B en W-nummer ; besluit d.d Concept-beleid verkamering. Besluiten:

Vergelijkbare documenten
Tijdelijke beleidsregel onttrekkingsvergunningen gemeente Leiden 2018

Beleidsregels onttrekking en woningvorming 2019

de heer A.A. Quist Tweede Jan Steenstraat VM Amsterdam Geachte heer Quist,

De heer Haase Oude Vest XP LEIDEN. Geachte mevrouw/heer,

de heer G.A. Teske Lage Rijndijk JZ Leiden Geachte heer Teske,

Beleidsregel kamerverhuur en woningsplitsing

beleidsregel Splitsen woningen

De heer A.J.M. van der Torre Kievitstraat ES Alphen a/d Rijn. Geachte heer Van der Torre,

De factuur voor de leges voor de onttrekkingsvergunning wordt u zo spoedig mogelijk nagestuurd.

Uitvoeringsbesluit kamerverhuurpanden Voorne Putten 2014

Huisvestingsverordening 2016

vaststellen beleidsregels woongroepen(3b, 2014, 96) Brengen ter algemene kennis dat zij in hun vergadering van 13 mei 2014 hebben besloten:

b. Burger servicenummer : c. Adres - straat + huisnummer : - postcode + plaats : d. Telefoonnummer :

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar

Aanvraagformulier vergunning op grond van de Huisvestingsverordening gemeente Medemblik

B en W nummer ; besluit d.d

huisvestingsverordening kamerbewoning Lith Dienst/afdeling SLWE

Onzelfstandige woonruimte Beleidsuitgangspunt Belangenafweging Toets op leefbaarheid

OMGEVINGSVERGUNNING Datum: 11 november 2014

Studentenhuisvesting in goede banen. Vergadering Presentatie, :00 uur

Beleidsregels wijzigingen in de woonruimtevoorraad

Beleidsregels wijzigingen in de woonruimtevoorraad

eurne Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben de omgevingsvergunning verleend. U vindt de vergunning in de bijlage.

Ontwerp Omgevingsvergunning

(ONTWERP) OMGEVINGSVERGUNNING

BEOORDELING GELUIDWERING WOONSTUDIOS HELFTHEUVEL 3840-R-V1.0

Omgevingsvergunning UV/

Wijziging Bouwverordening Gemeente Terneuzen. De gewijzigde Bouwverordening van de gemeente Terneuzen vast te stellen.

[ONTWERP] Omgevingsvergunning UV 31844

Uw aanvraag is geregistreerd onder nummer WABO / OLO. In deze brief informeren wij u welke beslissing op de aanvraag is genomen.

Beleidsregels voor het plaatsen van een tijdelijke woonvoorziening

Aanvraag omzettingsvergunning (artikel 30 lid 1 Huisvestingswet)

Beleidsregel voor het tijdelijk plaatsen van vervangende woonruimte (artikel 2.12, lid 2 en artikel 2.23 Wabo)

eurne Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben de omgevingsvergunning verleend. U vindt de vergunning in de bijlage.

Reclameverordening gemeente Utrecht 2017

eurne Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben de omgevingsvergunning verleend. U vindt de vergunning in de bijlage.

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

U ontvangt hierbij het ontwerpbesluit tot het verlenen van de door u gevraagde omgevingsvergunning.

Naam medewerker (nummer):. Datum:.. Adres (aanvraag):... Huisnummer (aanvraag): Toevoeging:... Naam eigenaar/contactpersoon:...

ADVIES. Pagina 1 van 6. Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften. Secretariaat info@adviescommissiebrandveiligheid.

1. Uitwerking bij artikel 2, eerste lid onder a Aanwijzing vergunningplichtige woonruimte

U ontvangt hierbij het ontwerpbesluit tot het verlenen van de door u gevraagde omgevingsvergunning.

Toelichting aanvraagformulier woningonttrekkingsvergunning gemeente Alkmaar

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Splitsingsverordening

Gebr. van Stiphout Projectontwikkeling B.V. Postbus AA SINT-OEDENRODE. Geachte heer Merks,

eurne Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben de omgevingsvergunning verleend. U vindt de vergunning in de bijlage.

BELEIDSREGEL NIET-ZELFSTANDIGE WOONRUIMTEN (KAMERVERHUUR)

ECLI:NL:RVS:2012:BY5138

OMGEVINGSVERGUNNING OV

ONTWERP Omgevingsvergunning Zaaknummer

Uitvoeringsbesluit kamerverhuur Hellevoetsluis 2012:

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING LET OP! Dit is nog geen omgevingsvergunning. Hiermee kunt u nog niet starten met de werkzaamheden.

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Ontwerp omgevingsvergunning

Postbus AA Enschede. Hengelosestraat 51

Voor wat betreft het aspect mantelzorg is specifiek beleid geformuleerd (Beleidsregels Huisvesting ten behoeve van mantelzorg gemeente Noordenveld).

Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Het in gebruik nemen en verbouwen van een vakantie-appartementsgebouw.

het oprichten van een appartementengebouw Onyxdijk 167 te Roosendaal

OMGEVINGSVERGUNNING VOORBLAD

eurne Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben de omgevingsvergunning verleend. U vindt de vergunning in de bijlage.

GEVELRECLAME-UITINGEN

Uitvoeringsinstructie 12

Huisvestingsverordening Breda 2015

Hoofdstuk 2. Wijzigingen in de woonruimtevoorraad Paragraaf 2.1 Vergunning voor onttrekking, omzetting en woningvorming

Omgevingsvergunning. Kenmerk: HZ_WABO

De aanvraag betreft de volgende activiteit(en): - Bouwen (art. 2.1 lid 1a)van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht)

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

beschikking omgevingsvergunning Registratienummer:

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Reactienota zienswijze ontwerpbestemmingsplan Wierum- Pastorijstrjitte 9

Verordening voor kamerverhuur- en

Doel van dit voorstel: De ingediende aanvraag om omgevingsvergunning planologisch mogelijk maken.

Omgevingsvergunning Zaaknummer

U ontvangt hierbij het ontwerpbesluit tot het verlenen van de door u gevraagde omgevingsvergunning.

G & S Vastgoed bv I Taal Gustav Mahlerlaan MC Amsterdam. Betreft: Omgevingsvergunning

Amste 9 5. Dienst Milieu en Bouwtoezicht 2 7 JAN, Reguliere bouwvergunning adres Snijdersbergweg 97. gewaarmerkte stukken datum.

datum x kenmerk x uw kenmerk/brief van x doorkiesnummer x 2 juni

OMGEVINGSVERGUNNING (REGULIER)

Gewaamierkte documenten

Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie, (sub)brandcompartimentering Datum: 7 oktober 2010

B en W nummer ; d.d

datum x kenmerk x uw kenmerk/brief van x doorkiesnummer x 7 april

Gelet op de projectomschrijving en op artikel 2.4 van de Wabo zijn wij in dit geval het bevoegde gezag om op de aanvraag te beslissen.

Beschrijving. Daglicht uit smalle steeg. Advies Definitief

Besluit Wij besluiten de omgevingsvergunning te verlenen. Voor de motivering verwijzen wij naar het hiervoor vermelde onderdeel.

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING (UITGEBREID)

Wonen in de regio Amsterdam. Globale inhoud Regionale Huisvestingsverordening Stadsregio Amsterdam 2010

Omgevingsvergunning. Gebleken is dat uw aanvraag voldoet en daarom verlenen wij u de omgevingsvergunning waarom u heeft gevraagd.

Verlenen omgevingsvergunning Wij hebben de omgevingsvergunning verleend. U vindt de vergunning in de bijlage.

Besluit Hogere waarde Wet geluidhinder, artikel 110a

3 Besluit Gelet op artikel 2.1 van de Wabo besluiten wij de omgevingsvergunning te verlenen voor de volgende activiteiten:

Toezicht & Handhaving in de Gemeente Meerssen

Omgevingsvergunning Zaaknummer

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Beleidsregels Leegstandwet

Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.10 Wabo. De volgende activiteiten zijn beoordeeld aan:

O M G E V I N G S V E R G U N N I N G

Verordening houdende regels betreffende de verdeling van woonruimte en het wijzigen van de woonruimtevoorraad gemeente Sliedrecht 2011

Bestemmingsplan Onzelfstandige bewoning Enschede

Transcriptie:

B en W-nummer 17.0161; besluit d.d. 28-3-2017 Onderwerp Concept-beleid verkamering Besluiten: 1. de beleidsregels voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in concept vast te stellen; 2. de conceptbeleidsregels toe te sturen aan belanghebbenden zoals woningcorporaties, wijkverenigingen en personen die eerder in het proces betrokken zijn geweest en hen gedurende een periode van 6 weken in de gelegenheid te stellen om te reageren op het concept; 3. de concept beleidsregels met een begeleidende brief toe te sturen aan de gemeenteraad om de raadsleden in de gelegenheid te stellen om hun gevoelens over het voorgenomen beleid aan het college kenbaar te maken Perssamenvatting: Het College heeft besloten om hinder door verkamering tegen te gaan door bouwtechnische maatregelen te koppelen aan de onttrekkingsvergunning. Dit collegevoorstel betreft het concept-beleid om dit doel te bewerkstelligen

Burgemeester en Wethouders Retouradres: Postbus 9100, 2300 PC Leiden Aan de gemeenteraad van Leiden Bezoekadres Postadres Telefoon E-Mail Website Gemeente Leiden Stadhuis Stadhuisplein 1 Postbus 9100 2300 PC Leiden 14071 l.engelbertink@leiden.nl www.leiden.nl/gemeente Datum 28-3-2017 Contactpersoon L. Engelbertink Ons kenmerk Z/17/419638 Doorkiesnummer 5359 Onderwerp Concept-beleid verkamering Geachte Raadsleden In 2011 heeft u besloten om de regulering van verkamering te versoepelen. Dit geldt zowel voor de Huisvestingsverordening, als voor de bestemmingsplannen. Naar aanleiding daarvan zijn het aantal signalen van woonoverlast door verkamering toegenomen. Vanuit daar heeft u op 31 maart 2016 gekozen om woonoverlast te verminderen door bouwtechnische maatregelen te koppelen aan de onttrekkingsvergunning (RV 16.0014). Aan uw Raad is de toezegging gedaan dat wij dit kwartaal aangeven hoe het hier vorm aan gegeven wordt. Als bijlage is het resultaat van deze toezegging, het concept-beleid, toegevoegd. Om de afweging te kunnen maken wanneer situaties niet gewenst zijn, zijn conceptbeleidsregels geformuleerd. Toekomstige aanvragen voor woningonttrekking ten behoeve van verkamering worden op basis hiervan beoordeeld. De beleidsregels zijn daarmee te zien als een uitwerking van de weigeringsgronden, maar dienen ook als middel om meer voorwaarden te koppelen bij de aanvraag. De beleidsregels worden tevens toegepast bij eventuele intrekking van een onttrekkingsvergunning van de Huisvestingswet en bij de bevoegdheid tot opleggen van de plicht tot het treffen van voorzieningen als bedoeld in artikel 13 van de Woningwet bij woonruimten die eerder zijn omgezet naar onzelfstandige woonruimten. Deze bevoegdheid om in bestaande situaties extra voorzieningen op te leggen is overigens alleen mogelijk in exceptionele gevallen van overlast. Het verminderen van overlast wordt via drie lijnen nagestreefd: 1. Opleggen van woon- en leefregels als voorwaarde aan de onttrekkingsvergunning. Voortschrijdend inzicht leidde ons tot deze extra mogelijkheid. Op deze manier kan ook overlast gevend gedrag worden gereguleerd met de mogelijke sanctie om de onttrekkingsvergunning in te trekken. Deze extra mogelijkheid komt volgens ons tegemoet aan de wensen van uw Raad; 2. Bouwkundige maatregelen om geluidsoverlast te verminderen; 3. Koppeling met melding brandveilig gebruik. Als bijlage is het concept-beleid toegevoegd. Wij vragen uw Raad om desgewenst uw gevoelens kenbaar te maken aan het college over het voorgenomen beleid. Het conceptbeleid zal ook worden toegestuurd aan partners in de stad en alle partijen die deelgenomen hebben in het besluitvormingsproces. Zij worden zes weken in gelegenheid gesteld om te reageren. Aangezien een besluit over een aanvraag om een onttrekkingsvergunning ten

Datum 28 maart 2017 Gemeente Leiden Kenmerk Z/17/419638 Pagina 2 / 2 behoeve van verkamering een bevoegdheid is van het college, zal het beleid over hoe deze bevoegdheid door het college wordt toegepast in het licht van het verminderen van overlast, uiteindelijk na het verwerken van eventuele reacties door het college definitief worden vastgesteld. De planning is dat dit na de zomer 2017 zal gebeuren. Hoogachtend, Burgemeester en Wethouders van Leiden, de Secretaris, de Burgemeester,

Beleidsregels voor het omzetten van zelfstandige woonruimte Aanleiding en uitgangspunten Het College van B&W onderkent de volgende beleidsuitgangspunten bij het omzetten van zelfstandige woonruimte naar onzelfstandige woonruimte (verder onttrekking genoemd): - Er is in Leiden een duidelijke behoefte aan woonruimte bij studenten en jongeren. - Leiden wil deze groep de kans bieden op een wooncarrière in de stad. Onzelfstandige woonruimte kan daarbij een goede opstap zijn naar eigen woonruimte in de stad - Het College van B&W wil voor deze behoefte openstaan door uit te gaan van ja, mits bij omzetting naar onzelfstandige woonruimte, namelijk mits het woon- en leefklimaat in de omgeving van de woning waarop de aanvraag om een onttrekkingsvergunning betrekking heeft, voldoende is gewaarborgd. - Het College van B&W maakt hiertoe een integrale afweging tussen de belangen van de inwoners van Leiden en de vraag vanuit woningzoekenden naar onzelfstandige woonruimte. - De belangen van bewoners en hun leefomgeving worden primair geborgd door een minimale bouwkundige kwaliteit op het gebied van brandveiligheid en geluidswering als voorwaarde voor een omzettingsvergunning voor woonruimte en door het voorschrijven van woon- en leefregels (waaronder de bekendmaking van een contactpersoon voor omwonenden met klachten omtrent overlast), waarmee vergunninghouders op hun goed verhuurderschap kunnen worden aangesproken indien in of vanuit hun verkamerde woning overlast veroorzaakt wordt. Om de afweging te kunnen maken wanneer situaties niet gewenst zijn, zijn beleidsregels geformuleerd. Toekomstige aanvragen voor woningonttrekking, waaronder de aanvraag van een omzettingsvergunning als bedoeld in artikel 2 van de Huisvestingsverordening, onderdeel woonruimtevoorraad, Leiden 2015 van burgers of ondernemers worden op basis hiervan beoordeeld. De beleidsregels zijn daarmee te zien als een uitwerking van de weigeringsgronden genoemd in artikel 5, aanhef en onder b, van de Huisvestingsverordening. De beleidsregels worden tevens toegepast bij eventuele intrekking van een onttrekkingsvergunning op grond van artikel 26 van de Huisvestingswet. Ook bij een eventueel onderzoek naar de toepassing van de bevoegdheid tot opleggen van de plicht tot het treffen van voorzieningen als bedoeld in artikel 13 van de Woningwet bij woonruimten die eerder zijn omgezet naar onzelfstandige woonruimten kunnen deze beleidsregels een rol spelen als afwegingskader. Deze bevoegdheid om in bestaande situaties extra voorzieningen op te leggen is overigens alleen mogelijk in exceptionele gevallen van overlast. Dit document bevat de beleidsregels als bedoeld in de huisvestingsverordening 1, een toelichting op de beleidsregels, bijlage I met daarin een uitwerking van de bouwkundige eisen, bijlage II met daarin het toetsingskader voor de woon- en leefregels en bijlage III met daarin in het aanvraagformulier voor de onttrekkingsvergunning en een toelichting daarop. 1 De Huidige huisvestingsverordening dient na overeenstemming over de beleidsregels aangepast te worden. 2

Beleidsregels voor het beoordelen van de vergunningaanvraag voor omzetting van zelfstandige woonruimte naar onzelfstandige woonruimte Algemeen 1. Indien sprake is van melding plichtig gebruik als bedoeld in artikel 1.18 van het Bouwbesluit, zal het gemeentebestuur, om het belang van brandveiligheid te benadrukken, pas een onttrekkingsvergunning verlenen nadat deze melding brandveilig gebruik is gedaan. Is de melding ten onrechte niet (eerder of gelijktijdig) gedaan, dan wordt de aanvraag na ongebruikte mogelijkheid om alsnog een melding te doen buiten behandeling gelaten 2. 2. Aan het verlenen van de vergunning kunnen voorwaarden worden verbonden tot het treffen van bepaalde voorzieningen. Het in gebruik nemen van de onzelfstandige woonruimte is niet toegestaan alvorens de betreffende voorzieningen zijn aangebracht. 3. De voor verkrijging van de onttrekkingsvergunning voorgeschreven voorzieningen moeten in stand worden gehouden. Weigeringsgronden voor een aanvraag 4. Op een verzoek om een vergunning voor omzetting van zelfstandige naar onzelfstandige woonruimte wordt behoudens de overige bepalingen in deze beleidsregels - positief beschikt, op voorwaarde dat: a. het omzetten betrekking heeft op een woning waarvan aanvrager aantoont dat wordt voldaan aan de voorschriften voor geluidwering tussen (verblijfs)ruimten van de woning waarop het verzoek om onttrekking betrekking heeft, en een verblijfsruimte gelegen in aangrenzende woningen als vereist in artikel 3.16 en 3.17 van het Bouwbesluit 2012, en b. de aanvrager woon- en leefregels overlegt die ten minste de aspecten bevatten die in bijlage II zijn genoemd en die onlosmakelijk onderdeel uitmaken van de huurovereenkomst met de bewoners van de woning waarop het verzoek om onttrekking betrekking heeft. 5. Aan de in artikel 4a genoemde voorwaarde wordt geacht te zijn voldaan, indien a. de volgende (bouwtechnische) voorzieningen aanwezig zijn: i. voor een woningscheidende wand: een voorzetwand met een dikte van tenminste 100 mm, waarmee tenminste wordt voldaan aan kwaliteitscijfer 3 volgens NEN 1070, zoals beschreven in bijlage 1; ii. op een woningscheidende vloer: een droge verend opgelegde dekvloer met een dikte van tenminste 30 mm, waarmee tenminste wordt voldaan aan kwaliteitscijfer 3 volgens NEN 1070, zoals beschreven in bijlage 1; iii. een op de voordeur aangebrachte voorziening, bijvoorbeeld een deurdranger, ter voorkoming van geluidsoverlast als gevolg van het dichtslaan van de voordeur; iv. indien een trap aanwezig is, een op alle traptreden aangebrachte geluiddempende bekleding; b. uit destijds verleende bouwvergunning dan wel de omgevingsvergunning voor bouwen blijkt dat de woning aan de nieuwbouweisen voor geluidswering voldoet (NEN 5070, geluidswering 2 Voor deze bepaling is het noodzakelijk om de verordening aan te passen waarbij de melding brandveilig gebruik als indieningsvereiste voor een onttrekkingsvergunning wordt opgenomen. 3

klasse III) en er sindsdien geen verbouwingen hebben plaatsgevonden die afbreuk hebben gedaan aan de geluidwering. 6. Van de onder artikelen 4a en 5 genoemde voorwaarden kan worden afgeweken, indien de locatie van de woning zodanig is dat zonder de genoemde maatregelen geen sprake zal zijn van overlast, bijvoorbeeld bij een vrijstaand gebouwde woning of het ontbreken van geluidgevoelige objecten in de directe omgeving. 7. In aanvulling op de in artikelen 4 en 5 genoemde voorwaarden kan een onttrekkingsvergunning worden geweigerd, indien: a. specifieke bouwkundige voorzieningen ontbreken die ter bescherming voor een aanvaardbaar woon- en leefklimaat noodzakelijk worden geacht, of b. een aanvaardbaar woon- en leefklimaat binnen het beoogde gebruik niet mogelijk wordt geacht. Opleggen van aanvullende maatregelen of intrekking van de vergunning 8. In een onttrekkingsvergunning wordt bepaald dat bij wijziging van de houder van de vergunning het gebruik als onzelfstandige woonruimte niet eerder is toegestaan dan dat er aan de gemeente is medegedeeld wie de nieuwe vergunninghouder is en dat het gebruik ongewijzigd wordt voortgezet. 9. Indien er sprake is van overlast kan worden geconcludeerd dat er strijdigheid is met de woonen leefregels en is er een grond om de omzettingsvergunning te kunnen intrekken dan wel aanvullende maatregelen op te leggen om het woon- en leefklimaat rond de betreffende woning te waarborgen op het niveau zoals in deze beleidsregels is voorzien. 10. Bij eventuele toepassing van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 13 van de Woningwet zijn het beschermingsniveau en de maatregelen als beschreven in deze beleidsregels van toepassing. Bijlagen 1. Technische uitwerking geluidwering (PM) 2. Toetskader woon- en leefregels 3. Aanvraagformulier en toelichting (PM) Toelichting op de beleidsregels Algemeen Doel van een onttrekkingsvergunning is dat de gemeente kan beoordelen of de omzetting van zelfstandige naar onzelfstandige woonruimte niet leidt tot een onaanvaardbaar woon- en leefklimaat. Aspecten die daarbij een rol spelen zijn met name geluidsoverlast naar omwonenden en andere overlast door bijvoorbeeld foutief geplaatste fietsen. Bij een verzoek aan de gemeente om een woning te mogen verkameren moet dan ook informatie worden meegeleverd op basis waarvan de gemeente kan beoordelen in hoeverre hier al dan niet sprake van is. Welke informatie dit betreft is opgenomen in de huisvestingsverordening en is tevens opgenomen in het 4

aanvraagformulier. Deze beleidsregels vormen het kader waarbinnen de gemeente beslist over het al dan niet verlenen van de vergunning. De gemeente Utrecht heeft in december 2015 vergelijkbaar beleid vastgesteld om hinder door verkamering te verminderen. Zij stellen ook dat bij de onttrekkingsvergunningaanvraag de woning moet voldoen aan geluidseisen nieuwbouw conform NEN5077. Het niet voldoen aan deze voorwaarde dient als weigeringsgrond bij de vergunningverlening. Daarnaast stelt de gemeente Utrecht de voorwaarde van goed verhuurder schap, om de leefbaarheid ook na de vergunningverlening te bevorderen. Deze zijn overeenkomstig met de door ons opgestelde woonen leefregels. De eerste praktijkervaring van de gemeente Utrecht leert dat er ongeveer één derde minder onttrekkingsvergunning aanvragen binnengekomen zijn en van dit gereduceerde aantal aanvragen er verhoudingsgewijs meer geweigerd zijn. Kanttekeningen zijn dat Utrecht meer voorwaarden stelt, zoals bijvoorbeeld ook een minimaal aantal m2 per bewoner en clustervorming in de straat en dat dit de resultaten zijn van één jaar nieuw beleid en er nog geen officiële evaluatie heeft plaatsgevonden. Stichting DUWO heeft praktijkervaring met het opleggen van woon- en leefregels aan haar huurders, en stelt dat dit tot zichtbare resultaten heeft geleid. Doordat verwijzing naar de opgelegde woon- en leefregels mogelijk is bij overtredingen, zijn sancties mogelijk welke, volgens Stichting DUWO, tot gedragsverandering leidt. Stichting DUWO stelt dat het opleggen van deze woon- en leefregels bij probleemgevallen in Leiden als op de Rijn- en Schiekade het, Flanorpad en op de Middelstegracht tot aanzienlijke vermindering van overlast heeft geleid. Op het besluit een vergunning al dan niet te verlenen zijn de regels van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Dit wil onder meer zeggen dat de gemeente het besluit moet motiveren en dat tegen het besluit van de gemeente bezwaar kan worden gemaakt. Dit houdt tevens in dat de gemeente een vergunning mag weigeren of achteraf intrekken indien de aangeleverde informatie onjuist blijkt te zijn. Artikel 1 Indien een woning in 5 of meer wooneenheden wordt verhuurd, is sprake van zogenoemde kamergewijze verhuur en is op grond van het Bouwbesluit 2012 een melding brandveilig gebruik verplicht. Een melding brandveilig gebruik kan worden gedaan via het Omgevingsloket online (www.omgevingsloket.nl). Voor de eisen waaraan kamergewijze verhuur moet voldoen wordt verwezen naar de Handreiking Studentenhuisvesting en bouwregelgeving 3 van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. In gevallen die op grond van het Bouwbesluit 2012 gezien worden als kamergewijze verhuur moet bij een bewijs van de melding brandveilig gebruik worden bijgevoegd bij de aanvraag van een onttrekkingsvergunning. Zonder een dergelijk bewijs wordt de aanvraag buiten behandeling gelaten. Artikel 2 3 Te downloaden via https://www.rijksoverheid.nl/documenten/brochures/2013/09/17/handreikingstudentenhuisvesting-en-bouwregelgeving 5

Een vergunning wordt verleend indien aan de beleidsregels wordt voldaan. Wordt niet voldaan dan kan de vergunning alsnog worden verleend door het stellen van voorwaarden aan de vergunning. Een kamerverhuurpand kan pas in gebruik worden genomen als ook aan die voorwaarden is voldaan. Artikel 3 Voorzieningen, zoals geluidwerende maatregelen, die aanwezig zijn en voorzieningen die moeten worden aangebracht als voorwaarde voor het verkrijgen van de vergunning mogen niet worden verwijderd. Wordt dit toch gedaan dan kan de gemeente de vergunning intrekken. Artikel 4 Artikel 4a stelt eisen aan de geluidwering tussen het beoogde kamerverhuurpand en de buurpanden. Om een omzettingsvergunning naar zelfstandige woonruimte te krijgen zal tussen de woonruimte en aangrenzende woningen moeten worden voldaan aan de nieuwbouweisen van Bouwbesluit 2012 (52 db (luchtgeluid) en 54 db (contactgeluid)). Dit geluidsniveau komt overeen met kwaliteitscijfer III volgens NEN 1070. De aanvrager van de omzettingsvergunning verstrekt gegevens en bescheiden waaruit blijkt dat hieraan wordt voldaan. In een bestaande situatie is een geluidsmeting de meest voor de hand liggende methode om de geluidswering tussen de woningen inzichtelijk te maken. In dat geval dient de rapportage met meetresultaten te worden ingediend bij de aanvraag van de omzettingsvergunning. Alternatief is dat de aanvrager de geluidswering tussen de woningen onderbouwd door middel van een akoestisch-bouwtechnische rapportage. Hierin wordt de geluidswering aan de hand van de opbouw van de woningscheidende constructies (woningscheidende wanden/ vloeren) met behulp van berekeningen of standaardoplossingen (detailleringen/ onderbouwingen van productleveranciers/ referentiedetails) onderbouwd. Wanneer niet wordt voldaan aan de geluidseisen, zullen (vaag geformuleerd) maatregelen moeten worden genomen om de geluidswering tussen de woningen, tenzij in overleg met bevoegd gezag invulling kan worden gegeven aan artikel 5. Artikel 4b biedt de mogelijke de onttrekkingsvergunning te weigeren indien geen of onvoldoende woon- en leefregels aan de toekomstige bewoners wordt opgelegd. De aanvrager dient hiertoe bij de aanvraag aan te geven welke regels aan huurders worden opgelegd. In bijlage II is een kader gegeven op basis waarvan de gemeente de aanvraag op dit punt beoordeeld. Artikel 5 Artikel 5a betreft een vereenvoudigde en pragmatische methode om de geluidswerende kwaliteit van woningscheidende constructies te verbeteren. Het toepassen van een voorzetwand voor een woningscheidende wand en het toepassen van een verend opgelegde dekvloer op een woningscheidende wand zijn namelijk de meest voor de hand liggende oplossingen. Het is aan de aanvrager om in samenhang met de kwaliteit van de aanwezige scheidingsconstructie (bijv. een steenachtige spouwmuur of een steensmuur) aan te tonen met welk type voorzetwand 6

(materialisering/detaillering en wijze van bevestiging) aan het vereiste kwaliteitscijfer III kan worden voldaan. Het staat de aanvrager vrij om een oplossing te kiezen die afwijkt van de aangegeven voorzieningen, mits hij aantoont dat tenminste dezelfde geluidswering wordt gerealiseerd als is beoogd met de voorschriften: tenminste kwaliteitscijfer 3 volgens NEN 1070. In plaats van de voorgeschreven verend opgelegde dekvloer zou bijvoorbeeld ook kunnen worden gekozen voor een geluidswerende vloerbedekking, mits tenminste dezelfde geluidswerende prestatie wordt gerealiseerd. Zo nodig moet de aanvrager dit middels aanvullende berekeningen en/ of geluidsmetingen aantonen. Niet in alle gevallen zal het aanbrengen van de voorzieningen genoemd in artikel 5a een geluidsniveau worden bereikt dat voldoet aan de nieuwbouwvoorschriften. Afhankelijk van de bouwwijze van de te verkameren woning zal in de meeste gevallen de geluidwering door de genoemde maatregelen of een aanvaardbaar niveau worden gebracht tegen een acceptabele investering. Daar waar dit niet het geval zal zijn biedt artikel 7 de gemeente de mogelijkheid een vergunningaanvraag alsnog te weigeren. Tenslotte kan met toepassing van artikel 5b de oorspronkelijke bouwvergunning worden gebruikt bij de onderbouwing van de geluidswering, mits daarin voldoende gegevens zijn opgenomen om de geluidswering te kunnen beoordelen. Het is aan de aanvrager van de omzettingsvergunning om voor deze onderbouwing zorg te dragen. Artikel 6 Artikel 6 biedt bevoegd gezag de mogelijkheid om af te wijken van de geluidseisen zoals weergegeven in artikel 3 en 4. Doel is namelijk dat verkamering niet ten koste gaat van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Als dat doel kan worden beantwoord zonder de eerdergenoemde geluidseisen, dan kan daarvan in individuele gevallen gebruik worden gemaakt. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een vrijstaande woning of als de woning gelegen is een gebied waar in de buurpanden kantoren of dergelijke gevestigd zijn. Artikel 7 Artikel 7 biedt het bevoegd gezag de mogelijkheid om andere bouwkundige- (artikel 7a) of gebruiksaspecten (artikel 7b) mee te nemen in de afweging of de omzetting niet leidt tot een onaanvaardbaar woon- en leefklimaat. Voorbeelden van bouwkundige aspecten die kunnen meewegen in het uiteindelijke oordeel van de gemeente zijn bijvoorbeeld de technische haalbaarheid van geluidwerende aspecten. Bij bijvoorbeeld doorlopende houten vloeren en eerder in appartementen gesplitste woningen is het denkbaar dat de maatregelen genoemd in artikel 5a niet afdoende zullen zijn voor een aanvaardbare geluidwering tussen woningen. De in artikel 5a genoemde voorwaarden zullen dan niet voldoende zijn om de vergunning te verlenen. In het bepalen om in dat soort gevallen wel of niet vergunning wordt verleend kan tevens gekeken worden naar het beoogde gebruik en de effecten daarvan. De gemeente kan bijvoorbeeld een vergunning gemotiveerd weigeren indien sprake zal zijn van overlast door een groot aantal bewoners in relatief kleine verkamerde woningen. Andere voorbeelden zijn het niet kunnen stallen 7

van fietsen op eigen terrein in die gebieden van de stad waar dit in de openbare ruimte tot onaanvaardbare overlast zou kunnen leiden en ander mogelijk overlast gevend gebruik. Artikel 8 Artikel 8 bepaalt dat de beleidsregels tevens van toepassing zijn op intrekking dan wel het opleggen van aanvullende voorwaarden in geval van een bestaande vergunning. Indien uit gerapporteerde overlast blijkt dat de woon- en leefregels worden overtreden is dat grond voor intrekking van de vergunning. Artikel 9 In uitzonderinggevallen kan de gemeenten op grond van artikel 13 van de Woningwet aanvullende bouwkundige maatregelen opleggen aan bestaande kamerverhuurpanden. Bij een eventuele toepassing van deze bevoegdheid wordt bij het vaststellen van de maatregelen gebruik gemaakt van de in deze beleidsregels genoemde bouwkundige maatregelen als maximaal op te leggen niveau. Kosten van de vereiste maatregelen De kosten van de te nemen maatregelen zijn uiteraard geheel afhankelijk van de oppervlakte van de woningscheidende constructies (vloeren/wanden) en van de opbouw en samenstelling van deze constructies. De kosten van de basismaatregelen (voorzetwand/ verend opgelegde dekvloer) zijn ongeveer: Voorzetwand voor de woningscheidende wand (metal stud, minerale wol, 2 x 12,5 mm gipsplaat): 50,- per m² (incl. arbeid) Droge verend opgelegde dekvloer: 40,00 (incl. arbeid) Geluiddempende ondervloer voor vloerbedekking: o 10,- per m² voor laminaat (excl. het laminaat zelf) o tot 35,- per m² voor pvc (excl. het pvc zelf). In geval er sprake is van een lichte steenachtige vloer (<475 kg/m 2 ) of een houten vloer, dan zullen, naast een verend opgelegde dekvloer, maatregelen in de onderliggende woning moeten worden genomen: Plafond, metal stud, minerale wol, 2 x 12,5 mm gipsplaat: ± 50,- per m² (incl. veerregels) Normale eengezinswoning die wordt verkamerd Betreft bij een eengezinswoning alleen een woningscheidende wand 2 bouwlagen (8 x 3 m 2 ) x 2 = 48 m 2. 2 woningscheidende wanden (links/rechts: 96 m 2 ) Kosten voorzetwand: 96 x 50,00 = 4.800 m 2. Appartement 75 m 2 1 bouwlaag: woningscheidende wand: 8 x 3 = 24 m 2. 2 woningscheidende wanden (links/rechts: 48 m 2. Kosten voorzetwand: 48 m 2 x 50 = 2.400,00 8

Kosten verend opgelegde dekvloer: 75 m 2 x 40,00 = 3.000,00 Wanneer in dit geval ook maatregelen aan de onderzijde van de vloer worden genomen (bijvoorbeeld een verlaagd plafond), dan komt daar nog: 75 m 2 x 50 = 3.750,00 bij. Aanvullende opmerkingen kosten: In de kosten zijn eventuele herinrichtingskosten zoals het evt. aanpassen van installaties (verplaatsen elektradozen/radiatorleidingen) en nieuwe vloerbedekking niet meegerekend. Ook de kosten voor het eventueel upgraden van een wand/woningtoegangsdeur tussen een woning en een trappenhuis (in geval van appartementen) is hierin niet meegenomen. Samenvattend: de kosten voor verkameren In woningen gebouwd van steenachtige materialen met voldoende massa zal in veel gevallen met de standaardvoorzieningen (voorzetwand / droge verend opgelegde dekvloer) kunnen worden volstaan. De kosten hiervan zijn naar onze mening acceptabel en bedragen afhankelijk van het gewenste uitrustingsniveau ca. 5.000-10.000. Bij woningen met houten vloeren en lichte steenachtige vloeren en benedenburen zal het in veel gevallen slechts tegen meerkosten mogelijk zijn om verkamering toe te staan. De globale kosten in aanmerking nemend en gezien de commerciële belangen (als verhuurder) van een aanvrager om een onttrekkingsvergunning, afwegend tegen de belangen van omwonenden, namelijk een voldoende waarborg van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat, worden de in deze beleidsregels gestelde voorwaarden proportioneel geacht. 9

Bijlage 1 Bouwtechnische voorzieningen (PM) Bijlage 2 Toetskader woon- en leefregels 4 Contactpersoon bewoners 1. Een van de bewoners wordt aangewezen als contactpersoon en een eerste aanspreekpunt voor zowel de gemeenten als derden 2. De vergunninghouder dient de contactpersoon aan gemeente bekend te maken 3. De taken van de contactpersoon zijn: a. Aanspraakpunt zijn voor omwonenden en gemeente b. Informeren van nieuwe bewoners over de leefregels c. Zorgdragen voor naleving van de leefregels Leefregels voor bewoners 4. Afvoer en opslag van huis en grofvuil vindt zodanig plaats dat geen overlast voor de buurt ontstaat 5. Huurder mag in het gehuurde geen handel drijven of bedrijf uitoefenen of het gehuurde als werkplaats gebruiken. Het is huurder niet toegestaan de tuin, het balkon of het terras te gebruiken voor opslag van zaken, van welke aard dan ook. 6. Huurder is verplicht de gemeenschappelijke ruimten en de daarvan al dan niet deel uitmakende vluchtwegen vrij te houden van voorwerpen die de vluchtmogelijkheden beperken of op andere wijze geacht kunnen worden een gevaar op te leveren voor de huurders of bezoekers van de woning of het complex. 7. Fietsen, motorvoertuigen of andere vervoersmiddelen mogen alleen worden neergezet op die plaatsen die hiervoor blijkens aanwijzing zijn bestemd. De plaatsing mag geen overlast verzaken of het gebruik van de openbare ruimte belemmeren. 8. Huurder onthoudt zich van gedragingen die naar gangbare maatstaven overlast veroorzaken aan andere huurders in een complex en/of aan derden in de nabije omgeving van het gehuurde. 9. Huurder is verantwoordelijk en aansprakelijk voor de gedragingen van degenen die zich met zijn goedvinden in het gehuurde bevinden. De gedragingen van deze personen gelden als gedragingen van huurder zelf. 2 10. Houd rekening met elkaar en veroorzaak anderen geen overlast. Tussen 22:00 uur en 8:00 uur moet het bijvoorbeeld stil zijn. Houd daar rekening mee als je bijvoorbeeld een feestje wilt geven. Dus laat het je buren weten als het een keertje wat lawaaieriger kan worden dan normaal. Bijlage 3 Aanvraagformulier onttrekkingsvergunning (PM) 4 De woon- en leefregels zijn gebaseerd op de eisen die DUWO stelt aan een student beheerder en de voorwaarden in huurcontracten 10