3 052 Ruimtetemperatuurregelaar met LCD voor tweepijps-ventilatorconvectoren met elektrisch verwarmingselement voor DX-koelmachines met elektrisch verwarmingselement RDF20 Toepassing Uitgangen voor 2-punts afsluiteraandrijving en elektrisch verwarmingselement Uitgangen voor -traps koelmachine en elektrisch verwarmingselement Uitgangen voor drietoeren ventilator Regeling naar keuze op ruimte - of retourluchttemperatuur Automatische omschakeling verwarmings- en koelbedrijf Bedrijfswijzen: Normaal bedrijf, Gereduceerd bedrijf en Stand-by Bedrijfswijzen-omschakelcontactingang voor afstandschakeling Functie voor het voorkomen van schade door vocht Installatie- en regelparameters instelbaar Weergave van de ruimtetemperatuur of gewenste waarden Minimum en maximum begrenzing van de gewenste waarde Bedrijfsspanning Standaardtoepassingen: Regelen van de ruimtetemperatuur in ruimten, die d.m.v. tweepijps -ventilatorconvectoren met elektrisch verwarmingselement worden verwarmd of gekoeld Regelen van de ruimtetemperatuur in ruimten die d.m.v. een DX-koelmachine / elektrische verwarmingselementen worden gekoeld of verwarmd Openen of sluiten van een afsluiter In- en uitschakelen van een elektrisch verwarmingselement Schakelen van een drietoeren ventilator CEN3052nl 03.2004 Siemens Building Technologies HVAC Products
Functies Via de interne temperatuuropnemer, de externe ruimtetemperatuuropnemer (QAA32) of bij toepassing van een externe retourtemperatuuropnemer (QAH.), meet de regelaar de ruimtetemperatuur en regelt deze d.m.v. 2-punts afsluiterbesturingscommando's op de gewenste waarde. De schakeldifferentie kan daarbij in het verwarmingsbedrijf 2 K en in het koelbedrijf K bedragen (instelbaar). Ventilatorbedrijf Aanwijzing De ventilator wordt met de bedrijfskeuzeschakelaar via uitgang Q, Q2 of Q3 in de gewenste trap geschakeld. Als de functie "temperatuurafhankelijke ventilatorbesturing" is geactiveerd (instelbaar met DIP-switch ), schakelt de ventilator temperatuurafhankelijk, d.w.z. gelijktijdig met de afsluiter aan en uit. De ventilator wordt uitgeschakeld door: Het verlaten van het verwarmings- of koelbedrijf, voor zover de functie "temperatuurafhankelijke ventilatorbesturing" is geactiveerd Handmatig omschakelen op stand-by, voor zover geen gewenste waarden (b.v. voor vorstbeveiliging) ingesteld en actief zijn Activeren van een extern omschakelcontact voor bedrijfswijze, voor zover niet de voorwaarden voor gereduceerd bedrijf zijn gegeven Onderbreking van de bedrijfsspanning van de ruimtetemperatuurregelaar. Om oververhitting van het elektrisch verwarmingselement c.q. het aanspreken van de oververhittingsbeveiliging te voorkomen, draait de ventilator nog gedurende 30 seconden na het uitschakelen van het element door. In geval van storing kan de RDF20 geen beveiligingsfunctie voor het elektrisch verwarmingselement uitvoeren. Daarom moet voor deze functie een separate oververhittingsbeveiliging worden opgenomen. Weergave Toepassing met ventilatorconvector AAN UIT Als DIP-schakelaar 2 op stand ON staat (fabrieksinstelling), toont de regelaar de gemeten ruimte- of retourluchttemperatuur (indien parameters of gewenste waarden zijn gewijzigd). Als de DIP-schakelaar op stand OFF staat, geeft de regelaar de gewenste waarde tijdens normaal bedrijf aan. In deze situatie kan de actuele temperatuur alleen via de selectie van parameter 4 worden uitgelezen. In combinatie met één regelafsluiter, ofwel voor verwarmen / koelen met changeover, ofwel alleen verwarmen of koelen Via uitgang Y krijgt de afsluiter het OPEN-commando als:. de gemeten ruimtetemperatuur een halve schakeldifferentie onder (verwarmingsbedrijf) resp. boven (koelbedrijf) de ingestelde gewenste waarde ligt en 2. de afsluiter langer dan een minuut gesloten is geweest (parameter P20). Via uitgang Y krijgt de afsluiter het DICHT-commando als:. de gemeten ruimtetemperatuur een halve schakeldifferentie boven (verwarmingsbedrijf) resp. onder (koelbedrijf) de ingestelde gewenste waarde ligt en 2. de afsluiter langer dan een minuut open is geweest (parameter P20). Opmerking: Uitgang Y2 geeft het t.o.v. Y omgekeerde besturingscommando en kan voor stroomloos open afsluiters worden gebruikt. Automatische omschakeling De door de changeover-opnemer (QAH. + ARG86.3) gemeten watertemperatuur wordt door de regelaar gebruikt voor het omschakelen van verwarmings- naar koelbedrijf (en omgekeerd). Als de watertemperatuur boven 28 C ligt (parameter 08), schakelt de regelaar naar 2/
verwarmingsbedrijf, ligt hij onder 6 C (parameter 07), schakelt hij naar koelbedrijf. Als direct na het inschakelen de watertemperatuur tussen de beide omschakelpunten ligt, start de regelaar in verwarmingsbedrijf. De temperatuur wordt iedere minuut gemeten en de toestand wordt aangepast. CM M 3022D03 CM HM Koelbedrijf Verwarmingsbedrijf HM 6 28 T W [ C] M T W Bedrijfswijze Watertemperatuur Spoelfunctie (optioneel) De changeover-opnemer heeft de taak, afhankelijk van de watertemperatuur, een wisseling van verwarmings- naar koelbedrijf in werking te stellen. Als een doorstroomafsluiter wordt toegepast is het aan te bevelen de spoelfunctie te activeren (parameter 6). Deze functie garandeert dat de mediumtemperatuur correct wordt gemeten, ook als de doorstroomafsluiter gedurende lange tijd gesloten is. Om dit te garanderen wordt de afsluiter bij buitenbedrijf-toestand iedere 2 uur gedurende tot 5 minuten geopend (parameter 6). Als de spoelfunctie wordt geactiveerd, geschiedt de eerste spoelactie na het veranderen van parameter 6 en na het verlaten van de parameterinstellingen. Als de RDF20 wordt ingezet voor toepassingen met DX-koeling moet de spoelfunctie (parameter 6) uitgeschakeld zijn. In combinatie met een -traps DX-koelmachine alleen voor koelen of alleen voor verwarmen met elektrisch verwarmingselement AAN UIT Via uitgang Y krijgt de DX-koelmachine het IN-commando als:. de gemeten ruimtetemperatuur een halve schakeldifferentie onder (verwarmingsbedrijf) resp. boven (koelbedrijf) de ingestelde gewenste waarde ligt en 2. de koelmachine langer dan één minuut uitgeschakeld is geweest (parameter P20). Via uitgang Y krijgt de DX-koelmachine het UIT-commando als:. de gemeten ruimtetemperatuur een halve schakeldifferentie boven (verwarmings bedrijf) resp. onder (koelbedrijf) de ingestelde gewenste waarde ligt en 2 de koelmachine langer dan één minuut ingeschakeld is geweest (parameter P9). Toepassing met DXkoelmachine Retourluchttemperatuur (optioneel) De RDF20 regelt afhankelijk van de gemeten ruimtetemperatuur, of afhankelijk van de retourluchttemperatuur in de ventilatorconvector. De omschakeling geschiedt automatisch als een kabeltemperatuuropnemer QAH. wordt aangesloten. Elektrisch verwarmen, actief tijdens verwarmend bedrijf Elektrisch verwarmen, actief tijdens koelbedrijf (Opmerking: Deze functie is niet actief bij toepassing van thermische afsluiteraandrijvingen) Aanvullend aan verwarmingsbedrijf voor warm water krijgt het elektrische verwarmingselement via Y2 het AAN-commando als:. de gemeten ruimtetemperatuur x w w D ½ SDH is en 2. het verwarmingselement langer dan één minuut uitgeschakeld is geweest. Het UIT-commando voor het elektrische verwarmingselement vindt plaats als:. de gemeten ruimtetemperatuur x w w D + ½ SDH is en 2. het verwarmingselement langer dan één minuut ingeschakeld is geweest Voor dit bedrijf moet DIP-switch nr. 4 in de positie "ON" staan (fabrieksinstelling) Het elektrische verwarmingselement krijgt via uitgang Y2 het AAN-commando als: 3/
. de gemeten ruimtetemperatuur een halve schakeldifferentie onder de ingestelde gewenste waarde ligt en: 2. het verwarmingselement langer dan een minuut uitgeschakeld is geweest. Het UIT-commando voor het elektrisch verwarmingselement vindt plaats als:. de gemeten ruimtetemperatuur een halve schakeldifferentie boven de ingestelde gewenste waarde ligt en 2. het verwarmingselement langer dan een minuut ingeschakeld is geweest. Verw.bedrijf (warm water en elektr.) Koelbedrijf met optionele elektr.verw.bedrijf (DIP-switch Nr. 4: ON) Y w D 3022D0 Y Xdz 3022D04 0 w T [ C] 0 w T [ C] ½ SDH ½ SDH ½ SDC ½ SDC ½ SDH ½ SDH ½ SDH ½ SDH Y2 Y2 Koelbedrijf (gekoeld water) (DIP-switch Nr. 4: OFF) T[ C] Ruimtetemperatuur Y 3022D02 w w D Gewenste waarde «ruimtetemperatuur» Verschil gewenste waarde Y Signaal voor afsluiter of DX-koeling 0 ½ SDC w ½ SDC T[ C] Y2 Y2 SDH Omgekeerde van Y Signaal voor elektr. verwarming Schakeldifferentie bij verwarmingsbedrijf SDC Schakeldifferentie bij koelbedrijf Xdz Dode zone Bedrijfswijzen Normaal bedrijf Gereduceerd bedrijf Stand-by Voorkomen van schade door vocht (instelbaar) De volgende bedrijfswijzen zijn mogelijk: Verwarmings- of koelbedrijf met automatische omschakeling en met handmatig gek o- zen ventilatortoerental III, II of I. Tijdens normaal bedrijf regelt het apparaat op de ingestelde gewenste waarde. Aan de signaalingang 'D GND' kan een omschakelcontact worden aangesloten. Sluit het contact (oorzaak hiervoor is b.v. een geopend venster), dan verandert de bedrijfswijze van normaal bedrijf naar gereduceerd bedrijf. In deze bedrijfswijze wordt op de bijbehorende gewenste waarden voor verwarmen en koelen geregeld (parameters P0 en P02). De werkrichting van de contacten (maak of verbreek) is instelbaar. In schakelaarstand stand-by wordt op de bijbehorende gewenste waarden voor verwarmen en koelen geregeld, indien deze zijn ingesteld (parameter P03 en P04). Om in warme en vochtige klimaatzones schade door vocht, als gevolg van ontbrekende luchtcirculatie tijdens het gereduceerd bedrijf, te voorkomen (b.v. in lege hotelkamers), kan via parameter P7 tijdens gereduceerd bedrijf de ventilator doordraaien. In deze situatie draait de ventilator op het gekozen toerental of, indien de schakelaar op standby staat, op stand. 4/
Instelling regelparameters Instelling Ter optimalisering van het regelgedrag kunnen een aantal regelparameters worden ingesteld. Deze parameters kunnen ook later tijdens bedrijf, zonder openen van het apparaat, worden veranderd. Bij spanningswegval blijven alle ingestelde parameters gehandhaafd. De parameters kunnen als volgt worden veranderd:. De schakelaar voor de bedrijfswijze op stand-by instellen 2. Gelijktijdig indrukken van de toetsen + en gedurende 3 seconden. Binnen 2 seconden na het loslaten opnieuw indrukken van de + toets gedurende 3 seconden. "P0" verschijnt op de weergave. 3. Kiezen van de gewenste parameter door herhaald indrukken van de + en : + - + - + - + - P0 P02 P20 P2 Regelparameters 4. Door het gelijktijdig indrukken van de toetsen + en verschijnt de actuele waarde van de gekozen parameter en kan door herhaald indrukken van de toetsen + en worden veranderd. 5. 5 seconden na de laatste toetsdruk wordt de laatste parameter weer weergegeven. 6. Door het herhalen van de stappen 3 tot 5 kunnen andere parameters worden weergegeven en veranderd. 7. 0 seconden na de laatste weergave of instelling worden alle veranderingen opgeslagen en wordt teruggekeerd naar de normale bedrijfsmodus. Parameter Betekenis Instelbereik Fabrieksinstelling P0 P02 P03 P04 P05 P06 P07 P08 Gewenste waarde verwarmen in het gereduceerd bedrijf (omschakelcontact voor de bedrijfswijze geactiveerd) Gewenste waarde koelen in het gereduceerd bedrijf (omschakelcontact voor de bedrijfswijze geactiveerd) Gewenste waarde verwarmen in de schakelaarstand stand-by Gewenste waarde koelen in de schakelaarstand stand-by Minimum begrenzing gewenste waarde normaal bedrijf Maximum begrenzing gewenste waarde normaal bedrijf Omschakelpunt verwarmen/koelen voor Koelen Omschakelpunt verwarmen/koelen voor Verwarmen UIT 5 20 C (in stappen van 0,5 K) UIT 2 35 C (in stappen van 0,5 K) UIT 5 20 C (in stappen van 0,5 K) UIT 2 35 C (in stappen van 0,5 K) 6 C 28 C 8 C UIT 5 20 C 5 C 2 35 C 35 C 0 25 C 6 C 27 40 C 28 C P09 Opnemerijking -3 +3 K (in stappen van 0,5 K) 0 K P0 P-band verwarmingsbedrijf 0,5 +4 K (in stappen van 0,5 K) 2 K P P-band koelbedrijf 0,5 +4 K (in stappen van 0,5 K) K P2 Dode zone normaal bedrijf 0,5 +5 K (in stappen van 0,5 K) 2 K P3 P4 Actieve temperatuuropnemer (geen instelling, alleen weergave) Actuele ruimtetemperatuurwaarde (geen instelling, alleen weergave) : Ruimtetemperatuur actief 2: Retourluchttemperatuur actief 0 49 C - - 5/
P5 Actuele changeover-temperatuur verwarmen / koelen met weergave van de actuele bedrijfswijze (, alleen weergave) ) (geen instelling, 00 = open ingang (geen opnemer aangesloten, verwarmingsbedrijf ( ) 0 49 C = actuele temperatuurwaarde 00 = ingang overbrugt, koelbedrijf ( ) P6 Spoelfunctie 0 min.: niet actief 5 min.: actief met tijdsduur naar keuze P7 Ventilatorsturing tijdens gereduceerd bedrijf OFF: Ventilator in dode zone uit ON: Ventilator in dode zone in, ON: loopt volgens gekozen trap of op trap in standby-bedrijf - 0 min. UIT P8 Gewenste waarde verschil 0,5 +5 K (in stappen van 0,5 K) 2 K P9 Minimum inschakeltijd uitgang Y, Y2...20 min. (in stappen van minuut) min. P20 Minimum uitschakeltijd uitgang Y, Y2...20 min. (in stappen van minuut) min. P2 Nadraaitijd ventilator 0 300 s (in stappen van 0 s) 60 s Bestelling Apparatencombinaties Bij bestelling moeten de naam en de typeaanduiding worden opgegeven. Temperatuuropnemer QAH. (toepasbaar als retourlucht- en changeover-opnemer), changeover-montageset en zoneafsluiter moeten afzonderlijk worden besteld. Apparaat Typeaanduiding Apparatenblad Temperatuuropnemer QAH. 840 Ruimtetemperatuuropnemer QAA32 747 Changeover-montageset ARG86.3 840 Elektromotorische aandrijving SFA2.. 4863 Thermische aandrijving voor radiatorventielen Thermische aandrijving voor kleine afsluiters 2,5 mm STA2.. 4893 STP2.. 4878 Uitvoering Het apparaat bestaat uit twee delen: een kunststofhuis, met regelelektronica, bedieningselementen en interne ruimtetemperatuuropnemer en een montageplaat Het huis wordt in de bevestigde montageplaat gehangen en vastgeschroefd. De schroefklem-aansluitingen bevinden zich op de montageplaat; de DIP-schakelaars op de achterkant van het huis. 6/
Instel- en bedieningselementen 2 4 3 5 6 Legenda Weergave van de ruimtetemperatuur (in Celsius of Fahrenheit), gewenste waarden of regelparameters 2 Symbool bij weergave van de actuele ruimtetemperatuur 3 Normaal bedrijf Gereduceerd bedrijf 4 Koelafsluiter open Ventilator aan Verwarmingsafsluiter open 5 Drukknoppen voor de instelling van de gewenste waarden en de regelparameters 6 Bedrijfskeuze schakelaar (Stand-by, verwarmings- of koelbedrijf met handmatige keuze van de ventilatortrap) DIP-schakelaarblok Schakelaarnr. Betekenis Positie 'ON' (fabrieksinstelling) Positie 'OFF' Ventilatorbesturing De ventilatorbesturing is in normaalbedrijf onafhankelijk van de temperatuur 2 Temperatuur- of gewenste waardeweergave 3 Werkrichting van het contact voor de externe omschakeling van de bedrijfswijze 4 Elektrisch verwarmingselement Toebehoren Ruimtetemperatuurweergave (of retourluchttemperatuur) De omschakeling is geactiveerd als het contact gesloten is (N.O. normaal open ) Actief tijdens koelbedrijf De ventilatorbesturing is in alle bedrijfswijzen afhankelijk van de temperatuur Gewenste waardeweergave De omschakeling is geactiveerd als het contact open is (N.C. "normaal gesloten ) Inactief tijdens koelbedrijf Aanwijzingen Beschrijving Adapterplaat voor opbouwmontage Typeaanduiding ARG70.2 Voor systemen zonder automatische omschakeling kan i.p.v. de opnemer een externe schakelaar (geschikt voor nettoepassing) worden gebruikt voor de handmatige omschakeling. Voor systemen met permanent verwarmingsbedrijf wordt aan de ingang van de regelaar geen opnemer aangesloten. Voor systemen met permanent koelbedrijf moeten de klemmen van de regelaaringang elektrisch worden kortgesloten (B2 met M). 7/
Montage, installatie en inbedrijfstelling Montageplaats: aan de wand of in de ventilatorconvector. Niet in nissen, tussen planken, niet achter gordijnen, boven of in de buurt van warmtebronnen en niet blootgesteld aan de zon. Montagehoogte ca.,5 m boven de vloer. De aansluitdraden kunnen via een inbouwdoos worden toegevoerd. Instellingen van de DIP-switches tot 4 controleren en eventueel veranderen. Het apparaat voert na het aansluiten van de bedrijfsspanning een reset uit. Dit proces duurt ca. 3 s en wordt door het knipperen van alle LCD-segmenten weergegeven. Daarna is het apparaat gereed voor bedrijf. Voor de montage van de changeover-opnemer moet isolatie van de buis worden verwijderd, om het meten van de werkelijke temperatuur te garanderen. De aangesloten kabels moeten voldoen aan de eisen voor netspanning. De opnemeringangen B-M en B2-M liggen aan netspanning. bij eventuele verlenging van de opnemerkabel, moeten kabels worden gebruikt, die geschikt zijn voor netspanning. Bij het apparaat is een montagehandleiding gevoegd. Opnemerijking Technische gegevens Voeding Functiegegevens Als de weergegeven temperatuur en de werkelijk gemeten ruimtetemperatuur niet overeenstemmen, kunnen de temperatuuropnemers opnieuw worden geijkt. Daarvoor moet parameter P09 worden veranderd. Bedrijfsspanning +0/-5 % Frequentie Opgenomen vermogen Uitgangen Q, Q2, Q3 N belasting Uitgang Y N (maakcontact) belasting Uitgang Y2 N (verbreekcontact) belasting Uitgang Y2 N (maakcontact) belasting Opnemer retourlucht signaalingang B M Changeover signaalingang B2 M Meldingang D en GND werkrichting instelbaar contactscanning isolatie t.o.v. net Toelaatbare leidinglengte bij Cu-kabel,5 mm 2 voor aansluitingen aan de klemmen B, B2 en D 50/60 Hz 6 VA 5(3) A 5(3) A 5(3) A 5(3) A QAH., bev.klasse II NTC. 3 ko bij 25 C QAH., bev.klasse II NTC. 3 ko bij 25 C normaal open (NO) normaal gesloten(nc) SELV DC 6..5 V / 3..6 ma 4 kv, versterkte isolatie 80 m Instelbereik gewenste waarde 5...35 C 8/
Omgevingsvoorwaarden Normen en standaards Max. regelafwijking bij 20 C Schakeldifferentie verwarmingsbedrijf, instelbaar Schakeldifferentie koelbedrijf, instelbaar Dode zone X dz in normaal bedrijf, instelbaar Differentie gewenste waarde w D, instelbaar Gew. waarde «Gereduceerd. bedrijf» verwarmen, instelbaar ±0,5 K 2 K K 2 K 2 K 6 C Gew. waarde «Gereduceerd. bedrijf» koelen, instelbaar 28 C Gew. waarde «Stand-by» verwarmen, instelbaar 8 C Gew. waarde «Stand-by» koelen, instelbaar UIT Bedrijf klimatologische voorwaarden temperatuur vochtigheid Transport klimatologische voorwaarden temperatuur vochtigheid mechanische voorwaarden Opslag klimatologische voorwaarden temperatuur vochtigheid - conformiteit volgens EMC-richtlijn laagspanningsrichtlijn volgens IEC 72-3-3 klasse 3 K 5 0...+50 C <95 % r. v. volgens IEC 72-3-2 klasse 2 K3 25...+70 C <95 % r. v. klasse 2 M 2 volgens IEC 72-3- klasse K 3 25...+70 C <95 % r. v. 89/336/EWG 73/23/EWG Algemeen N474 C-Tick conformiteit volgens EMC-richtlijn AS/NSZ 425.:994 Productnormen Automatische elektr. regel- en besturingsapparaten voor huishoudelijk gebruik en soortgelijke toepassingen. Bijzondere eisen aan temperatuurafhankelijke regel- en besturingsapparaten Elektromagnetische compatibiliteit emissie immuniteit EN 60 730 EN 60 730 2-9 EN 50 08- EN 50 082- Bedrijfsmiddelen van de beveiligingsklasse II volgens EN 60 730 Vervuilingsgraad normaal Beschermingsgraad IP 30 volgens EN 60 529 Aansluitklemmen Massa (gewicht) massief of voorbereid gevlochten 2 x 0.4-.5 mm 2 of x 2.5 mm 2 0,23 kg Kleur van het front van het huis wit, NCS S 0502-G (RAL9003) 9/
Aansluitklemmen L N B M B2 DGND Q Q2 Q3 Y2 Y N Y2 SELV L, N Bedrijfsspanning B M B2 Signaalingang 'retourluchttemperatuuropnemer of ext. ruimtetemp.opnemer QAA32 Meetnul 'retourluchttemperatuurop- nemer of ext. ruimtetemp.opnemer QAA32 en changeover-opnemer Signaalingang 'changeoveropnemer' 3022G0 D, GND Signaalingang voor potentiaalvrij omschakelcontact bedrijfswijze (werkingsric h- ting instelbaar) Q uitgang 'ventilatortrap I' Q2 uitgang 'ventilatortrap II ' Q3 uitgang 'ventilatortrap III' Y uitgang 'afsluiter' (maakcontact voor stroomloos gesloten afsluiters) of uitgang voor DX-koeling Y2 uitgang 'afsluiter' (verbreekcontact voor stroomloos open afsluiters) Y2 uitgang «elektr. verw.» Aansluitschema Toepassing: 2-pijps ventilatorconvector met elektrisch verwarmingselement L N 0 A L QAH. / QAA32 B B M B2 D GND N Q Q2 Q3 Y2 Y N Y2 I II III QAH. + ARG86.3 M B2 Y S E N B Retourluchttemp. opnemer QAH. of externe ruimtetemperatuuropnemer QAA32 B2* Changeover-opnemer (temperatuuropnemer QAH. + changeovermontageset ARG86.3) E Elektrisch verwarmingselement M 3-toeren ventilator N ruimtetemperatuurregelaar RDF20 S Extern omschakelcontact bedrijfswijze Y Zoneafsluiter Toepassing: DX-koelmachine met elektrisch verwarmingselement L 0 A QAH. QAH. + /QAA32 ARG86.3 B B2 S B B2 Retourluchttemp. opnemer QAH. of externe ruimtetemperatuuropnemer QAA32 Changeover-opnemer (temperatuuropnemer QAH. + changeovermontageset ARG86.3) L B M B2 D GND N Q Q2 Q3 Y2 Y N Y2 I II III N E M N S Elektrisch verwarmingselement 3-toeren ventilator ruimtetemperatuurregelaar RDF20 Extern omschakelcontact bedrijfswijze N M C E C DX-koelmachine 0/
Maatschetsen Apparaat 7 Maten in mm 96 35 3050M03 Bodemplaat 28 28 7 28 07 45 28,8 4 Maten in mm 4 30 25 90 3050M02 2004 Siemens Building Technologies AG Wijzigingen voorbehouden www.nl.sibt.com /