Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde De Molen AW Houten

Vergelijkbare documenten
Relatie sectoren en dierenartsen Nu en in de toekomst

Aanpak antibiotica veehouderij

Kwaliteitsbeleid KNMvD CKRD. Linda van Gaalen / Joost van Herten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

KNMvD-agenda op verantwoord antibioticagebruik bij dieren

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

*PDOC01/238250* PDOC01/ De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage. Datum 24 oktober 2011

ANTIBIOTICUM RESISTENTIE ABRES. Rundveehouderij

AUTORITEIT DIERGENEESMIDDELEN. De Veterinaire Benchmark Indicator (VBI) Hetty van Beers, jan 15

AUTORITEIT DIERGENEESMIDDELEN. De Veterinaire Benchmark VBI februari/maart 2015 (kalf, varken, pluimvee)

REGLEMENT Centraal Kwaliteitsregister Dierenartsen (CKRD)

Informatiebijeenkomst Stichting Geborgde Dierenarts (SGD)

Het gebruik van antibiotica in de veehouderij. Prof Dick Heederik, PhD Voorzitter van het Expertpanel van de Diergeneesmiddelenautoriteit (SDa)

A In artikel 5.5 vervallen het tweede lid alsmede de aanduiding 1. voor het eerste lid.

REGLEMENT GEBORGDE VLEESKALVERDIERENARTS

Antibiotica en resistentie: wat hebben deze met elkaar te maken?

Directie Wetgeving en Juridische Zaken. Bezuidenhoutseweg 73 Postbus EK Den Haag. T (algemeen)

1 9 FEB Ministerie van Economische Zaken. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage.

AUTORITEIT DIERGENEESMIDDELEN. Presentatie SDa, Autoriteit Diergeneesmiddelen Antibiotic Awarenessday18 nov 2013

Ingekomen Reactieformulieren inzake de ACR-vergadering d.d. 31 januari 2012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

OVEREENKOMST VARKENSHOUDER EN GEBORGDE VARKENSDIERENARTS, bijlage I van Reglement Geborgde Varkensdierenarts

Tweede Kamer der Staten-Generaal

FIDIN ANTIBIOTICARAPPORTAGE opgesteld door de FIDIN Werkgroep Antibioticumbeleid

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Het gebruik van antibiotica bij pluimvee

Ik Kies Bewust Nederlandse Varkens IKBNV OVEREENKOMST VARKENSHOUDER EN GECERTIFICEERDE DIERENARTS

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 8 maart 2010 Betreft Aanbieding rapport Berenschot

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

FIDIN ANTIBIOTICUMRAPPORTAGE opgesteld door de FIDIN Werkgroep Antibioticumbeleid

Nederland. Aan de staatssecretaris van Economische Zaken Mevrouw S.A.M. Dijksma Postbus EC S-GRAVEN HAGE. Datum Onderwerp Informatie

Masterplan Rationeel Gebruik Antibiotica van de Nederlandse Kalversector

In artikel 5.5 vervallen het tweede lid alsmede de aanduiding 1. voor het eerste. Na artikel 5.7 worden de volgende artikelen ingevoegd, luidende:

Veterinair Centraal Informatie Systeem

Artikel 1 Voor de toepassing van dit reglement en haar Bijlagen I t/m VI wordt verstaan onder:

OVEREENKOMST PLUIMVEEHOUDER EN GEBORGDE PLUIMVEEDIERENARTS,

OVEREENKOMST PLUIMVEEHOUDER EN GEBORGDE PLUIMVEEDIERENARTS,

Want wat betekent. Richtlijnen voor Veterinair Handelen: hulpmiddel of keurslijf? Coverstory

Voornaamste verwezenlijkingen 2017

Position Paper HET GEBRUIK VAN ANTIBIOTICA ALS DIERGENEESMIDDEL

OVEREENKOMST VARKENSHOUDER EN GEBORGDE VARKENSDIERENARTS, bijlage I van Reglement Geborgde Varkensdierenarts

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Geborgde dierenarts. Kansen en bedreigingen. Karien Koenders CvB lid varken VGV bestuur DAP Lintjeshof

JUNI 2014 Autoriteit Diergeneesmiddelenautoriteit SDa

Voorschrijfgedrag dierenartsen omtrent antibiotica bij blankvleeskalveren 2012

Strijd tegen antibioticaresistentie Resultaten : Samen gaan we er voor! Fabiana Dal Pozzo, DVM, PhD

Veterinaire benchmarkindicator (VBI)

BEOORDELINGSPROTOCOL GEBORGDE VARKENSDIERENARTS, bijlage III van het Reglement Geborgde Varkensdierenarts

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 5 april 2013 Betreft Antibiotica in de veehouderij

Antimicrobial Consumption and - AMCRA - Objectieven realisaties 2012

Reglement geborgde rundveedierenarts 1

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

Gevolgen gewijzigde UDD-regeling. Zorgvuldig gebruik van antibiotica in de veehouderij

Het antibioticaconvenant : Realisaties van de partners in 2016

CCvD Naam kalverhouder : Postcode en woonplaats : : geen / IKB Vleeskalveren Blank / IKB Vleeskalveren Rosé. hierna te noemen kalverhouder

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Geborgde dierenarts. Kansen en bedreigingen. Johan Kamp Lid CvB Varken De Oosthof dierenartsen Dierenkliniek Hellendoorn-Nijverdal

Bijlage IV Auditprotocol Geborgde Varkensdierenarts. Versie vastgesteld CvB d.d goedgekeurd SGD d.d pagina 1 van 9

Beleid ter bestrijding van antibioticaresistentie in België : Diergeneeskundige maatregelen in de context "One Health"

Het Nederlandse Model model voor reductie van antibioticumgebruik in de veehouderij Waarom, Hoe and Wat. Dik Mevius

Cursus Geborgde Kalver Dierenarts (GKD) Teus Kreuger Lid College van Belanghebbenden

Masterplan varkenshouderij. Verantwoord gebruik van antibiotica

AUTORITEIT DIERGENEESMIDDELEN. Presentatie SDa, Autoriteit Diergeneesmiddelen Een SDa, is dat nu nodig? CPD november 2014

DIERGENEESKUNDIG GEBRUIK VAN ANTIBIOTICA IN NEDERLAND - DE FEITEN EN CIJFERS -

Bilaterale overeenkomst melk-/rundveehouder met de `geborgde rundveedierenarts bijlage 1 van het Reglement Geborgde Rundveedierenarts

Veterinaire borging. Stichting Geborgde Dierenarts

SAMENVATTING VETMAP PROJECT

Activiteitenverslag 2017 van het Antibioticaconvenant van 30/06/2016

De dierenarts, toen, nu en straks

De UDD maatregel. Doel: verminderengevaarhumaanresistentebacteriëndoor verminderen inzet van antibiotica bij dieren

Gebruik van antibiotica bij dieren. D. Mevius

Quickscan Antibioticumgebruik Vleeskalkoenen

Quickscan Antibioticagebruik Vleeskuikens

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Stap 1 van 3. Naam inzender. adres. Naam DAP. Postcode* Algemeen. 1. Bent u van mening dat de UDD-regeling goed uitvoerbaar is*

JAARVERSLAG 2014 MEI 2015

FIDIN ANTIBIOTICUMRAPPORTAGE opgesteld door. de FIDIN Werkgroep Antibioticumbeleid. 11 september Den Haag

DESTEP 2015 omgevingsanalyse t.b.v. strategisch beleid KNMvD. KNMvD Kaderdagen april 2015 Team B&O

Gebruik van antibiotica in de veehouderij en resistentie,

*PDOC01/229801* PDOC01/ De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Convenant Dierenhulpverlening

SIGNALERING SDa 2011

Bacterie schematisch. Een bacterie is resistent. Oorzaak resistentie wereldwijd. Resistentie verkrijgen. Antibiogram. Matig & juist gebruik

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Hieronder vatten wij de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het huidige beleid samen.

NVMO CONGRES Prof.dr. Ludo J. Hellebrekers, voorzitter

Hoe gaat de NVWA handhaven op het nieuwe UDD-regime? A.T. Hoekstra Teamleider NVWA Toezichtsuitvoering Landbouw Divisie Landbouw en Natuur

DE ROOTS VHIVER

SDa JAARVERSLAG 2012

SIGNALERING 3 SDa DECEMBER Heeft u vragen over deze signalering? Bel dan de SDa:

Bijlage 11 Model Bedrijfsgezondheids- en Bedrijfsbehandelplan Pluimveebedrijven IKB Kip

Met Rijnconsult is afgesproken deze leidende principes in te brengen in de Werkgroep IIDW.

BIJLAGE 6: OVEREENKOMST KALVERHOUDER, KALVEREIGENAAR EN DIERENARTS IKB VLEESKALVEREN 2008

Het gebruik van antibiotica in de vleeskonijnensector in 2017

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen. ESBL s. (extended spectrum β-lactamases) Raadgevend Comité 19/6/2013

Rabobank Cijfers & Trends

Transcriptie:

Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde De Molen 77 3995 AW Houten info@knmvd.nl www.knmvd.nl 030-6348900 STAND VAN ZAKEN VETERINAIRE BEROEPSGROEP Houten, 3 maart 2014 De diergeneeskundige beroepsgroep heeft de afgelopen jaren de inzet van antibiotica in de veehouderij met 60% weten terug te brengen. Hiermee voldoen de dierenartsen ruimschoots aan de eisen die door de overheid zijn gesteld. Niet alleen de kwantitatieve inzet van antibiotica is gereduceerd, maar ook in kwalitatieve zin zijn grote stappen gezet. Op basis van het in 2011 door de Gezondheidsraad uitgebrachte rapport Antibiotica in de veeteelt en resistente bacteriën bij mensen werken de dierenartsen ook hard aan een kwalitatieve verbetering en een meer prudente inzet van antibiotica in de veehouderij. Zo is de inzet van derde keus middelen tot een minimum terug gebracht in de varkens-, pluimvee-, kalver- en rundveesector. Met ingang van de UDD maatregel per 1 maart 2014 is er ook meer sturing op de inzet van tweede keus en eerste keus middelen in de (intensieve) veehouderij. Ook het target van 2015 - te weten 70 % reductie overall - lijkt hiermee te worden gehaald. De Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD) ziet niet alleen de belangenbehartiging van haar leden als taak, maar speelt ook een centrale rol bij de versterking en verbetering van de positieve maatschappelijke bijdrage van de dierenartsen. In het laatste AO kwam opnieuw aan de orde of een ontkoppeling mogelijk is. Daarmee wordt bedoeld het verbieden van een aan de praktijk van de dierenarts gekoppelde apotheek. Het betreft dus een ingrijpend voorstel dat alle dierenartsen, alle dieren en alle diergeneesmiddelen betreft. Wij als KNMvD achten een dergelijke ontkoppeling buitengewoon onwenselijk. Op de negatieve effecten op de dierenartsenpraktijk en in het verlengde daarvan op het dierenwelzijn, komen we later in dit stuk meer uitgebreid terug. Hieronder geven we een overzicht van wat er allemaal sinds 2011 door de KNMvD in gang is gezet waarbij wij ook zullen reageren op de vraag in het AO naar ontkoppeling.

Het Centraal Kwaliteit Register Dierenartsen De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, dr. H. Bleker en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mw. drs. E.I. Schippers stuurden op 25 november 2011 een brief aan de Tweede Kamer. Daarin stelden ze dat ze het van essentieel belang achten dat de kwaliteit van de dierenarts wordt geborgd en dat ze van mening zijn dat het kwaliteitsplan van de KNMvD de juiste elementen hiervoor bevat. Voorwaarde was wel dat de veterinaire beroepsgroep vanaf 2013 haar kwaliteit middels richtlijnen en professionele groei op een transparante manier kon aantonen. Om de regie over dit proces te houden heeft de KNMvD het initiatief genomen om een kwaliteitsbeleid te ontwikkelen. Dat is afgerond en wordt nu ingevoerd. Onderdelen daarvan zijn: Al bestaande sectorspecifieke kwaliteitsregisters ondersteunen en daar waar nodig versterken. Een centraal kwaliteitsregister dierenartsen, het CKRD, opzetten; dit is een specifiek register waarin geaccrediteerde nascholing wordt geregistreerd en waaraan dierenartsen zich vrijwillig kunnen verbinden. Het ontwikkelen van richtlijnen voor veterinair handelen. Inmiddels heeft de KNMvD 15 richtlijnen ontwikkeld : Antimicrobiële middelen bij het droogzetten van melkkoeien. Een richtlijn die het gebruik van antibiotica bij het droogzetten van koeien beperkt en daarmee de reductie van antibiotica verder zal realiseren. Deze richtlijn wordt momenteel geïmplementeerd. Bacteriële urineweginfecties bij hond en kat. Een richtlijn die met name stuurt in de kwalitatieve keuzes van antibiotica bij deze aandoeningen en daarmee het gebruik van kritische middelen beperkt. Bacteriële huidinfecties bij hond en kat. Een richtlijn die met name stuurt in de kwalitatieve keuzes van antibiotica bij deze aandoeningen en daarmee het gebruik van kritische middelen beperkt. Toepassen van antimicrobiële middelen. Een overkoepelende richtlijn met een grote reikwijdte die de inzet van antibiotica in het totale veterinaire veld stuurt op basis van de meest recente inzichten vanuit de wetenschap en daarmee de dierenarts stuurt naar het middel dat gewenst is. Met name de kwalitatieve keuzes van antibiotica worden hiermee gestuurd. Hiermee wordt een overall verbeterslag in zowel kwantitatieve als kwalitatieve zin gerealiseerd.

Verslaglegging. Dit is een richtlijn die de uniformiteit van de verslaglegging stuurt, waarmeede inzichtelijkheid van het handelen duidelijker wordt. Preventie en behandeling van aandoeningen bij vleeskalveren in de startperiode. Een richtlijn die stuurt op het reduceren van het gebruik van antibiotica en het verhogen van de weerstand van kalveren. Ook stimuleert de KNMvD de dialoog tussen de melkveehouderijsector en de vleeskalversector om tot concrete gezamenlijke afspraken te komen op dit laatste punt. Rhinopneumonie. Een richtlijn die gaat sturen in het vaststellen en behandelen van de voor het paard besmettelijke virusinfectie met EHV. Streptococcen bij het varken. Een richtlijn die stuurt op het reduceren van het gebruik van antibiotica. Methodisch handelen. Een richtlijn die voorwaarde scheppend is voor een uniforme werkwijze en verslaglegging. Dat maakt de inzichtelijkheid van het handelen van de dierenarts beter. Opzet van vleeskuikens. Een richtlijn die stuurt op het reduceren van het gebruik van antibiotica. Otitis externa bij hond en kat. Een richtlijn die met name stuurt in de kwalitatieve keuzes van antibiotica bij deze aandoeningen en daarmee de inzet van kritische middelen beperkt. Koliek. Een richtlijn die een veelvoorkomende klacht bij paarden zal sturen in een meer uniforme benadering van het handelen van dierenartsen. Verantwoord veterinair fokbeleid i.v.m. erfelijke afwijkingen (gezelschapsdieren). Een richtlijn die gaat sturen in het oplossen van problemen van rassen m.b.t. tot dierwelzijn en esthetische problemen. Hygiëne, Reiniging en Desinfectie. Een richtlijn die gaat sturen in het hygiëne protocol in de praktijk voor dierenartsen. Longproblemen bij varkens. Een richtlijn die stuurt op het reduceren van het gebruik van antibiotica. Borging Kwaliteit van Dierenartsen Inmiddels is de ontwikkeling van een digitaal kennisplatform voor de deelnemende dierenartsen aan het Intercollegiaal Overleg Dierenartsen gestart. Dit is onderdeel van het CKRD. Hiervoor worden op dit moment de startdocumenten en een e-learning programma ontwikkeld. Daarmee worden de richtlijnen in de praktijk geïmplementeerd. Inmiddels hebben de reeds bestaande fora van intercollegiaal overleg dierenartsen zich hiervoor aangemeld en staan zij klaar om met deze programma s te starten.

Het individueel register voor dierenartsen is sinds 1 maart 2013 operationeel. Dit betreft het register voor het CKRD, de geborgde Rundveedierenarts, de geborgde Varkensdierenarts, de geborgde Pluimveedierenarts, de geborgde Kalverdierenarts, de erkende Paardendierenarts en de erkende Keuringsdierenarts Paarden. Het programma voor de verplichte bij- en nascholing op basis van het Beroeps Competentie Profiel (BCP) is grotendeels ontwikkeld en geaccrediteerd door het Kwaliteitsorgaan Dierenartsen (KD). Het KD (de verzamelde, reeds bestaande, registers) wordt drie keer per jaar gecontroleerd door het Netherlands Quality Agency. Dit is de organisatie die ook de Hogescholen in Nederland en de Universiteiten visiteert in opdracht van de Nederlandse Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). Naast het CKRD is, zoals hierboven vermeld, de geborgde dierenarts systematiek geïmplementeerd. Dit betreffen sectorspecifieke kwaliteitsregisters (pluimvee, kalf, rund, varken). In deze regelingen worden de sectorspecifieke kwaliteitseisen, in samenspraak met de sectoren, vorm gegeven en vastgelegd. De Stichting Geborgde Dierenarts (SGD) is hiervan de regelinghouder. De controle geschiedt door middel van visitatie op de praktijk van de dierenarts en controle op de kwaliteitseisen die door de regelingshouder zijn gesteld. Om het voorschrijfgedrag van dierenartsen te toetsen is door de Stichting Diergeneesmiddelen Autoriteit (SDa) de veterinaire benchmark indicator ontwikkeld. Mede hierdoor is een groot aantal van de in het KPMG rapport gesignaleerde knelpunten opgelost en geborgd. Met name de richtlijn verslaglegging zal daar in belangrijke mate aan bijdragen. Deze wordt in het voorjaar van 2014 geïmplementeerd. Versterken van de regie Het uitgangspunt is de positie van de dierenarts ten opzichte van de veehouders te versterken. Met de invoering van de geborgde dierenarts is de één-op-één-relatie een feit. Dit is een belangrijke voorwaarde voor veehouder en dierenarts om geregistreerd te zijn en te blijven. Met daarnaast de invoering van de UDD maatregel (1 maart 2014) en de richtlijnen, is de dierenarts weer regisseur en heeft daarmee weer de gewenste en benodigde autoriteit in de (intensieve) veehouderij teruggekregen. Tevens is het gebruik van antibiotica voor het behandelen van koppels vee en de gebruiksvoorraad op het boerenbedrijf aanzienlijk beperkt en aan banden gelegd. Door de invoering van de UDD maatregel zijn alle antibiotica uitsluitend door een dierenarts te leveren en toe te dienen. Dit houdt in dat antibiotica niet meer door apothekers op recept van een dierenarts aan de veehouder mogen worden afgeleverd (UDA). Apothekers (KNMP) mogen dus vanaf 1 maart 2014 geen antibiotica voor veterinair gebruik op recept verstrekken. Nu ontkoppelen is niet meer te combineren met de huidige en recent ingevoerde UDD maatregel. Verdienmodel dierenartsen - ontkoppeling Zoals hierboven vermeld kwam in het AO van 15 januari opnieuw de vraag aan de orde of een ontkoppeling mogelijk is. In 2011 is er opnieuw door Berenschot een grootscheeps onderzoek geweest naar het verdienmodel vanuit de apotheek. Uit de berekeningen in dit meest recente Berenschot onderzoek Naar een Nederlands model (november 2011) en de beschikbare overige gegevens blijkt dat inkomsten uit verkoop van diergeneesmiddelen geen substantieel deel uitmaken van het totale inkomen van de dierenarts, noch van het winstdeel van de praktijk. De verkoop van antibiotica maakt slechts een klein deel uit van de omzet van diergeneesmiddelen. Het is daarom niet aannemelijk dat een dierenarts uit andere dan veterinaire overwegingen, antibiotica zal

voorschrijven. De ervaringen in landen waar is ontkoppeld, bevestigen dit beeld. Ondanks de aanzienlijke reductie van het inzetten van antibiotica in de laatste jaren, volgen de praktijken in bedrijfseconomische zin een omzetdaling (ten gevolge van de crisis) die vergelijkbaar is met andere branches in Nederland. Hiermee worden de eerder vermelde de conclusies van Berenschot onderschreven. Naar aanleiding van deze bevindingen is uw commissie eerder tot de conclusie gekomen dat het niet zinvol is om de ontkoppeling door te zetten. De KNMvD en haar leden werken hard en gemotiveerd aan kwaliteitsverbeteringen en het verhogen van transparantie door het verder invullen van specifieke kwaliteitssystemen. In bovenstaand schema van de European Medicine Agency (EMA) kennen de volgende landen een ontkoppeld systeem : Norway, Sweden, Finland, Lithuania, Portugal, Spain, Italy en Cyprus. Dit schema toont duidelijk aan dat de daling in het gebruik van antibiotica in ontkoppelde landen niet groter is dan in landen waar de dierenartsen het recht op afleveren bezitten. Nederland loopt inmiddels voorop in de reductie resultaten en wordt als voorbeeld gesteld voor de rest van Europa. In Brussel wordt al gesproken over het Dutch Model. Daarnaast blijkt dat in de omringende landen waar ontkoppeling heeft plaats gevonden er thans meer antibiotica wordt voorgeschreven dan in Nederland. Zo is recent aangetoond dat de Nederlandse varkenssector maar liefst 20% minder antibiotica gebruikt dan het voormalig gidsland Denemarken.

Tenslotte blijkt uit onderstaande tabel dat het verdienmodel van de dierenarts voor het grootste deel bestaat uit het verkopen van kennis en kunde. Dat blijkt ook uit het feit dat ondanks de reductie van 60% antibiotica geen grote verliezen worden geleden door de dierenartsenpraktijken. De KNMvD heeft in het kader van de discussie rondom het verdienmodel de kostencalculator laten ontwikkelen. Dit is een online tool waarmee de dierenarts leert hoe hij zijn inkomsten op basis van kennis en kunde en van de apotheek beter inzichtelijk kan maken. Deze kostencalculator is in samenwerking met de verschillende specialisaties binnen de dierenartsen (gezelschapsdieren, paarden en landbouwhuisdieren) ontwikkeld. Daarnaast is er in samenwerking met de VvAA* een pilot gehouden onder 140 praktijken, waar de dierenartsen de kostencalculator in de praktijk hebben geïmplementeerd. De uitkomsten van deze pilot laten in grote trekken hetzelfde zien als de cijfers die in het rapport van Berenschot in 2011 worden genoemd. Dat wil zeggen dat dierenartsen qua inkomen minder afhankelijk zijn van de apotheek dan destijds werd aangenomen. De 140 praktijken uit de pilot maken dit nu ook inzichtelijk op de factuur. De bedrijfsgezondheidsplannen en de bedrijfsbehandelplannen hebben een ondersteunende functie gekregen. Hierin wordt vanuit bedrijfshistorisch perspectief in samenspraak met de veehouder gewerkt aan een gezondheidsplan dat specifiek op zijn bedrijf is afgestemd en vanuit de dierenarts is geadviseerd. Deze bedrijfsgezondheidsplannen maken onderdeel uit van de visitatie en controle binnen de geborgde dierenarts registers. Met behulp van een bedrijfsgezondheidsplan wordt meer nadruk gelegd op het preventief gezond houden van de dieren in plaats van op curatief te handelen. In aansluiting op de discussie in het AO van 15 januari jongstleden moet er dan ook worden vastgesteld dat er geen sprake is van een perverse prikkel voor de dierenarts vanuit zijn apotheek en dat het ontkoppelen van de apotheek als middel om antibiotica te reduceren, niet effectief is. Transparantie Inmiddels is 95% van alle antibiotica in Vetcis en andere systemen geregistreerd en valt daarmee onder de controle van de Stichting Diergeneesmiddelenautoriteit. De SDa stelt met haar expertpanel de norm per sector vast. Door de gegevens van veehouder en dierenarts binnen de één- op-éénrelatie met elkaar te matchen, werd het mogelijk de veterinaire benchmark te ontwikkelen die in maart 2014 van start zal gaan. Naast de richtlijnen, het bedrijfsgezondheidsplan per bedrijf, de verschillende kwaliteitsregelingen is er nu ook de benchmark die de veel voorschrijvende dierenarts en de veel gebruikende veehouder in

beeld brengt zodat er gerichte controles en gepaste maatregelen kunnen plaatsvinden om het juiste gebruik van antibiotica te stimuleren. Concrete resultaten Registratie antibioticagebruik succesvol Samen met de sectoren en met marginale steun van de overheid, is binnen 3 jaar 95 tot 98% van al het antibiotica gebruik in de (intensieve) veehouderij in kaart gebracht. Voor de gezelschapsdierenartsen en de paardendierenartsen wordt inmiddels met Vetcis en de Praktijk Management Systemen gekeken naar mogelijkheden om ook de antibioticastromen van deze praktijken te registreren en daarmee in kaart te brengen. SDa, onafhankelijk beoordelingsinstituut Samen met sectoren is er een onafhankelijk en hoog aangeschreven beoordelingsinstituut, de SDa, opgericht. Hierbij heeft de overheid een controlerende functie door middel van de raad van toezicht die vanuit het ministerie van EZ is aangesteld. Benchmark antibioticagebruik De sectoren en de KNMvD hebben zich vrijwillig onderworpen aan de toetsing door dit instituut. Door middel van een expert panel van de SDa is er per sector een normwaarde omwikkeld waar de individuele veehouder en dierenarts aan worden getoetst. Na toetsing wordt duidelijk of men aan de normwaarde voldoet (groen), in de signaleringswaarde valt (oranje) of in de maatregelwaarde valt (rood). De NVWA heeft hiermee direct inzicht in welke bedrijven en dierenartsen nader onderzoek vergen. Dierenarts onafhankelijk professional Daarnaast zijn er zoals eerder vermeld, belangrijke aanvullende maatregelen ingevoerd: één-op-één-relatie dierenarts-dierhouder, dit is voorwaarde voor deelname aan de geborgde dierenarts registers en wordt vastgelegd in een database bij de NVWA. alle bedrijven hebben een bedrijfsspecifiek BedrijfGezondheidPlan (BGP) en BedrijfBehandelPlan (BHP) zoals vastgelegd in de regeling van de geborgde dierenarts registers en hier wordt jaarlijks op gevisiteerd.

UDD maatregel, gevoeligheidstesten voorafgaand aan de inzet van antibiotica en de reductie van de werkvoorraad op het boerenbedrijf. KNMvD Richtlijnen met nieuw en doorontwikkelde formularia. Het is van groot belang dat in de komende jaren ruimte wordt gegeven aan deze positieve inspanningen en ontwikkelingen. Nederland wordt inmiddels steeds meer gezien als het nieuwe gidsland in Europa voor het effectief reduceren en beheersbaar houden van de inzet van antibiotica in de (intensieve) veehouderij. Zoals reeds eerder vermeld wordt er inmiddels in Brussel waarderend gesproken over het Dutch Model. De volgende cijfers in de onderstaande modellen illustreren dit:

Het bovenste plaatje illustreert de generieke afname met 56% in 2012 Het onderste plaatje illustreert voor één voorbeeld geneesmiddel wat het effect is op de daling van de resistentie van het betreffende middel

De grafieken en cijfers komen uit een rapport van de EMA = European Medicine Agency en Nethmap en MARAN 2012 EMA is het Europese agentschap dat toezicht houdt op geneesmiddelen inzet zowel voor humaan als in dierhouderij Het is de leidende organisatie die EU beleid inzake geneesmiddelen en antibiotica in de EU vorm geeft Het originele rapport is uit 2010; De ingevoegde pijl geeft de positie gebruik in dierhouderij van NL in 2012 aan; Hieruit blijkt dat Nederland door de goede resultaten over de afgelopen periode heeft weten op te werken van een van de landen met de slechtste prestaties naar de middenmoot. Naar verwachting en bij doorzetten van het huidig beleid zal Nederland binnen enkele jaren qua resultaten in de bovenste regionen staan; Nethmap 2012 : consumption of antimicrobial agents and antimicrobial resistance among medically important bacteria in the Netherlands : MARAN 2012 : monitoring of antimicrobial resistance and antibiotic usage in animals in the Netherlands (beide Wageningen UR).

Deze reductie in resistentie in alle 4 de diersectoren is het positieve gevolg van de gerealiseerde reductie van gebruik van antibiotica in de (intensieve) veehouderij. Dit zijn officiële en onafhankelijke cijfers gerapporteerd door NETHMAP en MARAN in 2013 Men ziet dat reductie nu al leidt tot een afname in de resistentie Ook onafhankelijk humaan experts in NL zijn hierover zeer positief Benchmark De reeds op stapel staande benchmarking dierenartsen door de SDA, die - naast de benchmarking voor dierhouders - gaat zorgen voor de tools om de vervolgstappen in verbetering en vermindering van antibioticagebruik in de (intensieve) veehouderij. Reële gevaren bij ontkoppeling zijn: Het wegvallen van draagvlak voor de ingezette weg en stappen die daarin gezet zijn. De nieuwe maatregelen en het tempo van de implementatie ervan waren in de afgelopen drie jaar hoog. Niet alle dierenartsen konden het tempo volgen. Een aantal dierenartsen heeft kritiek op het beleid van de KNMvD en verzet zich tegen de voorgenomen veranderingen. Het staken van de dierenartsenkolom voor wat betreft het zelf oppakken van maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het beeld ontstaat dat meewerken geen zin heeft en dierenartsen ondanks aangetoonde reductie, alsnog gestraft worden met een ongewenste maatregel ontkoppeling - waarvan in het buitenland is gebleken dat die geen effect heeft op de reductie van het gebruik van antibiotica in de (intensieve) veehouderij. Het op dit moment alsnog ontkoppelen van de apotheek werkt sterk demotiverend op de structurele inzet van de afgelopen jaren op kwaliteit en transparantie en zal uitgelegd kunnen worden als een failliet van de reeds ingeslagen weg. Er valt een gat in de veterinaire infrastructuur omdat er geen voorzieningen in Nederland beschikbaar zijn om de apotheekfunctie op het gebied van kwaliteit, inhoudelijke kennis, contact met - en advies áán - dierhouders naar behoren op te vangen. In een recente uitgave van het vakblad van de KNMP wordt beschreven dat de reguliere apothekers in Nederland hiervoor niet geëquipeerd te zijn. Het toepassen van antibiotica in met name de landbouwhuisdierenpraktijk vergt specifieke veterinaire kennis, die in andere beroepsgroepen niet voorhanden is.

De dierenarts zal hoe dan ook werkvoorraden geneesmiddelen in de praktijk en auto moeten aanhouden, om acute zorg te kunnen bieden. Dan ontstaat dus een situatie die wel erg dicht tegen het huidige model een apotheek geïntegreerd in de dierenartsenpraktijk aan schuurt. Ontkoppelen kan niet samen met de recent ingevoerde en belangrijke UDD maatregel. Door de invoering van de UDD maatregel per 1 maart 2014 zijn alle antibiotica alleen nog maar door een dierenarts te leveren en toe te dienen. Dit houdt in dat antibiotica niet meer door apothekers op recept van een dierenarts aan de veehouder mogen worden afgeleverd (UDA). Apothekers (KNMP) mogen dus vanaf 1 maart 2014 geen antibiotica voor veterinair gebruik op recept verstrekken. Een aanzienlijke kostenverhoging voor de primaire productiesector de (intensieve) veehouderij - omdat er een separate kolom veterinaire apotheek gaat komen. Dit is ongunstig en risicovol voor de concurrentiepositie van het NL agro-complex in internationaal verband.