WERKBOEKJE LES 2: HOE KAN IK? Dit werkboekje is van TEAM Naam : Naam : Naam : Naam : Instructie: Doe de opdrachten om en om, kies steeds een andere kleur. Kruis aan als je een opdracht gedaan hebt. Zuinig omgaan met energie 2.1: LETTEN OP DE LAMPEN 2.2: LETTEN OP STROOMSLURPERS en SLUIPVERBRUIKERS 2.3: WARMTE VASTHOUDEN 2.4: ZELF ENERGIE LEVEREN Duurzame energie gebruiken 2.5: WINDENERGIE GEBRUIKEN 2.6: ZONNEWARMTE GEBRUIKEN 2.7: ZONNESTROOM GEBRUIKEN 2.8: BIO-ENERGIE GEBRUIKEN Meten = Weten! 2.9: VIEZE LUCHT METEN 2.10: LICHTSTERKTE METEN 2.11: GELUID METEN
WERKBLAD 2.1: LETTEN OP DE LAMPEN Instructie: Vul de tabel in. Rond de getallen die je afleest op de stroommeter af naar hele getallen, doe dit steeds op dezelfde manier: x.1 tot x.5 afronden naar beneden: bijvoorbeeld 1.4 wordt 1 x.6 tot x.9 afronden naar boven: bijvoorbeeld 1.7 wordt 2 LAMP A = GLOEILAMP Vragen Kun je bij dit licht goed lezen? (omcirkel het antwoord) Antwoorden Ja / redelijk / niet De lamp Eén lamp kost in de winkel: 0,70 Na 1 jaar branden gaat de gloeilamp stuk. Hoeveel lampen heb je nodig in 10 jaar? Hoeveel kost dit in 10 jaar? stuks 0,70 x = De elektriciteit Hoeveel stroom verbruikt de lamp? (lees af van de stroommeter, bovenste getal) Wat zijn de kosten van elektriciteit per dag? (lees af van de stroommeter, onderste getal) Wat zijn de kosten van de elektriciteit voor 1 jaar (uitkomst vermenigvuldigen met 365 dagen) Wat zijn de kosten van de elektriciteit voor 10 jaar (uitkomst vermenigvuldigen met 10 jaar) Wat zijn de totale kosten van de gloeilamp voor 10 jaar? (bedrag aantal lampen + bedrag elektriciteit) Watt x 365 = x 10 = + =
LAMP B = SPAARLAMP Vragen Kun je bij dit licht goed lezen? (omcirkel het antwoord) Antwoorden Ja / redelijk / niet De lamp Eén lamp kost in de winkel: 6,00 Na 5 jaar branden gaat de spaarlamp stuk. Hoeveel lampen heb je nodig in 10 jaar? Hoeveel kost dit in 10 jaar? stuks 6,00 x = De elektriciteit Hoeveel stroom verbruikt de lamp? (lees af van de stroommeter, bovenste getal) Wat zijn de kosten van elektriciteit per dag? (lees af van de stroommeter, onderste getal) Wat zijn de kosten van de elektriciteit voor 1 jaar (uitkomst vermenigvuldigen met 365 dagen) Wat zijn de kosten van de elektriciteit voor 10 jaar (uitkomst vermenigvuldigen met 10 jaar) Wat zijn de totale kosten van de gloeilamp voor 10 jaar? (bedrag aantal lampen + bedrag elektriciteit) Watt x 365 = x 10 = + = LAMP C = LEDLAMP Vragen Kun je bij dit licht goed lezen? (omcirkel het antwoord) Antwoorden Ja / redelijk / niet De lamp Eén lamp kost in de winkel: 19,00 Na 35 jaar branden gaat de LEDlamp stuk. Hoeveel lampen heb je nodig in 10 jaar? Hoeveel kost dit in 10 jaar? stuks 19,00 x =
De elektriciteit Hoeveel stroom verbruikt de lamp? (lees af van de stroommeter, bovenste getal) Wat zijn de kosten van elektriciteit per dag? (lees af van de stroommeter, onderste getal) Wat zijn de kosten van de elektriciteit voor 1 jaar (uitkomst vermenigvuldigen met 365 dagen) Wat zijn de kosten van de elektriciteit voor 10 jaar (uitkomst vermenigvuldigen met 10 jaar) Wat zijn de totale kosten van de gloeilamp voor 10 jaar? (bedrag aantal lampen + bedrag elektriciteit) Watt x 365 = x 10 = + = Wat heb je nu ontdekt? Omcirkel het goede antwoord. 1. Welke lamp gebruikt de minste energie en heeft dus de laagste kosten voor elektriciteit? A B C 2. Welke soort lamp is het goedkoopst in de winkel? A B C 3. Welke soort lamp is het goedkoopst na 10 jaar branden? A B C 4. Welk soort lamp zou jij kiezen? 5. Waarom? A B C
WERKBLAD 2.2: LETTEN OP STROOMSLURPERS EN SLUIPVERBRUIKERS. Instructie: Vul de tabel in. Lees het energieverbruik af op de stroommeter (bovenste getal). TABEL Stroomverbruik elektrische apparaten Apparaat Koffiezetapparaat Wat doet het apparaat? koffie zetten warm houden Stroomverbruik... Watt Waterkoker water koken Koelkast koelen stand-by Magnetron verwarmen Digi-schoolbord aan stand-by Computer aan stand-by Computerbeeldscherm aan stand-by Printer / kopieerapparaat aan stand-by Televisie aan stand-by
Wat heb je nu ontdekt? Beantwoord je de volgende vragen: 1. Welke apparaten verbruiken veel stroom? (dat noemen we stroomslurpers) 2. Bij welk apparaat was het stroomverbruik anders dan je dacht? 3. Welke apparaten gebruiken óók stroom als je ze niet gebruikt (stand-by staan)? (dat noemen we sluipverbruikers) 4. Hoe kun je zorgen dat de apparaten helemaal geen stroom gebruiken?
WERKBLAD 2.3: WARMTE VASTHOUDEN Hoe kun je zorgen dat de warmte binnen blijft? Omcirkel het juiste antwoord. open / dicht open / dicht open / dicht Hoe isoleer jij je eigen lichaam? Met Omcirkel het juiste antwoord. 1. Voel je verschil tussen beide zijden? ja / nee * 2. Welke kant van het huis wordt warmer? groene kant / rode kant? 3. Welk deel is dit? geïsoleerde deel / niet-geïsoleerde deel TABEL Vul in. Geïsoleerde deel Niet geïsoleerde deel Dak o C o C Muur o C o C Raam o C o C Wat heb je ontdekt? Omcirkel het juiste antwoord. Welke materialen isoleren goed? Welke materialen isoleren slecht? hout / enkel glas / dubbel glas / piepschuim hout / enkel glas / dubbel glas / piepschuim Dus als je een huis goed isoleert, blijft het langer / korter warm binnen.
WERKBLAD 2.4: ZELF ENERGIE LEVEREN Instructie: Vul de tabel in. Naam A B C (heel hard, (10 tellen lang) (zo lang mogelijk) heel even) Tellen: Kleur: Apparaat: Tellen: Kleur: Apparaat: Tellen: Kleur: Apparaat: Tellen: Kleur: Apparaat: 1. Wie van jullie levert de meeste energie (Watt)? 2. Wat kun je met jouw eigen energie? het gras maaien het huis verwarmen met de trap naar de 10 e verdieping een fietslamp laten branden water verwarmen de afwas doen
WERKBLAD 2.5: WINDENERGIE GEBRUIKEN De windmolen 1. Wat gebeurt er als je een flinke zwaai geeft? 2. Wat gebeurt er nu als je heel hard ronddraait? 3. Wat denk je dat er in het doosje zit? 4. Wat zit er in? 5. Wat doet dit apparaat? kruis aan het bewaart stroom, net als een batterij het maakt stroom doordat het bewegingsenergie verandert in elektrische energie het stuurt stroom uit een stopcontact naar het lampje De windmeter 1. Plek: Windkracht: (m/s). 2. Plek: Windkracht: (m/s). 3. Plek: Windkracht: (m/s). 4. Plek: Windkracht: (m/s). 5. Je eigen windkracht Windkracht: (m/s). 6. Waar is de windsnelheid het hoogst? Wat is de beste plek? Kruis aan 7. Als je met een windmolen veel stroom wilt opwekken, waar kun je dan het beste windmolens neerzetten? in de stad in de weilanden in een bos in zee
Temperatuur in graden Celcius WERKBLAD 2.6: ZONNEWARMTE GEBRUIKEN Instructie: Vul de tabel in. Tijd Temperatuur witte deel Temperatuur zwarte deel Begintemperatuur (0 minuten). C. C Na 1 minuut. C. C Na 2 minuten. C. C Na 3 minuten. C. C Na 4 minuten. C. C Na 5 minuten. C. C Na 6 minuten. C. C Instructie: Maak je eigen grafiek. Gebruik voor het witte deel een geel potlood. Gebruik voor het zwarte deel een zwart potlood. 60 50 40 30 20 10 0 0 1 2 3 4 5 Tijd in minuten 1. Welk deel wordt het warmst?
WERKBLAD 2.7: ZONNESTROOM GEBRUIKEN Instructie: Vul de tabel in en beantwoord de vragen. Hoe meer licht, hoe meer energie Hoe snel draait de motor? Kartonnetjes Bewolkingsgraad Draaisnelheid motor (N, L, M, S) Geen Heldere hemel 1 Kleinste (kwart) Licht bewolkt 2 Één na kleinste (half) Half bewolkt 3 Één na grootste (driekwart) Zwaar bewolkt 4 Grootste (helemaal) Betrokken EXTRA opdracht: Meer zonnecellen Hoe snel draait de motor nu? Aantal zonnecellen 1 2 in serie 2 parallel Draaisnelheid motor (N, L, M, S) Uitval 1 zonnecel Draaisnelheid motor Waar zou jij voor kiezen? In serie-geschakelde zonnecellen of parallel-geschakelde zonnecellen? Waarom? Waarvoor kun je zonne-energie gebruiken? WERKBLAD 2.8: BIO-ENERGIE GEBRUIKEN VRAAG: Waar moet je op letten als je bio-energie wilt gebruiken?
WERKBLAD 2.9: CO2 in de LUCHT METEN Instructie: Vul de tabel in: kleur de cirkel en schrijf het CO2-gehalte op. 1.Eigen klaslokaal Startmeting: 2.Kleine ruimte Startmeting: Welke maatregel(en) neem je?: ramen dicht deur dicht dansen op muziek 2 de meting: 2 de meting: Maatregelen: ramen open deur open 3 de meting: VRAAG: 1. Wat gebeurt er met het CO2-gehalte als je de deuren en ramen DICHT doet? Waarom? 2. Wat gebeurt er met het CO2-gehalte als je de deuren en ramen OPEN doet? Waarom?
WERKBLAD 2.10: LICHTSTERKTE METEN Instructie: Vul de tabel in. 1. Teken hoe het weer is: (heel) zonnig licht bewolkt donker bewolkt/regen 2. Als er ramen in je klaslokaal zijn, dan kun je ook twee metingen doen. Eén keer bij het raam (bovenste vak) en één keer aan de andere kant van het lokaal. Is er verschil? Zijn er geen ramen, zet dan een streep door het raam. 3. Vergelijk met tabel Schoolomgeving Plaats 1.Het weer? 2.Meting (LUX) 3.Vergelijk 4.Maatregel(en) Eigen klaslokaal: -(heel) zonnig, -licht bewolkt, -donker bewolkt -te weinig, -voldoende, -te veel Gymlokaal Centrale hal
WERKBLAD 2.11: GELUID METEN Instructie: Vul de tabel in. LOKATIE 1. WAT ZIE JE? Eigen klaslokaal Leerling 1: 2. OREN: WAT VIND JE ZELF? zacht normaal - hard 3. DECIBELMETER: Getal (db) zacht normaal - hard Leerling 2: Leerling 3: Leerling 4: Centrale hal Leerling 1: Leerling 2: Leerling 3: Leerling 4: Kleuterklaslokaal Leerling 1: Leerling 2: Leerling 3: Leerling 4: Schoolplein Leerling 1: Leerling 2: Leerling 3: Leerling 4: 4. Vergelijk wat je zelf van het geluid vond, met wat de meting zegt. Zijn jullie het met de DECIBELmeter eens?