BELEIDSREGELS ONTHEFFING AVONDWINKELS OP ZON- EN FEESTDAGEN Inleiding Met de vaststelling van een nieuwe verordening inzake de winkeltijden ontstaat de noodzaak tot het vaststellen van beleidsregels ten aanzien van ontheffingen voor avondwinkels. De beleidsregels geven invulling aan bevoegdheden op grond van de wettelijke regels. Op grond van artikel 3, vierde lid van de Winkeltijdenwet (verder: de wet) en artikel 5 van de Verordening inzake winkeltijden Tiel 2009 (verder: de verordening) kan het college van burgemeester en wethouders op zonen feestdagen voor maximaal 2 winkels ontheffing verlenen tussen 16.00 uur en 24.00 uur. Deze ontheffing kan alleen worden verleend voor winkels die hoofdzakelijk eet- en drinkwaar verkopen. Afweging van belangen beleidskader Blijkens de memorie van Toelichting (MvT 1994-1995, 24226, nr. 3) speelt de openbare orde en veiligheid, in het bijzonder het voorkomen van hinder en overlast, een belangrijke rol bij de beoordeling van ontheffingen. Vooralsnog lijkt er geen ruimte te zijn voor een toetsing op economische gronden. Tot voor kort werd een dergelijke grondslag (redelijk verzorgingsniveau) ten aanzien van standplaatsvergunningen gehanteerd. De VNG adviseert inmiddels deze weigeringsgrond te laten vervallen omdat deze zich niet verhoudt tot de Europese Dienstenrichtlijn. Om dezelfde redenen dient ook ten aanzien van dit beleidsterrein te worden aangenomen dat het afwegingskader beperkt is tot openbare orde en veiligheid, in het bijzonder het voorkomen van hinder en overlast. In artikel 7, tweede lid van de verordening is dit kader voor wat betreft de weigeringsgronden als volgt uitgewerkt: "De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel." aspecten openbare orde: invloed openstelling op woon- en leefsituatie Artikel 6 van de Zondagswet bepaalt dat het verboden is om op zondag zonder genoegzame reden de openbare rust door arbeid in beroep of bedrijf te verstoren. Op zich staat dit de zondagsopenstelling niet in de weg. Wel moge duidelijk zijn dat ondernemers te allen tijde verantwoordelijk blijven voor het bewaren van die rust. Zo bezien dient ook de Gemeente Tiel het belang van omwonenden bij het bewaren van zoveel mogelijk rust zwaar te laten wegen. De activiteiten die gepaard gaan met de openstelling van twee avondwinkels op de zondag zullen per definitie enige mate van overlast met zich meebrengen. Concreet gaat het daarbij om de volgende activiteiten: - bevoorrading van winkels - autoverkeer van bezoekers - parkeren bezoekers - voetverkeer/aanwezigheid bezoekers Overigens kan de overlast die met deze activiteiten niet alleen door omwonenden worden ervaren, maar ook door het publiek op straat. Indien er sprake is van bestaande overlast, dient beoordeeld te worden of en in hoeverre het verlenen van een vrijstelling deze overlast versterkt. Uitgangspunten beleid Op grond van het gestelde in de wet en artikel 5 van de verordening kan slechts aan twee winkels ontheffing worden verleend. Inmiddels hebben zich al verschillende gegadigden gemeld. Aangenomen kan worden dat er in beginsel vele winkels in aanmerking kunnen komen voor een ontheffing. Dit maakt de beoordeling van de voorliggende aanvragen buitengewoon lastig. Tegelijkertijd is het van belang om betrokkenen zoveel mogelijk zekerheid te bieden ten aanzien van de mogelijkheden tot het verkrijgen van een ontheffing. Daarom wordt er voor gekozen om niet alleen indicatoren te formuleren, maar deze tevens te vertalen naar het huidige winkelaanbod. Positieve indicatoren verlenen ontheffing: Voorkomen verkeershinder Bij voorkeur bevindt de winkel zich direct aan een verkeersintensieve weg bedoeld voor het doorgaande verkeer. Voorkomen hinder parkeren Parkeren door bezoekers dient bij voorkeur plaats te vinden op een eigen parkeerterrein, dan wel op parkeerplaatsen die ten behoeve van de winkel beschikbaar zijn.
Voorkomen overige hinder De winkel is bij voorkeur buiten de woonomgeving gevestigd. In elk geval dient de woonomgeving zo min mogelijk negatief door de winkelactiviteiten beïnvloed te worden. In geval van bestaande overlast (bijvoorbeeld de hinder en overtredingen die plaatsvinden door hangjongeren in de winkelcentra Nieuwe Tielse weg, Westroyen, Rauwenhof en Passewaaij) wordt een lagere score toegekend. Vertaling indicatoren naar bestaand winkelaanbod Hierna is het bestaande winkelaanbod beoordeeld aan de hand van de indicatoren. Het betreft winkels die hoofdzakelijk eet- en drinkwaren verkopen. Per locatie is een score van 0 (negatief) tot en met 3 (positief) gegeven op de onderdelen Verkeer, Parkeren en Overige. Onder de categorie 'overige' worden de overige aspecten die van belang zijn voor wat betreft de woon- en leefsituatie gescoord. (zie paragraaf 'afweging van belangen'). De locatie met de hoogste totaalscore komt het meest in aanmerking voor een ontheffing. Winkel Verkeer Parkeren Overige Totaal AH Veemarkt 1 3 3 3 9 C1000 Binnenhoek 2 3 3 2 8 LIDL Binnenhoek 2 3 3 2 8 EMTE N. Tielseweg 3 3 2 8 EMTE Westroyen 3 2 2 7 ALDI 0 3 1 4 COOP 1 2 1 4 AH Passewaaij 1 2 1 4 Kapel-Avezaath 0 0 1 1 Diverse centrum Tiel 0 0 1 1 Spreiding Cumulatie van de overlast moet worden voorkomen. Om die reden wordt het grondgebied van Tiel gesplitst in een noordelijk en zuidelijk deel. Per deel wordt slechts één ontheffing verleend. De verdeling is weergegeven op de kaarten opgenomen in bijlage 1 en 2. Voor de verdeling in Noord en Zuid wordt doorgaans de spoorlijn als logische grens gehanteerd. Verder is gebruik gemaakt van de grens van het bestemmingsplan Tiel-Centrum. Op deze wijze is een evenwichtige verdeling gemaakt van de woongebieden die gevoelig zijn voor overlast. Beoordeling aanvragen: procedure Voor wat betreft de beoordeling van aanvragen tot een ontheffing geldt per gebiedsdeel (oost en west) de volgende procedure. 1. De eerste werkdag, na de dag van publicatie van de gewijzigde verordening en deze beleidsregels kunnen gegadigden een aanvraag tot ontheffing indienen bij het college. 2. De aanvrager wordt beoordeeld aan de hand van de wettelijke criteria: - Assortiment bestaat hoofdzakelijk uit eet- en drinkwaren - Assortiment bevat geen sterke drank - Winkel is op zondagen gesloten tussen 0.00 en 16.00 uur, ook op koopzondagen. 3. De locatie van de aanvrager wordt beoordeeld op de wijze zoals toegepast in voornoemd schema. Indien er meerdere gegadigden zijn, komt degene met het hoogste aantal punten als eerste in aanmerking voor een ontheffing. Ook locaties die niet in het schema voorkomen worden volgens dezelfde methodiek gescoord. 4. Indien op basis van het schema geen keuze kan worden gemaakt, vindt er een loting plaats. Termijn beoordeling Na verloop van vijf werkdagen na publicatie van de verordening en de beleidsregels, beoordeelt het college alle voorliggende aanvragen volgens voornoemde procedure. Er geldt een beslistermijn van maximaal zes weken. Later binnengekomen aanvragen kunnen uiteraard alleen worden gehonoreerd indien het maximale aantal ontheffingen nog niet is uitgegeven. 1 Bij de beoordeling van deze locatie is uitgegaan van de beschikbaarheid van het particuliere parkeerterrein gelegen aan de oostzijde van het Molenstraatje. Indien dit op zondagen niet het geval is, zal voor de categorie 'parkeren' een lagere score moeten worden toegekend. 2 Bij de beoordeling van deze locatie is uitgegaan van het aantal parkeerplaatsen welke tijdens reguliere openingstijden beschikbaar zijn. Indien dit op zondagen niet of in veel mindere mate het geval is, zal voor de categorie 'parkeren' een lagere score moeten worden toegekend.
Looptijd ontheffing Bij wijze van pilot wordt de ontheffing voor een periode van vijf jaar verleend. Deze termijn is voor het aangaan van bedrijfsmatige verplichtingen niet ongebruikelijk en kan daarom worden beschouwd als en redelijke termijn. Na deze periode wordt geëvalueerd of de overlast in voldoende mate beperkt is gebleven. Zo nodig vindt aanpassing van het beleid plaats. Wel dient te worden gewezen op de mogelijkheid om de ontheffing in te trekken op grond van artikel 3 onder b van de verordening (gewijzigde omstandigheden). Dergelijke omstandigheden kunnen gelegen zijn in: - structurele en ingrijpende wijzigingen in het winkelaanbod van de Gemeente Tiel - wijzigingen van het bestemmingsplan die van invloed zijn op de exploitatie van de winkel - wijziging van dit beleid. Ontheffinghouders dienen er dus nadrukkelijk rekening mee te houden dat de ontheffing op enig moment kan worden ingetrokken. Weigerings- en intrekkinggronden, voorschriften Op grond van artikel 5 van de verordening kan een ontheffing worden geweigerd of beperkt in verband met de woon- en leefsituatie en de openbare orde. Overigens is het zo dat het college in de praktijk waarschijnlijk niet toe zal komen aan weigering op grond van voornoemde redenen. Er zijn doorgaans immers meer aanvragen dan beschikbare ontheffingen. Daarom zal de meest voorkomende weigeringsgrond zijn dat het maximaal aantal te verlenen ontheffingen (2) reeds is bereikt. Feitelijk zullen dus vooral de voornoemde positieve indicatoren gebruikt dienen te worden. Hierna zijn de weigeringsgronden uitgewerkt, deze zijn niet limitatief. Beperking kan plaatsvinden aan de hand van voorschriften die aan de ontheffing worden verbonden. De weigerings- en intrekkinsgronden luiden als volgt: 1. De nabije omgeving van de winkel kan getypeerd worden als een probleemlocatie door ordeverstoringen of criminaliteit; 2. De verkeersaantrekkende werking van de winkel zal naar verwachting de veiligheid op de weg in gevaar brengen en/of overlast veroorzaken voor de naburige panden; 3. Het gebruik van parkeerplaatsen bij winkelbezoek zal naar verwachting overlast of parkeerproblematiek voor de overige gebruikers/bewoners in de nabije omgeving veroorzaken; Deze weigeringsgronden kunnen analoog worden toegepast in geval intrekking op grond van gewijzigde omstandigheden (artikel 3 onder b van de verordening). Een voorbeeld van gewijzigde omstandigheden is de verplaatsing van de winkel naar een andere locatie. In artikel 3 onder e van de verordening is gesteld dat het college kan overgaan tot intrekking indien van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn. Wat als redelijke termijn dient te gelden zal van geval tot geval bepaald moeten worden. In het algemeen mag van de ondernemer verwacht worden dat deze binnen een periode van twee maanden daadwerkelijk van zijn ontheffing gebruik zal maken. Hetzelfde geldt voor een onderbreking van de avondopenstelling. Indien de onderbreking langer dan twee maanden voortduurt, dient de ontheffing in beginsel te worden ingetrokken. Zie ook: artikel 3 onder f van de verordening.
BIJLAGE 1 KAART VERDELING NOORD EN ZUID A AH Veemarkt Zuid B EMTE N. Tielseweg Zuid C AH Passewaaij Zuid D Supermarkt Kapel-Avezaath Noord E EMTE Westroyen Noord F C1000 Binnenhoek Noord G LIDL Binnenhoek Noord H COOP Noord I ALDI Kwelkade Zuid
BIJLAGE 2 DETAIL VERDELING NOORD EN ZUID