Schoon water uit suikerbieten

Vergelijkbare documenten
Waterkwaliteit 2: Natuur/chemie

De suikerfabriek is eigenlijk een waterfabriek

1.7 Innovatie Afsluitend... 16

1. De relativiteit van de effluentkwaliteit

Inhoud De oxidatiesloot: succesvolle Nederlandse ontwikkeling

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater

Productie van groene energie uit afval en afvalwater: rentabiliteit door duurzaamheid

Aanmaaktover 38 AANMAKEN 1 TON SUIKER PRIJS Vraag Wat is de prijs van het aanmaken en leveren van 1 ton suiker? Recept

Totale verwerking van mest en/of digestaat

De beste manier om het water te ontharden is om een wateronthardingseenheid te gebruiken en deze direct aan de waterbevoorrading aan te sluiten.

I feel goo o d! De wetenschap achter helder water voor tropische zoetwateraquaria

WORKSHOP KOSTENEFFICIËNT WATERMANAGEMENT AQUARAMA - TNAV. Donderdag 20 april 2006

De hoogwaardige zuivering van afvalwater papierfabrieken Eerbeek

Optimalisatie biologische afvalwaterzuivering

Organische vracht continue on-line bewaken. Peter-Jan van Oene, 8 november 2011, nieuwegein

Dit document is van toepassing op de vergunningaanvraag lozing brijn en reststromen waarbij effluent AWZI Suiker Unie als grondstof wordt ingenomen.

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-I

De duurzaamheid van perspulp

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

Eindexamen scheikunde 1-2 vwo 2008-II

De afvalwaterzuivering als energiefabriek

Warmtewisselaars project Diksap Opslag & Verwerking. Marc van Dijk & Gerard van de Graaf / Kapp

Van aardgas naar methanol

Demonamiddag 11 september 2012

4. In een bakje met natriumjodide-oplossing worden 2 loden elektroden gehangen. Deze twee elektroden worden aangesloten op een batterij.

Toiletpapier een waardevolle grondstof GaLiCos: Strippen NH 3 uit afvalwater

2 De zuivering van afvalwater Typen bedrijfsafvalwater De zuivering in vogelvlucht Afsluiting 21

AGENDAPUNT 9 ONTWERP. Onderwerp: Krediet renovatie rwzi De Meern Nummer: Voorstel. Het college stelt u voor om

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw

BAM - Bemonsterings- en analysemethodes voor bodem in het kader van het mestdecreet Bodem Bepaling van snel vrijkomende organische stikstof

2.2 De Weende-analyse bij veevoeding

De Weende-analyse bij veevoeding. Scheikunde voor VE41, Auteur: E. Held; bewerkt : door H. Hermans

Kolenvergasser. Kolenvergasser hdefc.doc

De compacte installatie voor de zuivering van industrieel afvalwater.

Organismen die organisch en anorganische moleculen kunnen maken of nodig hebben zijn heterotroof

Innovatieve mestverwerking op de boerderij

Quickscan energie uit champost

STIKSTOF & FOSFOR CURSUSBOEK NIEUWEGEIN

Waterontharder. Simpel Compact Economisch

Examentrainer. Vragen. Broeikasgassen meten in wijn. 1 Uitgeverij Malmberg. Lees de volgende tekst.

Hoofdstuk 3: Water, zuren en basen

Basiscursus Compostering

Full scale de-ammonificatie in de waterlijn

LUCHTVERONTREINIGING EN -ZUIVERING

CN-verwijdering uit afvalwater met Geavanceerde Oxidatie (AOP) met Lagedruk UVC-lampen en waterstofperoxide

Waterontharder. Simpel Compact Economisch. Powered by:

Figuur 1 Zuiveringsinstallatie

Productieproces Suiker. Praktische-opdracht door een scholier 1858 woorden 17 juli keer beoordeeld. Scheikunde

Rekenen aan reacties (de mol)

WAT BIED BORALIT AAN?

(Fermenteren) ECP technologie beschrijving. Proces: Anaerobe (Droge) vergisting

Tabel 1 - Waterkwaliteit voor een aantal parameters (indien geen eenheid vermeld is de eenheid in mg/l). aeroob grondwater

VOORSCHRIFTEN. behorende bij het ontwerpbesluit. betreffende de Wet milieubeheer voor de inrichting

Notitie: Toelichting op de mestverwerkingsinstallatie aan de Lage Haghorst 15 / 15a te Haghorst

Watervergunning. Inhoudsopgave

inbreng en heeft als gevolg minder scaling (kalkafzetting in de vorm van calciumcarbonaat).

8.1. Antwoorden door een scholier 1081 woorden 3 maart keer beoordeeld. Scheikunde 2.1 AFVAL

1 Inleiding Leerdoelen... 19

Brandstofcel in Woning- en Utiliteitsbouw

Vergisting van eendenmest

DEMONSTRATIEPROJECT D ECENTRALE AFVALWATERZUIVERING

Wageningen UR Livestock Research

Notitie. Inleiding. Belangrijke kostenposten. Groene weide

emissie broeikasgassen

OPTIES VOOR MESTVERWERKING

De klimaatneutrale waterketen

Suikers voor de industrie

KRW symposium 9 mei Epe. Anammox in de hoofdstroom: een quantum leap in stikstofverwijdering!

Fosfaatterugwinning Waterstromen Locatie Olburgen

AWZI Schiphol. Ervaringen met het DEMON-proces. Marthe de Graaff. 22 mei 2019

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011

MBTF. Milieutechniek. Impressie: Moving Bed Trickling Filter 19 februari 2006

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4.

BIOLOGISCHE AFVALWATERZUIVERING WERKT 66% GOEDKOPER NA OPTIMALISATIE

SPARK - riothermie. 29 september Rada Sukkar gfs@tauw.nl

FrieslandCampina Lochem Meet- en registratietabel


Mestverwerking in De Peel

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Systeemdocument AgriMoDEM mestraffinage

Online metingen maken het verschil!

1 Inleiding Leerdoelen... 21

EUROPEAN UNION SCIENCE OLYMPIAD ANTWOORDENBUNDEL TEST 1 13 APRIL 13, Land:

NATIONAAL RIJSTPROGRAMMA. Project: 9ACP RPR006 INFOFOLDER POST-HARVEST TECHNOLOGIE DROGEN VAN PADIE

Samenvatting: Scheikunde H4 Reacties met zoutoplossingen. Don van Baar Murmelliusgymnasium Leerjaar

Milieu. Waterkwaliteit: Denk aan: nitraat uitspoeling / erfwater / gewasbeschermingsmiddelen / alles wat oppervlakte- en grondwater kan vervuilen

Gemaakt door: Erik, Rens en Lorijn 3H4. Inleverdatum: ma 8 okt. 07

Gedeputeerde Staten provincie Drenthe UW CONTACTPERSOON Afd. Vergunningverlening, dhr. Struik

Duurzaam Legionella Beheer in Koeltorens. Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door SNN, koers Noord

efficiënte olieafscheider De meest

Workshop mestvergisting. Jan Willem Bijnagte CCS Energie advies

voor de deur Mobiele opvangmiddelen voor afvalwater Opslag van afvalwater Clean Water Mobiele waterzuiver

Samenvatting resultaten Technologiecluster endotoxinen en waswater

HR WKK met CO 2 winning

BVB Substrates. Kwaliteitskenmerken substraten voor openbaar groen

Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering,

SPECIALE EIGENSCHAPPEN TEKNOHEAT 650 A geeft een zilverachtige laag die een hitte tot +650 C kan verdragen.

De toegevoegde waarde van Ammonium in Kalksalpeter

Transcriptie:

Schoon water uit suikerbieten Voordracht uit de 17e vakantiecursus in behandeling van afvalwater 'Wat de industrie doet', gehouden op 13 en 14 mei 1982 aan de TH Delft. 1. Grondstof Samenstelling van de biet, splitsing in Produkten. Deze staan schematisch aangegeven in afb. 1. Uit deze simpele afbeelding zijn reeds een aantal belangrijke conclusies te trekken: Suiker is reeds in de biet aanwezig. De fabriek isoleert de suiker door verwijdering van de andere stoffen ('niet-suikers'). Zie de behandeling van het proces in paragraaf 2. 'Water' staat niet bij de omlijnde Produkten. Toch zal van de % (van het IR. R. DE VLETTER CSM Diemen Nederland! Wij komen hier in paragraaf 4 op terug. Het celsap van de biet bevat de suiker (16 %) samen met de andere oplosbare stoffen (2 %). Het percentage suiker in oplosbare droge stof (het 'reinheidsquotient') bedraagt dus in de ruwe grondstof reeds 16/18 x = 89 %. Wanneer dus ergens in het proces verliezen optreden, zullen deze steeds grotendeels uit suiker bestaan. Met andere woorden, suikerverlies en watervervuiling zijn direct gekoppeld. Tenslotte: afb. 1 heeft betrekking op een schone biet. Aan de geoogste bieten, geleverd aan de suikerfabriek, kleven grote hoeveelheden tarra (15-25 %). Over de invloed daarvan op de suikerverliezen wordt gesproken in paragraaf 4. PRODUKTEN Pulp < Schuimaardep Melasse p PROCES Geoogste Bieten Voorbehandeling van de biet Schone Bieten Ruwsap Extractie Sapzuivering Dunsap Kristallisalie en Suikerbehandeling Isuiker I en gebruiker EFFLUENTEN Transport en Waswater Schuimaarde Water Regeneratie Sapontharding Condensaat Condensor- Water Afb. 2 - Processchema van een suikerfabriek. bietengewicht), aangeduid als 'verdampt uit sap', ruim de helft fysiek overblijven. De rest verdampt in de koeltoren. Dat betekent dat een gemiddelde Nederlandse suikerfabriek, die ongeveer 7000 ton bieten per dag verwerkt, en die alle afvalwater volledig in recirculatie heeft, toch een onvermijdbare lozing overhoudt van ca. 0 m 3 water per dag. Nadere details in paragraaf 3. Het suikerverlies à 0,3 % is op te vatten als een variabele. Afhankelijk van de mate van sanering, treft men fabrieken aan met een minimum verlies van 0,1 à 0,15 % tot een maximum van 0,5 à 1 %. Dit laatste overigens niet (meer) in Afb. 1 - Samenstelling van biet en Produkten. % van de biel. SUIKER VERLIES 0.3 SCHUIMAARDE 7.5 Kalksteen CaCO Verdampt uit sap Diversen 2. Het processchema van een suikerfabriek Afb. 2 geeft een vereenvoudigd processchema van een bietsuikerfabriek. De bieten komen aan de fabriek, samen met alle akkergrond, blad, onkruid en andere ongerechtigheden, die bij het oogsten en bij de op- en overslag op de boerderij tussen de bieten zijn terechtgekomen (de tarra). Voorbehandeling. Het transport vanaf de losplaats of de opslag op het fabrieksterrein naar de fabriek gebeurt met transportwater. In deze transportweg zijn een aantal reinigingstrappen ingebouwd, zodat relatief schone bieten de fabriek ingaan. Extractie. De bieten worden in dunne reepjes gesneden die in continue apparaten in tegenstroom met warm water (70-75 ) Verdampt in pulpdrogerij SUIKER EIND PRODUKT 13.1 MELASSE 4.6 PULP 5.3 worden geëxtraheerd. De overblijvende pulp wordt, al of niet gedroogd, als veevoeder gebruikt. Sapzuivering. Het geëxtraheerde ruwsap is blauwgrijs van kleur en troebel. Door behandeling met kalk en koolzuurgas en enkele filtraties wordt het helder gemaakt. Het afgefiltreerde neerslag heet schuimaarde en vindt toepassing als kalkmeststof. Het lichtgele filtraat draagt de naam dunsap. Dit wordt van restanten opgeloste kalk ontdaan in de sapontharding met behulp van een kationenwisselaar in de natriumcyclus. Kristallisatie en suikerbehandeling. Hierbij moet het dunsap met 13 % drogestof worden ingedampt tot een oververzadigde suikeroplossing. Dit gebeurt om economische redenen grotendeels in een meertrapsverdamper. De dampen hiervan worden als verwarmingsmedium in het proces gebruikt. Ook uit de eindtrap, de kristallisatie (kookpannen) ontwijkt weer veel waterdamp. Door de kristallisatie wordt het sap uiteindelijk gesplitst in kristalsuiker (produkt) en moederloog (melasse). Melasse bevat nog % opgeloste suiker (ca. 2 % van de 16 % uit de biet) en wordt gebruikt in de veevoeder sector en als grondstof voor alcoholbereiding. In deze korte procesbeschrijving zijn alleen de hoofdpunten genoemd, die van belang zijn voor het inzicht in het ontstaan van de effluenten. 3. Proces-effluenten Oorsprong, hoeveelheid, samenstelling. In afb. 2 zijn een vijftal proces-effluenten genoemd. Cijfermateriaal voor de hoeveel-

HoO (15) 1982, nr. 25 665 TABEL I - Effluenten van een suikerfabriek. transport- en waswater (in circulatie) schuimaarde water regeneratie sa pontharding (Ophoudend) condensorwater (in circulatie) taal Hoeveelheid m' 5 /dag % biet bij 6000 t/d 800 4 5 25 0.000 2 1.0 30.000 mg/l Concentratie czv N kj 2.000 10.000 2.000 1 Kg/dag bij 6000 tb/d CZV Nkj 10.000 2.0 600 0 140xl0'2 140x10'-' + 4,57x6x102 heffing (gesaneerd, ongezuiverd): = 93.000 i.e. of 15 i.e. per ton 0,18 verwerkte 84Çf afkomstig van CZV; 16% van N idem ongesaneerd: 75 i.e. bieten per dag heden en de samenstelling is opgenomen in tabel 1. Transport en waswater van de bieten De aanhangende akkergrond wordt door wassen zoveel mogelijk verwijderd. Grof materiaal (blad, onkruid, stenen etc.) wordt door zeven en andere mechanische behandelingen verwijderd. Veel meer problemen geven de opgeloste verontreinigingen. Een biet is nu eenmaal een levend weefsel, opgebouwd uit plantencellen. Het massale gemechaniseerde proces van oogsten en transport (bruto.000 ton per dag) maakt een vrij ruwe behandeling vrijwel onvermijdelijk. Breuken en kneuzingen zijn normaal. Ook bij het wassen treden opnieuw beschadigingen op. Het celsap uit de beschadigde cellen komt in het water terecht en vormt de belangrijkste bron van verontreiniging met organische stof (CZV) van een suikerfabriek. Schuitnaar dew aler Het CaCO ;J) neerslag bevat suiker en ander organisch materiaal uit het sap. Bij de opslag van de natte filterkoek ontstaat door vochtafscheiding en regen een relatief kleine hoeveelheid sterk verontreinigd afvalwater. Regeneratie sapontharding Bij de regeneratie van de ionenwisselaars moet eerst het sap door water worden verdrongen. Het is niet mogelijk dit volledig te doen. Het mengsel van spoelwater en chloridehoudende regeneratie-oplossing vormt een problematisch afvalwater. 40 90 6x102 Condensaat en condensorwater Bij het indampen van de suikeroplossingen gaat niet alleen waterdamp over naar het. Dunsap bevat enkele honderden mg/l ammoniak, afkomstig van amidesplitsing in het alkanische sap. Vluchtige stoffen zoals azijnzuur en kleine hoeveelheden sap (nevel die de sapvangers passeert) zorgen voor een lichte organische verontreiniging van het. Bij de kristallisatie worden de dampen in mengcondensors neergeslagen. Het wordt daarbij gemengd met het condensorwater. Onder tabel I is een berekening uitgevoerd over de totale vervuiling van alle afvalwater. Een gemiddelde Nederlandse suikerfabriek, die 6000 à 7000 ton bieten per dag verwerkt, zou na sanering, doch zonder enige zuivering, ongeveer.000 i.e. aan watervervuiling produceren. Dat is 15 i.e. per ton verwerkte bieten per dag. Daarvan is 16 % afkomstig van de ammoniakstikstof. Zo'n 20 jaar geleden, toen de fabrieken nog niet gesaneerd waren, was de totale vervuiling ca. vijfmaal zo hoog. De sanering heeft echter vrijwel alleen betrekking op suikerverliezen. Oorspronkelijk was het stikstofaandeel dus niet meer dan 4 %, en nauwelijks de moeite waard om aandacht aan te besteden. Afb. 3 - Watervervuiling CSM suikerfabrieken % 60 10 Perjode van normal e technolog isch e ontwikkeling 1S 60 *v^_ '6 2 '6 4 4.1. Interne sanering Uit afb. 3 is af te lezen hoe deze in de tijd heeft plaatsgevonden. Tot 1965 is op de lozing bezuinigd, in hoofdzaak door overgang op continue werkwijzen. De grote interne sanering in de periode daarna, tussen 1965 en 1972 is voor de helft bereikt door de overgang van batterij diffusie op continue extractie van de bietensnijdsels. De andere helft is te danken aan doelgerichte verliesbestrijding. Nauwkeurige metingen met een mobiele auto- 80-20- "-.- Programma voor de beperking van de suikerverl lezen (sanering) s '66 >-- 'e 8 s In de huidige toestand echter, waar steeds meer CZV via anaerobe zuivering wordt verwijderd, stijgt het aandeel van de stikstof in de restvervuiling tot boven de %. Het belang van stikstofverwijdering wordt dus relatief steeds groter. 4. Interne sanering, recirculatie en zuivering Deze paragraaf geeft weer 'wat de industrie doet'. Het resultaat kan bekeken worden in afb. 3. De getrokken lijn geeft aan dat de watervervuiling van de suikerfabrieken van de CSM op dit moment is teruggebracht tot minder dan 0,5 % van de oorspronkelijke. Hoe is het mogelijk geweest om dat te bereiken? Daarbij springen drie belangrijke technologische ontwikkelingen naar voren: een gericht programma van bestrijding van suikerverliezen (interne sanering, paragraaf 4.1.) het ontwerpen van een geïntegreerd watersysteem met een maximum aan hergebruik (recirculatie, paragraaf 4.2.) de ontwikkeling van de anaerobe zuivering (paragraaf 4.3.2.). '7 0 '7 2 Re ei rcula van ""- het - '74 e en zulveri n afvalwater SUIKERVERLIES % OP BIET V '7 6 z '7 8 g '8 0 1,0 0,8 0,6 0,4 0,2 0,0

666 Bestrijding verliezen bij de bron Gl Waterzuivering in het circuit Terugname systeem (circuit) & : Waterzuivering Afb. 4 - Ontwikkeling watersystemen. de in effluent-stroom analyzer toonden de verliesbronnen aan, en maakten de bedrijfsleiding bewust van de mogelijke besparingen: 0,1 % suikerverlies betekent voor een fabriek van 7000 ton bieten per dag en campagnedagen 700.000 kilogram suiker, met een waarde (in de ingekochte bieten) van een half miljoen gulden per jaar, ongerekend de zuiverings- c.q. lozingskosten. In 1972 was met de interne sanering wel bijna het maximum bereikt. We hebben echterin paragraaf 3 gezien dat er een restverlies overblijft, afkomstig van beschadigingen aan de verwerkte bieten. Bewuste vermindering van deze beschadiging door toepassen van kortere valhoogten en betere wasapparatuur hebben het verlies ook na 1972 nog geleidelijk doen dalen van 0,20 tot onder de 0,15 %. Daarbij is 0,1 % wel de limiet. Verdere verlaging zou alleen mogelijk zijn door ontwikkeling van andere oogst- en transportmethoden. Daarbij speelt ook de hoeveelheid tarra een rol: een schonere biet behoeft minder intensief te worden gewassen [1, 2]. 4.2. Recirculatie Het toenemende verschil tussen de (gestippelde) verlieslijn in afb. 3 en de (getrokken) lijn van de vervuiling, in de laatste periode na 1972, is te danken aan recirculatie en waterzuivering, toegepast in een geïntegreerd watersysteem. De opbouw van zo'n systeem wordt schematisch weergegeven in afb. 4: Bij 1 zien we de oorspronkelijke fabriek met eenmalig gebruik en lozing van ingetrokken water (bovenste pijl) en produktie van (onderste pijl). In deze toestand kan alleen bezuinigd worden door de suikerverliezen 1 te minimaliseren. Bij 2 zien we een begin van hergebruik, dat echter spoedig gepaard zal gaan met ophoping van de vervuiling tot schade van onszelf en van de buren. Logische consequentie is de interne zuivering 3a, die het terugnamesysteem in goed bruikbare toestand moet houden. Het water hoeft daarbij niet aan hoge eisen te voldoen, mits het maar bruikbaar blijft voor het eigen bedrijf bijv. om bieten mee te wassen. Heel anders is het bij de lozing in het milieu, waar we te maken hebben met lozingseisen en heffingen. De eindzuivering 3b is dus principieel van een ander type dan 3 a. 3a: hoge belasting, effluent intern bruikbaar 3b: lage belasting, stikstofverwijdering, effluent met lage kosten te lozen. Het geïntegreerde watersysteem dat aldus ontstaat, wordt weergegeven in afb. 5: 1 is het terugnamesysteem voor transporten waswater. Hierin speelt de anaerobe zuivering een belangrijke rol; 2 het koelcircuit, omvat de condensors en de koeltoren of koelvijver; 3 zijn - en koelwaterstromen uit de fabriek, die te sterk vervuild zijn om zonder meer te lozen; 4 is dan de eindzuivering die de effluenten van 1, 2 en 3 moet kunnen verwerken. 4.3. Zuivering 4.3.1. Beluchtingsvijvers Toen de CSM in de 70'er jaren met toenemende heffingen werd geconfronteerd, moest snel een begin worden gemaakt met waterterugname. Een zuiveringssysteem, dat de zware vuillast van 10 tot 20 ton CZV per dag efficiënt zou kunnen verwerken, was niet voorhanden, en zo werd gekozen voor een tijdelijk systeem met beluchtingsvijvers, voorzien van drijvende oppervlaktebeluchters. Afb. 5 - Principe van de watersystemen bij CSM.! Î Was & Zwemwatercircuit Lozi ng Ontharding Koel 'ater Eindzuivering Daarbij werd wel hinder ondervonden van de opbouw van oplosbare (vetzuren) en onoplosbare (bacteriën) organische stof, maar de fabrieken voelden zich genoodzaakt dit tijdelijk voor lief te nemen. Via CZV-balansen bleek het zelfs mogelijk een zekere perfectionering en optimalisatie tot stand te brengen [3]. 4.3.2. Ontwikkeling anaerobe zuivering Inmiddels was Lettinga in 1971 in Wageningen begonnen het principe van anaerobe zuivering met methaangisting op laboratoriumschaal uit te testen. Proeven met afvalwater uit het was- en zwemwatersysteem van de CSM in 1972 en 1973 toonden aan dat de opgehoopte vetzuren het specifieke voedsel waren voor de methaanbacteriën, en voor nagenoeg % werden verwijderd. CSM en Wageningen zetten de proeven voort op pilot-plant schaal (6 rrf 3 ) in 1974 en 1975, waarbij nog gunstiger resultaten werden verkregen dan op het laboratorium. Dat was te danken aan de vorming van snel bezinkend korrelig slib, datin hoge concentratie in de reactor kon worden gehouden. Anders dan bij aerobe systemen waar steeds een derde fase (luchtzuurstof) nodig is, kan bij een anaerobe reactor worden volstaan met het influent in aanraking te brengen met het biologisch slib. Zo konden met de hoge slibconcentraties ook ongedacht hoge capaciteiten worden Afb. 6 - Anaerobe laboratorium-reactor, waaraan alle onderdelen te zien zijn, die ook in de grote reactoren aanwezig zijn. Afvoer Gas ifx J I Overloop Invoer Nabezinker Gastrechter Slibbed Anaerobe Zuivering (Laboratorium)

H 2 0(1S) 1982, nr. 25 667»* 4.3.3. Aerobe eindzuivering We hebben gezien dat als afsluiting van het geïntegreerde watersysteem een aerobe nazuivering nodig is, waarbij ook de ammoniakstikstof wordt verwijderd. Zowel op laboratoriumschaal, als in praktijkinstallaties blijkt het goed mogelijk alle effluenten van een suikerfabriek op deze wijze te zuiveren. Nitrificatie verloopt evengoed als bij huishoudelijk afvalwater, er is voldoende organische stof beschikbaar voor de reductie via denitrificatie van het nitraat. Een jaarlijks toenemend aantal Nederlandse suikerfabrieken wordt van een dergelijke eindzuivering voorzien. De meeste anderen weten zich nog te behelpen met een eenvoudige nabeluchting in een vijver. Afb. 7 - Industriële anaerobe reactor van 1 m 3. C'SM-suikerfabriek Breda. bereikt (omzettingen tot 30 kg C'ZV per m :i. d.) (afb. 6). Naar aanleiding hiervan werd in samenwerking met TH Delft (ir. R. R. van der Meer) en met overheidssubsidie een schaalvergrotingsprogramma opgezet: 1976-30 m :! ; 1977 - m :!. De reactor van nr! was bedoeld als praktijktest en tegelijk demonstratieproject. Aan de officiële ingebruikstelling door de Directeur Generaal Milieuhygiëne ir. W. C. Rey, is door het tijdschrift H..O uitvoerige aandacht besteed [4]. Meteen het jaar daarop (1978) werd de eerste industriële installatie in Halfweg gebouwd, en nu zijn 5 van de 10 Nederlandse suikerfabrieken hiermee voorzien (afb. 7). Daarnaast zijn op dit moment in binnen- en buitenland bij allerlei agrarische industrieën nog een 20-tal installaties in gebruik of in aanbouw. De totale capaciteit van deze 25 installaties bedraagt ruim 2 miljoen i.e. De potentiële gasproduktie is meer dan 1.000 m ;i methaan per dag. De jaarkosten zijn bij volledig gebruik van het methaangas vrijwel nihil. De slibproduktie is 1/5 à 1/10 van die van een aerobe installatie. Tot nu toe wordt bijna alle surplus-slib gebruikt voor het opstarten van nieuwe installaties. Het slib kan korter of langer ongevoed worden bewaard, en wordt daarna bij belasting direct weer actief. Een campagnebedrijf zet de reactor dus rustig 9 maanden stil. Belastingschommelingen worden geruisloos opgevangen door het aanwezige slib. De reactor vraagt dan ook nauwelijks enige bediening: men registreert het influent-debiet, ph, temperatuur en gasproduktie. Alleen als deze waarden buiten het ingestelde traject komen is ingrijpen nodig. 4.4. Het lot van de organische watervervuiling In tabel I is reeds aangegeven uit welke bronnen de totale organische vervuiling van een suikerfabriek afkomstig is. Waar deze organische stof tenslotte blijft, is te zien in afb. 8. In 1977 werd ongeveer 2/3 gedeelte afgebroken door de oppervlaktebeluchters, terwijl de rest werd geloosd, of opgeslagen in het watersysteem en in de gedeponeerde tarra. De daarna ontwikkelde zuiveringssystemen: anaerobe zuivering (AZ) en aerobe eindzuivering (EZ) zullen dit jaar reeds meer dan de helft voor hun rekening nemen, terwijl de lozing is gedaald tot enkele procenten. Het aandeel van AZ + EZ zal op den duur vermoedelijk stijgen tot 80 à 90%. 5. Toekomstverwachting In de voorafgaande paragrafen is uiteengezet hoe ter vermindering van de be- Afb. 8 - De totale watervervuiling met oplosbaar organisch materiaal wordt verdeeld over zuivering, opslag in het systeem en lozing. Zuivering door beluchtingsvijvers, anaerobe zuivering (AZ) en aerobe eindzuivering (EZ). Het succes en de snelle penetratie van deze nieuwe technologie zijn te danken aan een aantal specifiek gunstige eigenschappen: Energie. Per kg omgezette CZV vraagt een actief slibproces 0,5 tot 1,5 kwh voor beluchting. Een methaan reactor levert 3 kwh verbrandingsenergie. Capaciteit. Per volume-eenheid is de capaciteit 6 tot 10 keer zo hoog als bij een actief slibinstallatie. De investeringskosten zijn een factor 4 tot 6 kleiner. 1977 '79 '80 '81 '82?

668 lasting van het water met organische stoffen een systematisch programma is afgewerkt, waarbij aan interne sanering voorrang is gegeven boven zuivering. De belasting met stikstofverbindingen echter, is tot nu toe vrijwel uitsluitend met biologische zuivering bestreden en niet via bestrijding bij de bron. Voor de chloride-houdende oplossingen afkomstig van het regenereren van de CQO NaCl (F) 12 11 9,2 B Kalk ing Di ksap naar RUW SAP 1 r 1r 1 Carbonatatie i f 2 Carbonatatie i r Onthard ing ir Verdamping i kookstat sapontharding, is bestrijding bij de bron de enige mogelijkheid. Er is nu door het Centraal Laboratorium van de CSM te Breda (dr. ir. P. W. van der Poel) een werkwijze voorgesteld, om het proces zodanig aan te passen dat beide verontreinigingen ammoniak en chloride, bij de bron worden bestreden. Het principe hiervan kan worden verklaard met behulp van de afb. 9a en b. Ontleding Amiden R-C C =0 - C00" NH2 NH2 * C 0 C 3 H20 + i* Oplossing -, L Lozen Chloriden H20 NH3 * C02 on Ammoni ak - houdend Afb. 9a - Ontstaan van ammoniakhoudend en chloride oplossing bij sapzuivering en verdamping. Afb. 9b - Mogelijke ingrepen in het proces volgens 9a, welke de verontreiniging met ammoniak en chloriden bij de bron bestrijden. CaO 12 11 9,2 Gehe 8 RUWSAP i Kalkin g I e 1 Carbonatatie _ Terugvoer van r _ 1 ammonium 2 Carbonatatie carbonaa! 1r Onthard ing ;l of grot endeels v r Verdamping R-C C = 0 - C00" NH2 NH2 H20 + NH, + rvalten :o 3 H20 NH3 + C02 Overschot geconc. ammoniak t F r a c f i o n e r e n - _J^_ Ammoniakvrij Afvoeren Afb. 9a geeft de huidige werkwijze bij de sapzuivering: in de hoofdkalking worden bij ph = 12 en temperatuur = 85 C de amiden uit het ruwsap gesplitst, waarbij ammoniak vrijkomt. Met CO., wordt de ph in twee trappen verlaagd tot 9,2 waarbij het CaCOg neerslag wordt afgefiltreerd. In de verdamping ontwijkt ammoniak, waardoor de ph verder daalt. Om daarbij te voorkomen dat kalk op de verwarmende oppervlakken neerslaat, is voorafgaande ontharding noodzakelijk. In afb. 9b is aangegeven hoe het gestript wordt, waarbij een geconcentreerde oplossing van ammonium-carbonaat ontstaat. Deze wordt gedeeltelijk in het sap van de tweede carbonatatie teruggebracht, zodanig dat de hoge carbonaatconcentratie de hardheid van het sap zo ver terugdrukt, dat de ontharding geheel of grotendeels overbodig wordt. Het niet teruggevoerde ammonium-carbonaat vertegenwoordigt de netto produktie van de fabriek en kan worden afgevoerd en gebruikt als meststof. Alle beschreven processen bevinden zich in het ontwerp-stadium. De consequenties voor het suikerbedrijf worden reeds enkele jaren beproefd in de fabrieken van de CSM. De uitvoerbaarheid van het stripproces, en met name de energetische gevolgen ervan zijn in studie bij DSM, in het kader van een gesubsidieerd project 'stoomstrippen van ammoniak' van de Werkgroep Stikstofverwijdering. Mocht een en ander tot succes leiden, dan kan men zich een suikerfabriek voorstellen met een tweetal volledig gesloten watercircuits, en een produktie van ammoniakvrij, hetwelk als laatste fractie uit de biet kan worden afgescheiden als 'schoon water uit suikerbieten'. Literatuur 1. Vletter, R. de and Gils, W. van. Influence of mechanical handling of sugarbeet on siiger yield in the factory. The Sugar Journal, January 1976, 8-13. 2. Vletter, R. de and Gils, W. van. Sugar Losses in beet washing. International Sugar Journal 76 (1974), 233-236, 266-269. 3. Vletter, R. de and Wind, E. COD balances as a tool in the wastewater management of sugarfactories. CITS, 15th general assembly, Vienna, 1975. Zucker 29 (1976), 53-57. 4. Diverse artikelen in H.,0 10 (1977), no. 23, biz. 526-533. Dik sap naar r <ookstatio 1