Emmer Erfscheidenveen Meetnet 2015 Landschapsbeheer Drenthe Nijend 18a, 9465 TR, Anderen
Inhoudsopgave Inventarisatiegebied Emmer-Erfscheidenveen... 3 Overzicht alle waarnemingen... 3 Type elementen... 3 Boomsoorten en diversiteit... 5 Gesteldheid en beheersmaatregelen... 5 Beeldbepalende elementen... 7 Solitaire & groepjes bomen en struiken... 7 Heggen... 9 Boomsingels... 9 Loofbossen... 11 Toen en nu... 12 Samenvatting... 13 2
Inventarisatiegebied Emmer-Erfscheidenveen Ten noordoosten van Emmen ligt het buurtschap Emmer-Erfscheidenveen. Het langgerekte lintdorp is een veenkolonie die ontstaan is in het begin van de twintigste eeuw toen er werd begonnen met de ontginning van het veen. Het dorp heeft een dubbele lintbebouwing langs twee kanalen, later is hier in het midden een klein deel nieuwbouw bij gekomen. Het gebied bij Emmer-Erfscheidenveen waar de veenontginning heeft plaatsgevonden bestaat nu vooral uit een open landschap met landbouwgrond, hier en daar wat struweel en enkele kleine bossen. In figuur 1 is de begrenzing van het zoekgebied te zien. Emmer-Erfscheidenveen Figuur 1. De begrenzing van het inventarisatiegebied Emmer-Erfscheidenveen. Overzicht alle waarnemingen Type elementen Door het kadaster zijn er 305 elementen ingetekend op de kaart. Na het veldwerk bleven er 215 over, waarvan er 3 niet zijn ingevuld (2 punten die elkaar overlapten en 1 lijn vergeten in te vullen). De resterende 212 elementen zijn geanalyseerd. In diagram zijn de verhoudingen van alle waargenomen elementen weergegeven. In totaal zijn er 20 verschillende typen elementen waargenomen, waarvan meer dan 95% bestaat uit beplanting. Van al deze elementen wordt bijna 90% uitgemaakt door solitaire & groepjes bomen & struiken, heggen, diverse vormen bomenrijen en loofbossen met struiken. Verderop in dit rapport worden deze element in meer detail besproken. Opvallend is in dit gebied ook het hoge aandeel elementen op erven, namelijk bijna 2/3e deel. En waar het in veel gebieden dan vaak gaat om boerenerven, gaat het hier dan vooral om 'overige' erven, hier liggen 42% van alle waargenomen elementen. Deze waarnemingen bevestigen het beeld van het open karakter in het buitengebied. 3
Diagram 1. Overzicht van het voorkomen van punt, lijn en vlakvormige elementen en waaruit deze verhoudingsgewijs bestaan. 4
Boomsoorten en diversiteit In totaal zijn er 27 verschillende boomsoorten waargenomen in het gebied. Zoals te zien is in diagram 2 gaat het bij ruim de helft van de gevallen om één van de volgende 4 soorten: eik, berk, wilg en overig loofhout. Er is ook gekeken naar de diversiteit aan soorten binnen de elementen, verreweg het grootste deel bestaat uit slechts 1 boomsoort namelijk >65%. Bijna 25% bestaat uit 2-5 soorten, wat betekent dat minder dan 10% dus uit meer dan 5 boomsoorten bestaat. Ook is er gekeken naar de structuur van de elementen, of deze uit één laag bestaan of zowel een boom- en struiklaag. Hieruit bleek dat 1 op de 4 elementen een twee-lagige structuur heeft. Als laatste is er ook gekeken naar de kruidlaag onder de elementen. Slechts een kleine 15% van de elementen heeft een kruidlaag (bestaande uit minder dan 10 soorten). Er is in het gebied geen kruidlaag waargenomen met meer dan 10 soorten. De overige 85% bestaat uit gras of geen kruidlaag (bijv. tegels of zand). Diagram 2. Het aandeel van de meestvoorkomende boomsoorten in het gebied. Gesteldheid en beheersmaatregelen De taartdiagrammen van diagram 3 laten zien hoe het gesteld is met de elementen in het gebied. De kwaliteit van de elementen is over het algemeen erg goed. Zo is slechts minder dan 5% niet vitaal en wordt maar iets meer dan 10% van de elementen bedreigd. Wel is bij de helft van alle elementen binnen ten minste 5 jaar beheer nodig om te voorkomen dat deze elementen in kwaliteit achteruit gaan of verdwijnen. 5
Diagram 3. Waarnemingen met betrekking tot de kwaliteit van de elementen. Welke beheersmaatregelen er getroffen kunnen worden om de elementen kwalitatief goed te houden of weer te krijgen staan weergegeven in diagram 4. Veelal betreft het een vorm van snoeien, wat te verwachten valt gezien het hoge aandeel 'groene' elementen. 6
Diagram 4. Beheersmaatregelen die noodzakelijk zijn voor de diverse elementen. Beeldbepalende elementen Solitaire & groepjes bomen en struiken Van alle elementen in het gebied bestaat ruim 40% uit of solitaire bomen en struiken en uit boom- en struikgroepen. Deze hebben daarom ook een beeldbepalende rol in dit landschap. Een voorbeeld is te zien in figuur 2, van struweel naast een dwarssloot in het gebied. Figuur 2. Struweel langs één van de dwarssloten tussen de percelen 7
De kwaliteit van de bomen en struiken in het gebied lijkt erg goed. Zo zijn er bij de struiken geen bedreigingen waargenomen en bij de bomen is slechts 8% bedreigd. Ook de vitaliteit is goed en ligt hoger dan het gemiddelde in het gebied, met 95% vitaal (voor bomen en struiken gezamenlijk). De beheersnoodzaak van de struiken is vergelijkbaar met het gemiddelde in het gebied. Die van de bomen ligt lager, waarbij maar zo'n 30% beheer binnen minder dan 5 jaar nodig heeft. In diagram 5 zijn de meest voorkomende boomsoorten voor de struik- en boomvormige elementen weergegeven. Tussen de solitaire bomen en boomgroepen zaten een paar verschillen, namelijk dat de boomgroepen een relatief hoger aandeel fruitbomen hadden (+14%) en dat er een paar soorten niet waargenomen zijn (geen beuk, es, walnoot en overig loofhout). Maar over het algemeen was de samenstelling vergelijkbaar en ze zijn daarom ook gezamenlijk weergegeven in het diagram. De solitaire struiken en struikgroepen verschillen wel veel van elkaar qua boomsoorten en zijn daarom ook apart weergegeven. Zo valt te zien dat bij de struikgroepen veel meer soorten zijn waargenomen en dat bij de solitairen vaak hazelaren zijn terwijl bij de struikgroepen met name overig loofhout is waargenomen. Diagram 5. Het aandeel per boomsoort waaruit de solitaire bomen en struiken en de boom- en struikgroepen bestaan. 8
Heggen In het gebied zijn bij de erven veel heggen te vinden, 1 van de 4 waargenomen lijn elementen was een heg. Gemiddeld ligt de kwaliteit van de heggen hoog. De waargenomen heggen zijn allemaal vitaal en bij maar 12% van deze heggen wordt bedreigd door verwaarlozing. Zoals ook in andere gebieden bestaan de heggen hier veelal uit beuken (zie diagram 6), maar in dit gebied zijn er daarnaast ook veel liguster hagen waargenomen. Verder zijn er veel overige soorten waargenomen, veelal ging het hierbij om laurier en coniferen hagen. Diagram 6. Gemiddelde samenstelling van heggen. Boomsingels Naast heggen zijn er ook veel boomsingels in diverse vormen in kaart gebracht. Het ging hierbij vooral om enkele bomenrijen met en zonder struiken en dubbele bomenrijen/lanen. Deze zijn daarom uitgebreider geanalyseerd. De beheersnoodzaak en vitaliteit van singels zijn vergelijkbaar met de algemene waarden binnen het gebied. Opvallend zijn de waarden voor de bedreigingen bij enkele en dubbele bomenrijen (die liggen erg laag) en die van de bomenrijen met struiken (aanzienlijk meer bedreigingen waargenomen), zoals te zien is in diagram 7. Zoals verwacht zitten er grote verschillen in de samenstelling van beplanting tussen de verschillende soorten bomenrijen. In diagram 8 zijn van de verschillende typen singels de 6 meest voorkomende boomsoorten weergegeven en het aandeel overige boomsoorten. Opvallend is hierbij dat bij de dubbele bomenrijen slechts twee boomsoorten zijn waargenomen, eiken en beuken. Na controle op de kaart bleek dat het vrijwel altijd ging om wegbeplanting of beplanting naast het kanaal. Zoals verwacht zijn er bij de singels met struiken een grotere diversiteit aan soorten waargenomen. Daarnaast is opmerkelijk dat bij de bomenrijen met struiken niet de eik, maar de berk het meeste is aangetroffen, met daarnaast ook veel wilgen (vaak ook in struikvorm). 9
Diagram 8. Bedreigingen van de diverse bomenrijen Diagram 7. Gemiddelde samenstelling qua boomsoorten in de bomenrijen. 10
Loofbossen In het gebied zijn maar weinig vlakvormige elementen waargenomen, maar daarvan bestond meer dan de helft uit loofbossen met struiken. Tevens is er één loofbos zonder struikgewas, deze had vergelijkbare waarden en is daarom ook meegenomen in dezelfde analyse De huidige staat van de bossen is goed, alle bossen waren vitaal en maar 10% werd bedreigd door verwaarlozing. Wat echter wel opvallend was is het hoge aandeel bossen waarbij binnen ten minste 5 jaar onderhoud toegepast moet worden om de kwaliteit ook zo goed te houden. Dit is weergegeven in diagram 9. De gemiddelde samenstelling van de loofbossen is hieronder in diagram 10 weergegeven. Maar liefst ruim drie kwart van de bossen bestaat (deels) uit eik. Opmerkelijk is de erg lage variatie qua soorten in de bossen. In de loofbossen zijn slechts 8 soorten waargenomen wat lijkt te wijzen op een zeer lage diversiteit in de bossen. Diagram 8. Beheernoodzaak van loofbossen Diagram 9. Samenstelling van de loofbossen. 11
Toen en nu De waarnemingen in het gebied betreffen een nulmeting, op dit moment kan er daarom ook nog niet veel worden gezegd over de veranderingen in het landschap. Wat tijdens het veldwerk echter wel is opgevallen is het feit dat er recent veel struweel in het buitengebied was weggehaald. Dit was zichtbaar, omdat het gesnoeide afval nog was blijven liggen in de weilanden (zie figuur 3) en daarnaast doordat er veel van de ingetekende elementen van het kadaster niet meer zichtbaar Figuur 3. Achtergebleven snoeiafval. waren. Het kadaster had in totaal 305 elementen in kaart gebracht, na het veldwerk waren hiervan nog 215 over. Dit kan deels verklaard worden doordat er losse punt elementen omgezet zijn in lijnelementen. De rest is echter sinds het intekenen door het kadaster (vanaf recente luchtfoto's) verdwenen. Zie ook de foto's hieronder in figuur 4. De bovenste betreft een foto uit 2010 via Google Maps, onderstaande is genomen vanuit ongeveer hetzelfde punt tijdens het veldwerk. Duidelijk zichtbaar is dat al het struweel niet meer aanwezig is in 2015 waar dat er wel was in 2010. 2010 2015 Figuur 4. Situatie in 2010 en 2015 langs één van de sloten in het gebied. 12
Daarnaast is er ook gekeken naar oud kaartmateriaal en luchtfoto's om een beter beeld te krijgen hoe het landschap is veranderd in de loop van de tijd. Deze zijn naast de huidige waarnemingen gelegd. De kaarten en foto's zijn te zien in de bijlagen 1 A t/m E. Aangezien de ontginning van het veen in dit gebied in volle gang was begin 1900, laat die kaart vanzelfsprekend ook een ander beeld zien dan de huidige situatie. Zo is er in die tijd nog geen sprake van begroeiing en ook is er veel minder bebouwing en deze bevindt zich nog op andere plaatsen. Wat wel nu nog duidelijk zichtbaar is in het landschap is het regelmatige patroon van smalle langgerekte percelen, gescheiden van elkaar door sloten. Ook bestaat een deel van de grotere kanalen nog (helaas zijn deze deels recentelijk versmald), waar later ook de bebouwing rond is ontstaan. Naast oud kaartmateriaal zijn de waarnemingen ook vergeleken met luchtfoto's uit 2005 en 2011. In bijlage E zijn alle elementen die verdwenen zijn ten op zichte van de luchtfoto aangegeven met oranje. Dit betreffen 22 elementen, dit lijkt niet veel, echter op een gebied met weinig elementen kan dit al snel veel invloed hebben. Het gaat hierbij vrijwel altijd om struweel langs slootranden, deze kunnen juist het beeld van de langgerekte smalle percelen versterken. De monitoringsronde moet uitwijzen of het struweel alleen maar gesnoeid is en weer zal uitgroeien of dat deze permanent zijn verwijderd. Samenvatting Het gebied kent een sterk open karakter, waarbij de begroeiing vooral te vinden is als wegbeplanting of bij de erven. Daarnaast kenmerkt het zich door de lintbebouwing, de kanalen en de smalle langgerekte percelen. Het beeld van deze smalle percelen wordt versterkt door de tussenliggende sloten met hier en daar struweel. De meest voorkomende type elementen in het gebied zijn singels, solitaire- en groepjes bomen & struiken en loofbossen met struikgewas. In het zoekgebied zijn in totaal 215 elementen in kaart gebracht. Een stuk lager dan de oorspronkelijke 305 die ingetekend waren door het Kadaster. Dit bleek voor een groot deel te komen doordat er veel struweel langs sloten was weggehaald, waarvan het snoeiafval nog te zien was in de weilanden. Ook was het verschil te zien ten op zichte van oude luchtfoto's uit 2005 en 2011. Het is nog te vroeg om te zeggen of het struweel permanent weg is, maar het heeft wel veel invloed op het landschappelijke beeld. De kwaliteit van de overige elementen was goed, ze hebben een hoge vitaliteit en waren er vrij weinig bedreigingen te zien. Wel is het bij de helft van de elementen nodig om ten minste binnen 5 jaar beheer toe te passen om er voor te zorgen dat de kwaliteit goed blijft. De hoge kwaliteit van en de afname van grote hoeveelheid elementen lijken elkaar tegen te spreken. Wat hierbij opgemerkt moet worden is dat een zeer hoog aandeel van de elementen op erven te vinden was. Het was duidelijk te zien dat het overgrote deel van deze bewoners veel tijd besteden aan het groen op hun erf en daarom ook van goede kwaliteit zijn. Het lijkt er daarom vooral op dat de elementen buiten de erven onder druk staan. De monitoringronde zal hier een beter beeld van kunnen geven. 13
Bijlage 1 A. Kaart 2015 - noordelijke deel
B. Kaart 2015 - zuidwestelijke deel 2
C. Kaart 2015 - zuidoostelijke deel 3
D. Kaart 1904 - Emmer-Erfscheidenveen 4
E. Luchtfoto 2005 5