Projectteam Aan Regieraad Gegevens Gegevenslandschap Datum 15 oktober 2016 Van Michiel Borgers Oplegmemo bij gegevenslandschap 1. Aanleiding De Regieraad heeft besloten om in kleine stappen onderwerpen uit te werken en daarmee de horizon van het gegevenslandschap te verduidelijken. Zoals in juni afgesproken, zouden we dat doen via de korte termijn acties en via de uitwerking van de doelen en de aanpak. De afgelopen maanden zijn op de korte termijn acties de vraagstukken verdiept en beschreven. Daarnaast zijn, mede op basis van concrete cases en met overheidsbrede input, de hoofdthema s kwaliteit, transparantie en toegankelijkheid uitgewerkt in concrete doelen en is een aanpak uitgewerkt. Die laatste twee resultaten zijn met de leden van de Regieraad in twee avondsessies besproken op 28 en 29 september. Aan de regieraad wordt nu gevraagd een besluit te nemen over het vervolg van een aantal korte termijn acties, de concretisering van de doelen en de aanpak. 2. Korte termijn acties De regieraad heeft in april akkoord gegeven voor het starten van de korte termijn acties. Voor de korte termijn acties die nu lopen, staat hier een korte samenvatting vermeld, met de eventuele besluitpunten. Voor alle vervolgactiviteiten (van de acties a t/m c) geldt dat de gehanteerde werkwijze wordt voortgezet, waarin BZK coördinatie en penvoerderschap voert en andere overheidspartijen op eigen aangeven hieraan meewerken. In de bijlages (1 t/m 6) is voor een aantal korte termijn acties een uitgebreidere toelichting meegeleverd. a) Inzage en correctierecht Bijlage 1&2 De burger heeft recht op transparantie over de behandeling van zijn persoonsgegevens. Tevens is er een toenemende aandacht op bescherming van de eigen gegevens. De verschillende cases en onderzoeken wijzen erop dat de verschillende overheidsorganisaties deze behoefte onderschrijven en individueel proberen in te vullen. Voor de burger is deze uitvoering echter niet eenduidig en biedt de wet ruimte voor interpretatie waardoor deze, voor de burger, onsamenhangende afhandeling van verzoeken blijft bestaan. Dit blijkt ook uit de Pagina 1 van 5
ervaringen van deze werkgroep: wat moet en wat we doen sluit niet naadloos op elkaar aan en wordt door iedere organisatie op zijn eigen wijze ingevuld. De werkgroep adviseert de Regieraad in te stemmen met: 1. Het nader onderzoeken van de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming in relatie tot inzage- en correctierecht; a) Denk hierbij bijvoorbeeld aan de betekenis van het telkens informeren van de burger bij het raadplegen en delen van gegevens; b) Sluit, indien mogelijk, hierbij aan bij de reeds bestaande werkgroep belast met het onderzoeken van de AVG. 2. Het nader onderzoeken van de kaders voor uitvoering van correctierecht met terugwerkende kracht; 3. Besluiten of behoefte is aan het opzetten van een overheidsbreed dienstverleningsconcept 1 m.b.t. inzage en correctie van gegevens; a) Bepaal in hoeverre dit samenhang of overlap vertoont met reeds bestaande initiatieven voor een algemeen overheidsbreed dienstverleningsconcept; b) Een dergelijk dienstverleningsconcept kan bijvoorbeeld aandacht besteden aan: i. Afwegingskaders op basis waarvan organisaties de wettelijke vrijheid tot inzage kunnen interpreteren; ii. Eenduidige procedures voor de afhandeling van inzage- of correctieverzoeken; iii. Het abstractieniveau en inhoud van verstrekkingen. 4. Het starten van concrete acties om op korte termijn de mogelijkheden tot inzage voor de burger te verbeteren: a) Op korte termijn: Het nader onderzoeken van de mogelijkheden voor een centraal punt dat burgers kunnen gebruiken als escalatiemogelijkheid wanneer inzage bij een overheidspartij niet van de grond komt; b) Onderzoeken hoe principes van persoonlijk datamanagement toegepast kunnen worden in de eigen sector, hierbij kan bijvoorbeeld uitvoering worden gegeven aan elementen van Privacy by Design. 5. Het nader onderzoeken van de mogelijkheid van een eenduidige (digitale) ingang voor de burger ten behoeve van inzage- en correctierecht. b) Kaders en methodes voor juist gebruik van gegevens Bijlage 3&4 De werkgroep adviseert de Regieraad in te stemmen met: 1. De gehanteerde uitgangspunten; One size fits none en Het nooit-af-principe De werkgroep is zich er bewust van dat afwegingen per context kunnen en mogen verschillen, en dat de (technologische) ontwikkelingen een hoog tempo kennen. Dit zijn twee redenen waarom de overheid flexibel en wendbaar moet kunnen opereren 1 : dienstverleningsconcepten worden in andere trajecten bepaald, waarbij hier gedoeld wordt op de invulling van dienstverlening voor de inzage- & correctie van persoonsgegevens. Dit laatste zou natuurlijk moeten aansluiten op de algemene dienstverleningsconcepten. Pagina 2 van 5
en waar een afwegingskader voor een juist gebruik van gegevens dan ook op moet zijn ingesteld. 2. De opzet van het afwegingskader; Wat willen we? Wat mogen we? Wat kunnen we? In lijn met de algemene uitgangspunten voor een vernieuwd gegevenslandschap stelt de werkgroep voor om een gemeenschappelijk afwegingskader te ontwikkelen aan de hand waarvan organisaties op transparante, reproduceerbare wijze en rekening houdend met hun eigen context, een eigen goed onderbouwde afweging kunnen maken. Het kader moet voldoende flexibel zijn om nieuwe ontwikkelingen snel te accommoderen. Tegelijkertijd zal het gebruik van het afwegingskader bestuurlijke vraagstukken naar boven kunnen brengen die beleid en regelgeving kunnen beïnvloeden. 3. De prioritering van bestuurlijke vraagstukken; Geschillenbeslechting en bruggen bouwen Het is onvermijdelijk dat organisaties tot verschillende oordelen over juist gegevensgebruik komen, terwijl het komen tot overeenstemming noodzakelijk is als we gegevens van elkaar willen gebruiken. Het is wenselijk om naast het kader aanvullend gezamenlijke spelregels voor deze situaties te ontwikkelen. Kennisontwikkeling De werkgroep constateert op basis van de ervaringen binnen het eigen netwerk dat het veel, zo niet alle overheden en alle niveaus ontbreekt aan toereikende competenties om te kunnen komen tot de juiste afwegingen. Het is daarom raadzaam om gezamenlijk aan kennisontwikkeling en -uitwisseling te werken. Publiek én privaat De werkgroep is van mening dat de aandacht van de Regieraad Gegevens zich ook tot het private gegevensgebruik moet richten op het moment dat dit gebruik de beleidsdoelstellingen van de overheid raakt 2. De werkgroep acht het wenselijk te komen tot een voorstel waarin de zeggenschap over het gebruik van gegevens in zowel het publieke als private domein zo eenduidig mogelijk geregeld is. 4. De uitvoering van de vervolgwerkzaamheden, te weten: het verder uitwerken van het afwegingskader met de nadruk op het ontwikkelen en in de praktijk beproeven van tooling gericht op het gestructureerd en zoveel mogelijk geobjectiveerd beantwoorden van de hoofdvragen. het uitwerken van de hierboven beschreven bestuurlijke vraagstukken in voorstellen hoe hiermee om te gaan. c) Federatief kenniscentrum Bijlage 5 2 Als voorbeeld kan de actieve rol van IenM bij het beschikbaar stellen van OV-gegevens door private vervoersbedrijven aan burgers en bedrijven genoemd worden. Hoewel het ministerie deze gegevens voor de eigen beleidsuitvoering niet nodig heeft, helpen ze wel bij het bereiken van mobiliteitsdoelstellingen. Pagina 3 van 5
De werkgroep adviseert de Regieraad: In te stemmen met de structuur en werkwijze van het Federatief Kenniscentrum Gegevens en zorgt er daarmee voor dat vragen sneller en goedkoper kunnen worden beantwoord dan wanneer overheden dit ieder voor zich doen. Na een half jaar wordt geëvalueerd of het kenniscentrum voldoende toegevoegde waarde heeft om structureel voortgezet te worden. De werkgroep adviseert de regieraad: 2. Toe te zeggen deskundigheid beschikbaar te stellen voor beantwoording van vragen en deelname aan projecten voor vragen zonder pasklaar antwoord (zover daarvoor capaciteit beschikbaar is). 3. De kosten voor de inzet van de deskundigen worden volgens het financieringsmodel (zie concretisering doelstelling en aanpak) gezamenlijk en met gesloten beurs gedragen. 4. Bekendheid te geven aan het Federatief Kenniscentrum en concrete vraagstukken aan te dragen. d) Gegevenscatalogus De Stelselcatalogus heeft als doel het hergebruik van gegevens te bevorderen door te laten zien welke gegevens er binnen de overheid zijn en wat ze betekenen. Doelgroepen zijn daarbij ICT ers, beleidsmedewerkers en wetgevingsjuristen. Uit een gebruikersonderzoek kwam naar voren dat een aantal zaken kunnen worden verbeterd. Voor dit jaar is besloten met name de gebruikersinterface voor gebruikers en leveranciers te verbeteren, alsmede een veelgevraagde functionaliteit toe te voegen, namelijk Linked Data Overheid (LiDo). Linked data wordt steeds vaker gebruikt, binnen en buiten de overheid, en maakt het steeds eenvoudiger om in samenwerking met anderen een veelzijdige catalogus op te bouwen. Op dit moment loopt de verbetering van de Gegevenscatalogus volgens schema en zijn er geen vraagstukken te melden. e) Kwaliteitsmeting basisregistraties Op dit moment vindt er een kwaliteitsmeting plaats waarbij de gegevens in de BRP, HR, BAG, WOZ en BRK in relatie tot elkaar worden vergeleken. Het doel hiervan is om uiteindelijk de kwaliteit te verhogen van de (bron)gegevens. Dit vanuit de gedachte zoals die ook in het Digiprogramma 2016-2017 is geformuleerd er worden afspraken gemaakt over het op een eenduidige wijze en structureel meten van de kwaliteit van de basisregistraties afzonderlijk, maar ook in relatie tot elkaar. Dit gebeurt in samenwerking met het CBS. 3 De resultaten zullen volgens planning in november 2016 door CBS openbaar worden gemaakt. Kwaliteitsissues kunnen daarna door de betreffende basisregistraties worden opgepakt. Hiertoe krijgt men de detailgegevens van CBS geleverd. Op dit moment zijn er dan ook geen vraagstukken te melden. f) Regie op gegevens (loopt via regieraad Dienstverlening) Bijlage 6 3 Digiprogramma 2016-2017, pagina 12 Pagina 4 van 5
Het programma Burgers en Bedrijven in Regie op Gegevens (RoG) verkent de toepassing van afsprakenstelsels t.b.v. Persoonlijk Data Management (PDM) en de vraagstukken die daarmee gemoeid zijn. Afgelopen periode is er veel werk verzet m.b.t. het mobiliseren van pilots met QiY en TrustTester, wat nog niet heeft geleid tot het gewenste resultaat. Momenteel loopt de verkenning voor een brede Pilot met het Qiy concept vanuit diverse overheidsinitiatieven. In het bijzonder zal daarbij ook gekeken worden naar de ontsluiting van gegevens via zogenaamde API s. Parallel hieraan loopt de uitwerking van (bestuurlijke) vraagstukken: zo zijn de informele voorzieningentoetsen op Qiy & TrustTester opgeleverd en is de PIA op Qiy in afronding. Daarnaast worden de juridische vraagstukken rond PDM in een juridisch essay verder uitgewerkt. De oplevering hiervoor staat gepland voor eind oktober. Op dit moment zijn er geen vraagstukken voor de regieraad Gegevens. 3. Concretisering doelstellingen en aanpak Tijdens twee avondsessies op 28 en 29 oktober hebben de leden van de regieraad de concretisering van doelen en bijbehorende aanpak voor het gegevenslandschap besproken. Op basis van die twee avondsessies zijn de concrete doelen en aanpak beperkt aangepast en naar eenieder rondgestuurd. Hierbij is bewust gekozen voor een aanpak waarin de domeinen in the lead zijn en waarin (vraaggestuurd) gemeenschappelijke of overkoepelende vraagstukken worden opgepakt. De Regieraad wordt nu gevraagd: 1. Om de concrete doelen, zoals beschreven in bijlage 7, als richting gevend te beschouwen voor het gebruik van gegevens binnen de overheid. 2. Akkoord te gaan met de aanpak met bijbehorend financieringsmodel, zoals beschreven bij bijlage 8. 3. Per domein de komende twee maanden (tot 1 januari 2017) een start te maken 4 met het in kaart brengen van de stand van zaken en het ambitieniveau tot en met 2021 van hun gegevenslandschap. De projectgroep ondersteunt dit proces en zorgt voor inzicht van overkoepelende vraagstukken en problemen en legt deze vast in een roadmap. 4. Begin volgend jaar streven is februari de resultaten, in een nader te bepalen vorm, met elkaar te delen. We adviseren de regieraad om het Nationaal Beraad te informeren over de wijze waarop de regieraad de doorontwikkeling van het gegevenslandschap oppakt. 4 : hiermee houden we rekening met de verschillen in dynamiek van de verschillende organisaties en kan men vanaf januari ook leren van de best-practices die opgedaan zijn. Pagina 5 van 5