Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Vergelijkbare documenten
Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Relevante wet- en regelgeving 5. Algemeen 7. Indicatiecriteria 8. Behandelvormen 9. Omvang en geldigheidsduur van de indicatie 15.

Dagbehandeling individueel aanvullend op dagbehandeling in groepsverband

Beleidsregels indicatiestelling

CIZ. Wet langdurige zorg door CIZ

Relevante wet- en regelgeving 5. Algemeen 7. Indicatiecriteria 9. Behandelvormen 11. Omvang en geldigheidsduur van de indicatie 17.

H300 Begeleiding n.v.t. n.v.t. Per uur H150 Begeleiding inclusief

Beleidsregels indicatiestelling

Datum: 15 april 2013 Uitgebracht aan: CIZ Zorgvorm: Behandeling. Onderstaand de volledige uitspraak

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ. Bijlage 8. Verblijf

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 9. Kortdurend Verblijf

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ. Bijlage 8. Verblijf

CIZ. Wet langdurige zorg Bijeenkomst BTN 11 februari

Datum: 20 augustus 2013 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Problemen en oplossingen bij de indicatie van groepsgewijze behandeling in orthopedische kinderdagcentra (KDC s)

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 2. Grondslagen

Datum: 20 juni 2011 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2014 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2011 in de Beleidsregels Indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2012 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS

Bij de beslissing of een indicatie zonder verblijf mogelijk is, moet worden afgewogen of thuis een zorginhoudelijk verantwoorde oplossing mogelijk is.

Datum: 12 juni 2013 Uitgebracht aan: Geriatrische revalidatiezorg/awbz-behandeling. Onderstaand de volledige uitspraak

Indicatiegeschil over handelwijze CIZ kan er toe leiden dat niet passend cliëntprofiel en bijbehoren ZZP wordt geïndiceerd Het geschil

De regels zijn gelijk. Toch is iedereen anders. Wlz-toegangscriteria voor cliënten met een psychische stoornis

Zorgzwaartepakketten Sector V&V Versie 2014

Inhoudsopgave Wet langdurige zorg... 2 De huisarts en de WLZ... 6

Datum: 30 augustus 2010 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Past extramurale AWBZ-behandeling onder de Zorgverzekeringswet?

Datum: 20 augustus 2013 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak

Beschrijving onderwerpen expertbijeenkomsten

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 2008, Z/VU- ;

Datum: 25 september 2012 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Wet- en regelgeving In dit geschil zijn de volgende bepalingen van belang.

Zorgzwaartepakketten Sector V&V

Soort uitspraak: IgA = indicatiegeschil AWBZ Datum: 20 maart 2012 Uitgebracht aan: CIZ Zorgvorm: Behandeling. Onderstaand de volledige uitspraak

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS

CIZ. Bepaling toegang tot de Wet langdurige zorg door CIZ Informatie voor zorgaanbieders

Overzicht bekostiging van behandeling bij Wlz-cliënten in 2016

Bijlage Informatiedocument. Beschermd Wonen Brabant Noordoost-oost

Soort uitspraak: IgA = Indicatiegeschil AWBZ Datum: 26 oktober 2011 Uitgebracht aan: CIZ Zorgvorm: Begeleiding. Onderstaand de volledige uitspraak.

Datum: 21 februari 2011 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Doel: Kortdurend Verblijf Hoe aanvragen? Welke locatie in mijn gemeente? Wmo-kortdurend verblijf Ontlasten mantelzorg en

Prestaties Zorgzwaartepakketten V&V

Begeleiding binnen het (hoger) onderwijsdomein is voorliggend op AWBZ-zorg

Vaststellen van de juiste grondslag (somatische aandoening of lichamelijke handicap) bij de functie verblijf

Begeleiding individueel (laag)

Nader door Bureau Jeugdzorg (BJz) uit te voeren onderzoek.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds In hoofdstuk 9 worden na artikel 9.13 vier nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

Onderwerp: Datum: 25 mei 2010 Uitgebracht aan: Verblijf-tijdelijk en Begeleiding-groep. Onderstaand de volledige uitspraak.

Informatiebrochure. Samenwerking huisartsen en specialisten ouderengeneeskunde. Financiering met en zonder indicatie Wet langdurige zorg

Datum: 17 januari 2011 Uitgebracht aan: tijdelijk verblijf, kortdurend verblijf, respijtzorg. Onderstaand de volledige uitspraak.

Wet langdurige zorg (Wlz) Van aanvraag tot besluit

Beschermende woonomgeving voor een 17-jarig kind

Perceelbeschrijving 2 (Dag) behandeling

Bijlage 1. Criteria ondersteuning, dagactiviteiten, kortdurend verblijf

Datum: 19 april 2010 Uitgebracht aan: Verblijf/ zorgzwaartepakket. Onderstaand de volledige uitspraak.

Datum: 15 april 2013 Uitgebracht aan: CIZ Zorgvorm: verpleging. Onderstaand de volledige uitspraak

Geen aanspraak op verpleging voor subcutane injecties van antroposofische middelen in de thuissituatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Soort uitspraak: IgA = indicatiegeschil AWBZ Datum: 19 september 2011 Uitgebracht aan: CIZ Zorgvorm: Verblijf / zorgzwaartepakket

Soort uitspraak: IgA = indicatiegeschil AWBZ Datum: 21 juni 2010 Uitgebracht aan: CIZ Zorgvorm: PV, BG, VB/ZZP. Onderstaand de volledige uitspraak.

MEMO Wetgeving en Jurisprudentie (onderwerp)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Datum: 26 april 2011 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

Substitutie? Geriatrische revalidatie van AWBZ naar Zvw

Verenso. Vereniging van specialisten ouderengeneeskunde en sociaal geriaters

Zintuiglijk gehandicapten en ouderen van 80 jaar en ouder geen indicatie meer nodig van CIZ

Het Nederlandse Zorgstelsel

Circulaire nr. Betreft uitvoering krachtens de Datum 10/01 AWBZ 23 december 2010

AANBOD ZORGARRANGEMENTEN OP DE VERPLEEGAFDELING.

Doelgroepenbeleid Zorgvilla Huize Dahme

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

Omvang van de functie begeleiding in beleidsregels is richtlijn en geen absoluut maximum

Behandeling bij Interaktcontour. Pagina 1 14 oktober

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

Zorg uit de Zvw. Wijkverpleging, ELV, GRZ. Judith den Boer

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 3. Gebruikelijke zorg

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Datum: 23 maart 2009 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

AWBZ-zorg aanvragen, hoe regelt u dat?

Beoordelen behandelperspectief LVG. Bij de beoordeling of een verzekerde is

Wet langdurige zorg (Wlz) Van aanvraag tot besluit

Zorgprofielen Productenboek Verzorging en Verpleging

Bij (toerekenbare) weigering van een Wsw-werkvoorziening geen inzet plaatsvervangende AWBZ-zorg

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0413

Datum: 20 februari 2012 Uitgebracht aan: Begeleiding / behandeling in groepsverband. Onderstaand de volledige uitspraak.

Geheugenklachten Wat kunnen we allemaal verwachten?

(Besluit zorgaanspraken AWBZ [Versie geldig vanaf: ])

Casusbeschrijving Pleyade

Hoofdstuk 1 Achtergrond

AANBOD ZORGARRANGEMENT WOON-ZORGCENTRUM

De transities in vogelvlucht en hoe de toegang tot zorg georganiseerd is. ZorgImpuls maart 2015

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 6. Begeleiding

Transcriptie:

2009 Versie 1 januari 2009

Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Aanvullende functionele diagnostiek 4 2.3 Kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden of gedrag 5 2.4 Consultatie 6 2.5 Medebehandeling 6 2.6 Continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg 6 3 Indicatiecriteria 8 4 Omvang en geldigheidsduur van de indicatie 9 4.1 Omvang 9 4.2 Geldigheidsduur 9 Versie 1 januari 2009 Pagina 2 van 9

1 Inleiding 1. Deze bijlage van de beleidsregels indicatiestelling AWBZ is van toepassing op de indicatiestelling voor de functie, zoals bedoeld in artikel 8 van het Besluit zorgaanspraken. 2. Deze bijlage kan worden aangehaald als bijlage. 3. Op deze bijlage zijn de bijlagen Algemeen en Grondslagen van toepassing. Wettelijke kader 1. Artikel 8 Besluit zorgaanspraken: omvat door een instelling te verlenen behandeling van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard gericht op herstel of voorkoming van verergering van een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking of van een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap, waaronder voorkoming van verergering van gedragsproblemen in verband met een zodanige aandoening, beperking of handicap. Toelichting bij de wijziging per 2009 van artikel 8: Hoewel bij de invoering van het Besluit zorgaanspraken AWBZ per 1 april 2003 verondersteld was dat er een verschil zou zijn tussen ondersteunende begeleiding en activerende begeleiding enerzijds en activerende begeleiding en behandeling anderzijds, is dat blijkens het advies van het CVZ Ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding en behandeling in de AWBZ in de praktijk niet of nauwelijks het geval. Daar waar ondersteunende begeleiding en activerende begeleiding wel te onderscheiden is, gaat het eigenlijk om behandeling. Het CVZ stelt dat het dan gaat om activiteiten van vaktherapeuten als psychomotorische therapie en speltherapie. Deze activiteiten worden extramuraal vooral als activerende begeleiding aangeboden. Volgens veel behandelaars zijn deze activiteiten vaak onderdeel van een integraal behandelplan en zouden derhalve onder de zorgvorm behandeling moeten vallen. Met dit besluit is dat geregeld. Aan de omschrijving in artikel 8 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ is daarom de zinsnede die op dergelijke activiteiten betrekking heeft, te weten waaronder voorkoming van verergering van gedragsproblemen, toegevoegd. 2. Artikel 13 lid 2 Besluit zorgaanspraken: In afwijking van het eerste lid gaat voortgezet verblijf, indien er sprake is van een psychiatrische aandoening, gepaard met behandeling van specifiek medische, specifiek gedragswetenschappelijke of specifiek paramedische aard gericht op herstel of voorkoming van verergering van de psychiatrische aandoening en al dan niet met persoonlijke verzorging, verpleging of begeleiding. Versie 1 januari 2009 Pagina 3 van 9

2 Doelstelling functie 1 2.1 Algemeen Kenmerkend voor de AWBZ-functie (in relatie tot de Zvw-behandeling) is dat het gaat om specifieke behandeling. Met specifiek wordt gedoeld op de gerichtheid op specifieke doelgroepen in relatie tot de grondslagen waar het bij de AWBZ om gaat. Het gaat bij AWBZbehandeling vooral om continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg (CSLM). Er bestaat complexe (multi-)problematiek waarbij specifieke deskundigheid op het niveau van AWBZ-behandelaar noodzakelijk is zoals van een verpleeghuisarts, een arts verstandelijk gehandicapten, een gedragswetenschapper of paramedicus met specifieke kennis. is gericht op herstel of het voorkomen van verergering van gevolgen/complicaties van de aandoening of het ontstaan van een met de aandoening gerelateerde stoornis al dan niet door het aanleren van vaardigheden/gedrag. De problematiek is dermate complex dat substantiële en duurzame coördinatie, regie en supervisie van een multidisciplinair AWBZ-team noodzakelijk zijn. Er is voortdurend afstemming nodig over hetgeen de verschillende disciplines doen, zodat monodisciplinaire behandeling in principe geen AWBZ-zorg is, behalve in de zin van consultatie en medebehandeling., hetzij vanuit het tweede compartiment (Zvw), hetzij vanuit het eerste compartiment (AWBZ), verdient de voorkeur boven het inzetten van andere zorg. Het verbeteren van een aandoening, stoornis of beperking bevordert het optimaal functioneren van de verzekerde. Dit geniet de voorkeur vanuit de kwaliteit van de zorg, en kan er ook toe leiden dat de vraag naar andere zorg afneemt. Het gaat bij AWBZ-behandeling om: aanvullende functionele diagnostiek kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden of gedrag consultatie medebehandeling continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg (CSLM-zorg) Als er sprake is van gepaard gaande aan Verblijf in dezelfde instelling heeft verzekerde ook aanspraak op de aanvullende voorzieningen, zoals geformuleerd in artikel 15 Bza. Als er sprake is van het consulteren, door een huisarts of medisch specialist, van een aan de instelling verbonden verpleeghuisarts of een arts verstandelijk gehandicapten ten behoeve van een niet in de instelling verblijvende verzekerde valt dit buiten de indicatiestelling door het CIZ. 2.2 Aanvullende functionele diagnostiek AWBZ-behandeling kan aangewezen zijn ten behoeve van aanvullende functionele diagnostiek. Deze onderscheidt zich van klinische basisdiagnostiek. 1 Gebaseerd op het AWBZ-kompas van CVZ. Versie 1 januari 2009 Pagina 4 van 9

Basisdiagnostiek hoort thuis in het tweede compartiment, de Zvw. De basisdiagnostiek is gericht op het stellen van de medische diagnose, inclusief het stadium van de ziekte, de stoornissen en een indruk van de beperkingen, en inclusief sociale context. De uitkomst ervan is de diagnose en een (globale) indruk van het functioneren van de patiënt. Na de basisdiagnostiek kan aanvullende functionele diagnostiek nodig zijn, in het bijzonder bij complexe problematiek. Deze aanvullende functionele diagnostiek is vooral gericht op het beperkingenniveau van de verzekerde, het onderzoeken welke behandeldoelen haalbaar zijn en het onderzoeken van behandelmogelijkheden (verbeteren van het functioneren van de verzekerde voor zover mogelijk, voorkomen van verergering van beperkingen en het zo lang mogelijk handhaven van zelfstandigheid). Op basis hiervan kan vervolgens een behandelplan worden op- of bijgesteld. De aanvullende functionele diagnostiek is specifiek gericht op de AWBZ grondslag en kan bij alle grondslagen aan de orde zijn. Daarbij is er vaak sprake van comorbiditeit, die van invloed is op de behandeling. Het gaat om multidisciplinaire zorg. 2.3 Kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden of gedrag Tot deze vorm van behandeling in het kader van de AWBZ wordt de behandeling gerekend die gericht is op het aanleren van nieuwe vaardigheden of gedrag, als dit een programmatische aanpak vereist waarvoor specifieke deskundigheid nodig is, namelijk die van een AWBZbehandelaar. Door het aanleren van nieuwe vaardigheden of gedrag kan de verzekerde in staat zijn om (toekomstige) verergering van zijn beperkingen te voorkomen. De nieuw aan te leren vaardigheden richten zich op het terugdringen van stoornissen en beperkingen. Tot de criteria voor kortdurende behandeling in het kader van de AWBZ worden gerekend: a. het moet gericht zijn op herstel of het aanleren van vaardigheden of gedrag; b. en er moet een concreet en haalbaar behandeldoel zijn waardoor blijvende verbeteringen in het functioneren worden bereikt/verwacht; c. en er moet een behandelplan zijn 2 ; d. en de verzekerde dient leerbaar/trainbaar te zijn; e. en er dient van behandeling in een multidisciplinaire zorgsetting sprake te zijn gecoördineerd door een hoofdbehandelaar; f. en de te geven behandeling dient een door de beroepsgroep geaccepteerde methode te zijn; g. en de te geven behandeling dient programmatische en doelmatig te zijn; h. en voor de behandeling is specifieke deskundigheid nodig, namelijk op het niveau van een AWBZ-behandelaar; i. en naar aard en inhoud mag de beoogde behandeling niet onder de Zvw-aanspraken (tweede compartiment) vallen. Het gaat om multidisciplinaire zorg. 2 Het opstellen van het behandelplan valt feitelijk onder de behandelvorm aanvullende functionele diagnostiek. Beide vormen van kunnen onderdeel uitmaken van één indicatiebesluit. Hiermee is het niet nodig om eerst een indicatiebesluit af te geven voor de behandelvorm aanvullende functionele diagnostiek en daarna voor de behandelvorm kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden of gedrag. Versie 1 januari 2009 Pagina 5 van 9

Kortdurende behandeling kan zich ook richten op mantelzorg in de directe omgeving van verzekerde, als dit ten goede komt aan de verzekerde. De is dan gericht op het aanleren van vaardigheden of gedrag aan de mantelzorger/gebruikelijke zorger hoe om te gaan met de gevolgen van de aandoening, stoornis of beperking van de verzekerde. Desalniettemin is de indicatie gesteld op naam van verzekerde en niet op naam van degene op wie de vaardigheids- of gedragstraining zich direct richt. 2.4 Consultatie Doel van het consulteren door huisarts of medisch specialist van een AWBZ-behandelaar ten behoeve van een niet in de instelling verblijvende verzekerde, kan bijvoorbeeld zijn om advies te krijgen over de behandeling, de aanpak, of om een behandelplan op te stellen. De huisarts of specialist blijft medisch verantwoordelijk. De AWBZ-behandelaar is incidenteel betrokken. In dit geval gaat het wel om monodisciplinaire zorg. Als er sprake is van het consulteren, door een huisarts of medisch specialist, van een aan de instelling verbonden verpleeghuisarts of een arts verstandelijk gehandicapten ten behoeve van een niet in de instelling verblijvende verzekerde valt dit buiten de indicatiestelling door het CIZ. 2.5 Medebehandeling Als een verzekerde met complexe, specifieke problematiek thuis verblijft, omdat bijvoorbeeld mantelzorgers opname wensen te voorkomen, kan er sprake zijn van medebehandeling. De huisarts blijft medisch eindverantwoordelijk, maar de aan de instelling verbonden verpleeghuisarts of een arts verstandelijk gehandicapten behandelt het specifieke AWBZ-probleem. De aan de instelling verbonden verpleeghuisarts of een arts verstandelijk gehandicapten is structureel betrokken. In dit geval is wel sprake van monodisciplinaire zorg. 2.6 Continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg AWBZ-zorg is in de meeste gevallen te typeren als CSLM-zorg. Het gaat om Continue, Systematische, Langdurige en Multidisciplinaire zorg. Vooral bij AWBZ-behandeling gaat het om dergelijke CSLM-zorg, meestal ook in combinatie met andere functies. Er bestaat complexe (multi-)problematiek waarbij specifieke deskundigheid zoals van een verpleeghuisarts, een arts verstandelijk gehandicapten, een gedragswetenschapper of paramedicus met specifieke kennis noodzakelijk is. Het doel is meestal niet herstel, maar het voorkomen van gevolgen/complicaties van de aandoening of het ontstaan van een met de aandoening gerelateerde stoornis. De problematiek is zo complex dat substantiële en duurzame coördinatie, regie en supervisie van een multidisciplinair zorgteam noodzakelijk zijn. Er is voortdurend afstemming nodig over wat de verschillende zorgdisciplines doen, zodat monodisciplinaire behandeling in principe geen AWBZ-zorg is. Versie 1 januari 2009 Pagina 6 van 9

Tot de criteria voor CSLM-behandeling in het kader van de AWBZ worden gerekend: a. het moet gericht zijn op het voorkomen van gevolgen/complicaties van de aandoening of het ontstaan van een met de aandoening gerelateerde stoornis of het handhaven van aanwezige mogelijkheden; b. en er moet een concreet en haalbaar behandeldoel zijn waardoor of blijvende verbeteringen in het functioneren worden bereikt/verwacht, of verslechtering wordt tegengegaan, of palliatie wordt geboden; c. en er moet een behandelplan zijn 3 ; d. en er dient van behandeling in een multidisciplinaire zorgsetting sprake te zijn gecoördineerd door een hoofdbehandelaar; e. en de te geven behandeling dient een door de beroepsgroep geaccepteerde methode te zijn; f. en de te geven behandeling dient programmatisch en doelmatig te zijn; g. en voor de behandeling is specifieke deskundigheid nodig, namelijk op het niveau van een AWBZ-behandelaar; h. en naar aard en inhoud mag de beoogde behandeling niet onder de Zvw-aanspraken (tweede compartiment) vallen. Het gaat om multidisciplinaire zorg. 3 Het opstellen van het behandelplan valt feitelijk onder de behandelvorm aanvullende functionele diagnostiek. Beide vormen van kunnen onderdeel uitmaken van één indicatiebesluit. Hiermee is het niet nodig om eerst een indicatiebesluit af te geven voor de behandelvorm aanvullende functionele diagnostiek en daarna voor de behandelvorm CSLM- zorg. Versie 1 januari 2009 Pagina 7 van 9

3 Indicatiecriteria De verzekerde kan toegang verkrijgen tot de functie als er sprake is van een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap. Als sprake is van een psychiatrische aandoening dan wordt, als onderdeel van voortgezet verblijf, alleen een indicatie voor gesteld wanneer de verzekerde na 365 dagen Verblijf in verband met nog steeds Verblijf in verband met behandeling nodig heeft. Om in aanmerking te komen voor de functie dient op basis van informatie van de behandelaar tevens te zijn vastgesteld, dat er een noodzaak is voor: 1. aanvullende functionele diagnostiek; 2. of kortdurende behandeling en/of het aanleren van vaardigheden of gedrag met een multidisciplinaire en specifieke aanpak in verband met kortdurende complexe problematiek; 3. of consultatie door een behandelaar; 4. of medebehandeling door een AWBZ-behandelaar op verzoek van een huisarts of medisch specialist in het 2 e compartiment; 5. of continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg. Versie 1 januari 2009 Pagina 8 van 9

4 Omvang en geldigheidsduur van de indicatie 4.1 Omvang Het CIZ stelt niet de omvang van de functie vast. 4.2 Geldigheidsduur Voor het vaststellen van de geldigheidsduur van de indicatie voor gelden de algemene criteria (zie bijlage Algemeen ). Daarnaast geldt het volgende. De geldigheidsduur voor een indicatie die gericht is op: 1. aanvullende functionele diagnostiek is maximaal drie maanden; 2. consultatie is maximaal 3 maanden; 3. medebehandeling is maximaal 1 jaar; 4. kortdurende behandeling is maximaal 1 jaar. Versie 1 januari 2009 Pagina 9 van 9