Geachte aanwezigen, We staan hier in een stad, in een provincie waar tot voor kort de gruwel van het seksueel misbruik ongestraft en ongestoord kon plaatsvinden, een plek waar de politieke, gerechtelijke en de medische macht samen met de kerkelijke macht en vele christelijke instellingen erin slaagden dit misbruik te negeren, toe te dekken en zo steeds opnieuw nieuwe kansen te geven. Het was alle schaamte voorbij. Eén van de redenen waarom dit mogelijk was is een gebrek aan inzicht en respect voor de zinvolle waardevolle en verrijkende seksualiteit van mensen. Mijn ouders zaten vroeger in deze Paasweek aan de biechtstoelen om seksualiteit te biechten als een kwaad terwijl ze elkaar niet durfden zoenen als de kinderen het zagen. Slachtoffers waren kansloos. Zelfs als ouders de kant van hun kind kozen stond hen vaak een lange lijdensweg te wachten zonder kansen op gerechtigheid. Ook daders kregen zo geen kans om in te zien hoe ze de diepste kern van de mens tot het open bloeien als seksueel en relationeel wezen op een bij velen onherstelbare wijze beschadigden. Ook zij waren in zekere zin slachtoffer van machten die hen nauwelijks iets in de weg legden, laat staan hen hielpen. De kracht van het Jezus verhaal werd mede daar door sluipend ondermijnd. Vandaag staan we hier in deze zelfde bisschopsstad, in dezelfde provincie tegenover dezelfde machten. Maar nu worden hier de kiemen gelegd voor nieuwe hoop, broos en kwetsbaar. En hoewel ik weet dat hij er niet op staat op een troon geplaatst te worden dank ik nogmaals onze gastheer: bisschop De Kesel. We willen als werkgroep de mensen danken die de gruwel van het misbruik overleefden en spreken, die waardig oproep willen zijn opdat dit zich nooit meer zou herhalen. Die hun gezicht tonen omdat ze overtuigd zijn dat hen GEEN ENKELE schuld treft en die door uit de anonimiteit te treden, een echte steun en een aanspreekpunt kunnen zijn voor lotgenoten. We willen ook de mensen danken die de moed hebben gehad de ernst van deze misdrijven onder ogen te zien, zonder ze te willen minimaliseren, zonder behoefte te voelen de eigen eer of die van hun instituut te verdedigen. We denken hierbij aan de Commissie Adriaenssens die we liever hadden zien doorwerken, aan de Parlementaire Onderzoekscommissie, aan de mensen uit justitiële wereld en aan al de mensen en in het bijzonder aan Professor emeritus Manu Keirse die meegewerkt hebben aan een globale aanpak van seksueel misbruik binnen de kerk. Zoals de leerlingen van Jezus hun handen in zijn wonden legden, hebben zij zich ten diepste proberen in te voelen in de kwetsuren van de slachtoffers. Ze hebben, net zoals Romero ooit zei Stop het doden hun verantwoordelijkheid genomen.
Zij hebben hun macht gebruikt om verantwoordelijkheid te nemen zowel voor het verleden, het heden als de toekomst. Zij hebben op dit ogenblik een voorbeeld functie voor andere beroepsgroepen en andere domeinen in de samenleving. Graag willen wij nog twee oproepen doen: De eerste is gericht aan alle slachtoffers die nog zwijgend hun leed dragen: hoe lang de feiten ook geleden zijn, ook al leeft de dader niet meer, maak je kenbaar. Als werkgroep zullen we je proberen te helpen om tot erkenning en een stukje heling te komen. Je kan ook terecht bij de meldpunten van de bisdommen en ook bij de arbitragecommissie. Onze tweede oproep is gericht aan alle kerkoversten buiten dit Brugse bisdom. Probeer de kiemen van hoop mee uit te zaaien in je eigen bisdom, in je congregatie. Ik noem drie initiatieven die in dit bisdom reeds genomen werden: - een blijvend teken stellen om nooit te vergeten, een blijvend teken van erkenning zoals dit beeldje hier in deze kathedraal - studiedagen of avonden organiseren, zowel voor priesters en mensen met een pastorale taak, als voor de gewone gelovigen, waar informatie en inzicht aangereikt worden in deze problematiek. - groepen die zich inzetten voor slachtoffers als gesprekspartners en bondgenoten benaderen, wars van alle wit zwart beelden uit het verleden, ook al zullen we nog botsen. Ten slotte vinden we het belangrijk het unieke van een verrijkende seksualiteit te promoten en een plaats te geven door mensen, ongeacht hun geslacht of levensstaat, evenwaardig te behandelen tot in de hoogste regionen van de kerk. Zo kan de kracht van het Jezus verhaal op lange termijn opnieuw een kans krijgen.
Geachte aanwezigen, beste lotgenoten, Ja, een extra verwelkoming aan alle slachtoffers van seksueel misbruik, want; veel te lang hebben we gezwegen, veel te lang vechten we voor erkenning van het ons aangedane kwaad! In dit korte tijdsbestek zou ik jullie willen uitleggen waarom een monument, een kunstwerk zoals dit hier voor ons zo belangrijk is. Ongeveer 2 jaar geleden, om precies te zijn 23 april 2010, deed de bekentenis, nou ja bekentenis? van Vangheluwe een stroom van schokkende verhalen van seksueel misbruik door geestelijken loskomen. Verhalen die 40 tot 50 lange jaren verborgen bleven verhalen van menselijke tragedies waar ik geen woorden voor heb eenvoudig weg omdat er geen woorden bestaan om deze gruweldaden te omschrijven en vooral om de blijvende schade die de slachtoffers én hun naaste omgeving ondervinden ten gevolge van deze gestolen jeugd die nooit meer terugkomt. Velen begrepen ons lange zwijgen niet. Nochtans zijn onmacht en isolement de 2 kernervaringen van seksueel misbruik. Ikzelf herinner mij, na 40 jaar, de dag van het seksueel misbruik als de dag van gisteren, maar daarna werd het donker en koud in mijn leven. Bij seksueel misbruik word het basisvertrouwen vernietigd en iedere relatie van de meest intieme tot de meest abstracte sociale wordt gekenmerkt door een verlies van verbondenheid. Verbondenheid die eigenlijk het fundament is van de persoonlijkheidsontwikkeling, de basis van het zelf. Het zelfrespect wordt ondermijnd door angst, hulpeloosheid, schuld en schaamte. De beperkte tijd laat mij niet toe dieper in te gaan op de vernietigende gevolgen van seksueel misbruik. Maar het moge duidelijk zijn dat er iemand verantwoordelijk is voor de impact die het seksueel misbruik heeft op alle facetten van ons leven. En dat is wat wij als slachtoffers willen; gezien worden in het onrecht dat ons is aangedaan. Het terugwinnen van onze menselijke waardigheid omdat er iemand geweest is die ons deze waardigheid al heel vroeg heeft afgenomen. Wij zijn geschonden in onze relatiebekwaamheid en ons herstelproces dient daarom ook in relatie te gebeuren. Dit is tevens ook de reden waarom maatschappelijke erkenning zo belangrijk is. De reactie van de maatschappij is van grote invloed op de uiteindelijke verwerking van het trauma. Je wordt weer mens in contact met anderen doordat die ander je ziét!
Openlijke erkenning en genoegdoening zijn nodig om het gevoel van orde en rechtvaardigheid te herstellen. En dan bedoel ik niet het simpelweg toegeven, maar zoals ik eerder al zei : ons zien in het onrecht dat ons is aangedaan. Juist omdat het trauma van seksueel misbruik niet verdwijnt door het te negeren, maar eerder verschrompelt door het onder ogen te zien en erover te vertellen aan de medemens die wil weten, die wil horen, die wil meevoelen en die wil mee helpen dragen. Juist omdat slachtoffers van seksueel misbruik het gebeurde willen vergeten, maar het niet kunnen, en de daders van deze misdaden er zeer intens naar verlangen om te vergeten en te laten vergeten; Is het belangrijk om deze gruwelijke misdaden nooit uit het collectief geheugen te wissen. De slachtoffers van seksueel misbruik verdienen deze maatschappelijke erkenning. En alle kinderen van nu én morgen verdienen het om in alle veiligheid kind te mogen zijn in een maatschappij die de gruwel van seksueel misbruik nooit zal vergeten! Morgen viert de kerk Pasen. Ik zou willen afsluiten met een boodschap voor deze kerk. Een boodschap in hun taal en hun symboliek, in de hoop dat ze dit beter zullen verstaan. Op Witte Donderdag is onze kinderlijke onschuld brutaal geschonden en verraden. Op Goede Vrijdag is het Kind in ons gestorven Stille Zaterdag symboliseert ons jarenlange isolement vol van pijn, angst, schuld en schaamte Mag het voor ons slachtoffers van seksueel misbruik dan ook eindelijk Pasen worden? Of worden het vijgen na Pasen, zoals het tot nu toe gegaan is? Zal de kerk ooit begrijpen dat je geen Pasen kunt vieren als je Goede Vrijdag niet (h)erkent? Bedankt voor uw aandacht. Emmanuel Henckens.
Beste aanwezigen allemaal Het eerste wat ik hier op deze wondermooie, symbolische plek wil doen, is Rik Devillé en Norbert Bethune danken voor hun nooit aflatende, jarenlange strijd voor de slachtoffers van seksueel misbruik in de Kerk. Waarom hebben ze het zichzelf zo moeilijk gemaakt, vraag ik me vaak af. Ligt het aan hun koppige, sociale karakter? Ligt het eraan dat ze zelf ooit onheus door de Kerk behandeld werden? Ik weet het niet. Ik ken Rik sinds 1997, toen ik mijn misbruik naar buiten bracht voor de eerste keer. Ik vond hem via het meldpunt seksueel misbruik dat er toen bestond. Ik ging bij hem in Buizingen, deed mijn verhaal en hij zei me na enkele minuten dat hij mij wou begeleiden bij mijn confrontatie met mijn dader. Ik zie ons daar nog zitten aan die antieke, lange kloostertafel : mijn dader tegenover mij, Rik en de overste van de Broeders Maristen elk aan een kant naast mij. En ik vertelde alle details van mijn misbruik. Toch wel raar dat ik dat toen al kon en durfde, maar het zou en het moest eruit en mijn dader zou het geweten hebben en ik voelde intuïtief dat ik niet bang hoefde te zijn, dat ik Rik kon vertrouwen. Hij was zelfs de eerste en de enige die erin slaagde mijn dader te verplichten op papier zijn misbruik naar mij toe te bekennen. Ik verloor Rik achteraf uit het oog, want mijn zaak was hiermee toen afgehandeld, overplaatsing van de dader, veel geminimaliseer van zijn kant, tot hij in 2008 stierf. Maar ik had het gezegd en wist toen al dat dit de enige weg naar overleving, zelfrespect, mondigheid, gerechtigheid en erkenning was voor mij. Norbert kende ik vroeger enkel van artikels in de krant of Dag Allemaal. Ik herinner me nog dat ik thuis kwam vertellen dat ik gelezen had dat hij zich ook inzette tegen misbruik in de Kerk, dan vooral in Tielt en dat ik me afvroeg of hij Rik kende. Ik las ook dat hij getrouwd was en door te huwen ineens priester-af was. Na de zaak RVG, belde Rik me op om te vragen of ik nog dezelfde Linda Opdebeeck van 97 was en of ik mee op de kar wou springen. Over welke kar hij het toen precies had, wist ik nog niet, maar ik ondervond al snel dat het er vaak één was met vierkante wielen en een sputterende motor. Zo leerde ik Norbert ook persoonlijk kennen en kwam ik te weten dat hij al jaren, samen met Rik, slachtoffers probeerde te helpen. Ik heb hem en zijn gezin zo goed leren kennen, dat hij de afscheidsdienst van mijn moeder verzorgde op een manier zoals hij als mens is : vastberaden, zelfzeker, rechtvaardig en warm menselijk.
Het is door deze twee echte priesters dat wij hier vandaag samen kunnen zijn om het beeldje als stille getuige van ons leed, te kunnen inhuldigen. Ik hoop dat zij vandaag ook de erkenning vinden die ze zo hard verdienen en ik wil ze dan ook uit de grond van mijn hart en uit naam van alle slachtoffers heel hartelijk danken. Ik had trouwens nooit gedacht dat ik zou kunnen samenwerken en bevriend geraken met twee pastoors! Ten tweede zou ik iets willen zeggen over mezelf. Jullie hebben mij al enkele keren gehoor den gezien in de pers, soms tot vervelens toe. De meesten onder jullie kennen mijn verhaal. Waarom Rik me vroeg mee op zijn kar te springen en me tot voorzitter van de WMK bombardeerde, weet ik niet. Misschien omdat hij wist dat ik in 97 een rappe was om te spreken of omdat hij wist dat mijn misbruik een klassiek verhaal was of omdat hij wist dat ik niet bang was. Ik zal het hem straks eens vragen. Ik weet wel dat ik gesproken heb omdat er mij als kind groot onheil aangedaan werd en ik dat helemaal niet wou. Ik was een braaf, lief, gedienstig, mollig meisje van 13 jaar. Mijn dader van 43 wist dat en heeft me gebruikt voor iets waarmee hij zelf geen blijf wist. Ik wist na enkele jaren dat ik echt niks verkeerds gedaan had, dat ik enkel een luisterend oor, begrip zocht voor mijn eenzaamheid thuis en dat hij dat wist maar er slecht mee omging. Ik wou nog sneller spreken dan in 97,maar mijn omgeving gaf me de raad het niet te doen. Ik wou spreken omdat ik er deugd aan beleefde hoe hij in paniek was en hoe meer hij me zei dat ik moest zwijgen, hoe meer ik sprak. Ik wou kinderen beschermen tegen hem en tegen pedofilie, misschien een naïef gedacht, maar dat was wat me dreef. Ik was ook verschrikkelijk boos en ben het nu eigenlijk nog. Door te spreken en te vechten wou ik andere slachtoffers en de buitenwereld laten inzien dat ons geen schuld treft, dat het niet de slachtoffers zijn die levenslang verdienen. Ik wil slachtoffers oproepen niet bang te zijn, solidair met elkaar om te gaan, te spreken met elkaar over wat er gebeurd is, dat helpt bevrijdend. Voel je niet meer schuldig, we zijn jammer genoeg slachtoffer geweest, maar dat blijven we niet. Wees niet beschaamd, we konden er helemaal niks aan doen. Wees eens goed colèrig, niet op jezelf, zeg wat je boos maakt. Kom op voor jezelf, zeg wat je wil en evenzeer wat je niet wil, verstop je niet in je isolement, praat met lotgenoten, zij weten als de beste wat de gevolgen van misbruik zijn. Ikzelf ben veranderd. Ik ben harder geworden, realistischer, ik kom op voor mezelf, voel me ook goed bij mezelf, heb leren relativeren maar ik heb nog mijn milde en humoristische kern. Er is nog leven na het misbruik. Mijn moeder, die nog zo graag had willen leven, maar het niet meer kon, heeft met het leven gegeven om te leven. Mijn leven was hard, maar er waren en zijn ook mooie momenten en die wil ik blijven voelen en zien. Als iedereen blijft zwijgen, krijgen de daders carte-blanche en doen we nog maar eens wat ze ons zo vaak opdroegen : Je weet toch dat je moet zwijgen, want anders Er is geen anders meer. Kijk maar naar vandaag. Linda Opdebeeck.