Gezond opgroeien. in Opsterland 2009/2010

Vergelijkbare documenten
Gezond opgroeien in Littenseradiel

Gezond opgroeien in Weststellingwerf

Gezond opgroeien in Schiermonnikoog

Gezond opgroeien. in Wûnseradiel 2009/2010

Gezond opgroeien in Ameland

Gezond opgroeien in Ooststellingwerf

Gezond opgroeien in Vlieland

Gezond opgroeien in Harlingen

Gezond opgroeien. in Sneek 2009/2010

Gezond opgroeien in Franekeradeel

Gezond opgroeien in AMELAND 2012

Gezond opgroeien in Heerenveen

Gezond opgroeien. in Kollumerland c.a. 2009/2010

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ

Gezond opgroeien in KOLLUMERLAND 2012

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ

JEUGDGEZONDHEIDSZORG 4-19 JAAR

Blik op de gezondheid. van de jeugd in. Heerenveen

JEUGDGEZONDHEIDSZORG 4-19 JAAR

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ

Ameland Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ

Vlieland Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Zwolle

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Raalte

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Kampen

Boarnsterhim Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Het Bildt Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Hardenberg

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Deventer

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Olst-Wijhe

Franekeradeel Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Kindermonitor Gemeentelijke Factsheet. Ommen

Terschelling Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Heerenveen Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Ooststellingwerf Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

De lessen kunnen op elk gewenst tijdstip bekeken worden. Aantal deelnemers. Pedagoog. Jeugdverpleegkundige.

Gezondheid, welbevinden en leefstijl van scholieren in het voortgezet onderwijs

Jongerenmonitor : Gemeente Deventer

Gezondheid, welbevinden en leefstijl van scholieren in het voortgezet onderwijs

Gezondheid, welbevinden en leefstijl van scholieren in het voortgezet onderwijs

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : J A A R

Gezondheid, welbevinden en leefstijl van scholieren in het voortgezet onderwijs

Gezondheid, welbevinden en leefstijl van scholieren in het voortgezet onderwijs

Deelrapportage met resultaten uit de gezondheidsenquête volwassenen/ouderen 2010

Jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar GGD Kennemerland. Een gezonde jeugd heeft de toekomst

Jeugdgezondheidszorg Samen zorgen voor uw kind jaar 12

Aantal deelnemers. Pedagoog. Jeugdverpleegkundige.

Kernboodschappen Gezondheid Almelo

Hoe gaat het met de gezondheid van de Utrechtse Jeugd?

Jeugdgezondheidszorg en ouderondersteuning Stevig Ouderschap Plus. Marjanne Bontje, beleidsmedewerker Rig Mutschler, jeugdarts

Een prenataal traject bestaande uit één tot vier huisbezoeken voor een selectieve groep zwangere vrouwen. Aantal uitgevoerde huisbezoeken.

Inleiding. Jeugdgezondheidszorg. Inzicht Jeugdgezondheidszorg 2017 Ter verdieping van het jaarverslag 2017 Gemeente Venlo

De jeugd van tegenwoordig. Resultaten uit Gezondheidsonderzoek Jeugd 2016 Bestuurscommissie 6 juli 2017

Wymbritseradiel Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT

Gezondheid telt! Jeugdgezondheidszorg. voor alle kinderen tot 19 jaar. Folder voor ouder(s)/verzorger(s)

Zorg voor Jeugd in Vlaardingen

Het adviseren bij mogelijke leerplichtontheffingen van jeugdigen van 5 tot 18 jaar met (langdurig) schoolverzuim. Aantal jeugdigen. Jeugdarts.

Jongerenmonitor : Gemeente Steenwijkerland

Leeuwarden Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Shantala babymassage (individuele begeleiding)

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ

Jeugdgezondheidszorg op de basisschool

PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID

Skarsterlân Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Preventieoverzicht opvoeden

4.3. Aanbod voor (ouders van) basisschoolkinderen

Gemeente Vlieland. Zorg voor Jeugd Jaarrapportage GGD Fryslân

PILOT GEZONDHEIDSONDERZOEK 15/16-JARIGEN

Opvoed aanbod. Dit is een uitgave van:

GENOTMIDDELEN. Jongerenmonitor % ooit alcohol gedronken. Klas 2. Klas 4. 5% ooit wiet gebruikt. 24% weleens gerookt.

Sneek Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Kernboodschappen Gezondheid Dinkelland & Tubbergen

Psychosociale gezondheid

Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer : Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009

voor al uw vragen over opgroeien en opvoeden en voor gezondheidsonderzoeken

Littenseradiel Jaarrapportage JGZ 0 19 jaar 2008

Totaal screening vo2 West-Brabant. 10 % % heeft soms

Leidt triage en taakherschikking in de JGZ tot meer zorg op maat? 24 mei Janine Bezem Congres Jeugd in Onderzoek

Kinderen in Noord gezond en wel?

Jeugdgezondheidszorg (4-19 jaar)

testbestand school, gemeente X 10 % % heeft soms

Kernboodschappen Gezondheid Borne

Resultaten screening VO2. 11 % % heeft soms

oinleiding 1 c oovergewicht en ernstig overgewicht (obesitas) in Nederlandd

Kernboodschappen Gezondheid Losser

2. Overgewicht. allochtone kinderen. autochtone kinderen. eenouder ouder+stiefouder. beide ouders. % kinderen met overgewicht. laag.

Jeugdgezondheidszorg op de basisschool

Onderzoek. Kind en Opvoeding jaar

Schoolrapport. Amadeus Lyceum. Resultaten EURO-URHIS 2 jeugdonderzoek. Inleiding

Digitale opvoedondersteuning voor aanstaande ouders

Informatie voor professionals

Samenvatting Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Bij vragen over de ontwikkeling of het gedrag van jonge kinderen

Met een goede start naar de basisschool

Transcriptie:

Gezond opgroeien in Opsterland 2009/2010

Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ 2009-2010 Vooraf... 3 Medewerkers gemeentelijk JGZ-team... 4 Gemeentelijke beleidsspeerpunten ten aanzien van jeugd en gezondheid... 5 Monitor jeugdgezondheid... 6 Activiteiten en interventies jeugdgezondheidszorg...21 Conclusies en aanbevelingen...25 2

Vooraf Met veel genoegen bied ik u namens de afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van GGD Fryslân de jaarrapportage 2009-2010 aan. In deze rapportage worden de activiteiten van de afdeling JGZ gepresenteerd in samenhang met beleidsspeerpunten van uw gemeente op het terrein van jeugd en gezondheid. Daarnaast geeft de rapportage inzicht in de gezondheidstoestand van de jeugd in uw gemeente en worden suggesties voor gemeentelijk beleid gedaan. Op 1-1-2009 is de JGZ 0-19 jaar in één uitvoeringsorganisatie gestart met als kernthema gezond en veilig opgroeien. Naast de implementatie van de afdeling is ingezet op het versterken van de samenwerking met ketenpartners op gemeentelijk en provinciaal niveau. Dit kwam onder andere tot uitdrukking in de samenwerking in Centra voor Jeugd en Gezin, Verwijsindex Fryslân, Zorg Advies Teams in het onderwijs en de samenwerkingstrajecten en convenanten met instellingen voor Maatschappelijk werk, Bureau Jeugdzorg, De Friese Huisartsenvereniging en Friese ziekenhuizen. De inzet van JGZ in de grootschalige vaccinatiecampagne bij de uitbraak van Nieuwe influenza A, onderstreepte het belang van de positionering van JGZ binnen de openbare gezondheidszorg. In korte tijd werd veel professionele menskracht gemobiliseerd om samen met gemeenten de vaccinatiecampagne uit te voeren. Binnen de GGD is in 2009 ook op andere terreinen intensief samengewerkt met collega s van andere afdelingen. Bijvoorbeeld in het kader van gezonde leefstijl, beleidsadvisering, epidemiologisch onderzoek, openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ), calamiteitenzorg, bemoeizorg, kindermishandeling en medische milieukunde. In 2009 zijn de medewerkers van de afdeling JGZ in gemeentelijke teams 0-19 jaar gaan werken om de zorg voor de jeugd nog beter aan te laten sluiten op de situatie in uw gemeente. Intern heeft de afdeling JGZ geïnvesteerd in de implementatie van de nieuwe afdelingsstructuur, het samenwerken van collega s, de implementatie van alle werkprocessen en protocollen, de interne scholing en het versterken van een integrale manier van werken voor JGZ 0-19 jaar. Ook is een aantal grotere trajecten voorbereid: het digitaal kinddossier, de directe verwijzing door jeugdarts naar medisch specialist, HKZcertificering en scholing medewerkers in de methodiek Triple P. Ik wens u veel plezier bij het lezen van deze rapportage. Voor opmerkingen of vragen kunt u terecht bij uw regiomanager. Roely Talma Regiomanager jeugdgezondheidszorg GGD Fryslân Telefoon: 088 229 9515 E-mail: R.Talma@ggdfryslan.nl 3

Medewerkers gemeentelijk JGZ-team Het team jeugdgezondheidszorg van de gemeente Opsterland bestaat uit: (werkzaam per september 2010) Corrie Balkema, verpleegkundige JGZ 0-4 Petra van der Hut, verpleegkundige JGZ 0-4 Tineke van der Veen, verpleegkundige JGZ 0-4 Hennie Dillingh, verpleegkundige JGZ 0-4 Paulien Steneker, verpleegkundige JGZ 4-19 Liesbeth ten Vergert, arts JGZ 0-4 Hieke Numan, arts JGZ 0-4 Johanna Dijkstra, arts JGZ 4-19 Carla Hofstra, cb-assistente Joukje Bok, cb-assistente Jeltje Kloosterman, cb-assistente Alie van der Meulen, cb-assistente Hieke Mast, cb-assistente Nelleke Lietmeijer, assistente JGZ Kina Dobbinga, pedagoog Jaike Jeuring, pedagoog 4

Gemeentelijke beleidsspeerpunten ten aanzien van jeugd en gezondheid In het collegeprogramma 2010-2014 wordt nadrukkelijk prioriteit gegeven aan de vorming van een Centrum voor Jeugd en Gezin. Daarnaast wil de gemeente zich in het gemeentelijk gezondheidsbeleid specifiek gaan inzetten voor de bevordering van een gezonde leefstijl en de preventie van misbruik van alcohol en drugs. In de nota gezondheidsbeleid / WMO Gezond Meedoen 2008-2011 zijn de volgende speerpunten opgenomen, die relevant zijn voor jeugd: - hulp bij psychische problemen, o.a. pesten - goed samenwerken bij complexe problemen - minder roken en drinken - minder mensen met overgewicht - gezond omgaan met seksualiteit 5

Monitor jeugdgezondheid In de afgelopen jaren informeerde de monitor jeugdgezondheid u over de gezondheid van de jeugd in de gemeente Opsterland in het voorafgaande kalenderjaar. Deze monitor jeugdgezondheid informeert u over de gezondheid van schoolgaande kinderen en jongeren in de schooljaren 2007-2008, 2008-2009 en 2009-2010. De informatie is verzameld tijdens gezondheidsonderzoeken bij leerlingen van groepen 2 en 7 basisonderwijs, klassen 1 en 3 vmbo en klas 2 havo/vwo. De informatie over gezondheid van de jeugd in de gemeente Opsterland wordt gepresenteerd als het totaal van deze drie schooljaren en wordt vergeleken met provinciale percentages over dezelfde periode. Hierbij is geen onderscheid gemaakt tussen jongens en meisjes. In de monitor zijn ook gegevens opgenomen afkomstig van de in 2009 afgenomen vragenlijst Stevig Ouderschap. Deze vragenlijst wordt kort na de geboorte van een kind aan ouders voorgelegd. Trends worden op provinciaal niveau gepresenteerd. De aantallen onderzochte kinderen/ jongeren zijn op gemeenteniveau helaas veelal te klein om hieruit een trend te kunnen samenstellen. Gezond gewicht Kinderen en jongeren met overgewicht hebben een aanzienlijke kans op overgewicht op volwassen leeftijd. Daarnaast hebben zij een grotere kans om later suikerziekte, hoge bloeddruk, hartvaatziekten, kanker of gewrichtsproblemen te ontwikkelen. Dit geldt in versterkte mate bij kinderen en jongeren met ernstig overgewicht (obesitas). Op jonge leeftijd kan het overgewicht ook problemen geven: klachten van voeten, knieën, benen of rug, gepest worden, niet goed mee kunnen doen met gymnastiek, sport- en spelactiviteiten en weinig zelfwaardering. In onderstaande figuren wordt het percentage kinderen en jongeren met overgewicht in de gemeente Opsterland vergeleken met de rest van Fryslân. De Body Mass Index ( BMI) is als maat voor het gewicht gebruikt. 1 Overgewicht en ernstig overgewicht (obesitas) Gemeente Opsterland 2% 1 2% 2% 9% 9% 12% 11% ernstig overgew icht (obesitas) (matig) overgew icht Groep 2 Groep 7 Klas1 vmbo Klas2 havo/vw o 6

2 Overgewicht en ernstig overgewicht (obesitas) Provincie Fryslân 4% 1 2% 1 2% 8% 12% 1 2% 9% ernstig overgew icht (obesitas) (matig) overgew icht Groep 2 Groep 7 Klas1 vmbo Klas2 havo/vw o Bij vrijwel alle kinderen en jongeren met overgewicht wordt door de JGZ actie ingezet in de vorm van advies, begeleiding of verwijzing naar huisarts, diëtist of kinderarts. De verpleegkundigen en artsen JGZ hebben een training motiverende gespreksvoering gevolgd om in de contacten met kind, ouder of jongere het onderwerp gezond gewicht bespreekbaar te maken. Trend overgewicht In onderstaande figuur is het percentage kinderen en jongeren met overgewicht in Fryslân gedurende de afgelopen drie schooljaren gepresenteerd. In het basisonderwijs stabiliseert het aantal kinderen met overgewicht. In het voortgezet onderwijs zijn de verschillen opmerkelijk tussen vmbo-leerlingen en havo/vwo-leerlingen. In het VMBO is de toename van overgewicht het meest uitgesproken. Bovendien is in het schooljaar 2009-2010 het percentage jongeren met obesitas (ernstig overgewicht) in klas 1 vmbo gestegen naar 4%. 7

2 Trend overgewicht 2007/2010 groep 7 BaO, klas 1 vmbo en klas 2 havo/vwo Provincie Fryslân 2 1 Groep 7 Klas 1 vmbo Klas 2 havo/vw o 1 2007/2008 2008/2009 2009/2010 Lid van een sportclub Sporten in clubverband kan positieve effecten hebben op de (sociale) ontwikkeling en de gezondheid (onder andere gewicht) van kinderen en jongeren. Door sport ontwikkelen kinderen ook andere talenten zoals de sociale omgang, organisatievermogen, verantwoordelijkheidsgevoel en leiderschap. Op Fries niveau is 77% van de leerlingen groep 7 basisonderwijs lid van een sportclub. In de onderbouw van het voortgezet onderwijs is dit percentage afgenomen tot 69%. In de afgelopen drie schooljaren is op Fries niveau het percentage kinderen en jongeren dat lid is van een sportvereniging, stabiel gebleven. In bijgaande figuur is het percentage kinderen (groep 7 basisonderwijs) en jongeren (klassen 1 en 2 voortgezet onderwijs) uit de gemeente Opsterland dat lid is van een sportvereniging, vergeleken met de rest van Fryslân. 9 Lid van sportclub groep 7 BaO en onderbouw VO 6 81% 77% 73% 69% 3 groep 7 BaO Gemeente Opsterland klas 1/2 VO Overige gemeenten Fryslân 8

Voor kinderen en jongeren die opgroeien in een gezin met een smalle beurs, kunnen de financiën een belemmering vormen om te sporten. Onderstaande figuur toont op Fries niveau voor specifieke risicogroepen het percentage kinderen/ jongeren met een lidmaatschap van een sportvereniging in vergelijking tot leeftijdsgenoten die niet tot een risicogroep horen. 10 Lid van sportvereniging van leerlingen groep 7 BaO en onderbouw VO Friese percentages voor drie belangrijke doelgroepen 89% 7 79% 79% 5 68% 54% 68% 68% 59% 5 69% 62% 7 2 éénouder anders Nederlands Niet w esters laag hoog gezinssamenstelling etniciteit opleidingsniveau blauw =ouders/groen=leerling Groep 7 BaO Onderbouw VO Genotmiddelen In de afgelopen jaren is duidelijk geworden dat de jeugd in Fryslân veel alcohol drinkt. Vanwege de gevolgen voor de openbare orde (agressie en vandalisme) en de gezondheidsrisico s (o.a. vermindering van de hersenfuncties aandacht en geheugen, onveilig vrijen en verslaving), zetten veel gemeenten in op het terugdringen van het alcoholgebruik door jongeren. Zoals bekend verhoogt roken de kans op hart- en vaatziekten en longkanker. Jongeren die op jonge leeftijd roken kunnen makkelijk verslaafd blijven. Op jonge leeftijd vormen de jongeren uit het vmbo hierbij een belangrijke risicogroep. Om alcoholgebruik en het roken in kaart te brengen zijn voorafgaand aan de gezondheidsonderzoeken de jongeren uit klas 1 vmbo en klas 2 havo/vwo schriftelijk bevraagd naar het alcoholgebruik tijdens de afgelopen week, het drinken van tenminste 5 glazen alcohol bij tenminste een gelegenheid in de afgelopen vier weken en het dagelijks of wekelijks roken. In onderstaande tabel worden het alcoholgebruik en het roken door de jongeren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs in de gemeente Opsterland vergeleken met hun leeftijdsgenoten elders in Fryslân. 9

12% Roken en drinken in klas 1 VMBO 8% 9% 8% 4% 2% 3% rookt w ekelijks / dagelijks Gemeente Opsterland alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken 4% meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken Totaal Fryslân 18% Roken en drinken in klas 2 HAVO / VWO 12% 12% 12% 6% 1% rookt w ekelijks / dagelijks alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken 3% 4% meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken Gemeente Opsterland Totaal Fryslân 10

Trend alcoholgebruik en roken De onderstaande figuur laat op provinciaal niveau een bemoedigende trend zien voor het alcoholgebruik door jongeren uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs: in het algemeen is het alcoholgebruik in de afgelopen drie schooljaren afgenomen. Uit landelijk onderzoek blijkt dat ouders alerter zijn geworden op het alcoholgebruik van hun kind. In Fryslân is in de onderbouw van het voortgezet onderwijs het verschil in alcoholgebruik tussen leerlingen van vmbo en van havo/vwo afgenomen. Het percentage jongeren dat tenminste wekelijks rookt blijft stabiel. De nieuwste inzichten over de risico s op hersenbeschadiging door alcoholgebruik hebben geleid tot de volgende richtlijnen voor jongeren: Beneden de 16 jaar: drink geen alcohol 16 jaar of ouder: drink alleen in het weekend en daarnaast maximaal nog twee dagen per week Jongens maximaal twee standaardglazen alcohol op die dagen Meisjes maximaal 1 standaardglas alcohol op die dagen. Trend roken en drinken in de onderbouw van het voortgezet onderwijs provincie Fryslân 1 Rookt w ekelijks / dagelijks VMBO 1 2007 2008 2009 Rookt w ekelijks / dagelijks HAVO/VWO Alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken VMBO Alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken HAVO/VWO Meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken VMBO Meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken HAVO/VWO Overmatig alcoholgebruik en ongewenst gedrag De jongeren uit klas 3 vmbo (14-16 jaar) die in de afgelopen vier weken tenminste vijf glazen alcohol bij tenminste een gelegenheid hebben gedronken (binge drinken) zijn vergeleken met leeftijdsgenoten van het vmbo die niet of weinig alcohol drinken. Jongeren die bovenmatig alcohol drinken (binge drinken) scoren in vergelijking met leeftijdsgenoten die niet of weinig alcohol drinken, bovenmatig op recent gebruik van hasj/ wiet, ooit gebruik van XTC, cocaïne of speed, het bekladden of vernielen van dingen en het pikken van dingen van anderen of uit winkels. Zie onderstaande figuur. 11

3 Ongewenst gedrag in relatie tot (binge)drinken 28% 2 1 14% 12% Gebruikt hasj of wiet 1% 2% Heeft wel eens XTC, cocaïne of speed gebruikt bovenmatige drinker Bekladt of vernielt wel eens dingen niet of w einig drinker 6% 1% Pikt wel eens dingen van anderen of uit winkels Alcoholgebruik stijgt met de leeftijd Onderstaande figuur illustreert hoe alcohol- en drugsgebruik onder jongeren toenemen met het stijgen van de leeftijd. 9 Alcohol en drugsgebruik naar leeftijd 6 Alcohol gedronken in afgelopen maand Vijf of meer drankjes met alcohol bij één gelegenheid 3 Drinkt wel eens meer dan 20 glazen alcohol per week Gebruikt hasj of wiet Heeft wel eens XTC, cocaïne of speed gebruikt 14 jaar (of jonger) 15 jaar 16 jaar en ouder 12

Opvoeden en opgroeien De meeste kinderen groeien op in goede omstandigheden. Vergeleken met andere Europese landen geven Nederlandse kinderen en jongeren relatief vaak aan, gelukkig te zijn. En ook veel ouders zijn tevreden over het verloop van de opvoeding. Maar opgroeien en opvoeden gaat niet vanzelf. Ouders kunnen opvoedingsvragen hebben of het gevoel hebben de opvoeding niet goed aan te kunnen. Door voorlichting en advisering, ondersteuning en begeleiding kan voorkomen worden, dat opvoedingsvragen tot opvoedingsproblemen of tot een opvoedingscrisis leiden. Ook jongeren kunnen worstelen met opgroeivragen, onzekerheden, faalervaringen, onzeker toekomstperspectief, sociaal isolement of de groepsdruk van leeftijdsgenoten. Ondersteuning en begeleiding dichtbij de jongere kunnen helpen opgroeiproblemen te voorkomen. Indicatie Stevig Ouderschap In de eerste week na de geboorte legt een verpleegkundige van de JGZ aan ouders een vragenlijst Stevig Ouderschap voor. Met deze vragenlijst worden risicofactoren voor opvoedingsproblematiek in kaart gebracht. De verpleegkundige JGZ bepaalt met behulp van de vragenlijst of ouders de interventie Stevig Ouderschap krijgen aangeboden. Stevig Ouderschap is een programma voor opvoedingsondersteuning aan ouders met een verzwaarde belasting voor het ouderschap. De figuur toont het percentage gezinnen in de gemeente Opsterland, dat in 2009 in aanmerking kwam voor Stevig Ouderschap. 1 Percentage ouders met indicatie voor Stevig Ouderschap 1 12% 9% Gemeente Opsterland Overige gemeenten Fryslân Een van de risicofactoren die worden bevraagd is het ervaren van een sociaal isolement. Opvallend is dat van de ouders die een indicatie hebben voor Stevig Ouderschap, een derde deel aangeeft een sociaal isolement te ervaren. Opvoedingsadvies, opvoedingsondersteuning en gespecialiseerde hulpverlening vanwege gedrag of opgroeiomstandigheden Wanneer kinderen of jongeren door hun gedrag niet goed kunnen functioneren in sociale situaties thuis, op school of tussen leeftijdsgenoten, dan is sprake van een psychosociaal probleem. Deze problematiek hangt vaak samen met omgevingsfactoren zoals verwaarlozing, mishandeling, echtscheiding of gepest worden of hangt samen met kindfactoren zoals bijvoorbeeld ADHD, moeilijk temperament, contactstoornis of een ontwikkelingsstoornis. Psychosociale problemen bij kind of jongere verzwaren de opvoedingstaak van ouders. Vaak is dan hulp en ondersteuning bij de opvoeding nodig. Bij ongunstige opgroeiomstandigheden is meestal hulp of opvoedingsondersteuning nodig. De JGZ registreert tijdens de vaste contactmomenten het voorkomen van psychosociale problemen en het voorkomen van ongunstige opgroeiomstandigheden. De arts of 13

verpleegkundige bepaalt in deze situaties of er behoefte is aan opvoedingsadvies, opvoedingsondersteuning (door bijvoorbeeld pedagoog, verpleegkundige of maatschappelijk werk), of behoefte aan gespecialiseerde hulpverlening (door bijvoorbeeld Bureau Jeugdzorg, AMK, GGZ-jeugd). Deze indeling sluit aan op functies die in het kader van de WMO bij gemeenten zijn belegd. Onderstaande figuren tonen het percentage kinderen en jongeren waarbij arts of verpleegkundige JGZ tijdens een gezondheidsonderzoek opvoedingsvoorlichting, opvoedingsondersteuning of gespecialiseerde hulpverlening nodig vond. De gemeente Opsterland wordt hierbij vergeleken met de rest van Fryslân. Psychosociale problematiek gemeente Opsterland 4 6% 3 8% 2 1 6% 37% 2 17% 7% 9% groep 2 groep 7 klas1 vmbo klas 2 havo/vw o gespecialiseerde hulpverlening opvoedingsondersteuning opvoedingsadvies 5 Psychosociale problematiek provincie Fryslân 4 3 2 1 2% 7% 2 4% 4% 9% 9% 2 2 1% 4% 12% gespecialiseerde hulpverlening opvoedingsondersteuning opvoedingsadvies groep 2 groep 7 klas1 vmbo klas 2 havo/vw o 14

3 Ongunstige opgroeiomstandigheden gemeente Opsterland 2 1 18% 1% 4% 2 3% 14% 3% 1 gespecialiseerde hulpverlening opvoedingsondersteuning opvoedingsadvies groep 2 groep 7 klas1 vmbo klas 2 havo/vw o 4 Ongunstige opgroeiomstandigheden provincie Fryslân 3 1% 2 6% 2% 2% 6% 6% gespecialiseerde hulpverlening 1 16% 14% 14% 3% 9% opvoedingsondersteuning opvoedingsadvies groep 2 groep 7 klas1 vmbo klas 2 havo/vw o Gebruik van vragenlijsten voor signaleren psychosociale problematiek Om psychosociale problematiek sneller te signaleren gebruikt de JGZ tijdens de vaste gezondheidsonderzoeken gevalideerde vragenlijsten over gedrag. Afhankelijk van de leeftijd vult de ouder of de jongere zelf voorafgaand aan het gezondheidsonderzoek de vragenlijst in. In groep 7 van het basisonderwijs gebruikt de JGZ de SDQ-vragenlijst. De score op de SDQ-vragenlijst geeft een indicatie voor geen psychosociale problematiek, mogelijk psychosociale problematiek (borderline score) of 9 kans op psychosociale problematiek (klinische score). In het gesprek met ouder en kind wordt nagegaan of er een psychosociaal probleem is en wordt advies gegeven of zo nodig verwezen. Onderstaande figuur toont het percentage kinderen uit groep 7 van het basisonderwijs met een borderline score en met een klinische score op de SDQ-vragenlijst. De percentages in de gemeente Opsterland zijn vergeleken met de rest van Fryslân. 15

Percentages SDQ scores van - door ouder(s) gesignaleerde - psychosociale problematiek 2 1 1 9% klinische score (w aarschijnlijk probleem) 7% 7% borderline score (mogelijk probleem) Gemeente Opsterland Overige gemeenten Fryslân Depressieve gevoelens bij jongeren Een depressie houdt in dat iemand zich voor langere tijd neerslachtig voelt en zijn interesse en plezier in gewone dagelijkse dingen heeft verloren. Naar schatting 5 procent van de Nederlandse jongeren tussen de 13 jaar en 17 jaar heeft het afgelopen half jaar een depressieve stoornis gehad. Jongeren met uitgesproken depressieve gevoelens hebben een verhoogde kans op een depressie op volwassen leeftijd. Een depressie op jongere leeftijd kan de sociale omgang met leeftijdsgenoten en de schoolprestaties verminderen. Jongeren die zich soms of vaak depressief of somber voelen rapporteren ook op andere gedragsterreinen opvallend veel problematiek. In onderstaande figuur zijn jongeren uit klas 3 vmbo die zich soms (7,8%) of vaak (1,4%) depressief of somber voelen, vergeleken met leeftijdsgenoten die aangeven geen problemen van depressieve aard te hebben (90,8%). (Fryslân afgelopen drie schooljaren) 16

5 4 Indicatieve antwoorden op vragen uit de KIVPA van jongeren in relatie tot depressiviteit 4 44% 3 3 33% 22% 2 18% 1 14% 17% 16% 1 6% 8% Eigen gezondheid niet (zo) goed Thuis niet leuk Niet goed kunnen praten met ouders Weinig vrienden Niet tevreden met uiterlijk Wordt gepest Onvrijwillige seksuele ervaring M oe of lusteloos Hoofdpijn vanwege spanningen Problemen met eten Onbestemd verdrietig Eenzaam somber of depressief geen problemen van depressieve aard In Fryslân zetten veel gemeenten in het kader van gemeentelijk gezondheidbeleid in op depressiepreventie. De JGZ ondersteunt dit beleid met extra zorg voor de jongeren met deze klachten door middel van een risicotaxatie, ondersteunen van zelfzorg van de jongere, versterken van het eigen sociale netwerk van de jongere met leeftijdsgenoten. Daarnaast kan in samenwerking met het Zorg Advies Team van de school, de mentor de jongere extra ondersteunen. Zo nodig wordt verwezen naar gespecialiseerde hulpverlening. Ontwikkeling Op jonge leeftijd hangt de ontwikkeling van een kind (psychosociaal, cognitief, sociaal, motoriek en spraak en taal) samen met de in aanleg aanwezige mogelijkheden van een kind, de opgroeisituatie, de lichamelijke groei en gezondheid en de zintuigen. Meisjes ontwikkelen zich op jong leeftijd gemiddeld wat sneller dan jongens. Jonge kinderen kunnen een licht ongelijkmatig ontwikkelingsprofiel hebben waarbij lichte achterstanden later kunnen worden ingelopen. Vanaf de geboorte wordt de ontwikkeling van een kind nauwkeurig gevolgd door de JGZ en vindt zo nodig advies of verwijzing naar bijvoorbeeld CB+ of VTO-team plaats. Tijdens het gezondheidsonderzoek in groep 2 van de basisschool wordt de ontwikkeling van een kind door de arts JGZ beoordeeld in samenhang met lichamelijke gezondheid, zintuigen en opgroeisituatie. In onderstaande figuur staat het percentage kinderen uit groep 2 van de basisschool bij wie de arts JGZ een achterstand in de motorische ontwikkeling, de spraak- en taalontwikkeling of de algemene ontwikkeling signaleert. - Motoriek: ontwikkeling van grove motoriek tenminste zes maanden achter ten opzichte van de leeftijd en/óf sterk afwijkende handmotoriek; - Spraak en taal: taalontwikkeling tenminste zes maanden achter ten opzichte van leeftijd en/óf matig tot ernstige articulatieproblemen; 17

- Algemeen: achterstand van 1 jaar of meer op tenminste twee van de volgende gebieden: motoriek, spraak/taal, lichamelijke rijping, emotionele en psychosociale ontwikkeling, cognitief functioneren. 2 Ontwikkelingsachterstand groep 2 BaO 1 1 9% 8% 7% 1 9% motoriek spraak/taal algemeen Gemeente Opsterland Overige gemeenten Fryslân Kinderen afkomstig uit eenoudergezinnen, gezinnen met een laag opleidingsniveau van de moeder en eenoudergezinnen hebben een verhoogd risico op ontwikkelingsachterstanden. Onderstaande figuur laat zien dat een achterstand in de spraak- en taalontwikkeling relatief veel voorkomt bij vijfjarige kinderen van moeders met een laag opleidingsniveau (16%) en vijfjarigen met niet westerse allochtone ouders( 18%). 2 Ontwikkelingsachterstand groep 2 BaO Friese percentages voor drie belangrijke doelgroepen 18% 16% 1 13% 11% motoriek 1 9% 9% 9% 9% 9% 8% 8% 12% 6% spraak/taal algemeen éénouder anders Nederlands Niet w esters laag hoog 2% gezinssamenstelling etniciteit opleidingsniveau ouders 18

Risicogroepen opgroeien en opvoeden Sociaaleconomische status en gezondheid Een lagere sociaaleconomische status heeft effecten op de gezondheid, opgroeien en opvoeden. Een lage SES geeft op de kinderleeftijd meer risico op overgewicht, ongevallen, luchtwegklachten, behoefte aan opvoedingsondersteuning, onvoldoende tandzorg, alcoholgebruik, roken en gedragsproblemen. Meisjes vertonen vaker depressieve klachten terwijl jongens meer agressie laten zien. Kinderen kunnen geïsoleerd raken omdat ze niet kunnen meedoen met culturele en/of recreatieve activiteiten of niet de juiste kleding dragen en daardoor worden uitgesloten door een groep. Kinderen uit gezinnen met armoede blijken vaker de huisarts te bezoeken in verband met luchtwegklachten. Armoede komt vooral voor bij eenoudergezinnen, allochtonen en in gezinnen met ouders met een laag opleidingsniveau. Onderstaande figuur toont de percentages kinderen uit groep 2 basisonderwijs met een laag opgeleide moeder, niet westerse allochtone achtergrond of afkomstig uit een eenoudergezin voor de gemeente Opsterland en voor de overige gemeenten in Fryslân. De cijfers zijn afkomstig van de afgelopen drie schooljaren. 19

3 Belangrijke doelgroepen Opgroeien en Opvoeden 2 18% 19% 1 Laag opleidingsniveau moeder Gemeente Opsterland 8% Eénoudergezin 2% 7% Niet-Westers Overige gemeenten Fryslân Preventie van infectieziekten Namens uw gemeente voert de afdeling JGZ het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) uit. Voor kinderen van 0-4 jaar vindt dat plaats tijdens de consulten op het consultatiebureau; voor de 9-jarigen tijdens zogenaamde massavaccinaties op één locatie per gemeente. In 2009 is de vaccinatie tegen het HPV voor meisjes vanaf 13 jaar opgenomen in het RVP. Een vaccinatiegraad van 9 is goed en een vaccinatiegraad van 9 is zeer goed. In Fryslân is de vaccinatiegraad met uitzondering van HPV voor alle vaccinaties tot 10 jaar gemiddeld meer dan 9. Naast het RVP zijn in 2009 een groot aantal kinderen gevaccineerd tegen de Mexicaanse griep. Bijgaand een overzicht van de in de gemeente Opsterland in 2009 uitgevoerde vaccinaties in het kader van het Rijksvaccinatieprogramma. Vaccinatie Opsterland Fryslân Nederland DKTP zuigelingen 2007 98,2% 96,7% 95, Hib Zuigelingen 2007 98, 97,1% 95,6% BMR zuigelingen 2007 98,2% 98, 96,2% MenC zuigelingen 2007 98, 97,8% 96,1% Pneumo zuigelingen 2007 96, 96,3% 94,4% D(K)TP kleuters 2004 91,4% 98,3% 91,7% DTP schoolkinderen 1999 96,9% 97, 93,4% BMR schoolkinderen 1999 97,3% 97, 93,1% 20

Activiteiten en interventies jeugdgezondheidszorg GGD Fryslân voert een groot aantal activiteiten en interventies uit gericht op het gezond en veilig opgroeien van de jeugd. Voor een deel vinden deze plaats tijdens de contactmomenten op de consultatiebureaus en op de scholen, tijdens huisbezoeken en spreekuren. Daarnaast zijn er activiteiten en interventies, die gericht zijn op een specifiek (gezondheids)probleem. In dit hoofdstuk worden deze beschreven aan de hand van de thema s uit de monitor jeugdgezondheid in het vorige hoofdstuk. De activiteiten en interventies hebben betrekking op 2009 en het eerste halfjaar van 2010. Gezond gewicht In de nota Gezondheidsbeleid/ WMO Gezond Meedoen 2008-2011 van de gemeente Opsterland is overgewicht een van de speerpunten. In het collegeprogramma 2010-2014 staat, dat de gemeente zich specifiek wil inzetten voor een gezonde leefstijl. In de gemeente Opsterland heeft de JGZ GGD Fryslân geen activiteiten/ interventies uitgevoerd, die specifiek gericht zijn op het voorkomen en bestrijden van overgewicht. NASB Opsterland is 2 e tranche gemeente voor het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen. Samen met de gemeenten Oost- en Weststellingwerf is een sportnota geschreven en wordt een projectplan opgesteld. Genotmiddelen In de nota Gezondheidsbeleid/ WMO Gezond Meedoen 2008-2011 van de gemeente Opsterland is minder roken en drinken een speerpunt. Ook in het collegeprogramma 2010-2014 wordt preventie van misbruik van alcohol en drugs genoemd. Bij genotmiddelen gaat het om preventie van schadelijk alcoholgebruik, roken en drugsgebruik. De interventies kunnen gericht zijn op genotmiddelen in het algemeen of specifiek op één genotmiddel, bv. alcohol of roken. Alcohol voorlichting tijdens contactmoment JGZ in groep 7 basisonderwijs De verpleegkundige JGZ geeft tijdens dit contactmoment individuele voorlichting aan ouders en kind. Het vaste contactmoment wordt per kind met 5 minuten uitgebreid. Tot het 16e jaar geen alcohol drinken, is hierbij de boodschap. Vanaf 2011 zal op alle basisscholen in Opsterland deze boodschap met ouders en kinderen worden besproken. Opvoeden en opgroeien In het collegeprogramma 2010-2014 van de gemeente Opsterland wordt nadrukkelijk prioriteit gegeven aan de vorming van een Centrum voor Jeugd en Gezin. In de nota Gezondheidsbeleid / WMO 2008-2011 worden als speerpunten genoemd: hulp bij psychische problemen (o.a. pesten) en goede samenwerking bij complexe problemen. De JGZ GGD Fryslân probeert tijdens de reguliere contactmomenten en met specifieke interventies een bijdrage te leveren aan het gezond en veilig opgroeien van de jeugd in Fryslân. Stevig Ouderschap Stevig Ouderschap is gericht op het voorkómen van ontwikkelings-, opvoeding- en gedragproblematiek. De doelgroep bestaat uit ouders van kinderen van 0-1½ jaar, waarbij één of meer risicofactoren zijn geconstateerd. Ouders worden ondersteund door middel van informatie over de ontwikkelingsfasen van kinderen, vergroten van opvoedingscompetentie 21

en zelfvertrouwen van de ouders, stimuleren van hechting en responsief gedrag van de ouders en het helpen vergroten van sociale steun. Stevig Ouderschap tijdens de zwangerschap Stevig Ouderschap tijdens de zwangerschap is gericht op zwangere vrouwen, die door hun eigen problematiek een hoog risico hebben op een verminderde draagkracht ten aanzien van het ouderschap. Door hen al tijdens de zwangerschap ondersteuning en begeleiding aan te bieden in de vorm van huisbezoeken door een verpleegkundige JGZ kunnen deze risico s beperkt worden. De prenatale huisbezoeken kunnen voortgezet worden met de huisbezoeken, die de verpleegkundige JGZ brengt in het kader van Stevig Ouderschap. Pedagogische thuisbegeleiding Pedagogische thuisbegeleiding is een vorm van opvoedondersteuning. Doel is de ouderlijke opvoedvaardigheden te verbeteren en problemen bij het opvoeden en opgroeien in een vroeg stadium te verminderen of op te lossen. Daarmee draagt pedagogische thuisbegeleiding bij aan de preventie van stoornissen in de sociaal-emotionele ontwikkeling en van gedragsproblemen van kinderen. In de gemeente Opsterland is de pedagogische thuisbegeleiding gericht op ouders van kinderen van 0-8 jaar. Observatie kind op peuterspeelzaal door pedagoog Wanneer een leidster van een peuterspeelzaal zorgen heeft over het functioneren van een kind in de groep, bespreekt zij deze zorgen met de ouders. Daarbij kan er behoefte zijn aan de expertise van een pedagoog, enerzijds om de problematiek van het kind nader in kaart te brengen, anderzijds ter ondersteuning van het pedagogisch handelen van de leidster tegenover het kind. Een pedagoog van de JGZ GGD Fryslân kan een kind observeren, zo nodig verwijst zij door naar het consultatiebureau. Centrum voor Jeugd en Gezin De front-office van het Centrum voor Jeugd en Gezin wordt in Opsterland gevormd door de vindplaatsen en door het WMO-loket. Voor de back-office is een verpleegkundige JGZ gedetacheerd bij de gemeente. Themabijeenkomsten, cursussen en ouderavonden Tijdens een themabijeenkomst of ouderavond kan met ouders en/of leerkrachten aandacht besteed worden aan opvoedingsvragen en - problemen. Thema s zijn o.a.: eten, slapen, zindelijkheid; taalontwikkeling; druktemakers; waarde(n)vol opvoeden en weerbaarheid. Daarnaast zijn er cursussen Peuter in zicht en Positief omgaan met kinderen. Op twee basisscholen is een ouderavond gehouden over opvoeden. Op de school voor voortgezet onderwijs is een ouderavond gehouden over puberteit. Gezondheidsbevordering, projecten en campagnes GGD Fryslân kan meewerken aan gezondheidsbevorderende activiteiten op scholen. Dit kan in de vorm van een eenmalige actie, een project of als onderdeel van een landelijke campagne. Vier basisscholen hebben gebruik gemaakt van de poetslessen in het kader van mondgezondheid. Geen van de basisscholen in Opsterland heeft in 2010 deelgenomen aan de week van de Lentekriebels, een project over relationele en seksuele vorming. RAAK training In het kader van RAAK Fryslân worden trainingen van drie dagdelen georganiseerd voor leidster van kindercentra en leerkrachten basisonderwijs. Doel is dat de deelnemers leren 22

om kindermishandeling te signaleren, weten hoe te handelen bij een vermoeden van kindermishandeling en in staat zijn hun zorgen over een kind te bespreken met de ouders/ verzorgers. De trainers zijn afkomstig van de JGZ GGD Fryslân en van Bureau Jeugdzorg Friesland. In Opsterland is geen RAAK training georganiseerd. Verwijsindex Friesland De verwijsindex is een digitaal systeem dat signalen van beroepskrachten die werken met kinderen en jongeren (0-23 jaar) bij elkaar brengt. De Verwijsindex brengt risicomeldingen over jeugdigen bij elkaar. Hulpverleners kunnen daardoor in een vroeg stadium contact met elkaar opnemen voor snelle en afgestemde hulp aan jeugdigen. De JGZ GGD Fryslân zal in de gemeente Opsterland naar verwachting vanaf november 2010 participeren in de Verwijsindex Friesland. Collateralenoverleg AMK Een collateralenoverleg is een afstemmingsoverleg van professionals, die betrokken zijn bij een gezin met een melding van kindermishandeling. Het overleg is gericht op het stoppen van de mishandeling en hulp voor het gezin. Medewerkers JGZ hebben in Opsterland geen inbreng geleverd in een collateralenoverleg. Crisiszorg Bij calamiteiten met leerlingen en/of leerkrachten geven JGZ-medewerkers van GGD Fryslân ondersteuning en advies gericht op de eerste opvang, de coördinatie van zorg en het verlenen van nazorg. Dit is bijvoorbeeld het geval bij zelfdoding, zedenzaak, geweldsdelict, extreme vormen van kindermishandeling, epidemie infectieziekte. De medewerkers JGZ hebben in Opsterland geen crisiszorg verleend. Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) OGGZ is een product van de afdeling Algemene Gezondheidszorg van GGD Fryslân en is gericht op vangnet en bemoeizorg. Hierbij gaat het om diverse groepen cliënten die tussen wal en schip dreigen te raken. Deze cliënten hebben geen individuele hulpvraag en mijden zorg of worden door de reguliere zorg gemeden. De cliënten kampen met o.a. verwaarlozing, vervuiling en veroorzaken veelal overlast voor derden. Bij deze cliëntsituaties kunnen ook kinderen of jongeren betrokken zijn. De verpleegkundige OGGZ treedt op als regisseur van het vangnetwerk. Dit gebeurt veelal in samenwerking met een sociaal team, waarin wanneer er kinderen betrokken zijn ook een verpleegkundige JGZ participeert. Zodra reguliere zorg op gang is gekomen houdt de coördinerende rol voor de GGD op. Vertrouwenspersoon machtsmisbruik GGD Fryslân levert samen met Maatschappelijk Werk Fryslân vertrouwenspersonen machtsmisbruik in het kader van de wettelijke verplichte klachtenregeling voor scholen. Ingeval van een klacht over een ernstige vorm van machtsmisbruik (seksuele intimidatie, racisme, discriminatie, agressie/geweld of pesten) of een klacht over schoolorganisatorische zaken treedt een verpleegkundige van de GGD op als vertrouwenspersoon voor leerlingen/ouders. Het maatschappelijk werk levert zo nodig een vertrouwenspersoon voor de aangeklaagde. Voor Opsterland verzorgt de GGD de functie van vertrouwenspersoon voor 19 basisscholen. Zorgnetwerken Verpleegkundigen en artsen JGZ kunnen met toestemming van de ouders of jongere kinderen of jongeren met psychosociale problematiek bespreken in verschillende zorgnetwerken. In de gemeente Opsterland heeft de JGZ deelgenomen aan de volgende zorgnetwerken: Overleg met leidsters peuterspeelzalen 23

Overleg met intern begeleider en/ of schoolmaatschappelijk werk basisonderwijs Zorgteam basisonderwijs Opsterland Zorg Advies Team voortgezet onderwijs Commissie van Begeleiding (ambulante begeleiding) van school Lyndensteyn Regionaal Meld- en Coördinatiepunt vroegtijdige schoolverlaters Ontwikkeling De JGZ biedt een aantal producten die specifiek gericht zijn op kinderen met een verhoogd risico op een ontwikkelingsachterstand. Consultatiebureau Plus Het Consultatiebureau Plus is een speciaal spreekuur voor kinderen van 0-4 jaar, waarbij zorgen of vragen over de ontwikkeling zijn. Tijdens een eenmalig consult kijken een jeugdarts, die zich gespecialiseerd heeft op het gebied van ontwikkelingsproblemen, een kinderfysiotherapeut, logopedist en orthopedagoog naar het kind en geven een advies over het vervolgbeleid. Het team JGZ 0-4 meldt in overleg met de ouders een kind aan voor het Consultatiebureau Plus en is verantwoordelijk voor het vervolgbeleid. In de gemeente Opsterland hebben vijf ouders met hun kind het Consultatiebureau Plus bezocht en een advies gekregen. VTO-vroeghulp VTO-vroeghulp heeft als doel het vroegtijdig onderkennen van ontwikkelings- en/of gedragsproblematiek bij kinderen van 0-7 jaar en daar waar nodig in een zo vroeg mogelijk stadium hulp verlenen aan kind en ouders. Zowel ouders als hulpverleners en peuterleidsters/ leerkrachten kunnen een kind aanmelden bij het team VTO-vroeghulp. Het kernteam VTO-vroeghulp bestaat uit een coördinator, maatschappelijk werker, orthopedagoog of psycholoog en kinderarts. Daarnaast kunnen, afhankelijk van de vraagstelling, andere disciplines en instanties ingeschakeld worden, zoals de JGZ 4-19 GGD Fryslân, Bureau Jeugdzorg of GGZ-Jeugd. In de gemeente Opsterland hebben 42 ouders voor hun kind advies, ondersteuning en begeleiding gekregen van het VTO-vroeghulp team. Gezonde omgeving Project Binnenmilieu op basisscholen Een slecht binnenmilieu op school kan leiden tot gezondheidsklachten. In het kader van het project Binnenmilieu Basisscholen voert GGD Fryslân sinds 2007 jaarlijks op 100 basisscholen een systematisch onderzoek uit naar luchtkwaliteit en ventilatie. Dit gebeurt met de zogenoemde eendagsmethode. Elk onderzoek wordt gevolgd door een advies op maat aan de school. Het project wordt in Fryslân jaarlijks voor 100 scholen gefinancierd door de Rijksoverheid. De gemeente Opsterland neemt deel aan het project binnenmilieu. In totaal zijn in de periode 2008-2010 vier scholen onderzocht. Luizeninstructie Hoofdluis blijft een veelvoorkomend probleem op alle scholen. Een doktersassistente van de JGZ GGD Fryslân kan op scholen een gratis hoofdluisinstructie geven. Het doel van de bijeenkomst is dat een ouderwerkgroep kennis over hoofdluis en de behandeling hiervan heeft of dat de kennis hierover wordt bijgeschaafd. Daarnaast is er aandacht voor het opzetten van een ouderwerkgroep en alle materialen die daarbij gebruikt kunnen worden. In Opsterland is geen luizeninstructie gegeven. 24

Conclusies en aanbevelingen Een groot deel van de Friese jeugd ontwikkelt zich goed en groeit op in een goede gezondheid. Toch komen er bij de Friese jeugd gezondheidsproblemen voor die reden tot zorg geven en voor gemeentelijk beleid van belang zijn. Alcoholgebruik, overgewicht, psychosociale problematiek, opvoedings- en opgroeiproblemen en achterstand in spraak- en taalontwikkeling vragen extra aandacht. Kinderen afkomstig uit gezinnen met een lage sociaal economische status, eenoudergezinnen of uit gezinnen met een allochtone achtergrond lopen een verhoogd risico op genoemde problemen. Dit met uitzondering van het alcoholgebruik dat zich niet beperkt tot specifieke groepen jongeren. Alcoholgebruik jongeren Jongeren uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn minder alcohol gaan drinken. (Trend Fryslân 2007-2010). Dit is bemoedigend. Desondanks is het alcoholgebruik op oudere leeftijd nog steeds reden tot zorg mede vanwege de sterke relatie met agressie/ vandalisme, het gebruik van andere drugs en de risico s op schade aan hersenfuncties. Overgewicht Het percentage kinderen/ jongeren met overgewicht is stabiel in de afgelopen vier jaar en ligt circa onder het landelijk gemiddelde. In het basisonderwijs stabiliseert het percentage kinderen met overgewicht terwijl in het voortgezet onderwijs het percentage jongeren met overgewicht toeneemt. De toename van het aantal VMBO-leerlingen met ernstig overgewicht (obesitas) is zorgelijk. Gelet op de gezondheidsrisico s op volwassen leeftijd (o.a. hart- en vaatziekten) blijft extra inzet op preventie van groot belang. Psychosociale problematiek en opvoedings- en opgroeiproblemen Bij circa 1 van de jeugd is sprake van zodanige psychosociale problematiek of opvoedings- of opgroeiproblemen dat professionele ondersteuning nodig is. Sommige psychosociale problemen manifesteren zich al op heel jonge leeftijd en kunnen een grote invloed hebben op de ontwikkeling van een kind. Daarnaast kent elke leeftijdsfase (0-19 jaar) zijn specifieke gedrags- en opvoedingsproblematiek. Dit vraagt enerzijds vanaf jonge leeftijd een periodieke risicotaxatie en anderzijds een laagdrempelig informatiepunt voor ouders en jongere. CJG, VIF en ZAT s spelen hierin een centrale rol. Spraak- en taalontwikkeling Traditioneel kent Fryslân relatief veel spraak- en taalontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen. De cijfers uit monitor jeugdgezondheid bevestigen dit beeld. Mede door deze achterstand start een deel van de kinderen ook met onderwijsachterstand in het voorgezet onderwijs. Gemeenten in Fryslân zetten met integraal beleid of facetbeleid in op de aanpak van bovengenoemde gezondheidsproblemen. In de gemeente Opsterland bestaat een hierbij een goede afstemming tussen gemeentelijk beleid en de ervaringen uit de praktijk van de JGZ. Aanvullend op de inspanningen in de gemeente Opsterland adviseert GGD Fryslân in het kader van het Centrum voor jeugd en Gezin extra in te zetten op opvoedingsondersteuning. Hierbij kan gedacht worden aan het uitbreiden van de pedagogische ondersteuning 0-8 jaar naar ouders van kinderen 8-12 jaar en het aanbieden van Stevig Ouderschap tijdens de zwangerschap. Stevig Ouderschap tijdens de zwangerschap is gericht op zwangere vrouwen die door hun eigen problematiek een hoog risico hebben op een verminderde draagkracht ten aanzien van het ouderschap. 25