Heemreis Dendermonde Ontvangst koffie met koek Informatie Stadswandeling met bezoek aan Stadhuis Stadhuis: Belfort en prachtig vernieuwde Lakenhalle De voormalige Lakenhalle is een juweeltje van Vlaamse middeleeuwse bouwkunst dat in het gracieuze kader van de Grote Markt werd opgetrokken. Vooral tijdens de zomermaanden ziet het Stadhuis er prachtig uit, getooid met de elf heraldische vlaggen en versierd met kleurrijke bloemen. In het Stadhuis kan de bezoeker kennismaken met het prachtige interieur en de talrijke schilderijen van de Dendermondse schilderschool.
Het Belfort, dat in 1999 door UNESCO beschermd werd als Werelderfgoed, herbergt sedert de 16e eeuw een beiaard. Lakenhalle Nadat de ruimte in het Vleeshuis te klein werd, werd er een nieuwe Lakenhalle opgericht aan de andere kant van de Grote Markt. Deze bouw was voltooid omstreeks 1350 en werd aangevuld met een belfort in 1377. Na een economisch moeilijke periode, veroorzaakt door de inname en de plundering van de stad door de Gentenaars in 1380, besloot het stadsbestuur in 1395 de zuidgevel tot schepenhuis te verbouwen. In het midden van de 16e eeuw onderging het gebouw nog enkele moderniserende verbouwingen zoals de inlijving van de aanpalende herberg de Ooievaar en de vernieuwing van zowel de zijgevel als de voorgevel in barokstijl. In het tweede kwart van de 19e eeuw realiseerde men langs de kant van de Vismarkt en de Dender een monumentale nieuwbouw met bepleisterde lijstgevels in neoklassieke stijl. Deze nieuwbouw herbergde oorspronkelijk de Handelsbeurs, het lokaal van het Leesgezelschap, een grote stadsfeestzaal, het stadsarchief, de stedelijke openbare bibliotheek en na 1862 ook de stedelijke brandweer. Het mooie Stadhuis viel op 17 september 1914 echter ten prooi aan de verwoesting van de stad. Slechts de buitenmuren bleven gespaard. De spits van het Belfort en de 40 klokken van de beiaard ploften op de Grote Markt neer. Buiten enkele kostbare schilderijen kon niets worden gered. Ook het hele stadsarchief werd vernield. Het stadhuis werd in 1920-1924 herbouwd onder de leiding van achtereenvolgens architecten A. Sterck en F. De Ruddere. In 1983-1984 verliet de stedelijke administratie het Stadhuis en verhuisde naar het Administratief Centrum in de Franz Courtensstraat. Enkel Toerisme Dendermonde is vandaag nog in het Stadhuis gevestigd. In 2015-2016 onderging de lakenhalle een grondige restauratie. De lakenhalle werd omgetoverd tot een nieuw toeristisch infokantoor met bezoekerscentrum. De vele kleine ruimtes van vroeger hebben plaatsgemaakt voor de lakenhalle 'nieuwe stijl'. In het nieuwe infokantoor komt u alles te weten over het toeristisch aanbod van de stad. U kunt er ook genieten van de attractieve opstelling met veel grote foto s en bewegende beelden of snuisteren in het aanbod brochures en souvenirs. Het bezoekerscentrum neemt u mee op reis door het verleden van de stad. Kaarten, touchscreens, films en maquettes vertellen het verhaal van bloeiend handelscentrum in de middeleeuwen tot martelaarstad in de Groote Oorlog en de moeizame heropbouw nadien. Uiteraard mag ook een verwijzing naar het Ros Beiaard en de Reuzen niet ontbreken!
Belfort Het Belfort herbergt sedert de 16e eeuw een beiaard. Aanvankelijk (1378) werden de aan een uurwerk gekoppelde uurklok en weversklok vooral gebruikt voor het regelen van de werkdag. De in 1526 geleverde horloge was daarvoor zelfs voorzien van een beeld dat het uur sloeg en van een spel van zes klokken. Het klokkenspel werd in 1548 uitgebreid tot 15 klokken en tussen 1732 en 1825 tot 40 klokken. Dit alles ging verloren in 1914. Zowel in 1925 als 1950 werd een nieuwe beiaard aangekocht. De laatste werd in 1975 en 2005 gerestaureerd en aangevuld met acht nieuwe klokken en een nieuwe basklok. De huidige beiaard bestaat hierdoor momenteel uit 49 klokken met een totaal gewicht van 6.800 kg: een zogenaamde volledige beiaard naar de Mechelse standaard. U kan er geregeld genieten van een beiaardconcert. In 2017 wordt werk gemaakt van de toeristische ontsluiting van het belfort. Een nieuwe stalen trap en de restauratie van het interieur staan hierbij op het programma. Informatie Bezoek aan Onze-Lieve-Vrouwekerk Locatie: Onze-Lieve-Vrouwkerkplein De Onze-Lieve-Vrouwekerk is een prachtig voorbeeld van Scheldegotiek en een ware schatkamer van religieuze kunst! U vindt er schilderijen van Vlaamse meesters zoals Antoon Van Dyck, Gaspar de Crayer en David Teniers de Oude. Verder een prachtig gebeeldhouwde predikstoel, een stijlvol marmeren hoofdaltaar, een indrukwekkend Van Peteghem-orgel en enkele uiterst waardevolle muurschilderingen. Het pronkstuk van de kerk is een Romaanse doopvont uit Doornikse steen (11e eeuw). Rond de kerk lag tot in 1784 het kerkhof van de parochie van Onze-Lieve-Vrouw. Van ca. 1106 tot 1798 herbergde de collegiale kerk ook een belangrijk kapittel. Historische schets De Onze-Lieve-Vrouwekerk kende een complexe bouwgeschiedenis. Het was vermoedelijk Ringoot II, heer van Dendermonde, die in de 11e eeuw een romaanse kerk liet oprichten. In de 13e eeuw werd het oorspronkelijke koor afgebroken en vervangen door een driebeukig basilikaal koor. In de 14e eeuw werd een sacristie aangebouwd, met op de verdieping een kapittelkamer. In diezelfde periode werd de ruime benedenkerk opgetrokken en werd het koor verhoogd. De 15e en 16e eeuw stonden geheel in het teken van belangrijke uitbreidingswerken en verbouwingen. Er werd onder meer een nieuwe ballingenkamer gerealiseerd, waar ballingen beroep konden doen op het schuilrecht om tijdelijk een onderdak te krijgen.
Op 23 juli 1468 ontving de kerk het bezoek van Margareta van York. Haar wapenschild werd toen op een gewelfsleutel aangebracht. Na de vernielingen tijdens de Calvinistische periode (1578-1584), kwam er nieuw meubilair in renaissance- en barokstijl. In 1653-1655 werden de houten gewelven van het koor en de benedenkerk door stenen gewelven vervangen. Tussen 1690 en 1700 werd tegen het rechthoekig afgesloten koor nog een barokke absiskapel opgericht, toegewijd aan het H. Sacrament. In de 19e en het begin van de 20e eeuw gingen verschillende delen van de kerk in de steigers: de toren en de daken werden vernieuwd en een deel van de kerk onderging verbouwingen in neogotische stijl. De stompe torenspits werd in 1910-1912 door een hoge houten spits vervangen. Eind 1940 waaide hij tijdens een stormnacht af en werd niet meer vervangen. In de laatste decennia onderging de Onze-Lieve-Vrouwekerk nogmaals een grondige restauratie, waardoor ze nu in volle pracht te bewonderen is. Informatie Bezoek aan Scheepvaartmuseum Baasrode De Scheepswerven Baasrode vormen een van de mooiste industrieel-archeologische sites van Vlaanderen. U kunt er onder meer de orginele houten loods en meesterwoning Van Damme bekijken, alsook de replica van de botter Rosalie, het atelier Van Praet en het werfterrein met de eigenlijke bouwplaats en twee droogdokken! Oorsprong van de Scheepswerven In de 15e eeuw was Baasrode een druk bezocht handelscentrum langs de Schelde waar dagelijks schepen uit Antwerpen aanmeerden. Dat af- en aanvaren van zeilschepen zorgde ervoor dat zich in Baasrode een belangrijke scheepsbouwnijverheid ontwikkelde. In de 19e eeuw bereikte de scheepsbouw in Baasrode zijn hoogtepunt. In 1972 liep het laatste nieuwe schip van stapel en in 1986 sloot de laatste scheepswerf de deuren. Hierop hebben enkele lokale vrijwilligers besloten om een Scheepvaartmuseum op te richten. De site Scheepswerven Baasrode is ontstaan uit drie scheepswerven: Van Damme, Van Praet en het depot 'De Toekomst'. Het museum is gevestigd in de authentieke meesterwoning van de vroegere werfeigenaar Van Damme. Dit als monument beschermd gebouw dateert uit 1830. Het bezit prachtige 19e-eeuwse plafondschilderingen en waardevolle muurfresco's die Art- Nouveaukenmerken vertonen. Collectie De collectie van het Scheepvaartmuseum geeft een globaal beeld van de scheepsbouw in Vlaanderen in de 19e en 20e eeuw. In het museum vindt u een overzicht van wat er op de scheepswerven
gebeurde, oude werktuigen, maquettes en plannen van de schepen die er ooit getimmerd werden. Het museumarchief omvat meer dan 3.000 constructieplannen van diverse scheepstypes. Er is een permanente tentoonstelling van tientallen scheepsmodellen en halfmodellen, alsook van een reeks gereedschappen voor het bouwen van houten en ijzeren schepen. Elk museumseizoen organiseert het scheepvaartmuseum ook een thematentoonstelling met uiteenlopende onderwerpen die steeds verbonden zijn met de lokale en maritieme geschiedenis. Achter het museum ligt de scheepswerf er nog bij zoals ze op de laatste dag achtergelaten werd. Het symbool van het museum, de scheepslamp van het type 'Bostroëneir' (een petroleumlamp die zelfs bij de zwaarste stormen blijft branden) is een origineel Baasroods ontwerp met internationale faam. Voor nog meer informatie ga naar www.toerismedendermonde.be Allemaal een hele fijne Heemreis toegewenst. Namens de organisatie Piet Paantjens M 0655148695 E prcommunicatie@janutenhoute.nl