Lieve gemeente, Vorige week op 13 januari is de maand van de Spiritualiteit begonnen. Het thema is dit jaar: compassie. Eerlijk gezegd verbaasde me dat een beetje, omdat ik dacht dat compassie een woord is voor iets dat niet meer bij onze tijd past. Compassie is, om het zo maar te zeggen, niet meer in. Het hoort bij goed zijn, soft wordt het wel genoemd, en het wordt vaak geassocieerd met links zijn. En links en goed zijn anno 2017 niet meer in. Over een paar maanden zijn er verkiezingen en ik denk niet dat het woord compassie in veel verkiezingsprogramma s zal opduiken, want daar trek je vast geen kiezers mee. Toch dus compassie als thema van de maand van de Spiritualiteit. In het kader van deze maand met dit thema heeft Rosita Steenbeek een essay geschreven over compassie. De titel van dat essay luidt: Heb uw vijanden lief. Het komt regelrecht uit de Bijbel. En dat is weer niet helemaal verwonderlijk omdat de schrijfster 2 grootvaders had die allebei predikant waren. Zij is dus erg vertrouwd met de woorden en ideeën uit de Bijbel, want ze is er mee opgegroeid. Zij is op zoek gegaan naar compassie en kwam toen terecht op het Italiaanse eiland Lampedusa, waar al jarenlang bootvluchtelingen worden opgevangen die het erop wagen om de oversteek naar Europa vanuit Afrika te maken. Als definitie van het begrip compassie vond zij: het vermogen ons betrokken te voelen bij het lijden van anderen. En dat niet alleen, maar dit gaat ook samen met de wens dit te verlichten en de bereidheid om daarin verantwoordelijkheid te nemen. 1
Het gaat dus om betrokkenheid bij het lijden en om dat te willen verlichten. En het gaat over verantwoordelijkheid willen nemen. Je kunt ook spreken over mededogen, erbarmen en ontferming. En wat ook belangrijk is: je staat naast degene die het moeilijk heeft. Je bent aan elkaar gelijk. In alle religies is compassie een buitengewoon belangrijk element en verbindt het de godsdiensten met elkaar en ook met bijv. het humanisme. Zo is bijvoorbeeld de Dalai Lama van mening dat de wereld niet kan overleven zonder compassie. In de wereld van vandaag wordt vaak meer gedacht in cijfers in plaats van in mensen. En er is sprake van vervreemding. Vorige week stond in de krant dat de dieven van de verlovingsring van Kim Kardashian waren gevangen. Een verlovingsring die 4 miljoen waard was. En in de afgelopen week las ik dat de 8 rijkste mensen op aarde net zoveel hebben als de armste helft van de wereldbevolking samen. Vervreemding is het woord dat bij mij opkomt. En er gaapt een kloof tussen mensen. Daarom is het nu meer dan ooit tijd voor compassie. Tijd om naar elkaar te luisteren want vaak weten wij zo weinig over de ander. Meestal zijn we snel geneigd om mensen over één kam te scheren. Als voorbeeld van compassie vertelt de schrijfster over een stille tocht in haar woonplaats rondom 4 mei. 2
Ze had op een school verteld over de holocaust en dat familie van haar ook vluchtelingen waren geweest op de vlucht voor het nazi-bewind en dat zij nu in Israël woonden. Er waren Syrische vluchtelingen onder de kinderen en zij werden ook uitgenodigd aan de stille tocht deel te nemen. En hoewel afkomstig uit een land dat geen warme gevoelens voor Israël heeft, liepen ze mee. Want, zeiden zij, We zijn allemaal mensen en we willen allemaal in vrede leven. Na afloop werd er gezamenlijk koffie gedronken, met Syriërs, Koerden, Christenen, Joden en Marokkanen. Iedereen stond met elkaar te praten en even zagen ze hoe de wereld eruit zou kunnen zien. Vandaag hebben we in de Bijbel gelezen hoe Jezus begint met zijn werk. Hij roept de mensen op om hun leven te veranderen en kondigt daarbij aan dat Gods nieuwe wereld dichtbij is. En hij beroept zich daarbij op de profeten uit zijn bijbel, de Tenach, het Oude Testament. Want die profeten uit het Oude Testament riepen al op tot verandering bij de mensen. Het gaat niet alleen om een mooie eredienst, zeiden zij, of om veel offers. Zoals in Jesaja1: 11 Wat moet ik met al jullie offers? zegt de HEER. Ik heb genoeg van die schapen, die vetgemeste kalveren; het bloed van stieren, rammen en bokken wil ik niet meer. 12 En wanneer jullie voor mij verschijnen wie heeft je gevraagd mijn voorhoven plat te lopen? 3
13 Houd op met die zinloze offergaven. Ik heb een afschuw van jullie wierook; jullie feesten, nieuwemaan en sabbat, ik duld ze niet naast al dat wangedrag. 14 Van jullie nieuwemaan, van ál jullie feesten heb ik een afkeer, ze hinderen mij, ik kan ze niet langer verdragen. 15 Wanneer jullie je handen opheffen, wend ik mijn ogen af, ook als je aanhoudend bidt, luister ik niet. Aan jullie handen kleeft bloed! 16 Was je, reinig je, maak een eind aan je misdaden, ik kan ze niet meer zien. Vermijd alle kwaad 17 en leer goed te doen. Zoek het recht, houd tirannen in toom, bied wezen bescherming, sta weduwen bij. Het gaat niet, zegt Jesaja hier, om mooie religieuze gebaren of om religieuze feesten. Het gaat erom dat je God dient, dat is doen wat God zegt dat je moet doen en dat is werken aan de wereld. Zorgen dat die wereld goed draait en functioneert. Dat er geen mensen onder de voet worden gelopen, mensen aan de onderkant van de samenleving die niet voor zichzelf kunnen opkomen. Met de term wezen en weduwen vat Jesaja hen samen. Zorg ervoor dat er een rechtvaardige samenleving ontstaat waarin ieder mens tot zijn en haar recht komt. Dat ieder mens te eten heeft en in vrede kan leven, naar school kan gaan en zich kan ontwikkelen. 4
Harde, duidelijke oproepen waarvoor de profeten zich baseerden op de Thora, de wet van God. Want als je de Thora leest, al die 613 geboden waarin staat hoe het volk Israël God moet dienen, en je zoekt naar de achtergrond en de betekenis daarvan, dan ontdek je wat de profeten ontdekt hebben. Dat je God dient wanneer je je bekommert om je medemens en wanneer je werkt aan een eerlijke en betrouwbare samenleving. Dat is niet alleen maar lief zijn voor elkaar, wat we soms misschien denken. Het is veel meer. Het is leren hoe je moet leven met elkaar zonder dat er iemand onrecht wordt gedaan. Het is leren hoe je bij onenigheid en ruzie en bij uiteenlopende belangen tot een oplossing komt die elkaar niet tekort doet. Het is eraan werken dat dingen eerlijk en fair worden geregeld. En dat gaat niet zomaar. Dat hebben de profeten gemerkt die daar eeuwenlang keer op keer op terug kwamen. En ook Johannes de Doper had het hierover: Bekeer je, want er moet wat veranderen in je leven. En nu Johannes gevangen genomen is, neemt Jezus het stokje over. Verander je leven, want de nieuwe wereld van God is dichtbij. Dit is zijn blijde boodschap, zijn evangelie, dat er bevrijding mogelijk is voor in zichzelf geïsoleerde en vervreemde mensen. Voor mensen die gevangen zitten in wat dan ook, voor mensen die blind zijn voor wat er werkelijk toe doet, voor mensen die in de maatschappij onder de voet worden gelopen. 5
Het is een visioen van een betere wereld en in de verhalen kun je lezen hoe Jezus zelf in zijn prediking en in zijn optreden leeft vanuit dit visioen en uit de kracht van deze geest. Bij hem is die nieuwe wereld er al. Die nieuwe betere wereld ofwel het koninkrijk van God, waarin God koning is, dat houdt in waarin iedereen leeft vanuit die geestkracht die wij God noemen, dat is een beweging tot op vandaag. Het is de beweging van breken en delen: brood breken en delen, en wie twee hemden heeft, geeft er een weg aan zijn arme broertje of zusje. De beweging van compassie, erbarmen hebben met een medemens. Die beweging van compassie en solidariteit is door Jezus verkondigd als Gods toekomstvisioen, als koninkrijk van God. In een klein versje gaat het zo: Waar lijkt het op, het koninkrijk van God, Waarmee zal ik het vergelijken? Het lijkt op een mosterdzaadje: Een mens neemt het en zaait het in zijn tuin, Het schiet op en wordt een boom En de vogels van de hemel slaan hun tent op in zijn takken. Waar staat die boom? Ik zie nog geen boom. Tot slot nog wat getallen: Volgens een steekproef onder jongeren vindt 55 % een wereld zonder oorlog onmogelijk. En een wereld zonder honger? 6
55% denkt dat dit moet kunnen. En op de vraag : Zou je een jaar voor een minimumloon willen werken zodat er in een aantal landen in Afrika geen honger meer is? zegt 52% nee. Een week wel, zegt 57%. Andere vraag: zou je een leven zonder luxe willen zodat er op de wereld geen honger meer is? Nee, zegt bijna 50%. Ja, zegt ruim 33%. Een derde van de jongeren zegt ja. Zegt bereid te zijn tot een leven zonder luxe. We zien een schuchter en klein boompje. Er zijn natuurlijk nog veel meer vragen: Wat bedoel je met luxe? En werkt het ook zo, dat wanneer wij onze luxe opgeven, dat er dan nergens op de wereld meer honger zou zijn. Het is onbegonnen werk. We hoeven er niet aan te denken dat wij al of niet met hulp van God de mensen in Afrika van de honger zouden kunnen redden. Er is maar één oplossing: Dat we en toch zeggen en hier ben ik en dan om ons heen kijken of er nog iemand is die dat ook zegt. En dan samen proberen te redden wat we redden kunnen. Als gemeente, als kerk, spreken we elke keer opnieuw af, dat we zullen proberen te redden wat er te redden valt. Dat we blijven geloven in compassie en mededogen. 7
En in solidariteit en ontferming. Dat we aansluiting zoeken, terwijl we zingen en bidden, bij al het goede dat er overal in de wereld gedaan wordt. En dan zullen we zien wat we in Jesaja 43 lezen: Blijf niet staren op wat vroeger was, Sta niet stil in het verleden, Ik, zegt Hij, ga iets nieuws beginnen, Het is al begonnen, merk je het niet Amen 8