provinciale beleid. Het streven van OASE-leden om gezamenlijk via OASE te adviseren op provinciaal niveau vindt goede navolging. Individueel adviseren de onderscheiden organisaties desgewenst op een meer gedetailleerd of specifiek terrein. Naast de taak van adviseur heeft OASE ook een informerende taak. De leden en adviseurs worden via overleg in staat gesteld zowel onderling als met de provinciale delegatie contacten te onderhouden en standpunten uit te wisselen. In onderstaande tabel is te zien over welke onderwerpen in 2001 en 2002 is geadviseerd en overleg is gevoerd. In totaal werden 17 adviezen uitgebracht, waarvan 9 gevraagd en 8 ongevraagd. Overleg vindt in de regel plaats zowel in de verkennende fase alsook direct aansluitend aan het uitbrengen van een advies. Met name in de aanloopfase van een traject wordt er ongevraagd geadviseerd, maar ook in situaties waarin onderwerpen naar het oordeel van OASE onvoldoende aandacht van de provincie krijgen. Gevraagde advisering is aan de orde bij trajecten die van provinciezijde gestructureerd aangepakt worden en raden als OASE (formeel) gevraagd worden om hun adviserende stem te laten horen. tabel 7.1 Aantal adviezen OASE naar onderwerp Advies Onderwerp Gevraagd Ongevraagd Economie 3 2 Mobiliteit 1 1 Bestuurlijke organisatie 1 Regionaal Platform Arbeidsmarkt 1 Vijfde Nota RO, herziening Wet RO 1 Streekplan 3 1 Infrastructuur en bereikbaarheid 1 Utrecht presterende provincie, Agenda 2010 2 Totaal 9 8 76

Binnen OASE is een ontwikkeling geconstateerd in de richting van meer nadruk op de vormgeving van autonoom beleid van de provincie, vooral als het gaat om ruimtelijke ordening. Tegelijkertijd lijkt vooral op het terrein van het arbeidsmarktbeleid de nadruk op afstemming van lokaal en regionaal beleid op provinciaal niveau toegenomen. 7.4 Financiën Voor 2002 had OASE een begroting van 117.985 euro. Sinds 1 oktober 2000 zijn de Kamers van Koophandel medefinancier van OASE. Van het totale budget werd 50 procent door de provincie bijgedragen, 30 procent door de SER en 20 procent door de Kamers van Koophandel. figuur 7.3 Financiering OASE 30% 50% SER KvK PROVINCIE 20% 7.5 Communicatie en verantwoording Het jaarverslag van OASE verschijnt meestal in het voorjaar. Hierin wordt uitgebreid verslag gedaan van de organisatie, werkwijze, activiteiten en adviezen van OASE. De begroting en de jaarrekening verschijnen in de regel respectievelijk in september voorafgaand aan en in juni volgend op het desbetreffende boekjaar. 7.6 Meerwaarde en effectiviteit Doelstelling De doelstelling van OASE is Het overleggen en het (gevraagd en ongevraagd) adviseren over de sociaal-economische ontwikkeling van de provincie Utrecht. De advisering is primair gericht op het provinciebestuur. Indien de doelstelling daarmee gediend wordt, kunnen ook adviezen aan derden worden gericht. 77

Algemeen beeld De bekendheid van OASE is de laatste jaren behoorlijk toegenomen. OASE wordt vroegtijdig bij beleidsvorming betrokken en over het algemeen is men van mening dat OASE haar adviestaak prima vervult. De adviezen worden inhoudelijk diepgaand voorbereid door de agendacommissie. Dat heeft als nadeel dat er relatief weinig gebruik wordt gemaakt van de expertise van de commissieleden. Er zijn inmiddels stappen gezet om de werkwijze van de commissie aan te passen (zie suggesties om de meerwaarde en effectiviteit te verbeteren). De overlegtaak zou meer gestimuleerd kunnen worden. Daar hoeft niet altijd een advies uit voort te vloeien, immers de beleidsbeïnvloeding kan ook via overleg en brainstorming plaatsvinden. Voorts is er grotendeels tevredenheid over het functioneren van OASE. Er is een goed werkende agendacommissie en de rollen van voorzitter en secretariaat zijn goed ingevuld. De leden hebben een positief beeld van de onderlinge samenwerking en van samenwerking van de eigen organisaties met OASE. Ook de samenwerking tussen de provincie en OASE ervaart men positief. Meerwaarde De leden van OASE vinden een duidelijke meerwaarde van OASE dat er aan de provincie (en eventuele derden) een gezamenlijk en goed overwogen advies wordt gegeven dat kan rekenen op een breed draagvlak in de regio. Een gezamenlijk advies weegt zwaarder dan een individueel advies. Daarnaast is het een voordeel dat door de gezamenlijke voorbereiding van de adviezen in een vroegtijdig stadium inzicht ontstaat in ieders standpunt. De provincie kan daarmee in de verdere beleidsvorming rekening houden. Een voorbeeld hiervan is het vroegtijdig tamboereren door OASE op de noodzaak dat de provincie aandacht besteedt aan en de regie neemt in het arbeidsmarktbeleid. Nu wordt dit onderwerp inderdaad door GS / de provincie opgepakt. Daarnaast heeft OASE meerwaarde als met behulp van dit orgaan beleidsdoelstellingen bereikt kunnen worden. OASE kan in die zin een belangrijke bondgenoot zijn. OASE is het gestructureerde overleg tussen provincie en bedrijfsleven. De leden vinden dat OASE gemeenschappelijkheid biedt en toch ook ruimte aan organisaties zelf geeft om specifieke invalshoeken op te pakken. Door de platformfunctie van OASE wordt ook voorkomen dat organisaties langs elkaar werken. De provincie vindt het belangrijk dat de standpunten van de afzonderlijke partijen gebundeld worden in een OASE-advies. De praktijk is dat de partijen bij veelomvattende onderwerpen vanuit een eigen belang en verantwoordelijkheid ook afzonderlijk advies indienen over specifieke, meer gedetailleerde aspecten. Effectiviteit De relatie advies-effect is niet altijd even duidelijk aan te geven. De advisering van OASE heeft vooral indirect effect, maar is voor de provincie belangrijk omdat het een breed gedragen advies is. Ook de OASE leden zijn ervan overtuigd dat de adviezen van OASE effect hebben: ook al is het soms moeilijk is om resultaten van adviezen concreet te meten, de kwaliteit van de beleidsvorming van de provincie is er zeker mee gediend. 78

Bij een aantal adviezen is zichtbaar dat de provincie punten uit de advisering heeft overgenomen. Voorbeelden van adviezen met een duidelijk aanwijsbaar effect zijn arbeidsmarktbeleid (zie hiervoor) en spitsstrook A28 (een ouder advies, waarvoor OASE destijds zelfs brieven naar de minister heeft gestuurd). De voorzitter ervaart dat er vanuit de provincie vooral ook (positieve) reacties komen in de informele sfeer. Hij is dan ook redelijk tevreden over de ontvangst van de adviezen. Als verbeterpunt is met GS afgesproken dat OASE tijdig een reactie ontvangt op de door haar uitgebrachte adviezen. Ook de eigen initiatieven van OASE zoals rondetafelconferenties en brochures hebben effect. De leden vinden dit prima instrumenten, mits het om thema s gaat waar de provincie bevoegdheden heeft en het de eigen mogelijkheden om met de provincie of derden in overleg te gaan over specifieke aangelegenheden niet blokkeert. Het gezamenlijk uitbrengen van een brochure is een sterk instrument om de gezamenlijke visie naar buiten toe te brengen en (daarmee) OASE en het georganiseerde bedrijfsleven beter te profileren. Het is wel van belang om steeds goed te communiceren waarom een rondetafelconferentie wordt georganiseerd of een brochure wordt uitgebracht. OASE heeft naam en invloed. Die zouden nog meer benut kunnen worden. Inhoudelijk zouden de adviezen van OASE sterker kunnen worden door niet alleen aan te geven wat er moet gebeuren, maar ook hoe. Bijvoorbeeld als wordt geadviseerd dat de provincie meer moet gaan doen aan arbeidsmarktbeleid: wat wordt hieronder verstaan? en hoe moet dat worden ingevuld? En als wordt geadviseerd om te zorgen voor meer diversificatie binnen het economische beleid dan zouden concrete voorbeelden kunnen worden genoemd. 7.7 Toekomstperspectief 7.7.1 Ontwikkelingen in de komende vier jaar De belangrijkste onderwerpen die de leden noemen zijn; dualisme en de randstedelijke samenwerking. Van de kant van de provincie worden daar nog twee trends aan toegevoegd die bij alle overheden te herkennen zijn: verzakelijking en krappere overheidsfinanciën. Ook OASE zal daarmee te maken krijgen. Dualisering Ten aanzien van dualisering heeft OASE met GS afgestemd dat OASE in voorkomende gevallen ook PS moet kunnen adviseren. In ieder geval moet PS ook beschikken over adviezen van OASE aan GS. Het is aan te bevelen dat OASE ook een relatie opbouwt met de (nieuwe) statencommissie Infrastructuur Mobiliteit en Economie. Randstad Utrecht moet met het oog op de sociaal-economische ontwikkeling nadrukkelijk kiezen voor de Randstad (met inbegrip van de Oostflank). Tot nu toe heeft het provinciebestuur daar nog geen duidelijke keuze in gemaakt (kiezen tussen economie en natuur is lastig!). 79

In het platform Hart van de Heuvelrug blijkt dat er onder regie van de provincie ook succes kan worden geboekt door zowel natuurwaarde als vestigingsklimaat in samenhang te versterken. De toenemende zakelijkere werkwijze binnen de overheid Deze zakelijkheid zal ook overslaan naar OASE. De krappere overheidsfinanciën Met het krapper worden van de overheidsfinanciën zal ook in toenemende mate kritisch gekeken worden naar de meerwaarde van raden als OASE. 7.7.2 Aandachtspunten voor de toekomst De voorzitter en de secretaris van OASE hebben onlangs met de portefeuillehouder EZ van GS en de ambtelijke vertegenwoordiger van de provincie gesproken over de verbeterpunten voor het overleg tussen GS en OASE en over de manier waarop de inhoudelijke inbreng van OASE beter tot zijn recht kan komen. Het overleg met GS zal niet meer gebruikt worden om uitgebrachte adviezen nogmaals te bespreken maar om onderwerpen juist in het voortraject met elkaar te bespreken in een sfeer van open dialoog en meningsvorming. Uiteraard kunnen uit de dialoog ook bouwstenen gehaald worden voor latere beleidsvorming en advisering. Het onderwerp wordt voorafgaand aan een gezamenlijk overleg op voordracht van GS en/ of OASE bepaald en via een korte notitie op hoofdlijnen voorbereid. Het is te verwachten dat veel onderwerpen zich meer zullen lenen voor bespreking met enkele gedeputeerden dan met het voltallige college van GS. Het college van GS zal op basis van de agenda bepalen welke gedeputeerden aanwezig zullen zijn. De beleidsmedewerkers EZ geven aan dat het bij deze herziene werkwijze belangrijk is dat er van tevoren goed overleg is over de gewenste output van het overleg. Met andere woorden Wat is het beoogde resultaat? Wat kan GS ermee? Dit is erg belangrijk om gedeputeerden te motiveren om deel te nemen aan het overleg. Een goede voorbereiding van het overleg is essentieel. Belangrijk is ook dat partijen (tijdens het overleg) afspraken met elkaar kunnen maken. Daarnaast noemen de beleidsmedewerkers EZ nog de volgende suggesties voor de verbetering van de meerwaarde en effectiviteit van OASE: Stel prioriteiten. Behandel liever een aantal onderwerpen diepgaand dan vele onderwerpen oppervlakkig. Kom (in de adviezen) met heldere standpunten. OASE kan concrete punten / doelen benoemen die naar mening van OASE van belang zijn voor de sociaal-economische ontwikkeling van de provincie Utrecht in de komende jaren en die dan vervolgens ook consequent uitdragen en bewaken. In bestuurlijk Utrecht is het een algemeen pro- 80

bleem dat men niet goed weet wat men wil of daarover verdeeld is. OASE zou daar een goede prikkelende en richtinggevende rol in kunnen vervullen. OASE kan een sterker profiel krijgen door duidelijke keuzes te maken, die goed uit te diepen en te vertalen in standpunten en adviezen, en die consequent uit te dragen ( frapper toujours! ). Met een sterker profiel stijgt ook de impact van OASE. 81