Informatie cursus Sarnámi voor beginners

Vergelijkbare documenten
Online cursus spelling en grammatica

Naam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8.

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

In elke zin staat een werkwoord. Werkwoorden zijn woorden die aangeven welke handeling of toestand of welk proces in de zin centraal staat.

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen.

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Z I N S O N T L E D I N G

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

11. De leerling leert verder vertrouwd te raken met de klank van het Frans door veel te luisteren naar gesproken en gezongen teksten.

Nederlands voor Arabisch taligen A0 A1/A2

1 Spelling en uitspraak

Onderdeel: LEZEN Docent: RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER

Wegwijs in de werkwoordspelling

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Benodigde voorkennis taal verkennen groep 5

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

Aantekening Nederlands Grammatica: bedrijvende en de lijdende vorm

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv

Grammatica 2F. Doelgroepen Grammatica 2F. Omschrijving Grammatica 2F. meewerkend voorwerp. voegwoord alle woordsoorten

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Compacte taalgids Nederlands (basis en gevorderd) les- en werkboek

DE ONVOLTOOID TOEKOMENDE TIJD

(werkwoordelijk gezegde)

NE/B/1 - NE/K/1 NE/B/2 - NE/K/2. Klas 3 P1. PTA Nederlands BLW/KLW methode: Ta!ent COHORT:

Samenvatting Nederlands Grammatica en Spelling blok 2

De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands

EL ABANICO CURSUSSEN SPAANS ROTTERDAM STUDIEGIDS

Toets grammaticale termen met sleutel

Inhoud. 1 Spelling 10

PIT HAVO-2 +HAVO/VWO Onderdeel: Spelling H1 en H2 Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

1 keer beoordeeld 4 maart 2018

Inhoud. 1 Spelling en uitspraak. 2 Grammatica

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

1.2.3 Trappen van vergelijking 20

Basisgrammatica. Doelgroep Basisgrammatica

In dit boekje staan verschillende mogelijkheden om iets op te lossen.

Eigen vaardigheid Taal

Onderdeel: Grammatica -- RKW Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Turkije-Turks Leer- en werkboek

Grammatica - Tijden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

GRAMMATICA WERKWOORDELIJK GEZEGDE NAAMWOORDELIJK GEZEGDE VOLLEDIGE UITLEG UITLEG PER ONDERDEEL UITLEG PER ONDERDEEL VOLLEDIGE UITLEG

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

SKO. Cursus Nederlandse Bedrijfscorrespondentie. Opleiding Schriftelijke Communicatie Nederlands

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Inhoud. Inleiding 15. Deel 1 Spelling 18

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen

OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

handelingswijzer redekundig ontleden zinsdelen

Visuele Leerlijn Spelling

Voorwoord 9 Gebruikte afkortingen 10 Overzicht van gebruikte grammaticale termen 11

IN DRIE STAPPEN NAAR EEN FOUTLOZE WERKWOORDSPELLING. werkwoordspelling.com M.Kiewit

1.Taalzee. 2. De zee Hieronder zie je een voorbeeld van hoe een stukje zee er uit kan zien.

SKO. Cursus Nederlandse Bedrijfscorrespondentie. Opleiding Zakelijke Correspondentie Nederlands

Beknopte grammatica. voor. de cursus. Grieks van het Nieuwe Testament

Help-document gebruikersgedeelte Versie 1. Datum: 10 januari 2011

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Studiewijzer TaalCompetent

Computervaardigheden training. Hoofdstuk 4 e-learning. CH4-v1.0. daar gaan we werk van maken! 2007 ITpreneurs Nederland BV. All Rights Reserved

Indien je de regels uit dit bestand kunt toepassen en je kent de stappen die je in het schema moet maken, dan beheers je de werkwoordspelling goed.

HEA OPLEIDING. Assist acties 1

Meer dan grammatica!

Instructie aanmelden/inloggen.

Handleiding voor E-learning

instapkaarten taal verkennen

SKO. Cursus Nederlandse Bedrijfscorrespondentie. Opleiding Zakelijke Correspondentie Nederlands

Grammatica Zinsontleding - Uitgebreid. Ondersteunend materiaal - Uitlegkaarten Geschikt voor de groepen 7 en 8

Handleiding Zelf aanmelden voor het examen bevoegdheidsverlenging bij IBKI

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

LESSTOF. Grammatica 2F

Leer bij de Alliance. frans. La Haye. September -> December 2017

INHOUD AANVULLING DOCENTENHANDLEIDING. 1. ALGEMEEN Inleiding De ThiemeMeulenhoff-editie van AusBlick 2

Nederlands als basis Beter leren schrijven, lezen, computer, rekenen

KLAS: M2 VAK: Nederlands 2019/2020 Week Vanaf Opmerking jaarplanning. Leerdoel/inhoud/stof/onderwerp/onderdeel/toets overig.

Antwoorden Nederlands Ontleding

Onderdeel: Grammatica zinsdelen Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Spiekkaart. Persoonsvorm - p.v.

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30

Een voorbeeldopgave: Ik geef de hond te eten. Wat is de? Een werkwoord, een lidwoord, een zelfstandig

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Leerstofoverzicht Taal in beeld groep 4

WERKEN MET DE METHODE ZUGSPITZE. Toelichting voor de docent

Toets: Lees vaardig Blok 1+2 en Nieuwsbegrip

Josée Coenen. De bovenkamer. een kleurrijke grammatica van het Nederlands

instapkaarten taal verkennen

Handleiding Registratie & Inschrijvingsprocedure ebrok cursus

Er was eens.een anderstalig kind. Josée Coenen HCO

Programma van Inhoud en Toetsing

Zoals beloofd eerst nog een herhaling van de theorie van de lijdende en de bedrijvende vorm:

Transcriptie:

Informatie cursus Sarnámi voor beginners 1. Algemene gegevens Titel cursus Sarnámi voor beginners Aantal lessen 12 lessen exclusief een eindtoets Startdatum Ieder moment Einddatum Vier maanden na de start Prijs 120,- 2. Opzet van de cursus Online De cursus wordt via internet gegeven via het E-learning platform Moodle. De cursist ontvangt een link om in te loggen met een gebruikersnaam en wachtwoord. Algemene informatie Naast de les is in het online gedeelte een onderdeel basismateriaal opgenomen over de geschiedenis van het Sarnámi en de regels voor spelling en uitspraak. Uitspraak Lesonderdelen Oefeningen Communicatie Er zijn 49 video s in de cursus waarmee de uitspraak geoefend kan worden. De video s kunnen bekeken worden met een uitleg van het lesonderdeel. De cursist wordt daarna tijdens de les uitgenodigd om de uitspraak van de oefeningen op te nemen met zijn of haar telefoon en bij het afspelen zelf te vergelijken met de uitspraak in de video. De lesonderdelen zijn standaard: Grammatica Woordenschat Conversatie Oefeningen Een beschrijving van de onderwerpen per les is aan het eind van de brochure opgenomen. De oefeningen zijn interactieve oefeningen met betrekking tot woorden, zinnen, grammatica of conversatie. De uitleg is in de les behandeld. De oefeningen zijn manier voor de cursist om de lesinhoud zich eigen te maken. Soms worden twee lijsten getoond en moet de cursist een woord of zin in het Nederlands of Sarnámi slepen naar het correcte equivalent. Soms moet in een tekstvak het juiste woord, zin of vervoeging worden ingevoerd. In beide gevallen wordt direct gecontroleerd of het antwoord goed of fout is. Een vaste oefening is de uitspraak die gecontroleerd kan worden met de goede uitspraak door middel van een video waarin de docent de teksten uitspreekt. De cursist kan de eigen uitspraak met de telefoon opnemen en vergelijken met de uitspraak van de docent. De communicatie gebeurt op drie manieren: 1. Digitaal klaslokaal De cursisten komen terecht in een digitaal klaslokaal met een Pagina 1 van 8

mededelingenbord en een forum waarin men onderling met elkaar kan communiceren. 2. Whatsapp Er is een Whatsapp groep opgezet. De cursist wordt toegevoegd aan de Whatsapp groep en kan vragen stellen via Whatsapp. 3. Bijeenkomsten Lesmateriaal Afhankelijk van de behoefte organiseert het Sarnámihuis bijeenkomsten organiseren waar de cursisten elkaar, het Sarnámihuis en de docent kunnen ontmoeten in Den Haag. Het lesmateriaal bestaat uit 3. Deelname 1. Registratie Meld je aan voor de cursus, door je te registreren via de website van het Sarnámihuis: https://www.sarnamihuis.nl/aanmeldingsarnamcursus-jaargang-2/ of mail naar info@sarnamihuis.nl met je naam, telefoonnummer en woonplaats. 2. Bevestiging Een medewerker van het Sarnámihuis stuurt je een bevestiging van je registratie. Je ontvangt een factuur voor het cursusgeld. 3. Betaling De cursus kost 120 euro en moet overgemaakt worden op rekening NL61 INGB 0006337581 t.n.v. Sarnamihuis o.v.v. cursus Sarnámi. Als het bedrag is ontvangen krijg je de inloggegevens toegezonden en kun je starten. 4. Inloggegevens Met de inloggegevens kun je inloggen en met de cursus beginnen. Als je wilt, kun je toegevoegd worden aan de Whatsapp groep (het is niet verplicht). 5. Ondersteuning Als het problemen zijn, dan kun je per email of telefoon ondersteuning krijgen: info@sarnamihuis.nl, tel. 06-12.09.72.16. 6. Examen De cursus duurt vier maanden. Drie maanden waarin je elke week een les kunt volgen. Er zijn twaalf lessen. En een maand om je voor te bereiden op het examen. Het examen wordt online afgenomen en bestaat uit oefeningen die ingevuld moeten worden. Voor de uitspraak moet je t.b.v. het examen een file opsturen via Moodle. De docent beluistert de file en geeft je een beoordeling als onderdeel van het examen. 7. Herexamen Als je geslaagd brengt voor je examen, ontvang je een certificaat die je kunt downloaden. 4. Inhoud cursus Les 1 A. De organisatie van de cursus 1. Basismateriaal 2. Kennismaking Sarnámihuis 3. Kennismaking docent Amar Soekhlal 4. Kennismaking cursisten 5. Discussie over vreemde woorden in het Sarnámi 6. Communicatie 7. Toetsen en examen B. Spelling en uitspraak 1. Spelling en uitspraak: uitleg 2. Spelling en uitspraak: oefening C. Persoonlijke voornaamwoorden 1. Persoonlijke voornaamwoorden: uitleg 2. Persoonlijke voornaamwoorden: uitspraak Pagina 2 van 8

Les 2 Les 3 Les 4 3. Oefeningen persoonlijke voornaamwoorden A. Werkwoorden 1. Uitleg werkwoorden algemeen 2. Uitspraak werkwoorden algemeen 3. Uitleg bijzondere werkwoorden: zijn en worden 4. Uitspraak bijzondere werkwoorden: zijn en worden 5. Oefening vervoeging werkwoord: leren 6. Oefening vervoeging werkwoord: doen 7. Oefening vervoeging werkwoord: maken 8. Oefening vervoeging werkwoord: aanraken 9. Oefening vervoeging werkwoord: drinken B. Woordenschat 1. Uitleg woordenschat 2. Uitspraak woordenschat 3. Oefening woordenschat deel 1 4. Oefening woordenschat deel 2 5. Oefening woordenschat deel 3 6. Oefening woordenschat deel 4 C. Conversatie 1. Uitleg conversatie 2. Uitspraak conversatie 3. Oefening conversatie A. Tellen 1. Tellen in het Sarnámi: uitleg 2. Tellen in het Sarnámi: uitspraak 3. Oefening tellen in het Sarnámi deel 1 4. Oefening tellen in het Sarnámi deel 2 5. Oefening tellen in het Sarnámi deel 3 6. Oefening tellen in het Sarnámi deel 6 7. Oefening tellen in het Sarnámi deel 7 B. Achterzetsels 1. Achterzetsel: uitleg 2. Achterzetsel: uitspraak C. Zelfst. naamw.: enkelvoud en meervoud 1. Zelfst. naamw.: enkelvoud en meervoud: uitleg 2. Zelfst. naamw.: enkelvoud en meervoud: uitspraak 1. Woordenschat E. Oefeningen 1. Oefening deel 1: persoonlijke voornaamwoorden 2. Oefening deel 2: persoonlijke voornaamwoorden 3. Oefening deel 3: stam werkwoorden 4. Oefening deel 4: vervoeging denken 5. Oefening deel 5: vervoeging openen 6. Oefening deel 6: vervoeging eten 7. Oefening deel 7: vervoeging brengen 8. Oefening deel 8: vervoeging leven 9. Oefening deel 9: vervoeging veranderen 10. Oefening deel 10: vervoeging naaien 11. Oefening deel 11: werkwoorden 12. Oefening deel 12: werkwoorden 13. Oefening deel 13: conversatie Ned-Sar 14. Oefening deel 14: conversatie Sar-Ned A. Bijvoeglijke naamwoorden 1. Bijvoeglijke naamwoorden: uitleg 2. Bijvoeglijke naamwoorden: uitspraak B. Bezittelijke voornaamwoorden Pagina 3 van 8

Les 5 Les 6 1. Bezittelijke voornaamwoorden: uitleg 2. Bezittelijke voornaamwoorden: uitspraak C. De maanden van het jaar 1. De maanden van het jaar: uitleg 2. De maanden van het jaar: uitspraak 1. Woordenschat E. Conversatie F. Oefeningen 1. Oefeningen Nederlands-Sarnámi: zelfst. nw., enkelvoud, meervoud 2. Oefeningen Sarnámi-Nederlands: zelfst. nw, enkelvoud, meervoud 3. Oefeningen Nederlands-Sarnámi: zelfst. nw., enkelvoud, meervoud 4. Oefeningen Sarnámi-Nederlands: zelfst. nw, enkelvoud, meervoud 5. Oefeningen Nederlands-Sarnámi: bijv. vnw. 6. Oefeningen Sarnámi-Nederlands: bijv. vnw. 7 Oefeningen Nederlands-Sarnámi: bez. vnw. 8 Oefeningen Sarnámi-Nederlands: bez. vnw. 9. Oefeningen Nederlands-Sarnámi: achterzetsels 10. Oefeningen Sarnámi-Nederlands: achterzetsels A. Het vragend voornaamwoord 1. Het vragend voornaamwoord: uitleg 2. Het vragend voornaamwoord: uitspraak B. Het achterzetsel Ke (van) 1. Het achterzetsel Ke (van): uitleg 2. Het achterzetsel Ke (van): uitspraak C. Dagen van de week 1. Dagen van de week: uitleg 2. Dagen van de week: uitspraak 3. Bijvoeglijke naamwoorden E. Conversatie F. Oefeningen 1. Oefening vervoeging werkwoord: koken 2. Oefening vervoeging werkwoord: komen 3. Oefening vervoeging werkwoord: lachen 4. Oefening vervoeging werkwoord: eten 5. Oefening dagen van de week Nederlands-Sarnami 6. Oefening dagen van de week Sarnámi-Nederlands 7. Oefening vragende vnmw Nederlands-Sarnami 8. Oefening vragende vnmw Sarnámi-Nederlands 9. Vertaaloefening Nederlands-Sarnámi 10. Vertaaloefening Sarnámi-Nederlands 11. Vertaaloefening Nederlands-Sarnámi 12. Vertaaloefening Sarnámi-Nederlands A. De voltooid tegenwoordig tijd (VTT) en Onvoltooid Verleden Tijd(OVT) 1. VTT en OVT: uitleg 2. VTT en OVT: uitspraak B. Woordenschat Pagina 4 van 8

Les 7 3. Bijvoeglijke naamwoorden C. Conversatie D. Oefeningen 1. Oefening vervoeging werkwoord: geven 2. Oefening vervoeging werkwoord: dewe 3. Oefening vervoeging werkwoord: denken 4. Oefening vervoeging werkwoord: soce 5. Oefening vervoeging werkwoord: wassen 6. Oefening vervoeging werkwoord: dhowe 7. Oefening vervoeging werkwoord: veranderen 8. Oefening vervoeging werkwoord: badale 9. Oefening vervoeging werkwoord: slaan 10. Oefening vervoeging werkwoord: mare 11. Oefening vervoeging werkwoord: openen 12. Oefening vervoeging werkwoord: khole 13. Oefening vervoeging werkwoord: maken 14. Oefening vervoeging werkwoord: láwe 15. Oefening vervoeging werkwoord: rondzwerven 16. Oefening vervoeging werkwoord: chuchuwáe A. OTT, OVT en VVT van het werkwoord zijn 1. OTT, OVT en VVT - zijn: uitleg 2. OTT, OVT en VVT - zijn: uitspraak B. Bijvoeglijk naamwoord zelfstandig gebruik 1. Bijvoeglijk naamwoord zelfstandig gebruik: uitleg 2. Bijvoeglijk naamwoord zelfstandig gebruik: uitspraak C. Klok kijken 1. Klok kijken: uitleg 2. Klok kijken: uitspraak D. Bijwoorden 1. Bijwoorden E. Woordenschat 3. Bijvoeglijke naamwoorden F. Conversatie G. Oefeningen 1. Oefening vervoeging werkwoord OTT: zijn, eerste stam bá (Nederlands- 2. Oefening vervoeging werkwoord OTT: zijn, eerste stam bá (Sarnámi- Nederlands) 3. Oefening vervoeging werkwoord OVT: zijn, eerste stam rah (Nederlands- 4. Oefening vervoeging werkwoord OVT: zijn, eerste stam rah (Nederlands- 5. Oefening vervoeging werkwoord VVT: zijn, variant 1 (Nederlands- 6. Oefening vervoeging werkwoord VVT: zijn, variant 1 (Nederlands- 7. Oefening vervoeging werkwoord VVT: zijn, variant 2 (Nederlands- 8. Oefening vervoeging werkwoord VVT: zijn, variant 2 (Nederlands- 9. Woordenschat Nederlands-Sarnámi Pagina 5 van 8

Les 8 Les 9 10. Woordenschat Sarnámi-Nederlands 11. Conversatie Nederlands-Sarnámi 12. Conversatie Sarnámi-Nederlands A. Het werkwoord hebben 1. Het werkwoord hebben: uitleg 2. Het werkwoord hebben uitspraak B. Het werkwoord worden 1. Het werkwoord worden: uitleg 2. Het werkwoord worden: uitspraak C. Voegwoorden 1. Voegwoorden: uitleg 2. Voegwoorden: uitspraak 3. Bijwoorden 4. Bijvoeglijke naamwoorden E. Conversatie F. Oefeningen 1. Oefening vervoeging werkwoord OTT: worden (Nederlands- 2. Oefening vervoeging werkwoord OTT: worden (Sarnámi-Nederlands) 3. Oefening vervoeging werkwoord OVT: worden (Nederlands- 4. Oefening vervoeging werkwoord OVT: worden (Sarnámi-Nederlands) 5. Oefening vervoeging werkwoord VTT: worden (Nederlands- 6. Oefening vervoeging werkwoord VTT: worden (Sarnámi-Nederlands) 7. Woordenschat deel 1 (Nederlands- 8. Woordenschat deel 1 (Sarnámi-Nederlands) 9. Woordenschat deel 2 (Nederlands- 10. Woordenschat deel 2 (Sarnámi-Nederlands) 11. Conversatie (Nederlands- 12. Conversatie Sarnámi-Nederlands) A. Trappen van vergelijking 1. Trappen van vergelijking: uitleg 2. Trappen van vergelijking: uitspraak B. Conversatie met -aur 1. Conversatie met -aur: uitleg 2. Conversatie met -aur: uitspraak C. Woordenlijst lied Kaise áyá Surinám 1. Woordenlijst Kaise áyá Surinám: uitleg 3. Bijvoeglijke naamwoorden F. Oefeningen 1. Oefening vervoeging werkwoord OTT: willen (Nederlands- 2. Oefening vervoeging werkwoord OTT: willen (Sarnámi-Nederlands) 3. Oefening vervoeging werkwoord OVT: hebben (Nederlands- 4. Oefening vervoeging werkwoord OVT: hebben (Sarnámi-Nederlands) 5. Oefening vervoeging werkwoord VTT: brengen (Nederlands- 6. Oefening vervoeging werkwoord VTT: brengen (Sarnámi-Nederlands) 7. Woordenschat deel 1 (Nederlands- 8. Woordenschat deel 1 (Sarnámi-Nederlands) 9. Woordenschat deel 2 (Nederlands- 10. Woordenschat deel 2 (Sarnámi-Nederlands) 11. Conversatie (Nederlands- Pagina 6 van 8

Les 10 Les 11 Les 12 12. Conversatie Sarnámi-Nederlands) A. Ja, nee en ook 1. Ja, nee en ook: uitleg 2. Ja, nee en ook: uitspraak B. Conversatie C. Woordenschat D. Oefeningen 1. Oefening ja, nee, ook (Nederlands- 2. Oefening ja, nee, ook: (Sarnámi-Nederlands) 3. Woordenschat deel 1 (Nederlands- 4. Woordenschat deel 1 (Sarnámi-Nederlands) 5. Woordenschat deel 2 (Nederlands- 6. Woordenschat deel 2 (Sarnámi-Nederlands) 7. Conversatie (Nederlands- 8. Conversatie Sarnámi-Nederlands) A. Pers. voornaamw. met achterzetsel ke: Meewerkend voorwerp en lijdend voorwerp 1. Pers. voornaamw. met achterzetsel ke: Meewerkend voorwerp en lijdend voorwerp: uitleg 2. Pers. voornaamw. met achterzetsel ke: Meewerkend voorwerp en lijdend voorwerp: uitspraak B. Hulpwerkwoord moeten 1. Hulpwerkwoord moeten : uitleg 2. Hulpwerkwoord moeten : uitspraak C. Woordenschat 3. Bijwoorden D. Oefeningen 1. Pers. vnw., meew. voorw.,lijdend voorw., hulpww moeten (Nederlands- 2. Pers. vnw., meew. voorw.,lijdend voorw., hulpww moeten (Sarnámi- Nederlands) 3. Woordenschat deel 1 (Nederlands- 4. Woordenschat deel 1 (Sarnámi-Nederlands) 6. Woordenschat deel 2 (Nederlands- 7. Woordenschat deel 2 (Sarnámi-Nederlands) 8. Woordenschat deel 3 (Nederlands- 9. Woordenschat deel 3 (Sarnámi-Nederlands) A. Hulpwerkwoord willen 1. Hulpwerkwoord willen B. Samengestelde woorden en het achtervoegsel wálá 1. Samengestelde woorden en het achtervoegsel wálá : uitleg 2. Samengestelde woorden en het achtervoegsel wálá : uitspraak C. Conversatie 3. Bijwoorden E. Oefeningen 1. Oefening hulpwerkwoord willen (Nederlands- Pagina 7 van 8

Eindtoets 2. Oefening hulpwerkwoord willen : worden (Sarnámi-Nederlands) 3. Oefening samengestelde woorden en het achtervoegsel wálá (Nederlands- 4. Oefening samengestelde woorden en het achtervoegsel wálá (Sarnámi- Nederlands) 5. Woordenschat deel 1 (Nederlands- 6. Woordenschat deel 1 (Sarnámi-Nederlands) 7. Woordenschat deel 2 (Nederlands- 8. Woordenschat deel 2 (Sarnámi-Nederlands) 9. Woordenschat deel 3 (Nederlands- 10. Woordenschat deel 3 (Sarnámi-Nederlands) 11. Conversatie (Nederlands- 12. Conversatie (Sarnámi-Nederlands) De eindtoets bestaat uit zestien onderdelen. Pagina 8 van 8