Iconen van de post 1929 tarievenboekjes Ton van Tast De omslag van het posttarievenboekje uit 1929 heeft een illustratief karakter. Ontwerper Ton van Tast tekent voor zowel de voorkant als de achterkant een kaart van Nederland. Op deze kaart bevinden zich onder meer bomen, treinen en huizen. Onderaan de kaart aan de voorzijde zien we een mannetje met een hele grote envelop in zijn hand richting een brievenbus lopen. Op de envelop staat te lezen "6 ct Binnenland". Van 1921 tot 1939 geeft Van Tast vorm aan de tarievenboekjes. EIGENSCHAPPEN afmeting 14,4 x 10 x 14,4 in gebruik vanaf 1929 TON VAN TAST Ton van Tast (pseudoniem van Anton van der Valk) wordt geboren op 24 april 1884 en weet al jong dat hij tekenaar en schilder wil worden. Zijn vader is het hier echter niet mee eens en stuurt zijn zoon naar de HBS. Zonder zijn opleiding te hebben afgerond schrijft Van der Valk zich in 1901 in voor de kunstacademie in Den Haag. Na zijn afstuderen in 1904 gaat hij verder studeren in Rotterdam en later ook in Parijs. Terug in Nederland gaat Van der Valk in de jaren twintig en dertig van de twintigste eeuw illustraties en karikaturen tekenen voor reclamefolders, boeken, kranten en tijdschriften. Bekend zijn zijn werken voor 'De Ware Jacob', 'De Hofstad' en 'De Groene Amsterdammer'. In 1913 maakt Van der Valk in opdracht van Elsevier Uitgeversmaatschappij te Amsterdam de illustraties voor het boek 'Sinbad de Zeeman'. Van der Valk brengt zijn werk niet uit onder zijn eigen naam, maar onder de pseudoniem Ton van Tast. 'Van Tast' is een zinspeling op 'fantast'. Van 1932 tot 1940 geeft Van Tast in de 'Haagsche Post' op komische wijze wekelijks de actualiteit weer in een paginagroot stripverhaal genaamd 'De daverende dingen dezer dagen'. Behalve zijn tekentalent ontwikkelt Van Tast ook zijn schildertalent. Hij maakt duizenden bizarre werken met een steeds terugkerende thematiek: de mens te midden van een bont gezelschap aan fantasiedieren en duivels. Zelf weet hij niet waarom hij alleen maar deze voorstellingen schildert: "Ik zie de wereld en mensen nu eenmaal zo". Vanaf zijn zeventigste tekent hij niet meer, maar schildert hij alleen nog maar.
Van Tast exposeert meerdere malen in tentoonstellingsruimtes en musea. Anton van der Valk overlijdt in 1975 op 91-jarige leeftijd. SCHETSEN TARIEVENBOEKJES 1921-HEDEN Tarievenboekje uit 1926 Tarievenboekje uit 1995 Tarievenboekje uit 1990 Tarievenboekje uit 1982 Tarievenboekje uit 1974 Tarievenboekje uit 1972
Tarievenboekje uit 1971 Tarievenboekje uit 1937 Tarievenboekje uit 1936 Tarivenboekje uit 1935
Tarievenboekje uit 1930, deel 2 Tarievenboekje uit 1930, deel 1 Tarievenboekje uit 1927 Tarievenboekje uit 2002
OVER DE VORMGEVING 1920 TOT 1930 De jaren twintig zijn wat betreft kunst en vormgeving zeer vruchtbaar en vernieuwend, ook voor PTT. J.F. van Royen beïnvloedt de vormgeving door het uitzetten van opdrachten aan kunstenaars. Er ontstaan nieuwe richtingen in de kunst, zoals het constructivisme, De Stijl, dada, Nieuwe Zakelijkheid en het surrealisme. Bij PTT is de vormgeving nog voor een groot deel geënt op art nouveau en de decoratieve vormen van de Amsterdamse School. Nu Van Royen een zo belangrijke functie bij de PTT heeft ingenomen, wordt zijn invloed steeds duidelijker zichtbaar. In 1922 wordt Van Royen tevens voorzitter van de Nederlandse Vereniging Voor Ambachts- en Nijverheids Kunst (VANK). Dit betekent dat hij vanuit zijn positie bij de PTT veel voor de kunstenaars in Nederland kan doen. Vanaf 1921 krijgt men de behoefte het emissiebeleid te veranderen en de oude, nog in voorraad zijnde, permanente zegels te vervangen door nieuwe permanente emissies. Kunstenaars als Willem van Konijnenburg, Jan Toorop, Jan Veth, P.A.H. Hofman, C.A. Lion Cachet, Anton Molkenboer en Chris Lebeau maken ontwerpen op klassieke wijze en in De Stijl van de Nieuwe Kunst. De stilering begint aan het eind van de jaren twintig te verdwijnen en het meer illustratieve komt ervoor in de plaats, zoals in de zegels van Kamerlingh Onnes, Fokko Mees, Van der Vossen en Jan Sluyters is te zien. In 1924 zet architect en rijksbouwmeester J. Crouwel, een gematigd aanhanger van de Amsterdamse School, het PTT-postkantoor neer aan de Neude in Utrecht. Het gebouw is rijkelijk versierd met beelden en ornamenten van beeldhouwer Van den Eynde. Meubilair, brievenbussen en informatieborden bij postkantoren worden vernieuwd. Van Royen zorgt voor een sfeer die herkenbaar is, een soort 'corporate identity'. Het typografisch strakke werk van Nicolaas de Koo levert hieraan een grote bijdrage. POST & MAATSCHAPPIJ 1920 TOT 1930 Werd in de jaren twintig de malaise toegewezen aan de Eerste Wereldoorlog, nu zoekt de PTT de oorzaak bij zichzelf. Met de komst van een nieuwe directeur-generaal met ervaring in het bedrijfsleven keert het tij voor de PTT. Er wordt in deze periode een nieuwe inkomstenbron ontdekt en er wordt bezuinigd door het aantal postbezorgingen per dag te verminderen. De oorzaak van de malaise in de periode van 1914 tot 1925 wordt in eerste instantie toegewezen aan de Eerste Wereldoorlog. Maar later zoekt men de oorzaak toch vooral bij de post zelf. Dit speelt in 1925 een belangrijke rol bij de keuze van een nieuwe directeur-generaal: men zoekt iemand met ervaring in het bedrijfsleven. De keuze valt op M.H. Damme, die veel belangstelling heeft voor het zogenoemde 'scientific management', dat zich richt op de rationalisatie van het arbeidsproces. De post boort een nieuwe bron van inkomsten aan door in 1925 ongeadresseerd drukwerk en kleine monsters huis aan huis te gaan bezorgen. Deze uitbreiding blijft overigens beperkt tot adressen die in de bestelloop liggen. Dit geeft ook aan waarom het ongeadresseerde verkeer zo aantrekkelijk is voor de post: tegenover de extra
opbrengsten staan amper meerkosten. Naast een nieuwe bron van inkomsten wordt er een nieuwe bezuinigingsmaatregel doorgevoerd. In de jaren twintig brengt de post, onder protest van het bedrijfsleven, het aantal postbezorgingen terug van vier naar drie per dag. De post verklaart dat de genomen maatregel noodzakelijk is om tariefsverlagingen mogelijk te maken; daar heeft het bedrijfsleven ook groot belang bij. In 1932 vervalt buiten de grote steden ook de derde bezorging. Dit is volgens de post mogelijk doordat het grootste deel van de correspondentie dankzij verbeteringen in het vervoer al bij de eerste bestelling kan worden bezorgd. Werd in de jaren twintig de malaise toegewezen aan de Eerste Wereldoorlog, nu zoekt de PTT de oorzaak bij zichzelf. Met de komst van een nieuwe directeur-generaal met ervaring in het bedrijfsleven keert het tij voor de PTT. Er wordt in deze periode een nieuwe inkomstenbron ontdekt en er wordt bezuinigd door het aantal postbezorgingen per dag te verminderen. bron: www.iconenvandepost.nl TNT Post