van de raadsleden dhr. N. Rennenberg (OAE) en dhr. C. Verbeek (OAE) inzake Crisisopvang puilt uit

Vergelijkbare documenten
Antwoord van burgemeester en wethouders

van de raadsleden dhr. N. Rennenberg en dhr. C. Verbeek (OAE) over ouderenmishandeling

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

JJEUGDHULP. Specialistische jeugdhulp in regio Amsterdam-Amstelland en Zaanstreek-Waterland vanaf 2018

van de raadsleden dhr. N. Rennenberg (OAE) en dhr. C. Verbeek (OAE) over kwetsbare jongeren.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Kooiman (SP) over de stand van zaken in de jeugdhulp (2016Z10761).

Raadsvragen van de raadsleden Niek Rennenberg en Cor Verbeek (Ouder Appèl Eindhoven) over Artikelen Eindhovens dagblad d.d.

Het organiseren van een Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK)

Raadsvragen. Raadsvragen OAE. Geacht College,

gemeente Eindhoven Wij vinden dit, gelet op het coalitieakkoord waarin staat vermeld dat er geen mensen buiten de boot zullen vallen, onverteerbaar.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Peters (CDA) over de aanhoudende problemen in de jeugdzorg (2017Z04682).

Aan het college van Burgemeester en Wethouders van Haarlem

van het raadslid dhr. A. Rennenberg (OAE) Begrotingswijzer ProDemos uitgaven armoedebeleid

van het raadslid dhr. A. Rennenberg (OAE) over het onderzoek in het Sociaal Domein

Van de raadsleden mw. L. Hofman-Jobse en dhr. C. Weijs (CDA) over aanpak eenzaamheid

College van burgemeester en wethouders van de gemeente Woudrichem cc gemeenteraad Postbus ZG WOUDRICHEM

Raadsnotitie. 1. Samenvatting. 2. Inleiding. 3. Informatie. Agenda nr. 11b

Agendapunt 2. Twee punten bij mededelingen en actualiteit:

Toegang tot zorg voor kinderen met een beperking. Hier komt tekst Gemeente Utrecht. Hier komt ook tekst. Marlies Kennis. Floris Fonville. Utrecht.

Retouradres: Postbus AA DORDRECHT. Gemeentebestuur Spuiboulevard GR DORDRECHT. Aan. T F (078)

Aanpak: WIJ Eindhoven. Beschrijving

GEMEENTEBESTUUR UITGEEST NR. Nota / advies van: M. van Beurden Behandelende afdeling: publiekszaken / burgerzaken.

Van de raadsleden N. Rennenberg en Verbeek (OAE) over Thuiszitters

AB Jeugdhulp Rijnmond 8 december 2016 bijlage 1 bij agp 16. Inhoudelijke toelichting Knelpunten Aanleiding

Zelftest Basisteam Jeugd -

Verslag eerste marktconsultatie 3 april 2017

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 augustus 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

van het raadslid dhr. P. van der Voort (BBL) over zorgen om jeugdzorg

Beantwoording artikel 39 vragen VVD Toename inzet crisisopvang Gelderse jongeren. Met bijgevoegde brief beantwoorden wij deze vragen.

Van de fracties PvdA, D66, CDA en LPF over Veel meer gevaarlijke stoffen dan is toegestaan

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 november 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Kortdurende, intensieve hulp voor gezinnen. Ambulante Spoedhulp

Onderwerp Voorstel tot het instemmen met de evaluatie nota Plan van aanpak transformatie jeugdhulp

Transitie Jeugdzorg. 2 april 2014 Ronald Buijs Directeur Yulius KJP

Integraal en ontschot werken; kan het? Divosacongres 17 november 2016

Informele zorg in Eindhoven, nu en in de toekomst

Commissie ethiek van de jeugdzorg, 24 januari 2014 Presentatie van Sijta de Vries. Inleiding Situatie tot De nieuwe situatie...

RAADSINFORMATIEBRIEF

Onderwerp: Beantwoording raadsvragen ex. artikel 38 vragen VVD inzake Kenter en de continuïteit van de jeugdhulp in Haarlem

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Dik-Faber (CU) over jong ouderschap (2017Z00272).

Aan de raad. No. 10. Wissenkerke, 21 oktober 2013

Sociale Wijkteams Zaanstad

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 januari 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 juni 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Van de raadsleden dhr. P. van der Voort (BBL) en dhr. N. Rennenberg (OAE) over Zorgwacht

Aan de raad van de gemeente Wormerland

gemeente Eindhoven Kerntaak gekoppeld aan het werkprogramma van het college

Rv. nr.: B&W-besluit d.d.: B&W-besluit nr.:

Positionering Jeugdbeschermingstafel. Holland Rijnland

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 maart 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Aanvraag Transformatiefonds Jeugdhulp regio Amersfoort

*ZE9BA7CFE22* Raadsvergadering d.d. 23 september 2014

Hierbij zenden wij u het antwoord op de door u gestelde vragen op grond van artikel 32 reglement van orde van de gemeenteraad.

Aanpak: Interventieteam Gezinnen. Beschrijving

DE JEUGD- & GEZINSBESCHERMER

Position paper betreffende de evaluatie van de Jeugdwet, 19 april 2018

Regionaal en lokaal Beleidskader Transitie Jeugdzorg Route Zuidoost

Naam en telefoon. Miriam Kettani 9862 Afdeling. Portefeuillehouder

Memo. : Beantwoording vragen ouderbijdrage Jeugdhulp

Reactie op advies Platform Samenleving IJsselstein op ceo Jeugd over zaaknummer augustus 2018 blad 1 van D.A.

Verbinden, versterken, doen wat nodig is, deskundig. Jeugd&Gezinsteams Holland Rijnland

1. Samenvatting. 2. Inleiding. 3. Informatie. Agenda nr.7c

Raadsvragen van het raadslid dhr. D. Rennenberg (OAE) over Gascogne

Raadsvergadering van 14 maart 2013 Agendanummer: 9.1. Onderwerp: Inrichting stelsel Zorg voor jeugd (transitie jeugdzorg)

Vraaggericht, actief-anticiperend en detecterend. Surveillance van gezondheid, groei en ontwikkeling

Ontwikkelingen Jeugdhulp. AB 26 oktober 2016

Wat is Jeugdhulp? Kaders, uitgangspunten en inkoop, directeur sociaal domein Informatiebijeenkomst Raad 11 oktober 2017

Transformatie Jeugdzorg

Project in het kader van de voorbereiding op de transformatie jeugdzorg

De nieuwe Jeugdwet op hoofdlijnen. André Schoorl Programma stelselherziening jeugd

Onderwerp Convenant Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Regio Brabant Noord

Raadsvragen van de raadsleden mevrouw M. Verhees en de heer

G5 Uitgangspunten Bovenregionale Inkoop Jeugdhulp 2017

CliC t.a.v. Dhr. Grommen, Mercator 1. Sittard. Geachte heer Grommen,

Datum: 29 oktober 2015 Portefeuillehouder: Wethouder Windhouwer

Initiatiefvoorstel SP Leeuwarden. De Jeugdzorg wordt beter. Maart Uitgangspunten en voorbereidingen op de overheveling van verantwoordelijkheid

Burgemeester en Wethouders

Specialistische zorg. voor jongeren met complexe gedragsproblemen

Pedagogische civil society: Gemeenschappelijke activiteiten van burgers rondom het grootbrengen van kinderen.

Raadsvoorstel. Visie op decentralisatie Jeugdzorg. Maatschappelijke participatie. Beleid en regie. Vaststellen Perspectief op zorg voor jeugd Oostzaan

Aanleiding en probleemstelling

Uitkomsten verbeterpunten toezichtonderzoek Dordrecht

Raad op zaterdag Eindhoven 28 januari 2017 Ronde 1 van uur

Samenwerkende Jeugdzorg Specialisten. Midden-Brabant. Samenwerken voor kinderen en gezinnen in. Midden-Brabant

hoofdlijnennotitie Decentralisatie Jeugdzorg Westelijke Mijnstreek

Raadscommissievoorstel

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 januari 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Raadsvoorstel tot het vaststellen van de besteding reserve Wet maatschappelijkee. (raadsmotie oprichting Wmo-huis; februari oo8)

van het raadslid dhr. A. Rennenberg (OAE) inzake personeelsbeleid Betreft: Raadsvragen met betrekking tot personeelsbeleid, met name generatiepact

Hoor je mij wel? Kinderen van ouders met een ziekte, verslaving of beperking

Raadsvragen van het Ouderen Appel Eindhoven over Sociale Dienst.

Informatiebijeenkomst inkoop jeugdzorg West Brabant Oost 27 augustus. Welkom.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 december 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

VOORTGANG TRANSITIE JEUGD

Transformatieagenda jeugdhulp in Zuid-Limburg Bouwstenen voor een gezamenlijke werkwijze voor jeugdhulp

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 juni 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Betreft: Veranderingen in de jeugdhulp en het overgangsrecht - informatie voor ouders en verzorgers van kinderen in jeugdhulp

van de raadsleden dhr. A. Rennenberg en dhr. W. Claassen(OAE) over Personeel

Transcriptie:

gemeente Eindhoven Raadsnummer 15R6446 Inboeknummer 15bst01123 Beslisdatum B&W 18 augustus 2015 Dossiernummer 15.34.103(2.8.1) Raadsvragen van de raadsleden dhr. N. Rennenberg (OAE) en dhr. C. Verbeek (OAE) inzake Crisisopvang puilt uit Het Ouderen Appèl Eindhoven heeft vanaf het eerste begin van de veranderingen in de Jeugdzorg in verschillende gremia, vergaderingen van de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling, individuele gesprekken met collega raadsleden, in gesprekken met wethouders en/of betrokken ambtenaren of het stellen van schriftelijke vragen aan het college, er op gewezen dat bezuinigen op de Jeugdzorg, in de breedste zin van het woord, naar ons idee zal leiden tot ongewenste situaties. Reeds eerder hebben wij u over deze problematiek vragen gesteld. Uw antwoorden zijn, alhoewel met zorg geformuleerd, voor ons geen reden geweest om aan te nemen dat het in Eindhoven de goede kant opgaat voor wat Jeugdzorg betreft. Ook vandaag, 27 juli 2015, verschijnen er in het Eindhovens Dagblad twee artikelen van Ellen van Gaalen en Francine Wildenborg onder de titels: Crisisopvang jeugd puilt uit en Juiste hulp jeugd nu vaak te laat, die de noodklok luiden. Het bovenstaande is voor onze fractie aanleiding tot het stellen van de volgende vragen aan het college: 1. Deelt u onze mening dat veel van de huidige problemen waarmee we in de Jeugdzorg te maken hebben hun oorsprong vinden in de bezuinigingsmaatregelen van het huidige kabinet? Zo ja, welke stappen hebt u inmiddels gezet of gaat u zetten, of laten zetten door PvdA collega s, wiens partij tenslotte mede verantwoordelijk is voor de ontstane situatie, richting de staatssecretaris om de bestaande problemen op te lossen? Zo nee, wat zijn volgens u de oorzaken van de bestaande problemen binnen de Jeugdzorg in de breedste zin van het woord? 2. De crisisopvang voor kinderen met bijvoorbeeld psychoses, zelfmoordneigingen en ernstige gedragsproblemen zit overvol. Wat betekent dit voor (regio) Eindhoven? Kunt u ons een overzicht geven van het aantal plaatsen dat de diverse organisaties voor crisisopvang in onze regio hadden in 2013-2014, 2014-2015 en 2015-2016 en hoeveel plaatsen er daadwerkelijk gedurende de bovengenoemde periodes werden bezet? Welke conclusie valt er te trekken uit de cijfers die het antwoord op de bovenstaande vraag oplevert?

3. Hoeveel geld denkt u extra nodig te hebben om de Jeugdzorg zo te kunnen aanbieden in 2015-2016 en de periode daarna dat elk kind de zorg krijgt die nodig is? 4. Welke concrete werkopdracht hebben de generalisten van Wijeindhoven gekregen inzake begeleiding en doorverwijzing van kinderen naar tweedelijnshulp? Welke rol speelt het kostenaspect in deze? 5. Welke regels gelden er voor een generalist van Wijeindhoven qua tijdsinvestering vanaf het binnenkomen van een hulpvraag tot doorverwijzing naar tweedelijnshulp of andere concrete afspraken betreffende de benodigde hulp? 6. Kunt u ons betreffende doorverwijzing naar tweede lijns hulp een overzicht geven van de tijd die er in de periode 2013-2014, 2014-2015 en 2015-2016 zat tussen het eerste moment van contact tussen een hulpvrager en hulpverlener en het eerste contact van de hulpvrager met de tweedelijnshulpverlener? Welke conclusie valt er te trekken uit de cijfers die het antwoord op de bovenstaande vraag oplevert? 7. GGZ Nederland stelt dat het de wijkteams aan expertise ontbreekt om kinderen goed door te verwijzen. Op welke manier hebt u gewaarborgd dat alle generalisten van Wijeindhoven op dit moment over de juiste expertise beschikken? 8. Mochten nog niet alle generalisten van Wijeindhoven op dit moment over de juiste expertise beschikken, zoals in vraag 7bedoeld is, om kinderen op de juiste manier door te verwijzen, over hoeveel generalisten hebben we het dan en hoe ziet het tijdpad er uit waarbinnen zij hun expertise op het juiste niveau brengen en welke instrumenten worden daarbij ingezet? 9. Bezuinigen lijkt de mantra die gebruikt wordt in de Jeugdzorg. Kunt u aangeven hoeveel uren en/of budget kinderen en/of de gezinnen waar ze deel van uitmaken in 2015-2016 minder voor hen passende Jeugdzorg krijgen in vergelijking met voorgaande jaren? Hoeveel aanvragers hebben wat precies minder gekregen in vergelijking met voorgaande jaren? Hoeveel geld is hiermee concreet bespaard? 10. Het lijkt er alle schijn van te hebben dat de vernieuwingen in de Jeugdzorg te snel en in te korte tijd worden doorgevoerd, Specialisten spreken van minimaal 2 jaar voordat wijkteams optimaal functioneren. Bent u het met ons eens dat deze tijdsspanne ook voor Wijeindhoven geldt? Zo nee waarom niet? 11. Kunt u ons een overzicht geven van het aantal door de gemeente ingekochte plekken bij de bestaande hulpverlenende instanties in de Jeugdzorg betreffende de jaren 2013-2014 en 2014-2015 en 2015-2016. Indien van toepassing: hoe verklaart u de toename van het aantal ingekochte plekken? Hoe verklaart u de afname van het aantal ingekochte plekken? Eindhoven, 27 juli 2015 2

Antwoord van burgemeester en wethouders 1. Deelt u onze mening dat veel van de huidige problemen waarmee we in de Jeugdzorg te maken hebben hun oorsprong vinden in de bezuinigingsmaatregelen van het huidige kabinet? Zo ja, welke stappen hebt u inmiddels gezet of gaat u zetten, of laten zetten door PvdA collega s, wiens partij tenslotte mede verantwoordelijk is voor de ontstane situatie, richting de staatssecretaris om de bestaande problemen op te lossen? Zo nee, wat zijn volgens u de oorzaken van de bestaande problemen binnen de Jeugdzorg in de breedste zin van het woord? Er van uitgaande dat u met de huidige problemen waarmee we in de Jeugdzorg te maken hebben doelt op de situatie geschetst in de krantenartikelen delen wij dit niet, omdat wij deze problemen in onze regio niet direct herkennen. Wij herkennen wel dat enorme bezuinigen zijn doorgevoerd en we te maken hebben te maken met zorgaanbieders die aangeven dat zij als gevolg van de kortingen, die als gevolg van deze bezuinigingen zijn doorgevoerd, in de problemen komen. Wij brengen graag bij u in herinnering dat wij, mede namens de gemeenten in de regio Zuidoost Brabant, in overleg zijn met staatssecretaris Van Rijn (VWS) over het tekort op het macrobudget jeugd voor 2015. Wethouder Visscher heeft de laatste maanden regelmatig contact met de directeur generaal Volksgezondheid van dit ministerie. Deze acties hebben tot inzet om het geconstateerde tekort aangevuld te krijgen. Hierover hebben wij u geïnformeerd in de raadsinformatiebrief van 17 december 2014 met nummer 14R6121. Wij hebben tot op heden in onze regio geen concrete signalen ontvangen over kinderen die geen crisisplek konden krijgen op het moment dat dit noodzakelijk bleek. Niettemin nemen wij de recente berichtgeving rondom de overbezetting van crisisopvang serieus en willen wij net als u een betrouwbaar beeld hebben van de situatie in de regio Zuidoost-Brabant en specifiek Eindhoven. Daarom zijn de 18 partijen die aangesloten zijn bij SpoedvoorJeugd benaderd met het verzoek een vragenlijst in te vullen die betrekking heeft op de huidige situatie in de crisisopvang en crisiszorg, en de ontwikkeling hiervan ten opzichte van voorgaande jaren. De 18 partijen is verzocht voor 21 augustus de vragenlijst ingevuld terug te sturen. Op 16 september zullen de uitkomsten van het onderzoek tijdens de jaarvergadering van de Netwerkorganisatie worden gepresenteerd. Deze resultaten zullen dan ook voor u beschikbaar zijn. De nauwe samenwerking tussen WIJeindhoven en de partnerorganisaties in de regio beoogt het voorkomen van crisissituaties, maar dit is niet altijd mogelijk. De veiligheid en inzet van juiste zorg voor het kind staat altijd voorop. De stichting WIJeindhoven is volop in ontwikkeling en de samenwerking en continue afstemming tussen de WIJeindhoven en Spoedeisende zorg, Veilig Thuis en de Raad voor de Kinderbescherming zorgt ervoor dat generalisten tijdig om consultatie en advies kunnen vragen. Door middel van deze onderlinge consultatie- en adviesfunctie is het mogelijk om in een vroeg stadium adequaat te handelen en wordt daarnaast gewerkt aan deskundigheidsbevordering van de generalisten. 3

Wij realiseren ons dat de beoogde transformatie in de jeugdzorg in ontwikkeling is en we de ideale situatie nog niet bereikt hebben. We ervaren vanuit alle verschillende partijen een grote inzet, een gevoel van verantwoordelijkheid en bereidheid tot samenwerking. Er wordt, in de intensieve afstemming zoals hierboven geschetst, voortdurend gestuurd op optimalisatie van werkprocessen en werkwijzen zowel op casus- als op procesniveau. 2. De crisisopvang voor kinderen met bijvoorbeeld psychoses, zelfmoordneigingen en ernstige gedragsproblemen zit overvol. Wat betekent dit voor (regio) Eindhoven? Tot op heden hebben we geen signalen ontvangen dat crisishulp niet ingezet kan worden wanneer dit nodig blijkt. Het is voor ons heel belangrijk dat kinderen een plek kunnen krijgen in de crisisopvang op het moment dat dit nodig is. Wij hebben daarom voor de regio Zuidoost-Brabant met de betrokken organisaties geen volume afspraken gemaakt zodat er geen wachtlijsten kunnen ontstaan. Inzet is om een crisis waar het kan te voorkomen. Hierop wordt in de samenwerking, zoals bij vraag 1 beschreven is, ingezet. Het faciliteren van voldoende crisisplekken en de doorstroom naar passende zorg zijn onderdelen van de inzet van crisiszorg. Hierdoor wordt de beschikbaarheid van een crisisbed ten alle tijden gegarandeerd. In het belang van de jeugdige wordt toegewerkt naar terugkeer naar huis (met waar nodig ambulante ondersteuning) of naar een vervolgplek elders. Kunt u ons een overzicht geven van het aantal plaatsen dat de diverse organisaties voor crisisopvang in onze regio hadden in 2013-2014, 2014-2015 en 2015-2016 en hoeveel plaatsen er daadwerkelijk gedurende de bovengenoemde periodes werden bezet? Welke conclusie valt er te trekken uit de cijfers die het antwoord op de bovenstaande vraag oplevert? Dit is helaas niet mogelijk omdat wij van de betreffende organisaties geen exacte cijfers hebben ontvangen over de jaren voorafgaand aan de inkoop van 2015, het jaar dat de gemeenten verantwoordelijk werden voor de jeugdhulp inclusief crisishulp. Volledigheidshalve laten wij u weten dat cijfers ook in de toekomst in kalenderjaren inzichtelijk worden gemaakt. 3. Hoeveel geld denkt u extra nodig te hebben om de Jeugdzorg zo te kunnen aanbieden in 2015-2016 en de periode daarna dat elk kind de zorg krijgt die nodig is? Op dit moment zijn wij volop in gesprek met zorgaanbieders op het gebied van jeugd om tot inkoopafspraken te komen die recht doen aan de kwaliteit en kwantiteit van de zorg. Daarbij wordt in het licht van de landelijk opgelegde bezuinigingen ook gestuurd op innovatie en transformatie en een korting op prijsafspraken. Het is op dit moment nog niet mogelijk om een inschatting te geven van een eventueel tekort omdat nog geen 4

helder beeld geschetst kan worden van de zorg die dit jaar wordt afgenomen en omdat we zo min mogelijk met volumeafspraken hebben gewerkt. Landelijk ontvangen de gemeenten de productiegegevens van de jeugdhulpinstellingen ondanks herhaalde uitvraag niet of onvolledig. Hieraan liggen o.a. problemen op terrein van privacywetgeving en administratieve aanpassingen ten grondslag. De gegevens zijn nodig om te kunnen bepalen hoeveel geld de gemeenten uitgeven aan ingezette jeugdhulp. Iedere gemeente is per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor de beschikbaarheid en inzet van jeugdhulp. Uitgangspunt is dat ieder kind de zorg krijgt waar hij of zij recht op heeft. 4. Welke concrete werkopdracht hebben de generalisten van Wijeindhoven gekregen inzake begeleiding en doorverwijzing van kinderen naar tweedelijnshulp? Welke rol speelt het kostenaspect in deze? Zoals bekend zijn de WIJteams ondergebracht in een onafhankelijke stichting. Wij hebben ervoor gekozen om, net als bij andere partijen, geen werkopdracht mee te geven aan de generalisten. Wel heeft de Stichting WIJeindhoven de opdracht om de eerstelijns ondersteuning en toegang tot tweede lijn vorm te geven volgens de visie WIJeindhoven. Deze visie houdt in dat zij met ieder huishouden met een ondersteuningsvraag een passend ondersteuningsaanbod organiseren. Daarbij kijkt de generalist eerst wat er mogelijk is in de sociale basis en de eerste lijn. De generalist heeft ook de opdracht om tweedelijns ondersteuning in te schakelen wanneer dit nodig is. Van de wijkgerichte en integrale aanpak waarbij de wijkteams dichtbij de inwoners staan, verwachten wij een betere preventieve aanpak doordat de generalisten op alle leefdomeinen actief zijn en er een totaalbeeld wordt gevormd van de situatie in het gezin. Wij verwachten dat daardoor eerder wordt gesignaleerd wanneer er sprake is van in ernst oplopende vraagstukken op verschillende onderwerpen en dat door vroegtijdig ingrijpen een escalatie (zo goed mogelijk) voorkomen kan worden. Het bovenstaande is door visie en door inhoudelijke argumenten gedreven, waarbij de veiligheid en ontwikkeling van het kind voorop staat. Bij inzet van de ondersteuning wordt bekeken wat nodig is. Indien de ondersteuning die nodig is op verschillende manieren kan worden vormgegeven, wordt er een afweging gemaakt waarbij o.a. het kostenaspect wordt meegenomen. De kosten zijn echter nooit een beletsel om het kind de zorg te geven die het nodig heeft. 5. Welke regels gelden er voor een generalist van Wijeindhoven qua tijdsinvestering vanaf het binnenkomen van een hulpvraag tot doorverwijzing naar tweedelijnshulp of andere concrete afspraken betreffende de benodigde hulp? Er zijn geen regels opgesteld over de tijdsinvestering van een generalist ten aanzien van de doorverwijzing van een jeugdige richting tweedelijns specialistische hulp. De insteek is dat de ondersteuning daar waar mogelijk in de sociale basis of eerstelijns hulp 5

geboden wordt maar dat, daar waar dit in het belang van het kind niet voldoende is, tweedelijns specialistische hulp (direct) in wordt gezet. Hieraan zijn geen termijnen gebonden. 6. Kunt u ons betreffende doorverwijzing naar tweedelijns hulp een overzicht geven van de tijd die er in de periode 2013-2014, 2014-2015 en 2015-2016 zat tussen het eerste moment van contact tussen een hulpvrager en hulpverlener en het eerste contact van de hulpvrager met de tweedelijnshulpverlener? Welke conclusie valt er te trekken uit de cijfers die het antwoord op de bovenstaande vraag oplevert? U vraagt om cijfers die voor een groot deel betrekking hebben op een periode waarin wij nog niet verantwoordelijk waren voor de inzet van jeugdhulp en geen contract- en sturingsafspraken met de betreffende organisaties hadden. Deze cijfers zijn dan ook niet beschikbaar. Een conclusie kan niet getrokken worden. 7. GGZ Nederland stelt dat het de wijkteams aan expertise ontbreekt om kinderen goed door te verwijzen. Op welke manier hebt u gewaarborgd dat alle generalisten van Wijeindhoven op dit moment over de juiste expertise beschikken? In de Wijkteams werken professionals die afkomstig zijn uit alle expertisegebieden waarvan de Wijkteams taken overnemen. Zo werken er ook verschillende professionals die afkomstig zijn van de specialistische jeugdhulporganisaties (o.a. GGD, GGZ, BJZ, de Combinatie). Binnen de WIJorganisatie zijn verschillende kennisgroepen gevormd om voldoende expertise binnen de teams te borgen. Eén van deze kennisgroepen houdt zich bezig met de vraagstukken rond jeugd. Daarnaast wordt binnen de teams veel kennis gedeeld door middel van casusbesprekingen, intervisie en maatjessystemen. Als de expertise van de generalisten nog ontoereikend is, wordt geschakeld met specialisten. 8. Mochten nog niet alle generalisten van Wijeindhoven op dit moment over de juiste expertise beschikken, zoals in vraag 7bedoeld is, om kinderen op de juiste manier door te verwijzen, over hoeveel generalisten hebben we het dan en hoe ziet het tijdpad er uit waarbinnen zij hun expertise op het juiste niveau brengen en welke instrumenten worden daarbij ingezet? Wij hebben Stichting WIJeindhoven de opdracht gegeven om kwalitatief en kwantitatief op sterkte te komen. We hebben de stichting ook financiële ruimte gegeven om hiervoor een doelmatig opleidingsprogramma op te zetten. Stichting WIJeindhoven bepaalt zelf met welke organisaties hierover afspraken worden gemaakt. Daarbij ligt het, gezien de al bestaande samenwerking, voor de hand dat hiervoor ook tweedelijns jeugdhulporganisaties worden benaderd. 6

Hoeveel generalisten op dit moment nog niet over de juiste expertise beschikken is onbekend en omdat ieder team beschikt over specialisten, waaronder specialisten op het gebied van jeugdhulp niet maatgevend voor een adequate dienstverlening. De generalisten benutten elkaars expertise binnen de wijkteams. 9. Bezuinigen lijkt de mantra die gebruikt wordt in de Jeugdzorg. Kunt u aangeven hoeveel uren en/of budget kinderen en/of de gezinnen waar ze deel van uitmaken in 2015-2016 minder voor hen passende Jeugdzorg krijgen in vergelijking met voorgaande jaren? Hoeveel aanvragers hebben wat precies minder gekregen in vergelijking met voorgaande jaren? Hoeveel geld is hiermee concreet bespaard? De door het Rijk opgelegde bezuinigingen hebben er toe geleid dat de gemeenten een korting hebben moeten doorvoeren op de bugetten ten behoeve van zorgaanbieders. Er zijn echter geen volume afspraken gemaakt waardoor zorgaanbieders ieder ingezet traject achteraf kunnen declareren. Daardoor is er geen sprake van een beperkter aanbod in vergelijking met voorgaande jaren. Iedere jeugdige heeft recht op de voor hem of haar passende jeugdzorg. Er is niet bij voorbaat gesneden in het beschikbare aanbod. Wij verwachten dat de inzet van wijkteams en de nauwe samenwerking tussen belangrijke partijen zal leiden tot een breed, kwalitatief sterk aanbod jeugdhulp voor de kinderen die dat nodig hebben. Wij verwachten ook dat daardoor de tweedelijnszorg uiteindelijk zal afnemen. Een concreet antwoord op de door u gestelde vraag kan gelet op het bovenstaande niet gegeven worden. 10. Het lijkt er alle schijn van te hebben dat de vernieuwingen in de Jeugdzorg te snel en in te korte tijd worden doorgevoerd, Specialisten spreken van minimaal 2 jaar voordat wijkteams optimaal functioneren. Bent u het met ons eens dat deze tijdsspanne ook voor Wijeindhoven geldt? Zo nee waarom niet? Wij houden er rekening mee dat het twee jaar kan duren alvorens de wijkteams optimaal functioneren. Wij hebben wij de Stichting WIJeindhoven de opdracht gegeven om kwalitatief en kwantitatief op sterkte te komen. We hebben de stichting financiële ruimte gegeven om hiervoor een adequaat opleidingsprogramma op te zetten. Zie ook het antwoord op vraag 8. Omdat alle partijen onderschrijven dat de na de transitie ingezette transformatie een paar jaar van gezamenlijke ontwikkeling vraagt, is met de jeugdhulpaanbieders afgesproken dat zij de wijkteams door middel van samenwerking en deskundigheidsbevordering versterken. Hiermee beogen wij een versnelling in de doorontwikkeling van de teams en tegelijkertijd borgen we hiermee dat er sprake is van een sluitend aanbod jeugdhulp. 7

11. Kunt u ons een overzicht geven van het aantal door de gemeente ingekochte plekken bij de bestaande hulpverlenende instanties in de Jeugdzorg betreffende de jaren 2013-2014 en 2014-2015 en 2015-2016. Indien van toepassing: hoe verklaart u de toename van het aantal ingekochte plekken? Hoe verklaart u de afname van het aantal ingekochte plekken? Wij waren tot 1 januari 2015 niet verantwoordelijk voor de inkoop van jeugdhulp. Een concreet antwoord op uw vraag is dan ook niet mogelijk. Bij de inkoop van jeugdhulp voor 2015 is ervoor gekozen om niet te snijden in aantal beschikbare plekken maar contractafspraken per in te zetten traject te maken. Dit in het licht van de beoogde transformatie en daarnaast omdat er aangezien de jaarrekening van instellingen over 2014 nog niet beschikbaar was, alleen die van 2013 onvoldoende zicht was op de zorgbehoefte in het verleden en de verwachtingen voor 2015. Nu wij als gemeente verantwoordelijk zijn voor de inkoop zal in de loop van de tijd meer inzicht ontstaan in wat nodig is. Hier kan de inkoop te zijner tijd op worden aangepast, waarbij uiteraard geldt dat wanneer het nodig is er altijd een crisisplaats beschikbaar is. Eindhoven, 18 augustus 2015 Burgemeester en wethouders van Eindhoven 8