Vragen en Antwoorden voor huidige cliënten jeugdhulp Na 1 januari 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de jeugdhulp. Op dit moment wordt hard gewerkt om ervoor te zorgen dat deze overgang goed gebeurt. Huidige cliënten en hun ouders hebben de nodige vragen over wat er verandert vanaf 2015 en stellen deze ook vaak aan de professionals van de jeugdhulp. In het overzicht staan de meest gestelde vragen van dit moment en de mogelijke beantwoording. Het is nog niet mogelijk om op alle vragen een antwoord te geven. In dat geval volgt er informatie over wanneer de mogelijke antwoorden er wel zijn. Medewerkers uit de jeugdhulp kunnen deze vragen en antwoorden gebruiken om hun cliënten zo goed mogelijk te informeren. Jeugdhulpaanbieders kunnen ze ook op de website publiceren. Aan de informatie in dit document kunnen geen rechten worden ontleend. Gemeenten en jeugdhulpaanbieders aanvaarden geen aansprakelijkheid voor onjuistheden in dit document. De antwoorden zijn relevant voor cliënten die wonen in de volgende gemeenten: Alblasserdam, Binnenmaas, Cromstrijen, Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik- Ido-Ambacht, Korendijk, Leerdam, Molenwaard, Oud-Beijerland, Papendrecht, Sliedrecht, Strijen, Zederik en Zwijndrecht. Jeugdteam en/of sociaal (wijk)team In de vragenlijsten komen de termen jeugdteam en/of sociaal (wijk) team voor. In alle 17 gemeenten komen volgend jaar teams met jeugdhulpprofessionals. Hoe de gemeenten dit team organiseren, kan verschillen per gemeente en is afhankelijk van de lokale wensen en behoeften. De vragen en antwoorden voor cliënten bestaan uit twee delen: 1. Vragen over de overgang naar het nieuwe stelsel in 2015. 2. Vragen over de nieuwe werkwijze van jeugdhulp in de eigen gemeente. DEEL 1 Vragen over de overgang naar het nieuwe stelsel van jeugdhulp in 2015 1. Mijn kind krijgt nu de zorg die hij nodig heeft. Houdt mijn kind die zorg in 2015? Kinderen en gezinnen die in 2014 al gebruik maken van jeugdhulp en een indicatie hebben die doorloopt in 2015, kunnen deze jeugdhulp houden totdat de indicatie afloopt, uiterlijk tot 31 december 2015. De jeugdhulp gaat dus door na 1 januari 2015 en stopt niet. Heeft uw kind een indicatie voor jeugdhulp op 31 december 2014, maar krijgt uw kind de hulp nog niet - doordat er een wachtlijst is - dan houdt uw kind in 2015 het recht op die hulp, tot uiterlijk 31 december 2015. Heeft uw kind een indicatie die langer doorloopt tot in 2016, dan zal in 2015 een medewerker van het jeugdteam/sociaal (wijk)team na overleg met u bepalen welke hulp in 2016 noodzakelijk is. Uitzonderingen zijn maatregelen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering die door de rechter zijn opgelegd. Deze kunnen een looptijd hebben van meer dan één jaar en doorlopen na 2015.
2. Hoe krijg ik in 2015 nieuwe hulp voor mijn kind als de oude indicatie afloopt? Het indiceren door Bureau Jeugdzorg en het CIZ stopt per 1 januari 2015. Vanaf dan wordt de toegang tot jeugdhulp zoveel mogelijk geregeld via het jeugdteam/sociaal (wijk)team in uw gemeente. Een medewerker uit dit team bepaalt na overleg met u welke jeugdhulp er nodig is. Zie verder vraag 16 over indicaties. Ook de huisarts, medisch specialist en jeugdarts kunnen in 2015 doorverwijzen naar jeugdhulp. 3. Ik heb nu een PGB, behoud ik die in 2015? De overgangsperiode die geldt voor indicaties die doorlopen in 2015 (zie vraag 1), geldt ook voor cliënten die op 31 december 2014 een PGB hebben. Het PGB uit 2014 loopt door in 2015 totdat de indicatie vervalt, uiterlijk tot 31 december 2015. Daarna kunt u zo opnieuw een PGB aanvragen bij het jeugdteam/sociale (wijk)team in uw gemeente. Voor meer informatie daarover zie vraag 17. 4. Houd ik de huidige hulpverlener voor mijn kind/gezin? Als uw kind op 31 december 2014 jeugdhulp ontvangt en een indicatie heeft die doorloopt in 2015, dan wordt deze hulp in principe voortgezet bij dezelfde jeugdhulpaanbieder. U moet er wel rekening mee houden dat het mogelijk is dat uw kind in 2015 een andere hulpverlener bij de huidige jeugdhulpaanbieder krijgt, dan de medewerker waar u nu mee te maken heeft. Medewerkers gaan mogelijk werken in een jeugdteam/sociaal (wijk)team in gemeenten en daarnaast zullen aanbieders moeten bezuinigingen. Dit heeft gevolgen voor de personeelsbezetting. Cliënten van Bureau Jeugdzorg Als Bureau Jeugdzorg uw kind op 31 december 2014 Jeugdbescherming of Jeugdreclassering biedt, dan blijft u in 2015 bij Bureau Jeugdzorg. De hulp van alle overige cliënten van Bureau Jeugdzorg wordt per 1 januari 2015 overgedragen aan het jeugdteam/sociale (wijk)team in de gemeente. In het najaar van 2014 ontvangt u daar meer informatie over via Bureau Jeugdzorg en/of de gemeente. 5. Ik heb nu recht op zorg. In de nieuwe Jeugdwet staat dat de gemeente een zorgplicht heeft. Wat is het verschil? Het wettelijk recht op zorg wordt vervangen door een plicht voor gemeenten om jeugdhulp te bieden. Dit betekent dat de gemeente het mogelijk moet maken dat kinderen en gezinnen die dit nodig hebben, jeugdhulp ontvangen. 6. Is de zorg die in 2015 geboden wordt in alle gemeenten hetzelfde? Gemeenten hebben vanaf 1 januari 2015 de plicht om jeugdhulp te bieden aan kinderen en gezinnen die dit nodig hebben. Welke hulp u krijgt, kan verschillen per gemeente, omdat gemeenten zelf mogen kiezen welke hulp zij beschikbaar stellen voor hun inwoners. Overigens werken de 17 gemeenten in Zuid-Holland Zuid samen voor een groot deel van de jeugdhulp. Er zullen geen grote verschillen bestaan tussen de jeugdhulp in deze gemeenten.
7. Moet ik vanaf 2015 een eigen bijdrage betalen voor zorg die nu gratis is? Nee, ouders van kinderen tot 18 jaar betalen in principe geen eigen bijdrage. Krijgt uw kind echter jeugdhulp waarbij uw kind buiten het gezin verblijft, dan zult u waarschijnlijk wel een ouderbijdrage (blijven) betalen. Deze ouderbijdrage wordt geheven, omdat er vanuit wordt gegaan dat kinderen die buiten het gezin worden verzorgd, minder kosten voor de ouders met zich meebrengen. In het najaar van 2014 maakt het Rijk meer duidelijk over de eigen bijdrage vanaf 2015 voor kinderen die buiten het gezin verblijven. 8. Wat gebeurt er met het dossier van mijn kind/gezin als de verantwoordelijkheid naar de gemeenten gaat? Voor uw dossier geldt de privacywetgeving. Uw dossier is alleen bestemd voor u en uw hulpverlener(s) en niet voor de gemeente. Landelijk worden er privacy-modellen ontwikkeld. Wanneer deze gereed zijn, werkt de gemeente deze uit in een privacy-protocol. Uitgangspunt is dat gegevens alleen met toestemming van de cliënt/ouders gedeeld worden met andere betrokkenen. 9. Waar kan ik terecht met vragen over jeugdhulp in 2015? Dat is op dit moment nog niet bekend. De gemeente informeert u in het najaar van 2014 over waar u terecht kunt met vragen over jeugdhulp in 2015. De komende periode volgt er meer informatie over jeugdhulp in 2015 op bijvoorbeeld de gemeentelijke website en gemeentepagina s in huis-aanhuisbladen, maar ook via de websites van de jeugdhulpaanbieders. Tot die tijd kunt u met vragen terecht bij de huidige hulpverlener van uw kind/gezin. Vragen over uw persoonlijke situatie kunnen echter nog niet allemaal worden beantwoord. In de Hoeksche Waard kunnen mensen ook vragen stellen via de website www.hoekschewaardvoorelkaar.nl In de regio Alblasserwaard/Vijfheerenlanden kunnen mensen ook vragen stellen via de website www.samensterkinderegio.nl DEEL 2 Vragen over de nieuwe werkwijze van jeugdhulp in de eigen gemeente 10. Bij wie kan ik in 2015 terecht als ik me zorgen maak over een kind of als ik hulp nodig heb bij de opvoeding? In 2015 kunt u terecht bij het jeugdteam of sociale (wijk)team in uw gemeente en bij uw huisarts, medisch specialist of jeugdarts. Zie ook vragen 11 en 13. 11. Wat doet het jeugdteam of sociaal (wijk)team? In uw gemeente komt een team dat jeugdhulp biedt. Dit team bestaat uit medewerkers die jeugdhulp verlenen op het gebied van opgroeien en opvoeden, geestelijke gezondheidszorg en zorg voor kinderen met een verstandelijke beperking. Als het team niet in staat is zelf de benodigde hulp te bieden aan een kind of gezin dan kan het team er een andere hulpverlener bij halen, die bijvoorbeeld gespecialiseerd is in de aanpak van de vraag van het kind/gezin. Gezinnen met meerdere hulpvragen
krijgen binnen het team een vast aanspreekpunt, volgens het principe 1 gezin - 1 plan - 1 begeleider. Het gezin maakt samen met deze begeleider een plan voor de meest passende jeugdhulp. Als dat nodig is voor de uitvoering van het plan, kan de begeleider besluiten er één of meer andere hulpverleners bij halen. Als niet duidelijk is wat er precies moet gebeuren, dan kan de begeleider advies vragen aan het Diagnostiek en Advies Netwerk (DAN) (zie vraag 15). 12. Wat wordt bedoeld met: één gezin, één plan, één begeleider? Als een kind of gezin meerdere hulpvragen heeft, dan worden deze in samenhang aangepakt. Het gezin maakt samen met de begeleider uit het jeugdteam/sociaal (wijk)team daarom één plan van aanpak. De begeleider kan zelf de nodige hulp bieden en indien nodig andere hulp erbij halen. Waar of door wie het kind ook geholpen wordt, de begeleider van het gezin blijft altijd betrokken als aanspreekpunt. Dit is in feite de kern van de aanpak één gezin, één plan, één begeleider. De gemeente wil hiermee bereiken dat gezinnen met meerdere hulpvragen met minder hulpverleners te maken krijgen en dat de hulp die zij krijgen van verschillende hulpverleners beter op elkaar wordt afgestemd. 13. Kan ik ook naar de huisarts gaan als ik een hulpvraag heb over mijn kind? Ja. U kunt ook via een verwijzing door de huisarts, medisch specialist of jeugdarts terecht komen bij een jeugdhulpaanbieder. Ook in dat geval overlegt de jeugdhulpaanbieder met u en uw kind om te bepalen welke hulp nodig is. 14. Ben ik verplicht om mijn sociale netwerk aan te spreken als ik hulp nodig heb voor mijn kind en/of gezin? Wat als ik geen sociaal netwerk heb om op terug te vallen voor hulp? Het jeugdteam/sociaal (wijk)team vraagt gezinnen om zoveel mogelijk eerst zelf te kijken naar oplossingen met hulp van het sociale netwerk. Dit niet alleen voor de bezuiniging die gemeenten van het Rijk moeten uitvoeren, maar juist ook omdat de eigen omgeving van kinderen voor een langdurige oplossing kan zorgen in het gewone leven. Zo nodig kan het team een helpende hand bieden om samen met het netwerk te kijken welke oplossingen op eigen kracht of met hulp van vrijwilligers mogelijk zijn. Als er hulpvragen overblijven of wanneer de vraag van een kind/gezin zodanig is dat er professionele jeugdhulp nodig is, dan is er jeugdhulp voorhanden. 15. Wat is het Diagnostiek en Advies Netwerk (DAN)? Het jeugdteam kan het Diagnostiek en Advies Netwerk (DAN), om advies vragen wanneer de hulpverlening aan de cliënt moeizaam verloopt en het niet duidelijk is hoe het nu verder moet. Het DAN wordt erbij gehaald in overleg met het kind/gezin. Het is een netwerk van specialisten die snel een diagnose en/of advies kunnen geven. Een kind of gezin wordt niet doorverwezen naar het DAN, het DAN adviseert het jeugdteam, waar na het kind/gezin zo nodig ondersteunt door het jeugdteam - het advies uitvoert. 16. Wie gaat de nieuwe indicaties afgeven? Vanaf 2015 worden geen indicaties meer afgegeven. Een medewerker van het jeugdteam/sociale (wijk)team bepaalt na overleg met kind en gezin welke hulp noodzakelijk is.
Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen vrij toegankelijke en niet vrij toegankelijke jeugdhulp. Alle jeugdhulp die het team zelf biedt, is vrij toegankelijk. Wanneer het team specialistische hulp nodig vindt, dan valt dit onder de niet vrij toegankelijke jeugdhulp. Het besluit van het team om wel of geen niet vrij toegankelijke jeugdhulp in te zetten, wordt vastgelegd in een brief. Als ouders het niet eens zijn met het besluit, dan kunnen zijn daar bezwaar tegen maken. 17. Wat gaat er veranderen rond het Persoonsgebonden Budget (PGB)? Vanaf 2015 kunnen ouders of een jongere kiezen voor een PGB, wanneer zij voldoen aan de wettelijke eisen. Deze eisen houden in dat zij in staat moeten zijn om het PGB te beheren, gemotiveerd aan kunnen geven waarom de zorg in natura 1 niet passend is, en de jeugdhulp die zij zelf in willen kopen, moet van voldoende kwaliteit zijn. Wanneer ouders of een jongere een PGB willen aanvragen om zelf jeugdhulp in te kopen, dan gaat dat via het jeugdteam/sociale (wijk)team. Het team beoordeelt de aanvraag. De gemeente stelt hiervoor nog regels en voorwaarden vast, dit gebeurt eind 2014. Het PGB zoals u dat nu kent, blijft niet zo bestaan. Het PGB wordt een budget met zogenaamd trekkingsrecht. Dit betekent dat u geen geld op uw bankrekening krijgt gestort, maar dat u een bepaald bedrag kunt besteden. U koopt de jeugdhulp zelf in en de betaling gebeurt via de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De SVB toetst de besteding van het PGB. Dit trekkingsrecht geldt vanaf 1 januari voor bestaande en nieuwe PGB s. 18. Wat gebeurt er als mijn kind 18 jaar wordt? Voor kinderen die jeugdreclassering krijgen en kinderen en gezinnen die hulp krijgen bij opgroei- of opvoedproblemen, kan deze hulp doorlopen tot maximaal het 23 e levensjaar als voortzetting van de hulp noodzakelijk is. Dit is onder de voorwaarde dat deze hulp niet onder een ander wettelijk kader valt (zoals de Zorgverzekeringswet, Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en Wet maatschappelijke ondersteuning). Als dat wel het geval is, kunnen afspraken worden gemaakt over de overdracht van uw dossier. 19. Ik ga verhuizen naar een andere gemeente. Kan de zorg die mijn kind nu krijgt doorgaan? Of u jeugdhulp krijgt en hoe deze eruit zal zien in uw nieuwe woongemeente is niet op voorhand te zeggen. Ons advies is om zo snel mogelijk contact op te nemen met uw nieuwe woongemeente. 20. Mijn kind heeft gescheiden ouders, die niet in dezelfde gemeente wonen. Bij welke gemeente moet ik zijn voor zorg voor mijn kind? U kunt voor hulpvragen terecht in de gemeente waar de ouder met het ouderlijk gezag woont. Het woonadres van de ouder met het gezag is leidend. De gemeente waar uw kind zijn woonplaats heeft, is dus in principe verantwoordelijk. Als de gescheiden ouders in verschillende gemeenten wonen en uw kind bij beide ouders woont, moet er een hoofdverblijf worden aangewezen. De rechter kan bij de scheidingsuitspraak het hoofdverblijf bepalen. Als het hoofdverblijf niet door de rechter is bepaald, geven de ouders aan wat het hoofdverblijf van hun kind is. Kunnen of willen de ouders dit niet aangeven dan overleggen de beide 1 Zorg in natura is jeugdhulp die is ingekocht door de gemeente. Ouders hoeven deze hulp niet zelf in te kopen.
gemeenten met elkaar welke gemeente de hulp zal bieden. De verantwoordelijke gemeente is de gemeente waar de jeugdhulp in het belang van uw kind binnen zijn sociale netwerk (school, sport en vriendenkring) kan worden georganiseerd. 21. Welke vormen van jeugdhulp gaan er naar de gemeente? Per 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor: hulp bij opgroeien en opvoeden (jeugdzorg), jeugd-ggz (geestelijke gezondheidszorg voor kinderen) en jeugd-vb (hulp voor kinderen met een verstandelijke beperking).