De rol van de burgemeester bij de sluiting van een kinderopvanglocatie

Vergelijkbare documenten
De rol van de burgemeester bij de sluiting van een kinderopvanglocatie

Art. 2. Dit besluit wordt aangehaald als: Handhavingsbesluit Baby s en Peuters van 11 december 2015.

Kind en Gezin Infosessie Zorginspectie en handhaving. Wie zijn we (niet)? Wat doen we?

Gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters - Handhaving voorwaarden

Algemene beginselen van handhaving op het Belgisch grondgebied. Openbare orde. Steven Dewulf Universiteit Antwerpen 24/10/2016

DECREET HOUDENDE DE ORGANISATIE VAN KINDEROPVANG VAN BABY S en PEUTERS. Ann Lobijn

college van burgemeester en schepenen Zitting van 3 juni 2016

ONDERSTEUNINGSREGLEMENT VOOR KINDEROPVANGPLAATSEN VOOR BABY S EN PEUTERS HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1: Locatiepremie

NAAR EEN VITALE SAMENWERKING tussen KINDEROPVANG en LOKAAL BESTUUR

Adviesrol lokaal bestuur bij kinderopvang

In de beleidsbrief Welzijn, Volksgezindheid en Gezin zegt de minister ook werk te maken van een flexibele kinderopvang.

Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2018 (BS ) houdende toekenning van een subsidie aan het lokaal loket kinderopvang

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Procedurebesluit Buitenschoolse Opvang van 19 december 2014;

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten

1. Deze toekenningsronde richt zich tot organisatoren met locaties gezinsopvang zonder subsidies voor inkomenstarief.

REGLEMENT BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN PREMIES AAN INITIATIEVEN VOOR KINDEROPVANG VAN BABY S EN PEUTERS IN NINOVE

Hoofdstuk 2. Voorwaarden voor de specifieke dienstverlening

4. Hoeveel zelfstandige kinderopvanginitiatieven stapten in 2013 en 2014 (cijfers tot september) uit het IKG-systeem?

Reglement voor het bekomen van een vergunning voor schenken van gegiste en/of sterke dranken bij de uitbating van drankgelegenheden

nr. 884 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 20 september 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderopvang - Centra voor Inclusieve Kinderopvang (CIK s)

De kaart trekken voor de volgende generatie. Ann Lobijn, stafmedewerker kinderopvang. Een atelier rond kinderopvang

houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters

1 punt 3 /1 wordt opgeheven; 2 er wordt een punt 14 /2 ingevoegd dat luidt als volgt:

College van burgemeester en schepenen

ABC van de bestuurlijke sluiting

College van burgemeester en schepenen

REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE. GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 12 december 2018)

Fusies van de Vlaamse gemeenten in 2019: gevolgen voor de kinderopvang

Organisatoren kunnen voor die subsidiegroepen een aanvraag voor bijkomende subsidieerbare plaatsen met de subsidie inkomenstarief indienen.

gemeenteraad Besluit De volgende bepalingen zijn van toepassing inzake de bevoegdheid: Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 42, 1.

Subsidies inclusieve opvang

Subsidies voor groepsopvang van schoolkinderen

Ontwerp van decreet houdende de organisatie van de voorschoolse kinderopvang DE VLAAMSE REGERING,

Bijzonder politiereglement betreffende overlast in het openbaar vervoer Goedkeuring

Uitbreidingsronde kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies

VVSG-studiedag Lokaal Handhaven. Lokaal handhaven brandpreventienormen

Lokaal loket kinderopvang. Resultaten enquête 2016

Titel 1. Algemene bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen

Reglement voor het bekomen van een speciale machtiging voor het schenken van sterke dranken bij de uitbating van occasionele drankgelegenheden

REGLEMENT BETREFFENDE DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES VAN DE. GEMEENTE KOKSIJDE (Hervastgesteld bij gemeenteraad van 22 juni 2015)

ALGEMEEN REGLEMENT OP DE

Zorginspectie in de kinderopvang

VR DOC.1441/2BIS

I. Situering Art. 4, eerste lid, 1 en 2 Decr.Vl. 20 april Art. 5, eerste lid, 3 Decr.Vl. 20 april 2012.

Reglement voor het bekomen van een vergunning voor schenken van gegiste en/of sterke dranken bij de uitbating van drankgelegenheden

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013, wat betreft flexibele opvang

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor basissubsidie (trap 1) groepsopvang

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

IV.4 PA/E/S IBO MB Dit is een gecoördineerde versie. De datum van de laatste versie is steeds de datum van het laatste wijzigingsbesluit

Decreet van 20 april 2012 (BS 15 juni 2012) houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters 1

GAS in Vlaanderen. Sinds 1999 bestaat het systeem om administratief te sanctioneren Nieuwe Gemeentewet + gemeentelijke reglementen Minderjarigen +16

( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld ( )

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 maart 2016;

Statuten Lokaal Overleg Kinderopvang

GEMEENTELIJK REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES

Bijzonder politiereglement betreffende overlast in het openbaar vervoer. Gelet op de Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid art. 117, 119bis en 135, 2;

Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 2 subsidies

Art. 2. Dit besluit wordt aangehaald als: Procedurebesluit Buitenschoolse Opvang van [datum].

ALGEMENE PRINCIPES UITBREIDINGSRONDE BASISSUBSIDIE (trap 1) 2018

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

van Cathy Coudyser, Karin Brouwers, Marnic De Meulemeester, Jan Van Esbroeck, Johan Verstreken en Bart Caron

De raad zendt hiervan binnen achtenveertig uren een afschrift aan de bestendige deputatie van de provincieraad.

Reglement voor de subsidiëring van kinderopvang van baby s en peuters volgens inkomenstarief

ONTWERP VAN DECREET. tot regeling van het handhavingsbeleid in de toeristische logiessector TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

20/02/2014 VERGUNNINGSVOORWAARDEN KINDEROPVANG BABY S EN PEUTERS INHOUD. 1. Nieuwe namen. Nieuwe namen

college van burgemeester en schepenen

Politieoptreden in geval van bezetting van privé plaatsen zonder titel noch recht. Kraken van panden KRAKEN

Afwijkingsmogelijkheden vergunning. Opvang met attest, erkenning, toestemming op 1 april 2014

OPVOLGING IN DE OPVANG

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN ZITTING 29/05/2018

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters, artikel 10, 3 ;

RECHT OP BIJSTAND VAN EEN VERTROUWENSPERSOON. Artikel 24

Gemeentereglement betreffende de exploitatie van en de beteugeling van overlast rond nachtwinkels en private bureaus voor telecommunicatie

Decreet van 17 oktober 2003 (BS 10 november 2003) betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen 1

Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix)

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 1 subsidies

BISNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Decr. Vl. R. 15 juni 1994 betreffende de milleubeleidsovereenkomsten (B.S., 8 juli 1994)

Kinderopvang cijfert 1. Het bezettingspercentage 2015

REGLEMENT TOELAGE VOOR VAKANTIEOPVANG VOOR KINDEREN VAN 2,5 TOT 6 JAAR

6. Preventiedienst - Politieverordening geluid - Hervaststelling.

Art Dit hoofdstuk is niet van toepassing op de leden van het gemeentepersoneel in contractueel dienstverband.

Voorgestelde aanpassingen aan het gecoördineerde politiereglement van Assenede van (politiezone Assenede Evergem)

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters, artikel 10, 1, 2 en 3 ;

Besluiten van de Vlaamse Regering van 22 november 2013 over de vergunningsvoorwaarden en de subsidies voor de kinderopvang van baby s en peuters

GEMEENTERAAD. Ontwerpbesluit

Wijzigingen organisator of kinderopvanglocatie zonder gevolgen voor de vergunning

gemeenteraad Zitting van 30 mei 2011

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 15 maart 2016;

Gemeente en OCMW Kuurne

Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties

EVENEMENTEN TOEGANKELIJK VOOR PUBLIEK EN ONDERWORPEN AAN VERGUNNINGEN. Welke ruimte hebben onze gemeenten?

Het Groene Gordel Front in Brugge en Ommeland

Vernieuwing kinderopvang in Vlaanderen en Brussel

REGELING VOOR DE OPVANG VAN RONDTREKKENDE WOONWAGENBEWONERS. 1. Proactief werken: de opvang van rondtrekkende woonwagenbewoners voorbereiden

Reglement voor het bekomen van een tap- en exploitatievergunning voor uitbating van horecazaken

TOELICHTING Tweede wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Heusden 2016 (APV)

special kinderopvang Alleen opvangvoorzieningen die met het lokaal loket kinderopvang samenwerken, worden nog vergund. 26 maart 2014 Lokaal

Transcriptie:

De rol van de burgemeester bij de sluiting van een kinderopvanglocatie Versie 1 4 augustus 2015 Alvorens iemand met kinderopvang van baby's en peuters kan starten, moet hij een vergunning hebben en aan verschillende voorwaarden voldoen. Deze voorwaarden zijn niet voor niets in het leven geroepen. Ze zijn er ter bescherming van de kinderen, de ouders en het personeel. Ouders die hun kind naar de opvang brengen moeten er kunnen op vertrouwen dat hun kind veilig en goed wordt opgevangen, komt dit in het gedrang dan moet er natuurlijk opgetreden worden. Bij de aanpak van onveilige situaties in opvanglocaties krijgen lokale besturen een belangrijke rol toebedeeld door de nieuwe gemeentewet, het gemeentedecreet en het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters. De burgemeester heeft de opdracht om er op toe te zien dat een kinderopvanglocatie die geen vergunning van Kind en Gezin meer heeft, ook effectief de deuren sluit. In het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters is reeds een regeling inzake handhaving opgenomen. Het besluit van de Vlaamse Regering houdende de maatregelen in het kader van de handhaving van de voorwaarden voor gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters (of kortweg het handhavingsbesluit van (datum 1 )) zal hier verder uitvoering aan geven. 1 Vergunningplicht Het decreet van 20 april 2012 voorziet een vergunningsplicht voor organisatoren van kinderopvang van baby s en peuters. Dit wil zeggen dat iedereen die gezinsopvang 2 of groepsopvang 3 van baby's en peuters organiseert, verplicht een vergunning moet hebben vooraleer hij kan starten met de opvang. Voor schoolgaande kinderen is er geen dergelijke vergunningsplicht en kan de opvang ook nog altijd doorgaan zonder erkenning of attest van toezicht. 1 Ontwerp BVR ligt klaar voor principiële goedkeuring door de Vlaamse Regering. De definitieve goedkeuring zou volgen in het najaar (sectoroverleg, 12 juni 2015). 2 Het kind wordt opgevangen door één of meerdere onthaalouders in een gezinswoning, huiselijk en kleinschalig. Het aantal kinderen dat gelijktijdig aanwezig mag zijn is beperkt tot maximaal 8. 3 Het kind wordt opgevangen in lokalen die specifiek voor de opvang zijn ingericht. Het aantal kinderen dat gelijktijdig wordt opgevangen is minstens 9.

Als de kinderopvanglocatie georganiseerd wordt zonder een vergunning van Kind en Gezin (als vermeld in artikel 4 van het decreet van 20 april 2012), of als de vergunning wordt opgeheven, geeft Kind en Gezin een sluitingsbevel aan de organisator. Dit sluitingsbevel vermeldt ook de datum waarop de sluiting ingaat. 1.1 Sluiting pas na een voorafgaand proces Een sluiting van een kinderopvanglocatie wordt niet zomaar van de ene dag op de andere doorgevoerd. De regelgeving en voorziet een trapsgewijze aanpak in het handhavingsproces, net om onder meer organisatoren van kinderopvang de kans te bieden om tekorten weg te werken vooraleer er ingrijpende maatregelen worden getroffen. Dit wil zeggen dat men pas in een laatste instantie overgaat tot de opheffing van de vergunning en de sluiting van de kinderopvanglocatie. Het concrete traject ziet er als volgt uit: 1. Dossieropvolging (voortraject): Klantenbeheer zal bij vaststelling van inbreuken contact opnemen met de organisator met de vraag om zich in regel te stellen. In deze fase ligt de focus op informeren en ondersteunen van de organisator bij het wegwerken van vastgestelde inbreuken. Klantenbeheer van Kind en Gezin zal tevens verwijzen naar bruikbare informatie voor de organisator en doorverwijzen naar relevante actoren die ondersteuning kunnen bieden bij het aanpakken van het probleem. De organisator bespreekt met Kind en Gezin hoe hij de inbreuk zal wegwerken. Het is de verantwoordelijkheid van de organisator om het nodige te doen om de inbreuk weg te werken. De organisator is vrij om te kiezen hoe hij de inbreuk wegwerkt. De opvolging hiervan gebeurt door Klantenbeheer van Kind en Gezin.

Wanneer blijkt dat de organisator niet/niet tijdig de noodzakelijke stappen zet, gaat Kind en Gezin over naar een volgende fase in het traject. 2. Aanmaning: In deze fase dwingt Kind en Gezin de organisator via een aanmaning om de inbreuk tegen een bepaalde datum weg te werken. De vrijheid die de organisator kreeg in de vorige fase, wordt hier beperkt. Kind en Gezin bepaalt een kader waarbinnen de organisator het nodige moet doen. Kind en Gezin kan bijvoorbeeld ook bepaalde voorwaarden opleggen. In geval van dringende noodzakelijkheid kan de aanmaning weggelaten worden. Als zelfs na een aanmaning de organisator niet de nodige actie ondernam, zal Kind en Gezin noodgedwongen naar de volgende fase gaan. 3. Voornemen van beslissing tot handhaving: Kind en Gezin laat de organisator per brief laten weten welke maatregel (vb. opheffing, schorsing, geldboete, ) men oplegt aan de organisator. In deze fase wordt de organisator gehoord door Kind en Gezin (schriftelijk of mondeling), en afhankelijk van de concrete omstandigheden, wordt ook het lokaal bestuur geïnformeerd. 4. Beslissing tot handhaving: Nadat de organisator gehoord werd of de termijn verstreken is waarbinnen de organisator kon reageren, kan Kind en Gezin een beslissing tot opheffing vergunning/sluiting nemen. In deze fase wordt het lokaal bestuur steeds geïnformeerd over de beslissing, de motivering en de contactpersoon voor verdere opvolging van het dossier. 5. Bezwaar/beroep: Tegen elke beslissing van Kind en Gezin kan de organisator beroep (geldboete) of bezwaar (alle andere beslissingen) aantekenen. Een beroep schorst de uitvoering van de beslissing, behalve in het geval dat een beslissing genomen is op basis van dringende noodzakelijkheid. Kind en Gezin informeert het lokaal bestuur als er bezwaar wordt aangetekend door de organisator. In geval van een ernstig gevaar voor de gezondheid of veiligheid van de kinderen in de opvang, kan de sluiting onmiddellijk worden opgelegd en wordt er geen voortraject doorlopen. 2 Rol van de burgemeester Kind en Gezin informeert de burgemeester over elke beslissing tot sluiting van een kinderopvanglocatie. Daarbij wordt steeds de motivatie voor de sluiting toegevoegd, samen met de vraag om na te gaan of de organisator effectief tegen de uiterste datum zijn locatie op

eigen initiatief gesloten heeft. Het is aan de burgemeester om na te gaan of het sluitingsbevel wordt nageleefd en Kind en Gezin vervolgens te informeren over zijn vaststellingen. Als blijkt dat de organisator niet spontaan is overgegaan tot sluiting, verzoekt Kind en Gezin de burgemeester schriftelijk om over te gaan tot de uitvoering van de sluitingsbeslissing. Die bestuurlijke maatregel wordt op kosten en risico van de organisator uitgevoerd. De burgemeester kan deze maatregel uitvoeren op grond van dat artikel 21 van het decreet Kinderopvang van baby s en peuters, artikel 2, tweede lid en artikel 64 van het Gemeentedecreet en artikel 134 van de Nieuwe Gemeentewet. Gemeentedecreet, art. 64: 1. Behoudens zijn bevoegdheden inzake de uitvoering van de politiewetten, politiedecreten, politieverordeningen, politiereglementen en politiebesluiten, inzake de bestuurlijke politie op het grondgebied van de gemeente en inzake dringende politieverordeningen, is de burgemeester bevoegd voor de uitvoering van de wetten, de decreten en de uitvoeringsbesluiten van de federale overheid, het gewest of de gemeenschap tenzij die bevoegdheid uitdrukkelijk aan een ander orgaan van de gemeente is opgedragen. 2. De burgemeester informeert de gemeenteraad over de wijze waarop hij die bevoegdheid uitoefent wanneer die daarom verzoekt. Decreet Kinderopvang van baby s en peuters, art. 21: Als de kinderopvanglocatie georganiseerd wordt zonder een vergunning van Kind en Gezin als vermeld in artikel 4, of als de vergunning wordt opgeheven, geeft Kind en Gezin een sluitingsbevel aan de organisator met vermelding van de datum waarop de sluiting ingaat. In geval van een imminent en ernstig gevaar voor de gezondheid of veiligheid van de kinderen kan de sluiting onmiddellijk worden opgelegd. Als de uitoefening van de kinderopvang opgeschort moet worden of als een kinderopvanglocatie moet sluiten, licht Kind en Gezin zo spoedig mogelijk de burgemeester van de gemeente van de kinderopvanglocatie daarover in. De burgemeester gaat na of de opschorting of het sluitingsbevel wordt nageleefd, en informeert Kind en Gezin daarover. Als na de inwerkingtreding van de schorsing of de sluiting van een kinderopvanglocatie wordt vastgesteld dat de werking ervan niet is stopgezet, gaat de burgemeester, op schriftelijk verzoek van Kind en Gezin, over tot de uitvoering van de bestuurlijke maatregel. Die maatregel wordt op kosten en risico van de organisator uitgevoerd. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels. De Nieuwe Gemeentewet, art 135: Art. 134ter Nieuwe Gemeentewet

Behoudens wanneer de bevoegdheid om in geval van hoogdringendheid een voorlopige sluiting van een instelling of de tijdelijke schorsing van een vergunning uit te spreken door een bijzondere regelgeving is toevertrouwd aan een andere overheid, kan de burgemeester wanneer elke verdere vertraging een ernstig nadeel zou kunnen berokkenen, die maatregelen nemen wanneer de voorwaarden van de uitbating van de instelling of van de vergunning niet worden nageleefd en nadat de overtreder de mogelijkheid werd geboden zijn verweermiddelen naar voren te brengen. Die maatregelen vervallen dadelijk indien zij door het college van burgemeester en schepenen in de eerstvolgende vergadering niet worden bekrachtigd. Zowel de sluiting als de schorsing kunnen een termijn van drie maanden niet overschrijden. Na verloop van deze termijn wordt de beslissing van de burgemeester van rechtswege geheven. [ ] ( 1 opgeheven bij Gemeentedecreet - art. 302, 123 - datum inwerkingtreding 1.1.2007 cfr. Besl. Vl. Reg. 24.11.2006 - art. 1, 38, n) en art. 5 - B.S. 30.11.2006) 2. De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen. Meer bepaald, en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden de volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd: 1 alles wat verband houdt met een veilig en vlot verkeer op openbare wegen, straten, kaden en pleinen, hetgeen omvat de reiniging, de verlichting, de opruiming van hindernissen, het slopen of herstellen van bouwvallige gebouwen, het verbod om aan ramen of andere delen van gebouwen enig voorwerp te plaatsen dat door zijn val schade kan berokkenen, of om wat dan ook te werpen dat voorbijgangers verwondingen of schade kan toebrengen of dat schadelijke uitwasemingen kan veroorzaken; voor zover de politie over het wegverkeer betrekking heeft op blijvende of periodieke toestanden, valt zij niet onder de toepassing van dit artikel; 2 het tegengaan van inbreuken op de openbare rust, zoals vechtpartijen en twisten met volksoploop op straat, tumult verwekt in plaatsen van openbare vergadering, nachtgerucht en nachtelijke samenscholingen die de rust van de inwoners verstoren; 3 het handhaven van de orde op plaatsen waar veel mensen samenkomen, zoals op jaarmarkten en markten, bij openbare vermakelijkheden en plechtigheden, vertoningen en spelen, in drankgelegenheden, kerken en andere openbare plaatsen; 4 het toezicht op een juiste toemeting bij het slijten van waren (waarvoor meeteenheden of meetwerktuigen gebruikt worden) en op de hygiëne van openbaar te koop gestelde eetwaren; 5 het nemen van passende maatregelen om rampen en plagen, zoals brand, epidemieën en epizoötieën te voorkomen en het verstrekken van de nodige hulp om ze te doen ophouden;

6 het verhelpen van hinderlijke voorvallen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven.] (W. 27.5.1989 - art. 2 - B.S. 30.5.1989) 7 [het nemen van de nodige maatregelen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast] (W. 13.5.1999 - art. 7 - B.S. 10.6.1999) 3 Concrete invulling van deze handhavingsopdracht Een verplichte sluiting van een kinderopvanglocatie is vandaag gelukkig uitzonderlijk. De aanpak en omgang met dergelijke situaties is maatwerk. De regelgeving bepaalt dat de burgemeester een opdracht heeft in dit verhaal, maar niet hoe de burgemeester deze opdracht moet uitvoeren. De burgemeester kan dus, naargelang de omstandigheden, zelf de meest gepaste werkwijze bepalen. Bij een verplichte sluiting van een kinderopvanglocatie zijn verschillen partijen betrokken: Kind en Gezin De organisator van kinderopvang De ouders Hieronder geven we enkele richtlijnen die de burgemeester kunnen helpen in het aanpakken van de situatie. 3.1 Inschatting van de situatie Het is belangrijk dat de burgemeester zicht heeft op de ernst van de situatie. Hoe dringend is de sluiting? Vraagt de situatie een onmiddellijke sluiting of kan er wat tijd genomen worden? Betreft het opvang in een gezinswoning of niet? Het is daarom belangrijk dat de burgemeester door Kind en Gezin tijdig betrokken wordt bij het proces dat Kind en Gezin doorloopt met de organisator. Zo heeft de burgemeester de kans om de situatie op te volgen en een eventuele interventie voor te bereiden. Wanneer Kind en Gezin een organisator de opdracht geeft om de deuren te sluiten, licht Kind en Gezin ook zo spoedig mogelijk de burgemeester van de gemeente in. De burgemeester ontvangt daarbij steeds de motivering voor de sluiting.

3.2 Overleg en bemiddeling Afhankelijk van de ernst van de situatie kan de burgemeester een overleg plannen met de bevoegde ambtenaar, de wijkagent en de verantwoordelijke(n) van de opvanglocatie. Waarom heeft de organisator geen vergunning? Waarom gaat de organisator niet over tot sluiting? Zo kan het verder verloop om de situatie bepaald worden. De burgemeester kan ook toelichten welke stappen het hij zal ondernemen indien de organisatie de opvang toch nog verder zet (vb. communicatie naar betrokken ouders). Uiteraard is het niet de bedoeling dat de sluitingsbeslissing van Kind en Gezin tijdens dit overleg in twijfel wordt getrokken. De organisator heeft in het voortraject met Kind en Gezin de kans gehad om inbreuken recht te zetten, maar heeft dit niet gedaan. De burgemeester moet erop toezien dat de organisator effectief de deuren sluit. 3.3 Communicatie naar de betrokken ouders Als de situatie door overleg en bemiddeling niet verandert en de organisator de deuren niet sluit, is het belangrijk dat de burgemeester ook de betrokken ouders informeert over het feit dat de kinderopvanglocatie waar zij gebruik van maken, een bevel tot sluiting heeft gekregen van Kind en Gezin. De burgemeester informeert de ouders ook over het feit dat zij een andere kinderopvanglocatie zullen moeten zoeken. Voor ouders is dit geen evidente situatie. Ouders zijn plots de opvangplaats voor hun kind kwijt en moeten dringend een alternatieve opvangplaats vinden. Om ouders hierbij te helpen is het belangrijk dat de burgemeester alternatieve opvangplaatsen kan voorstellen. Hiervoor kan de burgemeester bij Kind en Gezin een lijst opvragen met opvangadressen op het grondgebied en grondgebied van naburige gemeenten. Ouders kunnen sowieso steeds terecht op de website van K&G om een nieuwe opvangplaats te vinden. Kind en Gezin vraagt bij een sluiting van een opvanglocatie steeds de adressen op van de ouders om hen eveneens goed te informeren en de beslissing te duiden. Wanneer de organisator deze adressen echter niet ter beschikking stelt, voorziet Kind en Gezin een brief die via het lokale bestuur aan de ouders kan bezorgd worden. 3.4 Sluiting via eigen optreden De burgemeester kan een kinderopvanglocatie ook zelf een bevel tot sluiting opleggen. De burgemeester doet dit ook reeds in andere situaties, denk bijvoorbeeld het sluiten van een café wegens aanhoudende geluidsoverlast.

De manier waarop de burgemeester een opvanglocatie effectief sluit, hangt af van de situatie, de kinderopvanglocatie, de reden van de verplichte sluiting, enzovoort. In de letterlijke betekenis van het woord betekent dit dat er een slot op de deur wordt gezet zodat niemand nog binnen of buiten kan. Maar dit is niet mogelijk of nodig in alle situaties. Bij gezinsopvang bijvoorbeeld, wonen immers ook mensen in het gebouw. Vaak kan al heel wat bereikt worden met ruchtbaarmaking: het publiceren van het sluitingsbevel in een gemeenteblad, het ophangen van een affiche in de hal van de kinderopvanglocatie of aan de voordeur van de gezinsopvang of een affiche buiten aan de ingang van een groepsopvang. Het kan ook effectief zijn om bij het einde van een opvangdag of bij de start van de volgende opvangdag samen met de wijkagent aanwezig te zijn aan de ingang van de opvanglocatie en de ouders face-to-face te informeren. De burgemeester kan ook de toegang tot de kinderopvang vrij laten, maar het gebruik van een essentieel onderdeel voor het opvangen van kinderen onmogelijk maken, bv. keuken, toilet, toevoerkraan voor water of elektriciteit/gas afsluiten, enzovoort. Als er niemand woont in het gebouw, kan de kinderopvanglocatie verzegeld worden. De politie heeft het recht om een pad te verzegelen omwille van veiligheidsredenen. 3.5 Sluiting via optreden federale politie Wanneer geen van voorgaande stappen helpt bij het sluiten van de opvanglocatie, zal de burgemeester genoodzaakt zijn om de federale politie in te schakelen. De burgemeester en korpschef van lokale politie kunnen ondersteuning vragen aan de federale politie na contact met de arrondissementeel directeur-coördinator van de federale politie. De lijst per provincie vind je hier: www.politie.be/fed/nl/contact/diensten. 4 FAQ 4.1 Waarom verwittigt Kind en Gezin zelf niet alle ouders over het feit dat de organisator zijn vergunning heeft verloren? Als Kind en Gezin de adressen van de ouders heeft, zal Kind en Gezin dit steeds doen. De realiteit is echter anders. Kind en Gezin heeft alleen contactgegevens van ouders die gebruik maken van een kinderopvanglocatie die gesubsidieerd wordt voor het werken met inkomenstarief. Van alle locaties die geen subsidie of alleen een basissubsidie ontvangen, heeft Kind en Gezin geen zicht op welke kinderen gebruik maken van de opvang.

Kind en Gezin zal in zo n geval in het kader van handhaving wel steeds de adressen opvragen bij de organisator van kinderopvang, maar de praktijk leert dat Kind en Gezin in die gevallen de adressen vaak niet, niet tijdig of niet volledig krijgt van de organisator. Kind en Gezin zal dan een brief gericht aan de ouders ter beschikking stellen van het lokaal bestuur, zodat zij deze kunnen verspreiden en Kind en Gezin op die manier toch de ouders kan bereiken. 4.2 Waarom kan Kind en Gezin zelf de sluiting van een kinderopvanglocatie niet afdwingen? Omdat deze bevoegdheid en taak door het decreet aan de burgemeester gegeven werd. De decreetgever heeft binnen het welzijnsdomein wellicht aan analoge werkwijze willen vooropstellen als bij de ouderenzorg, waar deze rol ook aan de burgemeester wordt toebedeeld. 4.3 Moet de burgemeester eventuele keuzes die hij/zij maakt om sluiting af te dwingen voorleggen aan de gemeenteraad? Wanneer de burgemeester een beslissing van Kind en Gezin tot sluiting uitvoert, dan moet hij of zij dat niet voorleggen aan de gemeenteraad. Het uitvoeren van wetten en decreten (art. 64 GD) is de bevoegdheid van de burgemeester, niet van de gemeenteraad. Raadsleden mogen uiteraard wel vragen hoe de burgemeester zijn of haar bevoegdheden heeft uitgeoefend. Dan is het aan de burgemeester om hen hierover te informeren. 5 Contactgegevens Klantenbeheer Kind en Gezin Contactgegevens van klantenbeheer staan steeds bovenaan een schrijven van Kind en Gezin vermeld. Klantenbeheer bestaat uit 4 teams: Team Oost : provincies Vlaams-Brabant en Limburg: ko.oost@kindengezin.be; Team Centrum : Brussel en Zorgregio Aalst: ko.centrum@kindengezin.be; Team West : Provincies West- en Oost-Vlaanderen (met uitzondering van zorgregio Aalst): ko.west@kindengezin.be; Team Noord : Provincie Antwerpen: ko.noord@kindengezin.be