^^^M Raadsmededeling Datum Van Aan Kopie aan - 7 APR. 2008 Het college van B&W De raads- en duoburgerleden Nr. Contactpersoon: Annette Baart Email: A.P.E.Baart@bergenopzoom.nl Tel: 0164-277332 Onderwerp Categoriale bijzondere bijstan zieken en gehandicapten Doel [>3 Informatie Zienswijzen / wensen en bedenkingen Peilen van gevoelens Mededeling Met toepassing van artikel 169, tweede lid, van de Gemeentewet, delen wij u het volgende mede. Indeling. 1. Aanleiding. 2. Wettelijke basis. 3. Definities. 4. Individuele bijzondere bijstand. 5. Categoriale bijzondere bijstand. 6. Watiseral. 7. Financien. 8. Slot. 1. Aanleiding. Bij de vaststelling van de Kadernota Armoedebeleid in uw vergadering van 19 december 2007 is door uw raad tevens een motie aangenomen, waarbij aan het college wordt opgedragen in het eerste kwartaal 2008 met een voorstel te komen hoe de groep chronisch zieken en gehandicapten in onze samenleving financieel kunnen worden gecompenseerd met inzet van het bedrag van 100.000,00 dat jaarlijks van de rijksoverheid wordt ontvangen via de algemene uitkering.
2. Wettelijke basis. Vaststelling van beleid ten aanzien van de (categoriale) bijzondere bijstand is een bevoegdheid van het college. De rechtsgronden zijn artikel 10, lid 3 van de Invoeringswet Wet werk en bijstand en artikel 35, lid 3 van de Wet werk en bijstand. 3. Definities chronisch zieken en gehandicapten. Onder chronisch zieken kunnen worden verstaan: - Personen met een onomkeerbare aandoening, zonder uitzicht op volledig herstel en met een gemiddeld lange ziekteduur, welke belemmerend is voor het leven van alle dag. Onder gehandicapten kunnen worden verstaan: - Personen die door ziekte of gebrek aantoonbare beperkingen ondervinden bij de deelname in het maatschappelijk verkeer. 4. Individuele bijzondere bijstand. Maatwerk als uitgangspunt De individuele bijzondere bijstandsverlening aan chronisch zieken en gehandicapten wordt gekenmerkt door het maatwerkprincipe. Dit houdt onder meer in, dat er bij de beoordeling van het recht op bijzondere bijstand rekening wordt gehouden met feitelijk aantoonbaar gemaakte (zichtbare) kosten. Dit zijn (ongedekte) kosten die rechtstreeks in verband te brengen zijn met ziekte en handicap. Voorbeelden hiervan zijn kosten die verband houden met het verkrijgen van zorg of medicijnen, de aanschaf van noodzakelijke hulpmiddelen of aanpassingen die niet uit andere regelingen worden betaald, eigen bijdragen, etc. Voorts zijn er verborgen kosten die bij de verlening van individuele bijzondere bijstand betrokken kunnen worden. Voorbeelden hiervan zijn hogere telefoonkosten vanwege het regelen van aangelegenheden random de beperking of ziekte, extra kosten in verband met voedingsmiddelen, extra kosten in verband met energieverbruik, kledingslijtage, etc. De optredende cumulatie van aan ziekte gerelateerde kostensoorten kunnen voor de belanghebbende financiele problemen opleveren. Daarmee moet rekening worden gehouden bij de verlening van individuele bijzondere bijstand. Kostensoorten. De individuele bijzondere bijstand biedt de gemeenten de bevoegdheid om de vastgestelde extra kosten in verband met chronische ziekte of handicap van een belanghebbende volledig te compenseren. Bij deze kosten kan worden gedacht aan (niet limitatief): o Extra woonlasten i.v.m. het aangewezen zijn op een ruimere (beneden) woning.
Ill I III III11IIII III IIIII o Eigen bijdrage bij (inkomensafhankelijke) voorzieningen. o Alternatieve geneeswijzen. o Ziekenvervoer. o Dieetkosten. o Extra warmtetoeslag. o Kleding, beddengoed en waskosten. o Hulp in de huishouding. o Zelfzorgmiddelen. o Tandartskosten. o Kosten fysiotherapie. o Psychotherapie. 5. Categoriale bijzondere bijstand. Aannemelijkheid kosten als uitgangspunt In tegenstelling tot de individuele bijzondere bijstand, kenmerkt categoriale bijzondere bijstand zich niet door het maatwerkprincipe, maar door het uitgangspunt dat een bepaalde categorie van personen wordt geacht in bijzondere omstandigheden te verkeren waarvan het aannemelijk is, dat zij bepaalde kosten hebben waarin de algemene bijstand niet voorziet en die de aanwezige draagkracht te boven gaan. Wei is vereist dat de aannemelijke kosten concreet zijn. Bij de toepassing van categoriale bijzondere bijstand geldt namelijk als randvoorwaarde onder meer dat de tegemoetkoming betrekking dient te hebben op het bestrijden van kosten. Een ongerichte inkomenssuppletie is niet toegestaan. Doelgroep. Bij de bepaling van de doelgroep is voorts van belang dat op zo eenvoudig mogelijke wijze kan worden vastgesteld of iemand tot die groep behoort. Gebureaucratiseerde indicatiestelling leidt tot grote druk op de uitvoering en navenante kosten, schrikt af en leidt tot niet-gebruik. Aansluiting bij bepaalde kosten (zoals bij de buitengewone uitgaven) en bestaande indicaties verdient de voorkeur. Uit landelijk onderzoek is gebleken dat de volgende indicaties de meest voorspellende waarde hebben voor de hoogte van de ziektegerelateerde uitgaven: o thuiszorg (in Bergen op Zoom zijn 2079 indicaties voor huishoudelijke verzorging afgegeven); o hulpmiddelen voor wonen / werk (1751 hulpmiddelen staan uit), vervoersvoorzieningen (2538 deeltaxi passen), gehandicaptenparkeerkaart (in 2007 zijn er 263 uitgegeven, door de vergrijzing stijgt dit aantal ieder jaar, geldigheid van een kaart is in zijn algemeenheid 5 jaar); o arbeidsongeschiktheid 80-100% (in Bergen op Zoom 1683 eind 2006). Hoewel exacte cijfers over de omvang van de doelgroep met een inkomen op of rond minimum niveau nog niet beschikbaar zijn, wordt al wel ervan uitgegaan, dat het een grote groep zal betreffen.
Individueel maatwerk in aanvulling op categoriale bijzondere bijstand. In aanvulling op de categoriale bijzondere bijstandsverlening, onderzoekt de gemeente of de forfaitaire vergoeding die op basis van de aannemelijke kosten wordt verstrekt, de daadwerkelijk uitgaven volledig compenseert. Zo nodig dient dan alsnog aanvullend individuele bijzondere bijstand te worden verstrekt. 6. Wat is er al. 1. Zoals eerder vermeld de individuele bijzondere bijstand. 2. De collectieve aanvullende ziektekostenverzekering voor personen met een inkomen van maximaal 120 % van de geldende bijstandsnorm (1633 deelnemers). 3a. Vanaf 1 januari 2004 zijn de mogelijkheden om gebruik te maken van de fiscale buitengewone uitgavenaftrek (BU) aanzienlijk verruimd voor mensen met een laag inkomen door het Tijdelijk besluit tegemoetkoming buitengewone uitgaven (TBU), wat erin voorziet dat niet verzilverbare buitengewone uitgaven aan betrokkenen worden uitbetaald. Dit besluit regelt een tegemoetkoming voor burgers die langs fiscale weg door de combinatie van de hoogte van hun inkomen en de totale hoogte van hun aftrekposten en heffingskortingen niet de volledige waarde van hun aftrek van buitengewone uitgaven kunnen effectueren. Het gaat hier om vooral ouderen, chronisch zieken en gehandicapten in de lagere inkomenscategorieen die (relatief hoge) buitengewone uitgaven hebben. 3b. Buitengewone uitgavenaftrek (BU). De fiscale aftrek voor buitengewone uitgaven is als volgt opgebouwd. Alle buitengewone uitgaven boven een drempel komen voor aftrek in aanmerking. De drempel voor het kalenderjaar 2007 bedraagt 11,5 % van het (verzamel)inkomen met een minimum van 793,00 voor alleenstaanden en 1586,00 voor gehuwden. Onder buitengewone uitgaven worden kosten wegens ziekte of invaliditeit bedoeld die voor de belasting kunnen worden afgetrokken. Soms is het een vast bedrag, omdat een bepaalde leeftijd is bereikt. Voor de buitengewone uitgavenaftrek is een Voorlopige Teruggaaf mogelijk. In beginsel is het mogelijk dat voor feitelijke kosten in verband met chronische ziekte en handicap zowel een beroep wordt gedaan op de bijzondere bijstand als op de BU/TBU. De BU/TBU dient dan verrekend te worden met de verstrekte bijstand (artikel 31, tweede lid, onderdeel f, WWB). De belanghebbende heeft echter geen financieel belang bij de verrekening maar wordt, net als de gemeente en belastingdienst, wel geconfronteerd met twee loketten en de bijhorende bureaucratie. Dit effect is door de bewindspersonen van Financien en SZW ongewenst geacht. Er kan dan ook geen beroep worden gedaan op de BU/TBU als voor de betreffende feitelijke kosten bijzondere bijstand is verleend.
Gemeente fi Bergen op Zoom 7. Financien. De kosten van categoriale bijzondere bijstand vallen onderde structured uitgaven. Financiering hiervan dient te worden gezocht bij structurele middelen. In 2005 is erdoor het kabinet structureel middels het gemeentefonds een bedrag van 100.000,00 beschikbaar gesteld voorchronisch zieken en gehandicapten. Dit bedrag wordt jaarlijks opgenomen in de reserve Werk en Inkomen. Het bedrag is niet specifiek voor deze groep geoormerkt. Door vaststelling van de Kademota Armoedebeleid en het bijbehorende raadsvoorstel is in de raadsvergadering van 19 december 2007 besloten hiervan 44.000,00 in te zetten voor armoedebestrijding. Eveneens is besloten de kosten van overheveling van personen met een aanvullende bijstandsuitkering op een onvolledige AOW naar de Sociale Verzekeringsbank hieruit te financieren. 8. Slot. Door de grate omvang van de doelgroep met een inkomen op ofrandhet minimum niveau alsmede de kostensoorten die in aanmerking kunnen komen, is het college van mening, dat een categoriale verstrekking van een substantiate bijdrage thans niet tot de mogelijkheden behoort en ziet vootlopig dan ook af tot vaststelling van een dergelijke regeling. Hoogachtend, het college van burgemeesteren wethouders van Bergen op Zoom,