Competentieprofiel Basis linguïst Heeft een wo-bachelor Taalwetenschappen met een afgeronde master Taalwetenschappen Titel: Master of Arts (MA) Daarnaast zijn sterk aanbevolen: Logopedische achtergrond en logopedische ervaring op het gebied van taalstoornissen bij kinderen en/ of volwassenen Klinische ervaring (logopedisch en/of linguïstisch, diagnostiek of behandeling) Een klinisch linguïst is een universitair opgeleide taalkundige gespecialiseerd in taalstoornissen bij kinderen en volwassenen, die een brugfunctie vervult tussen de klinische behandelpraktijk en de wetenschappelijke ontwikkelingen (beroepsprofiel Vereniging voor Klinische Linguïstiek; VKL). In het beroepsprofiel staan de volgende eisen die gesteld worden bij het uitvoeren van het vak van klinisch linguïst: Verdiepende analyse van de (semi)spontane taal vormt een belangrijk onderdeel van de linguïstische diagnostiek. Voor de keuze en de uitvoer van de analysemethoden en voor de interpretatie van de gegevens is een linguïstische achtergrond vereist. Er is in de spontane taal altijd interactie tussen de verschillende taalkundige niveaus. Dit maakt de keuze en de interpretatie van de variabelen complex. De klinisch linguïst probeert de afwijkende patronen te herkennen en te verklaren vanuit wetenschappelijke modellen over normale en gestoorde taalverwerking. Op basis hiervan wordt een hypothese geformuleerd over de onderliggende stoornis. Ook wordt beschreven op welke wijze de taalstoornis de dagelijkse communicatie beperkt De resultaten van klinisch linguïstisch onderzoek zijn van belang voor de differentiaal diagnostiek, voor het vaststellen van de aard en ernst van de stoornis en voor de prognose. Interpretatie van de gegevens gebeurt in multidisciplinair verband. Op basis van de resultaten van het linguïstische en logopedische onderzoek, formuleert de klinisch linguïst een hypothese over de oorzaak, de aard en de ernst van de stoornis. Op basis van theoretische modellen van de spraak- en taalverwerking, wordt een therapieplan opgesteld voor een logopedische behandeling. De voorkeur gaat uit naar het gebruik van methoden die evidence- based zijn. Niet alleen is de klinisch linguïst op de hoogte van bestaande tests en gangbare onderzoeksmethoden, zij kan ook specifiek op de patiënt toegesneden taken ontwerpen en interpreteren. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de resultaten van wetenschappelijk onderzoek, zoals effectiviteitstudies, onderzoek met betrekking tot het ontwikkelen en bijstellen van theoretische taalmodellen en onderzoek met betrekking tot het ontwikkelen van nieuwe therapiemethodes.
Klinisch linguïst (senior) Kan volledig zelfstandig werken 1. Doel van de functie - Het verrichten van evaluerende en verdiepende diagnostiek. - Het verrichten van linguïstische behandeling van cliënten en hun systeem. - Bevorderen, verwerven en verspreiden van wetenschappelijk gefundeerde klinische kennis. - Het leveren van een bijdrage aan zorginhoudelijk beleid, innovatie, infrastructuur van de organisatie. 2. Plaats in de organisatie / verantwoordelijkheden (afhankelijke van de werkplek) - Ontvangt hiërarchisch leiding van ( leidinggevende/manager/ directeur). - Binnen de instelling en regionaal. 3. Resultaatgebieden Diagnostiek Resultaat: Draagt vanuit het eigen vakgebied eindverantwoordelijkheid voor het verzorgen (en evt. coördineren) van de klinische linguïstische diagnostiek van cliënten en hun systeem. - Verricht evaluerend of verdiepend onderzoek. - Maakt kritisch gebruik van bestaande diagnostische instrumenten/programma s en draagt bij aan de ontwikkeling, toetsing, en implementatie van nieuwe instrumenten/programma s. - Heeft zitting in het multidisciplinair team. - Organiseert het diagnostisch traject binnen de teams en units/ afdelingen op een efficiënte wijze. - Verleent in- en externe consultatie wat betreft diagnostiek. Behandeling Resultaat: Draagt vanuit het eigen vakgebied eindverantwoordelijkheid voor uitvoeren (en evt. coördineren) van de behandeling conform het behandelplan, geldende beroepscode en kwaliteitseisen. - Stelt indicaties voor behandeling. - Levert aandeel bij het opstellen van het behandelplan en voert eventueel linguïstische behandelingen uit bij individuele of groepen cliënten en hun systeem. - Adviseert, overlegt en geeft aanwijzingen vanuit klinisch linguïstische verantwoordelijkheid aan anders hulpverleners of teams. - Neemt zitting in het multidisciplinair team. - Verleent in- en externe consultatie wat betreft behandeling. Wetenschappelijk onderzoek Resultaat: Het bevorderen, verwerven en verspreiden van wetenschappelijk gefundeerde kennis op het gebied van (klinische) linguïstiek. - Inzicht geven in wetenschappelijk onderbouwde kennis op eigen vakgebied.
- Bevordert en stimuleert een wetenschappelijk klimaat binnen de unit. - Verleent in- en externe consultatie wat betreft wetenschappelijk onderbouwde kennis op het gebied van klinische linguïstiek. Beleidsontwikkeling Resultaat: Het diagnostisch- en behandelbeleid zijn actueel en mogelijkheden voor verbetering/ontwikkeling worden gesignaleerd. - Volgt ontwikkelingen die relevant zijn voor de afdeling en koppelt dit terug aan de leidinggevende. - Doet vanuit het eigen vakgebied verbeter- en ontwikkelvoorstellen over de kwaliteit van het zorgaanbod. - Stemt ontwikkelingen op professioneel gebied af met collega s. - Levert een bijdrage aan de ontwikkeling van nieuwe instrumenten en programma s op eigen vakgebied. - Draagt mede zorg voor de ontwikkeling van het eigen vakgebied. 4. Functie-eisen Kennis: - Een academische opleiding in de Algemene Taalwetenschap (Psycholinguïstiek & Taalpathologie), Neurolinguïstiek, Logopediewetenschappen en Stem-, Spraak-, en Taalpathologie. - Geregistreerd als klinisch linguïst bij de Nederlandse Vereniging voor Klinische Linguïstiek (VKL). - Kennis en inzicht in de problematiek van de doelgroep en het liefst ervaring binnen verschillende multidisciplinaire teams. - Beschikt over kennis van vakgebieden van overige disciplines en stemt meerdere kennisgebieden op elkaar af. - Vakkennis wordt op peil gehouden en ontwikkelingen in het vakgebied worden gevolgd en beoordeeld op bruikbaarheid voor het eigen werk en dat van de afdeling. - Beschikt over kennis en ervaring op het gebied van wetenschappelijk onderzoek, zoals o.a. blijkt uit (inter)nationale publicaties. - Volgt geaccrediteerde bijscholing. - Neemt deel aan professioneel overleg vakgenoten en intervisie. Zelfstandigheid - De functie wordt, binnen vastgestelde beleidskaders, wet- en regelgeving, richtlijnen en protocollen zelfstandig uitgevoerd. - Functionaris is initiatief- en vindingrijk wat betreft de aanpak en behandeling van casuïstiek en het opzetten van methodieken en behandelprogramma s en het mede ontwikkelen van beleid. - Bij inhoudelijke problemen is consultatie van collega s mogelijk, onder meer d.m.v. intervisie. In overige gevallen is ook consultatie en overleg mogelijk met de leidinggevende/manager/ directeur.
Sociale vaardigheden - Sociale vaardigheden zoals tact, kunnen luisteren, reflecterend en invoelend vermogen en motiveren zijn vereist voor contacten met cliënten. - Het vermogen anderen te stimuleren, overtuigingskracht en het overbruggen van tegengestelde belangen zijn nodig in contacten met collega s en bij het adviseren, ontwikkelen en evt. coördineren van nieuwe inhoudelijke ontwikkelingen en beleid. - Flexibiliteit en het vermogen om conflict- en crisissituaties in te kunnen schatten en te beheersen zijn van belang. Risico s, verantwoordelijkheden en invloed - De functionaris is inhoudelijk verantwoordelijk voor de uitvoering en kwaliteit van de klinisch linguïstische diagnostiek, behandelplan en behandeling. - De functionaris is, samen met de leidinggevende/manager/ directeur, inhoudelijk verantwoordelijk voor de kwaliteit van het zorgaanbod. - Deelname aan in- en externe werkgroepen en commissies geven de functionaris de mogelijkheid invloed uit te oefenen op het zorgaanbod en afdelingsbeleid. - In het kader van de functie kunnen beslissingen worden genomen die van invloed kunnen zijn op het imago van de organisatie. Uitdrukkingsvaardigheden - In de functie worden eisen gesteld aan mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid voor het voeren van gesprekken in het kader van diagnostiek en behandeling van cliënten/cliëntsystemen, multidisciplinaire samenwerking, geven van presentaties, opstellen van notities en rapportages m.b.t. zorgontwikkeling en schrijven van (wetenschappelijke) publicaties. - In contacten met cliënten drukt de functionaris zich in begrijpelijke taal uit en maakt daarbij zonodig gebruik van diverse communicatiecodes, zoals NmG. Bewegingsvaardigheid - Het beheersen van sommige communicatiemethodes vereist specifieke bewegingsvaardigheid. Oplettendheid - Oplettendheid bij diagnostiek en behandeling zijn vereist. Onvoldoende oplettendheid en verstoring van de oplettendheid kan gevolgen hebben voor de cliënt. - De functionaris is alert t.a.v. ontwikkelingen binnen het eigen vakgebied en de doelgroep binnen en buiten de organisatie. Overige functie-eisen - Geduld en doorzettingsvermogen zijn van belang voor het verrichten van diagnostiek en behandelingen.
- Ordelijkheid en systematiek zijn van belang voor diagnostiek, het mede ontwikkelen van beleid en het verrichten van wetenschappelijk onderzoek. - De diverse in- en externe contacten, het geven van presentaties en opleidingsactiviteiten stellen eisen aan de representativiteit. - Observatievermogen is noodzakelijk om veranderingen op communicatief, spraak- en taalgebied waar te kunnen nemen. Inconveniënten - Psychische belasting ontstaat door confrontatie met het leed van cliënten en zijn systeem en de onzekerheid of de gekozen behandeling ook positief uitwerkt, waarbij ook anderen in grote mate invloed hebben op het resultaat.
Klinisch linguïst i.o. (junior) Kan nog niet volledig zelfstandig werken Volgt een intern opleidingsprogramma of externe stage Omschrijving werkbegeleiding en supervisie: De individuele begeleiding van junior klinisch linguïsten kan bestaan uit werkbegeleiding of supervisie. Werkbegeleiding richt zich op de primaire werkprocessen op het gebied van de linguïstische diagnostiek. Supervisie richt zich op de ontwikkeling van de klinisch linguïst als professional in de brede zin: persoonlijke thema s in het professioneel handelen. Werkbegeleiding en supervisie is een individueel traject. Wie geven werkbegeleiding en/of supervisie: Werkbegeleiding: De werkbegeleider is een universitair opgeleide taalkundige gespecialiseerd in taalstoornissen bij kinderen en volwassenen die goed op de hoogte is van de werkprocessen van de betreffende supervisant en hierin minimaal 5 jaar werkervaring heeft. Dit betekent dat het een directe collega kan betreffen. De leidinggevende/manager/ directeur maakt samen met de medewerker een inschatting of hij/zij beschikt over voldoende competenties en vaardigheden om als werkbegeleider op te treden. Supervisie: De supervisor is een klinisch linguïst met een brede en langdurige klinische ervaring met primaire en secundaire taalontwikkelingsstoornissen in multidisciplinair verband. DIT ZIJN VOORBEELDEN; Voorbeeld van een begeleidingstraject vanuit een instelling: - Als een klinisch linguïst bij de instelling gaat werken, worden vooraf (in een startgesprek) afspraken gemaakt tussen supervisant, begeleider en leidinggevende over de duur en (op hoofdlijn) de inhoud van de werkbegeleiding of supervisie. Deze afspraken worden vastgelegd in een overeenkomst. - Voor een traject van werkbegeleiding geldt een gemiddelde duur van twee jaar. In het begin zal het vaak intensief zijn (te denken aan een wekelijks begeleidingscontact van 60 minuten), maar daarna zal de frequentie geleidelijk afnemen. - Voor een supervisietraject geldt een gemiddeld aantal bijeenkomsten van 8 (met een duur van 90 minuten) en met een 2 wekelijkse frequentie. - De supervisor en de werkbegeleider zorgen dat de kennisontwikkeling van de klinisch linguïst zich breed kan ontwikkelen op basis van het bespreken van complexe casuïstiek. De supervisant selecteert zelf de casussen (bij werkbegeleiding) en ervaringen (bij supervisie) waar hij/zij begeleiding bij wil krijgen, waarbij er ook afgestemd wordt op directe vragen vanuit het werkproces van afdelingen buiten de instelling. De inhoud van de casuïstiek moet ook relevant zijn voor de instelling. Voorbeeld van een begeleidingstraject vanuit een instelling: - De student kan zelfstandig een linguïstisch onderzoeksplan opstellen.
- De student communiceert adequaat met de clienten, en de aangepaste communicatie met de clienten is effectief. - De student kan zelfstandig linguïstisch onderzoek afnemen bij de clienten. Ook bij complexe casuistiek. - De student kan zelfstandig de testscores interpreteren. - De student kan zelfstandig verslag leggen. - De student kan zelfstandig een therapie-advies opstellen aan collega-logopedisten. - De student kan een onderzoeksverslag bespreken met een clienten en evt. de partner. Voorwaarden: - De student bejegent de clienten (en evt. de direct betrokkenen) op prettig wijze. - De student heeft grondige kennis van het model van Ellis & Young, en past deze kennis toe op het opstellen van een onderzoeksplan en het interpreteren van de testresultaten. - De student kijkt veelvuldig mee bij de logopedische behandelingen.