1 De Bijbel Open 2012 50 (22-12) In onze serie over mensen in het licht van advent valt het licht vandaag op Mozes. Hij is de vierde persoon uit het OT, die toeleefde naar de komst van Christus en van zijn koninkrijk. We zagen in de afgelopen weken dat dit ook het geval was met Henoch, met Noach en ook met Abraham. Mensen van advent, zoals ze worden beschreven in Hebr. 11. Vandaag dus Mozes. Over hem gaat het in Hebr. 11: 23 t/m 26. Daar lezen we over het geloof van zijn ouders, over zijn breuk met de pracht van Egypte, over zijn keus om bij Israel te behoren en zijn geloof dat eenmaal Christus zou komen, voor zijn volk en ook voor hemzelf. Zo is Mozes voluit een man van advent, een man die leeft naar de toekomst van God, de enige echte toekomst, omdat het dan gaat om de Toekomende zelf, Jezus Christus. Mozes leeft meer dan duizend jaar v r de komst van Christus, maar in het geloof, dat de dingen van Gods kant bekijkt, zijn die duizend jaar als één dag. Wat is Mozes ver-ziend geweest. U kent het levensverhaal van Mozes denk ik wel. Hij werd geboren in een verschrikkelijke tijd, de tijd van slavernij van Israel in Egypte. Menselijkerwijs gesproken zou zijn leven spoedig eindigen in de Nijl. Maar dat gebeurt niet. Mozes is het kind van het wonder. Zijn ouders verbergen hem in het geloof dat God een plan met hun kind heeft. Het kind met zijn messiaanse glans. Hij wordt door de dochter van de farao gevonden in een biezen mandje aan de oever van de Nijl. Hij wordt gered uit het water van de dood om later zijn volk te redden van de ondergang. God heeft een plan met dit kind van advent. Hij groeit op aan het hof van Egypte als de geadopteerde zoon van de dochter van de farao. Daar ontvangt hij een briljante opvoeding en vorming. Het zal hem later goed van pas komen. Zo wordt hij volwassen. En dan komt hij tot een keus, een levenskeus. Hij breekt met het hof van Egypte. Hij kan niet langer ademen in het heidendom van het paleis en vindt niet langer zijn rijkdom in de schatten van Egypte. En er waren wat schatten. We zien ze vandaag nog in de graven van Toutanchamon en andere farao s. Mozes kiest tegen Egypte en v r Israel, het slavenvolk. Ik ben niet langer een kind van farao s dochter, maar van Amram en Jochebet. We kunnen ons
2 nauwelijks indenken wat voor impact deze keus voor Mozes heeft gehad. Wie in ongeloof op korte termijn denkt, moet die keus wel dwaas vinden. Wie door het geloof op Gods termijn denkt, weet dat deze keus de goede is. De keus v r advent, v r de Komende. We merken nu al dat advent voor Mozes een tijd van kiezen is. Dat is vandaag niet anders. Dat is ook voor ons het geval. De tijd van advent valt in de maand december, voor veel mensen tijd van genot, van eten en drinken, van de roes, van de secularisatie. Onze wereld is het moderne hof van Egypte. Kijk, daar kan Mozes om zo te zeggen niet langer aan meedoen. Hij kan het niet, want zijn hart ligt ergens anders, bij de komst van Christus. Is hij daarmee voor ons niet een voorbeeld? Laat de december maand voor ons de tijd van de keus zijn v r advent, de komst niet van de kerstman, maar van de het Kerstkind. De tijd ook van het denken aan hen die in de hoek leven waar de klappen vallen. De daklozen om de deur en de broeders en zusters in de wereld, die pijn lijden om hun keus voor de naam van Jezus. Terug naar Hebr. 11. Mozes kiest tegen de glamour van Egypte, v r het lijden van zijn volk Israel. Hoe kan hij die keus maken? Door het geloof, zegt Hebr. 11. Dat was ook al gezegd van zijn ouders, en dat wordt nu ook van hem gezegd. Wat ontroerend is dat, dat het geloof van zijn ouders ook in het hart van Mozes was. Dat kon Egypte er niet uit krijgen, want dat had God in zijn hart gewerkt. Wat is het geloof? Opnieuw citeer ik Hebr. 11:1: het geloof is een vaste grond van de dingen die men hoopt en een bewijs van de zaken die men niet ziet. Zo was het met Mozes. Hij ging niet af op wat hij zag, althans wat hij met zijn gewone ogen zag. Wat zag hij dan? Aan de ene kant de gigantische rijkdom, macht en eer van Egypte en aan de andere kant de ontstellende armoe en ellende van het volk Israel, vertrapt en rechteloos. Je zou toch denken, de keus tussen die twee is gauw gemaakt. Het lijkt op een keus tussen het leven (Egypte) en de dood (Israel). Wie kiest er dan niet voor Egypte? Nou, Mozes dus niet. Hij kiest niet v r Egypte, het volk van de afgoden, maar v r Israel, het volk van God. Hij zag de rijkdom van Egypte, maar hij zag er ook door heen. Dat is het. Hij zag dat heel die glamour van Egypte doortrokken was van de zonde (vers 25). Dat is het leven
3 afgekeerd van God. Hij zag het leven zonder God als een bedrijf, zo leeg en voos. Ten diepste is dat geen leven, je zou er in stikken. Even kun je misschien volhouden, maar altijd tijdelijk, zoals vers 25 zegt. Dan is het voorgoed voorbij. Mozes zag ook de ellende van zijn volk Israel. Creperend onder de zweepslagen van de Egyptenaren. En ook daar zag hij doorheen. En daar doorheen zag hij wat anders, namelijk de belofte van God aan dit slavenvolk. De belofte van bevrijding, van de uittocht uit de ellende en de intocht in het land Kanaan. Dat was de belofte die God al aan Abraham, Izak en Jacob gedaan had. En ook aan zijn ouders. De belofte die zij geloofd hadden. En aan die belofte klampt hij zich vast, in datzelfde geloof dat die belofte betrouwbaar is, omdat God betrouwbaar is. Zo licht de advent op in zijn leven als het eerste licht van de opkomende zon na een stikdonkere nacht. Daar kan de rijkdom van Egypte niet tegenop. Die rijkdom heeft alleen maar een verleden en een heden, maar geen toekomst. Terwijl de rijkdom van Israel ligt in de belofte van God, die èn gisteren èn heden èn tot in eeuwigheid Dezelfde is. Ik vind dit allemaal zo leerzaam voor ons vandaag. De keus van Mozes heeft ons zoveel te zeggen. In de ogen van de gemiddelde Nederlander is die keus dwaas. En wij zelf? Moeten we niet zeggen dat ook wij zelf, als God ons de keus liet, ook Mozes niet zouden volgen? Dat komt omdat we zo bij-ziend zijn. We denken op zo n korte termijn. De schatten van Egypte hebben een enorme verleidende macht in zich. Maar de keus ervoor is dodelijk. Want deze wereld gaat voorbij, ze gaat aan haar eigen schatten te gronde. Dat is met Egypte ook gebeurd. En dat zal zich telkens weer herhalen. Wie toekomst wil hebben, moet leren door heel die rijkdom van Egypte heen te zien en te letten op wat God zegt, wat Hij belooft. Zich daaraan vast te klampen, zoals die belofte vlees en bloed geworden is in het Kind in de kribbe van Bethlehem. Met het kruis van Golgotha heeft God de troon van de farao schaakmat gezet. Wanneer we dat eenmaal ontdekt hebben in het leven van Mozes, dan gaan we ook allerlei andere dingen zien, nieuwe dingen. Met de ogen van het geloof. Dan komen wij bij het kloppende hart van de advent van Mozes. Dat lezen we in vers 26 van Hebr. 11: Hij beschouwde de smaad
4 van Christus als grotere rijkdom dan de schatten in Egypte, want hij had het loon voor ogen. Mozes keek goed en zag de smaad, het lijden van zijn volk. Maar wat hij daar doorheen zag kan alleen met het oog van het geloof gezien worden. Anders zie je niets dan alleen ellende. Maar Mozes zag door het geloof in het lijden van Israel een afspiegeling van het lijden van de Messias van Israel, die komen zou, de Christus, die wij mogen kennen als ons Here Jezus. Het lijden van Israel was een profetie van het lijden van Christus. Na zoveel jaren. Daar ging het ten diepste om in het geloof van Mozes. Als er iemand ver-ziend genoemd kan worden dan is het Mozes wel geweest. In het lijden van Israel in Egypte opende zich voor het oog van zijn geloof de poort naar Jezus Christus. Zoals hij zelf als kind de messiaanse glans had gedragen in zijn luister, zo draagt Israel die zelfde messiaanse glans in zijn ontluistering. Zo vormen Christus en zijn werk en zijn toekomst het uiteindelijke perspectief van de keus van Mozes. En daarom was het de goede keus die hij maakte, al leek het een misser. Al zou hij zelf eerst midden in het lijden terecht komen. En dat is niet alleen met hem zo, maar met allen die lijden om de naam van Christus, ook vandaag. Ze lijken zielig, maar ze zijn helemaal niet zielig, ze hebben ons wat te zeggen. Ze lijken blind, maar ze zijn verziend. Zo wil God het ook in ons leven maken. Dat is tegendraads leven. Het kan je eenzaam maken. Maar toch is dit uiteindelijk de enige weg die toekomst heeft. Mozes had het loon voor ogen, lezen we nog. Je zou het zo kunnen zeggen dat hij dwars door het lijden van zijn volk heen en door het lijden van Christus heen, mocht zien op de heerlijkheid die daarna komt. Zoals na het lijden van Israel in Egypte het Pascha aanbreekt, zo wordt het na het en door het lijden van Christus Pasen. Hij overwint het lijden, en zelfs de dood. Dat is het loon dat Christus ontvangt op zijn lijden voor en met zondaren. En op dat loon van Christus was Mozes gefocust. Dat was zijn advent. Egypte mag dan grote woorden hebben. Christus heeft het laatste woord. Ik rond af. Mozes maakte door het geloof de goede keus. Later zag hij dat God nog veel meer deed. Hij gebruikte Mozes zelfs om een centrale
5 plaats te vervullen in het heilsplan van God. Advent in het leven van Mozes is gewoon één groot wonder. Wat een perspectief, ook voor ons, mensen in de 21 e eeuw. De macht van Egypte gaat voorbij. Maar het koninkrijk van God komt en zal eeuwig blijven. De graven van de farao s bevatten dode schatten. Maar het graf van Jezus is voor eens en voor goed door het leven ingehaald. Zijn koninkrijk komt. Ik wens u van harte een gezegend kerstfeest.