Kabouter klokmuts E.R Roger-Nord-Thomson bron. Timbre, Amsterdam ca. 1955 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/roge005kabo01_01/colofon.php 2010 dbnl / erven E.R Roger-Nord-Thomson en Ary Halsema
binnenkant voorplat [Kabouter Klokmuts]
1 Hoe laat is het, Kaboutertje Klokmuts? vragen kleine Miep en Jantje, die toen zij uit school kwamen, eerst nog wat geknikkerd hadden, vóór zij op weg naar huis gingen. Wat, zegt het kleine ventje verbaasd, hebben jullie nog niet eens koffie gedronken? Het is al één uur. Dan zullen jullie je nog flink moeten haasten om straks weer op tijd op school te zijn. Loop maar hard!
2
3 Is het al twee uur, Klokmutsje?, vraagt kleine Ans, toen ze op de hoek van de straat haast tegen het kaboutertje aanbonsde. Laat eens zien... ja, precies twee uur. Maar waarom heb je zo'n haast? Je hebt toch vrij vanmiddag, want het is Woensdag? Ja, maar ik ga spelen bij mijn vriendinnetje en ze heeft gevraagd of ik precies op tijd wil zijn, want we gaan op haar fornuisje koken!
4
5 Om drie uur mag zusje, die iedere middag natuurlijk nog moet slapen, wakker gemaakt worden. En als ze zoet is geweest, mag zij dadelijk met haar broertje Frans gaan spelen. Verlangend kijkt Fransje telkens naar de klok of de punten van het kaboutermutsje nu eindelijk drie uur zullen aanwijzen. Wat gaat het langzaam... Maar gelukkig, nu is het zo ver!
6
7 Ik behoef niet meer te vertellen, dat het vier uur is, hè?, zegt Klokmuts met de bekende lach op zijn gezichtje. Dat zien jullie wel aan al die kinderen, die roepend en pratend uit school hollen. Ze zijn blij, want het is zulk mooi zomerweer en ze kunnen nu nog een uurtje buiten spelen. Ik geloof heus, dat Klokmutsje nog best met hen mee zou willen doen. En jullie?
8
9 Nog nauwelijks wijzen de punten van het mutsje vijf uur aan, of Freddie en Elsje klimmen op de vensterbank. Het wordt langzamerhand tijd dat Vader thuis komt. Vol. Verwachting kijken ze uit of ze hem nog niet zien komen. Wat duurt het weer lang vandaag, zucht Freddie. Kijk, daar komt hij de hoek om, roept Elsje en ze wuiven al met hun handjes. En Vader zwaait uit de verte terug.
10
11 Als de grote en de kleine wijzer niet meer twee, maar één heel grote wijzer lijken, is het zes uur. Dat weten de kinderen al, want dan wordt het tijd om de tafel te dekken voor het middageten en zij mogen Moeder daar altijd mee helpen. Margrietje brengt het tafellaken naar de eetkamer en Rita, die al wat groter is, mag heel voorzichtig de borden helpen dragen.
12
13 Zeven uur, roept kaboutertje Klokmuts. Nu zijn de kinderen niet zo blij, want zeven uur is het klokje van gehoorzaamheid. Ze moeten naar bed en dat komt altijd te vroeg, vooral als ze juist met iets bezig zijn. Er helpt echter niets aan, het moet nu eenmaal. Maar op de slaapkamer, als ze in hun bedjes liggen, vertelt Moeder altijd nog een kort verhaaltje. En dat is wel weer fijn.
14
15 Als ze 's morgens wakker worden is het al licht. Hun eerste vraag is dan ook: Hoe laat zou het zijn? Wat jammer toch, dat we nog niet zelf op de klok kunnen zien! Ze wachten daarom maar liever tot de oude torenklok tegenover hun huis acht uur heeft geslagen, want zij kunnen al zover tellen. Dan mogen zij opstaan en eer de laatste slag klinkt, zijn ze al uit hun bedjes!
16
17 Om negen uur is het ontbijt afgelopen, als ze tenminste niet te lang getreuzeld hebben. Dan komt meestal juist de postbode. Als ze het schelletje horen, waarmee hij zijn komst aankondigt, mogen zij samen naar de brievenbus gaan, om te halen, wat hij gebracht heeft. Wie er het eerst bij is, heeft het meest natuurlijk. En als er veel is, hebben zij de grootste pret.
18
19 Freek is al vijf jaar en hij kan bijna, zonder het aan Klokmutsje te vragen, zelf zien hoe laat het is. Tien uur, zegt hij, na natuurlijk eerst even nagedacht te hebben. Dan gaat hij dadelijk naar het kapstokje om zijn jasje en muts te halen. Want om tien uur gaat hij iedere dag met Moeder en broertje wandelen. Meestal naar de vijver in het park om de eendjes brood te brengen!
20
21 Weer zitten de kinderen op de vensterbank. Dit keer kijken ze niet naar Vader uit. Wel neen, die komt nog lang niet. Maar ze zijn in afwachting van den orgelman, die twee maal per week om elf uur ongeveer langs komt en dan juist voor hun raam een vrolijk wijsje speelt. Ze mogen hem om de beurt een kleinigheid geven en hij speelt dan nog wel eens wat extra moois voor hen.
22
23 Nu is het twaalf uur en Guusje heeft zelf de klok op twaalf gezet. Het grappige is, dat de kleine wijzer nu verstoppertje speelt en zich achter de grote verbergt. Willen jullie het ook eens proberen met de wijzers op het blad hierachter Zal het gaan? Ik denk het wel. En daarna moeten jullie de vragen op de achterkant van het boek beantwoorden. Zo heeft Klokmutsje het vroeger ook geleerd...
24 Begin bij het begin. Hoe staan de wijzers als Miep en Jantje Klokmuts ontmoeten? Hoe laat is het dan? En als kleine Ans met het fornuisje gaat spelen? Zo gaan jullie maar iedere bladzij proberen, eerst nà elkaar en dan zo maar dòòr elkaar. Dan zal je merken, dat, als je dit een paar maal gedaan hebt, je op iedere klok, die je in huis of op straat tegenkomt, kunt zien hoe laat het is! Begin maar gauw! Leer maar goed!
binnenkant achterplat