2. Zal de minister initiatieven nemen om good practices, zoals het fingerfoodproject in Ingelmunster, verder te verspreiden?

Vergelijkbare documenten
VLAAMS INDICATORENPROJECT WOONZORGCENTRA SYNTHESE EN LEIDRAAD BIJ DE HANDLEIDING VERSIE 1.8. Januari 2018

VLAAMS INDICATORENPROJECT WOONZORGCENTRA SYNTHESE EN LEIDRAAD BIJ DE HANDLEIDING VERSIE 1.8. Meetjaar 2019

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op... (datum);

VLAAMSE OUDERENRAAD. Advies 2013/2. Ingrediënten voor de aanpak van ondervoeding bij ouderen

SYNTHESE EN LEIDRAAD BIJ DE HANDLEIDING VERSIE 1.7 KWALITEITSINDICATOREN IN DE WOONZORGCENTRA. Januari 2016

Preventie ondervoeding in woonzorgcentra

OVERZICHT. > Belang en historiek. > Kwaliteit van zorg, de blik vooruit. > Kwaliteit van leven, de blik vooruit. > Vikz.

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

nr. 6 van BERT MOYAERS datum: 26 september 2016 aan JO VANDEURZEN Ondervoeding bij ouderen - Monitoring en maatregelen

Henri is nooit speciaal ziek geweest. Hij rookt dagelijks enkele sigaretjes en hij drinkt nog regelmatig zijn pintjes.

VLAAMS INDICATORENPROJECT WZC Toelichting voor 2017

PLENAIRE SESSIE ZORG EN WELZIJN (MEER GEZONDHEID IN DE ZORG)

11/6/2006. Oorzaken. Screening in de Geriatrie. Ondervoeding is frequent. Dienst BMI Albumine <3.5 g% Prof Dr M.Vandewoude G

De aanpak van eet- en gewichtsproblemen in de CLB

Partnerorganisatie Algemene Ondersteuning Logo s

Nederlandse samenvatting

Ethische reflectie op maaltijdzorg

Screening en behandeling van ondervoeding: een MUST voor verpleegkundigen

1/04/2015 FRAILTY & ONDERVOEDING WAT IS ER AAN DE HAND? INHOUD INLEIDING. Inleiding Frailty en voeding Model Risico

VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN

Ontwerp van decreet. houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen

1 jaar Zoet Zwanger: Vlaanderen in actie tegen diabetes

(Mal)nutritie op geriatrische ziekenhuisdiensten van richtlijn tot inventarisatie

VR DOC.1230/1TER

Recentelijk doken er een aantal onaanvaardbare toestanden op in private rustoorden.

Dienst geriatrie Gevecht tegen ondervoeding. Informatiebrochure voor de patiënt en de familie

België - Vlaanderen. Alle Vlamingen zijn betrokken. Pijlers van het Vlaams zorgen ouderenbeleid. Vermaatschappelijking van zorg

Vergeet dementie, onthou mens

Goede geriatrische zorg

Dossier De Standaard: Hoe scoren onze woonzorgcentra?

Centrale website zorgkwaliteit.be toont patiënten de resultaten van kwaliteitsmetingen in ziekenhuizen

Frailty en ondervoeding doet (veel) vallen

Rondetafeldiscussie Dag van de Ondervoeding

VLAAMS INDICATORENPROJECT WOONZORGCENTRA

V.A.N.-TOP MINISTER JO VANDEURZEN 21 NOVEMBER 2015

De organisatie. hanteert geen methodieken noch instrumenten voor de kwaliteitszorg. kwaliteitszorg.

Vlaamse werkgroep Bevolkingsonderzoek

Graag wens ik een actuele stand van zaken te verkrijgen met betrekking tot het aanbod van voorzieningen voor ouderen in woonzorgcentra.

Gezondheidsraad. 29 november Daan Kromhout Commissievoorzitter Vicevoorzitter Gezondheidsraad. Gezondheidsraad

Basisvoedingszorg: terug naar de essentie. Bart Geurden RN, PhD

//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

VLAAMS ZIEKENHUISLANDSCHAP IN BEWEGING JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN 30/04/2019

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma

2. Hoeveel procent van de totale uitgaven in de kinderbijslag werd in 2015 uitgekeerd aan kinderen die niet in ons land werden opgevoed

VLAAMSE OUDERENRAAD. Advies 2009/1 Sport en Bewegen voor ouderen. Vlaamse Ouderenraad 25 maart 2009 Koloniënstraat bus Brussel

Verwezenlijkingen binnen de krachtlijn ondervoeding van het federaal voedingsen gezondheidsplan voor België (FVGP-B)

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_ indd 172

VASTSTELLEN EN AANPAKKEN VAN ONDERVOEDING: SIMPEL TOCH ANTWERPEN 20 APRIL 2017

Bevraging Management. De Vlaamse overheid. Resultaten

VR DOC.0082/1BIS

MEMORIE VAN TOELICHTING

- 1 - Mol, 7 februari 2012

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

Inleiding. A Case finding B Multifactoriële C Multifactoriële. Transfer van informatie bij ontslag

Werkgroep 4 Meetinstrumenten en meetmethodes

MEER AANDACHT VOOR ONDERVOEDING Marian de van der Schueren DGO, 5 oktober 2018

Rapportage onderzoeksproject Genieten aan tafel Een toegepast onderzoek naar maaltijdbeleving in verpleeghuizen

PROJECT ZOET ZWANGER DIABETESSYMPOSIUM 18 NOV 2013

Structuur geven aan onze seniorenadviesraad

VR DOC.1528/1BIS

Vroege herkenning en behandeling van ondervoeding in Nederlandse Verpleegen Verzorgingshuizen ACHTERGRONDINFORMATIE

Eerstelijnszone Dender Nieuwjaarsreceptie 14/01/2018

ACTIEPLANNEN CONCLUSIES TAD

Voorontwerp van decreet betreffende het lokaal sociaal beleid

but no statistically significant differences

Voorkomen en beheersen van ondervoeding: Nuttig en haalbaar?

In deze context wil ik alle betrokken ministers Welzijn, Onderwijs en Sport onderstaande vragen stellen.

Samenwerkingskansen ter versterking van de optimale ontwikkeling en gezondheid van kleuters

Sinds 1 januari 2014 is het Vlaamse Gewest bevoegd voor de dienstencheques aangekocht in Vlaanderen.

licht van de Vlaamse gezondheidsdoelstelling voeding & beweging katelijne van hoeck Leuven 7 december 2007

Dr. Hilde Verbeek 15 april Department of Health Services Research Focusing on Chronic Care and Ageing 1

Better in, better out, goede voeding voor en na een operatie bij ouderen. zaterdag 15 maart 2014, Marion Theuws

4. JAARPLAN BEGROTING INDICATOREN 2012 Dienst Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg JAARPLAN 2012

Decreet betreffende de organisatie en ondersteuning van het geestelijk gezondheidsaanbod

Geactualiseerd Dementieplan Samen verder bouwen aan een dementievriendelijk Vlaanderen

Draaiboek ter opbouw van een lokaal afsprakenkader tussen scholen en hun actoren

Persmededeling. Eén centraal meldpunt voor geweld en misbruik

1. Graag had ik volgende gegevens ontvangen betreffende de arbeidsmigratie in de social profit:

Voorbeeldadvies Cijfers

Complementariteit tussen federaal platform ziekenhuishygiëne en VIP2: samen voor een betere (hand)hygiëne Dr Michiel Costers BAPCOC

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013 houdende de organisatie van pleegzorg;

Erratum Kwaliteitskader Verantwoorde zorg VV&T

Vroegopsporing bij (kwetsbare) ouderen; bij wie en wanneer? Simone de Bruin Manon Lette Caroline Baan

Ouderenzorg. Jo Vandeurzen Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin

VR DOC.0614/2BIS

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

SAMENVATTING Het ontwikkelen van een solide studie design met bijbehorende instrumenten om een CRM training te evalueren

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 112

Stappenplan voor Brede Schoolcoördinatoren Het proces van een Brede School: van evaluatie tot afsprakenkader & actieplan

DE HEER KRIS PEETERS ACTIEPLAN CADMIUM

ARUP studie Groningen 2013

Functiekaart dementie-experten van de regionale expertisecentra dementie

Dementievriendelijke gemeente/stad. Ilse Masselis Expertisecentrum dementie Sophia

dr. Dimitri Beeckman Prof. dr. Ann Van Hecke Simon Lagrange Prof. dr. Sofie Verhaeghe Dit project kwam tot stand i.s.m.:

Tweede Kamer der Staten-Generaal

SESSIE ONDERWIJS (ONDERWIJS IN GEZONDHEID)

ZIEKENHUISNETWERKEN REGIONALE ZORGSTRATEGISCHE PLANNING 10/07/2019

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

Stand van zaken LSM. Kennisatelier VZW Grauwzusters Expertise cel Ouderenzorg University College Leuven-Limburg

Transcriptie:

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 343 van GRIET COPPÉ datum: 5 februari 2015 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Ondervoeding bij senioren - Maatregelen Uit de resultaten van deel 2 van de grootschalige nationale NutriAction-studie blijkt dat bijna de helft (45%) van de 70-plussers thuis en in een thuisvervangende omgeving een ernstig risico loopt om ondervoed te geraken, 12% is effectief ondervoed. In de geriatrische afdelingen van de ziekenhuizen en de woonzorgcentra lopen deze aantallen zelfs op tot 40% (of volgens andere studies tot 60%). Ouderen met dementie, met een verminderde eetlust en een gebrekkige coördinatie, vormen een belangrijke risicogroep. Vorige zittingsperiode werd er onder de stimulans van de minister van Welzijn een Vlaamse consensustekst in verband met evenwichtige voeding en beweging, ten behoeve van zorgverstrekkers verspreid. Dit document biedt zorgverstrekkers een houvast bij het correct adviseren en voorlichten rond eet- en beweeggedrag bij alle leeftijdscategorieën. Daarnaast vond er in november 2013 een symposium over ondervoeding bij ouderen, thuis of in een thuisvervangende omgeving plaats. In maart 2013 is het Agentschap Zorg en Gezondheid gestart met het project referentiekader kwaliteit van zorg in alle Vlaamse woonzorgcentra. In dit kader wordt er geregistreerd op een aantal parameters die gerelateerd kunnen worden aan het thema ondervoeding bij ouderen. Woonzorgcentrum Maria Rustoord in Ingelmunster ontwikkelde in samenspraak met de bewoners een assortiment fingerfood waardoor heel wat ouderen een maximale vorm van autonomie en bewegingsvrijheid herwinnen. Het woonzorgcentrum kreeg een prijs van de Koning Boudewijnstichting voor deze goede aanpak van het probleem van ondervoeding bij senioren. 1. Welke initiatieven zullen deze zittingsperiode genomen worden om ondervoeding bij ouderen te voorkomen of onder de aandacht te brengen? Zullen bepaalde initiatieven zich specifiek tot personen met dementie richten? 2. Zal de minister initiatieven nemen om good practices, zoals het fingerfoodproject in Ingelmunster, verder te verspreiden? 3. Wat zijn de eerste resultaten van het project referentiekader kwaliteit van zorg? Hoeveel woonzorgcentra gaven reeds hun resultaten door aan het agentschap? Wat zijn de resultaten wat de gezondheidsparameters specifiek gericht op ondervoeding, voeding en beweging?

4. Op het symposium in 2013 werd onder andere gedebatteerd over de verschillende screeningsinstrumenten om de voedingstoestand van ouderen in kaart te brengen. Welke instrumenten worden dienaangaande vandaag gebruikt in de verschillende settings? Is er binnen de zorgsector intussen een consensus over welk van de beschikbare instrumenten het beste is?

JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN ANTWOORD op vraag nr. 343 van 5 februari 2015 van GRIET COPPÉ 1. Ondervoeding bij ouderen wordt in het beleid beschouwd als een ernstig en significant symptoom van onderliggende problemen. Het Vlaams preventief gezondheidsbeleid heeft voor de uitvoering van haar beleid op 17 december 2014 een oproep gelanceerd om als partnerorganisatie één of meerdere beheersovereenkomst(en) af te sluiten. In tegenstelling met de vorige convenant hopen we dat het thema ondervoeding bij ouderen als één van de percelen apart weerhouden wordt in de beoordelingsfase. De focus zal voornamelijk liggen op preventie, de vroegdetectie en vroeginterventie. Op 8 maart 2015 moeten alle dossiers ingediend zijn en tegen eind 2015 zal een nieuwe beheersovereenkomst worden afgesloten. Ik ben in hoopvolle verwachting om nieuwe initiatieven mee te ondersteunen die ondervoeding bij ouderen willen voorkomen. Zoals u reeds heeft vermeld, zijn er in de vorige legislatuur talrijke initiatieven opgestart die betrekking hebben op deze problematiek. Aanvullend op de initiatieven, zoals de Vlaamse consensustekst en het Vlaams indicatorenproject woonzorgcentra, wens ik ook de andere initiatieven aan te halen die nog steeds lopende zijn en die via een algemene benadering van de volwassenen ook de doelgroep ouderen onrechtstreeks benadert: De Vlaamse Regering sloot met VIGEZ een convenant af, die loopt tot 31/12/2015 en als doel heeft thematische expertise te leveren op het vlak van voeding en beweging. Via een algemene benadering van de volwassen doelgroep wordt dit mee opgenomen onder de algemene strategie naar de lokale gemeenschap toe. (cfr. http://www.zorg-en-gezondheid.be/zorgaanbod/preventievegezondheidszorg/partnerorganisaties/vigez/ Op 1 januari 2012 sloot de Vlaamse Overheid een meerjarige overeenkomst af met eetexpert.be dat als onafhankelijk kenniscentrum functioneert ter ondersteuning en professionalisering van preventie en hulpverlening bij eet- en gewichtsproblemen voor alle leeftijdsgroepen. (cfr. http://www.zorg-engezondheid.be/zorgaanbod/preventieve-gezondheidszorg/eetexpert/) Via de ontwikkeling van de Bel-RAI screener (Vlaams) en Bel-RAI (federaal) gaan de zorgverleners in de ouderenzorg een instrument ter beschikking krijgen dat ondervoeding kan detecteren en signalen en acties zal voorstellen aan de betrokken zorgverleners. Met de ondertekening van het charter Gezonde Gemeente hebben al meer dan de helft van de Vlaamse steden en gemeenten zich geëngageerd om de komende jaren werk te maken van een lokaal gezondheidsbeleid en te investeren in een gezond aanbod en een gezonde omgeving. We zullen de lokale overheden verder stimuleren om het charter te ondertekenen en van daaruit hun engagement op te nemen. 2. Het succes van fingerfood kan meehelpen om de problematiek van ondervoeding tegen te gaan. Initiatieven zoals het fingerfoodproject beogen een verhoogde zelfstandigheid bij het maaltijdgebeuren en een positieve invloed op de voedselinname. Recent was dit project ook een succesverhaal in het woonzorgcentrum Cantershof die specifiek hebben gewerkt rond maaltijden voor ouderen met dementie. Vooraleer we met dit initiatief in het Vlaams beleid als good practice naar buiten kunnen treden, moeten we wel kunnen garanderen dat dit kwaliteitsverhogend werkt. Om die reden is het van belang dat we aandacht hebben voor alle facetten van een

project en de voor-en nadelen eerst goed in kaart brengen. In de nieuwe beheersovereenkomst voor het Vlaams preventief beleid zal (zullen) de kandidaatpartnerorganisatie(s) in hun voorstel wetenschappelijk moeten onderbouwen waarom een bepaalde aanpak of methodiek te verkiezen is met het oog op een kosteneffectief beleid. Of het fingerfoodproject een good practice is, zal op termijn geëvalueerd kunnen worden door de toekomstige partnerorganisatie(s). Het verspreiden van good practices zal onder andere ook een plaats krijgen in het Vlaams indicatorenproject woonzorgcentra. De doelstelling van het indicatorenproject is woonzorgcentra aan te zetten tot monitoring van kwaliteit. De resultaten uit de verschillende metingen kunnen er aanleiding toe geven dat woonzorgcentra maatregelen nemen inzake maaltijdzorg om het risico op ondervoeding minimaal te houden. De registraties zijn een voedingsbodem voor een diepere analyse en evaluatie, voor het opzetten van verbeteracties en bijsturing. Elk woonzorgcentrum kan zich afvragen waar de sterktes en de zwakten liggen, waar kansen zijn op verbetering en groei. De woonzorgcentra zullen gebaat zijn met het uitwisselen en leren van collega-voorzieningen. De dialoog kan worden opgestart om good practices over maaltijdzorg verder te verspreiden. 3. Het Vlaams indicatorenproject woonzorgcentra bevat drie grote thema s die elk op een geëigende wijze worden gemeten. De woonzorgcentra staan zelf in voor de registraties van de indicatoren over het thema zorg en veiligheid en het thema zorgverleners en zorgorganisatie. Voor de meting van thema kwaliteit van leven wordt gewerkt met onafhankelijke enquêteurs die bij bewoners peilen naar hun subjectieve ervaringen in het woonzorgcentrum. Wat ondervoeding voor ouderen betreft, werd de indicator percentage onbedoelde gewichtsafname voorzien. Indicatoren die betrekking hebben op bewegen zijn: het percentage valincidenten en het percentage fysieke vrijheidsbeperkende maatregelen tijdens de dag. Zowel de indicator over gewichtsafname als de indicatoren over bewegen maken deel uit van het thema kwaliteit van zorg en veiligheid en worden door de voorziening zelf geregistreerd sinds 2014. De responsgraad van het indicatorenproject ligt hoog. Van de 765 erkende voorzieningen dienen halfjaarlijks +/- 96% hun kwaliteitsformulier via het e-loket in. De cijfers die we tot hiertoe hebben doorgekregen, zijn nog niet voor interpretatie vatbaar. Het project zit in de beginfase en om aan alle vereisten van een goed monitorinstrument te blijven voldoen, wordt het project in al zijn aspecten van nabij opgevolgd. De implementatie van de indicatoren brengt knelpunten, stimulerende en remmende factoren in kaart. Hieruit worden verbeterpunten geformuleerd die steeds gesteund zijn op goede praktijkvoorbeelden, richtlijnen uit de literatuur of methodieken uit de sector en waar nodig wordt de expertise ingeschakeld van andere deskundigen. Enkel indien de meettechnische vereisten volledig en helder zijn, kunnen de indicatoren op een eenduidige, valide en betrouwbare manier worden gemeten. Bijkomend is het van belang dat de data verder onderzocht en geanalyseerd worden. Door middel van dit opvolgtraject kunnen we de kwaliteit van de metingen verbeteren zodat we vanuit wetenschappelijk oogpunt de resultaten kunnen evalueren. Via een bewonersbevraging over de kwaliteit van leven in de Vlaamse woonzorgcentra peilen onafhankelijke enquêteurs naar de ervaringen van de bewoner over o.a. de maaltijdzorg. De enquête wordt jaarlijks bij 1/3 de van de woonzorgcentra afgenomen. Informatie over de voeding alsook de autonomie en de deelname aan activiteiten komen in deze vragenlijst uitgebreid aan bod. Vanaf januari 2015 zal Zorg en Gezondheid een individueel feedbackrapport terugkoppelen naar de woonzorgcentra die in 2014 deelgenomen hebben aan de bevraging.

Het monitorinstrument zal op termijn zeker een meerwaarde bieden voor het in beeld brengen van de kwaliteit van zorg en de kwaliteit van leven. Momenteel is het nog te pril om interpretaties en of conclusies te trekken uit de verzamelde data. 4. Tijdens het symposium kwam naar voor dat er nog geen consensus bestaat over welk van de beschikbare instrumenten het beste is. Het probleem stelt zich dat geen enkele parameter op zich een volledig beeld geeft van de voedingsstatus. Daarom is de beoordeling van verschillende parameters nodig om ondervoeding, vooral ook beginnende vormen ervan, te kunnen detecteren. Het meest gebruikte en ook meest specifieke instrument om ondervoeding op te sporen is de Mini Nutritional Assessment (MNA) dat zowel ter evaluatie als voor de screening van ondervoeding bij ouderen ingezet wordt. De Malnutrition Universal Screening Tool (MUST) is ook een waardevolle screeningtool die met succes wordt toegepast. De MUST combineert het percentage ongepland gewichtsverlies, de BMI en de aan- of afwezigheid van een acute aandoening. Indien geen rekening wordt gehouden met eventuele veranderingen van de lichaamslengte zal de BMI bij ouderen systematisch worden overschat en kan er in geval van een verlaagde BMI een indicatie voor ondervoeding over het hoofd worden gezien. In het kader van de 6 de staatshervorming biedt de bevoegdheidsoverdracht de opportuniteit om te zoeken naar een verbetering van de kwaliteit van de ouderenzorg. Een kwaliteitsverbetering waarin aandacht zal zijn voor gezonde voeding, gezonde maaltijdzorg en het systematisch opsporen en aanpakken van ondervoeding bij ouderen.