En de houthakker hakte tot diep in de nacht, want hij had geen tijd om zijn bijl te slijpen. Hoofdstuk 16. Taakgebied Testen



Vergelijkbare documenten
MCTL - Managing Computer Technology Library

En de houthakker hakte tot diep in de nacht, want hij had geen tijd om zijn bijl te slijpen. Hoofdstuk 16. Taakgebied Testen

TMAP NEXT DOCUMENT OVERZICHT TOEGEPASTE TESTVORMEN

Taakgebied realisatie

Taakcluster Operationeel support

Taakgebied Bepalen huidige bedrijfsprocessen

Testomgevingen beheer

MCTL - Managing Computer Technology Library

Als je snel wilt gaan, ga alleen. Als je ver wilt komen, ga dan samen (Afrikaans spreekwoord) Hoofdstuk 20. Contractmanagement

Taakcluster Tactisch support

Bepalen toekomstige computertechnologie

Testen. Presentatie. Open-i Software Services BV, Maarssen Datum : Versie : 1.2

Kwaliteitsbewaking en testen in ICT beheerorganisaties

Procesvalidatie voor een veiliger ketentest

Martin van Leeuwen Happy Testing

Taakcluster Strategisch support

Procesvisie op Maat. Op basis van het Master Test Plan wordt een gedetailleerd testplan voor elke fase opgesteld.

Inhoudsopgave 1. Opdrachtformulering Beschouwingsgebied Binnen de opdracht Buiten de opdracht

Rapport Richtlijn gebruik productiegegevens

Vrijgaveadvies. Project <naam project>

Taakcluster Management support

MCTL - Managing Computer Technology Library

Omschrijving. Technische context

Software Test Document

Last but not least. Hoofdstuk 35. Bijlagen

Uitdagingen performancetesten in een Agile omgeving Best Practices & Demo

Mastertestplan <<Naam project>> <<Organisatie>>

De wereld is een schouwtoneel, elk speelt zijn rol en krijgt zijn deel (Joost van den Vondel) Hoofdstuk 4. Rolbeschrijvingen

Regressietesten. De aanpak en aandachtspunten. Algemene informatie voor medewerkers van: SYSQA B.V.

Auteur Kenmerk Versie 1.0 Datum Bestandnaam Status Definitief. NK Software Testen 2017

ERP Testing. HP Nijhof. Testmanager. Testnet November 2005

Project Fasering Documentatie Applicatie Ontwikkelaar

De wereld is een schouwtoneel, elk speelt zijn rol en krijgt zijn deel (Joost van den Vondel) Hoofdstuk 4. Rolbeschrijvingen

Software Test Plan. PEN: Paper Exchange Network Software Engineering groep 1 (se1-1415) Academiejaar

1,3 miljoen regels mission critical code omzetten naar C++, hoe test je dat?

Verschillen in QA aanpak tussen ERP projecten en niet-erp projecten

Testen kost te veel tijd

Te hoog gemikte silver bullets missen doel Te hoog gemikte silver bullets missen doel

Met dit whitepaper bieden we u een overzicht we een aantal soorten (product-) toetsing. Dit overzicht is niet volledig!

Voorbeeldexamen. Testen Foundation. Editie maart 2012

1. Work Breakdown Structure en WBS Dictionary

Managing Computer Technology Library Aanpassingen v1.1 versus v1.0

Tool Ambitie Resultaat

Scaled agile bij APG (GPS)

TestNet voorjaarsevenement 2014 Managen van een KetenTest bij NS met hun TOPAAS toolsuite. Managen van een Ketentest bij NS met hun TOPAAS tool-suite

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Beheerst naar beheer

Taakgebied Realisatie

Kwaliteit van testen. Onbeheersbaar of ongecontroleerd? thema

Handleiding. VSV-testomgeving voor softwareleveranciers; de Proeftuin

Taakcluster Management support

Testrapport NK Softwaretesten. Team: Testwerk1

TESTEN % ITIL & ASL & BISL WAT HEEFT EEN TESTER AAN ITIL? EEN PRAKTISCH HULPMIDDEL OF BUREAUCRATISCHE BALLAST?

PROJECT PLAN VOOR DE IMPLEMENTATIE VAN EEN STANDAARD SITE VOOR DE VERENIGING O3D

Testgedreven ontwikkeling dat is pas veilig!

Testen en QA bij pakketimplementaties

Handout. Hoe testers de kwaliteit van requirements kunnen beïnvloeden. Slechte requirements zijn overal. Testnet thema-avond Requirements.

Software Test Plan. Yannick Verschueren

Management. Analyse Sourcing Management

Agile Testen in de praktijk

Wij testen..maar....wat test jij?

Last and least. (want welk onderdeel zou anders least moeten zijn?) Hoofdstuk 11. Bijlagen

Woordenlijst bij TMap

Webtesten onder schaarste

MCTL - Managing Computer Technology Library

Testen bij DWH-projecten

Agenda. Introductie Aan het werk Conclusie / restrospective

STP & COMPLIANCE. Doel van deze Whitepaper. Inleiding. Probleemstelling. ELEMENTS VOLMACHT - STP & Compliance 1

Whitepaper Test Management Business case voor geautomatiseerd testen

Alles wat ik nodig heb om een komedie te maken is een park, een politieagent en een mooi meisje (Charlie Chaplin) Hoofdstuk 2.

Bijlage 3: Master testplan

Plan van Aanpak Pilot

Software Test Plan. Yannick Verschueren

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het CCvD Bodembeheer

GAMP Toegepast op de DeskTopXorter Besturing DeskTopXorter

Stichting NIOC en de NIOC kennisbank

PROJECT MANAGEMENT 1 PROJECT MANAGERS CHECKLIST

Checklist risicofactoren IT-projecten

Sjabloon testplan o.b.v. situationeel testen. <<Organisatie>>

Testen als continuous enabler

Hoe test je een pen? Je kunt de presentatie na afloop van elke les downloaden. Ga naar : Kies voor de map Acceptatietesten

De Btw-verhoging van 01 oktober 2012 in UNIT4 Multivers met de UNIT4 Multivers BTW Converter

BDD/Gherkin. Een introductie

Introductie Performancetesten

Certificering advanced - vervolg

Taakgebied Bepalen. computertechnologie. Hoofdstuk 23

Najaarsspecial Oktober 2013

Performance testen in de keten

Organisatie SYSQA B.V. Pagina 1 van 6 Titel Overzicht Versie 1.0 Onderwerp Overzicht blackbox testtechnieken Datum 15 februari 1996

ICT Beheermodel informatiesystemen Drechtsteden Baseline inrichting ICT beheermodel Drechtsteden

Creditcard organisatie. Zomaar enkele projecten. Situatie. Creditcard systeem. Volledig vervanging creditcard syteem door pakket

Welkom. Great SAP Test Experience. 23 maart 2015

Whitepaper. Exploratory Testing. Waarom doen we dat niet altijd? door Dennis Joele

Uitwerking thema avond Testnet HBO/Academische Testopleiding 14 november 2012

PROJECT: ONTWIKKELOMGEVINGEN VIRTUELE TESTOMGEVINGEN

Taakcluster Strategisch support

Betere dienstverlening financiële organisaties met continuous delivery Flexibeler, efficiënter en in kort tijdsbestek software ontwikkelen

ISO4 Opdracht 2 Tmap Next testplan

Het W-model: de groei naar voren. Jan Jaap Cannegieter. Praktijk van ICT-projecten

Performance Testen bij Rabobank Nederland. TestNet Noord Testers bij de bank 21 februari 2012 Allan Beumer

SmartTestAssistant. Het slimme testhulpmiddel. door Frank Stolker

Transcriptie:

En de houthakker hakte tot diep in de nacht, want hij had geen tijd om zijn bijl te slijpen. Hoofdstuk 16 Taakgebied Testen V1.1 / 01 september 2015

MCTL v1.1 Hoofdstuk 16... 3 Plaats in het MCTL-framework... 3 Achtergrond... 3 Definities... 4 Doel van dit taakgebied... 4 Hoe weet je dat het doel is bereikt?... 4 Input, activiteiten, output... 5 1. Toetsen specificaties en opgeleverde ontwerp-producten... 5 2. Check op door de infrasupport, applicatie support en leveranciers uitgevoerde tests... 6 3. Functionele acceptatietest... 7 4. Gebruikersacceptatietest... 9 5. Productieacceptatietest... 12 6. Opstellen vrijgave advies / verbeterpunten... 13 Relaties met andere onderdelen van MCTL... 13 Opmerkingen... 14 1. Testsoorten en -vormen... 14 2. Testen met productiedata... 16 3. Testen in productie... 16 4. Testen in productie look-a-like omgevingen... 16 Nuttige websites en boeken... 17 V1.1 01-09-2015 Pagina 16-2

MCTL v1.1 HOOFDSTUK 16 TAAKGEBIED TESTEN Testen is een vakgebied dat werkzaamheden omvat die zich uitstrekken van diep in de techniek tot diep in de gebruikersorganisatie. Binnen MCTL wordt uitsluitend het functionele deel in ogenschouw genomen. De invalshoek binnen MCTL is niet het gewijzigde systeem, maar de wijzigingen in het bedrijfsproces. Dit businessperspectief betekent dat er getest wordt vanuit een beoogd gewijzigde werkwijze / bedrijfsproces in samenhang met de daarvoor aangepaste computertechnologie: software, databases en / of hardware. PLAATS IN HET MCTL-FRAMEWORK Het taakgebied Testen maakt onderdeel uit van het taakcluster Change support: ACHTERGROND Testen kan worden gezien als onzekerheidsreductie. Goed beschouwd zou met precies de juiste input en precies de juiste uitvoering van de aanpassingen, testen overbodig zijn. Helaas kan vanaf het moment dat een wijziging wordt geïnitieerd tot en met realisatie van alles mis gaan. Via testen is alleen in theorie 100% zekerheid te krijgen dat de gerealiseerde wijziging 100% correct is. Praktisch gesproken is dat niet zo, maar testen kan wel aantonen dat bepaalde aspecten in orde zijn. Hoe beter de testomgeving, hoe beter de testdata, testscript en het testteam, hoe hoger de zekerheid dat de gerealiseerde wijziging ook in productie aan de verwachting voldoet. V1.1 01-09-2015 Pagina 16-3

MCTL v1.1 DEFINITIES Binnen het taakgebied testen worden enige termen gebruikt die in de praktijk voorkomen. Helaas wil er zeker op het gebied van testen nog wel eens verwarring zijn over welke term waarvoor staat. Daarom worden ze hieronder gedefinieerd (gebaseerd op TMap): Definitie Toetsen Toetsen is het beoordelen van tussenproducten in het gehele wijzigingstraject Definitie Testen Testen omvat activiteiten die inzicht geven in en adviseren over de kwaliteit van eindproducten en de daaraan gerelateerde risico s Definitie Functionele acceptatietest (FAT) De functionele acceptatietest is een door functioneel specialisten uitgevoerde test in een zoveel als mogelijk op de productieomgeving gelijkende omgeving. Deze test moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de functionele eisen voldoen Definitie Gebruikersacceptatietest (GAT) De gebruikersacceptatietest is een door (een vertegenwoordiging van) de toekomstige gebruikers uitgevoerde test in een zoveel als mogelijk op de productieomgeving gelijkende omgeving. Deze test moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de wensen / eisen van de gebruikers voldoen Definitie Productieacceptatietest (PAT) De productieacceptatietest is een door (een vertegenwoordiging van) de toekomstige beheerders uitgevoerde test in een zoveel als mogelijk op de productieomgeving gelijkende omgeving. Deze test moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de wensen / eisen vanuit beheer voldoen. Beheer kan hierbij zowel de technische als functionele kant betreffen, hoewel de nadruk vaak sterk op de technische kant ligt. Definitie Acceptatiecriteria Acceptatiecriteria zijn meetbare condities waaraan voldaan moet zijn om een aangepast systeem in productie te nemen. Het opstellen en onderhouden van acceptatiecriteria vindt plaats in kwaliteitsmanagement. Het taakgebied Testen is een belangrijke gebruiker van de acceptatiecriteria. DOEL VAN DIT TAAKGEBIED Testen omvat het controleren of de gerealiseerde wijzigingen aan de gedefinieerde behoefte en specificaties voldoen en daarnaast aan de gestelde kwaliteitsnormen en vanzelfsprekende (dus niet expliciet gedefinieerde) behoeften en specificaties. HOE WEET JE DAT HET DOEL IS BEREIKT? De volgende indicatoren zijn te benoemen om te weten of bovenstaande doel wordt bereikt: Het aantal fouten dat is geconstateerd nadat de wijzingen in productie zijn genomen is < 2 % van het aantal bevindingen dat in de verschillende tests is geconstateerd en verholpen De totaal aan tests bestede tijd / hoeveelheid geld is < 50% van de schade die zou zijn ontstaan in productie indien de bevindingen in test niet al voor productie waren hersteld. V1.1 01-09-2015 Pagina 16-4

MCTL v1.1 (Genoemde percentages zijn uiteraard indicatief) INPUT, ACTIVITEITEN, OUTPUT De activiteiten in dit taakgebied zijn als volgt schematisch weer te geven: Toetsen vind plaats op de diverse tussenproducten en testen op de diverse eindproducten. Hierna worden ze toegelicht. 1. TOETSEN SPECIFICATIES EN OPGELEVERDE ONTWERP-PRODUCTEN Toetsen, het controleren van tussenproducten, kent verschillende technieken. In de context van MCTL zijn de navolgende het meest bruikbaar: 1. Inspecties: hierbij wordt een product beoordeeld dat 100% gereed is, maar nog niet definitief is vastgesteld. Door een team van mensen wordt vooraf gestructureerd gezocht naar discutabele issues in de te inspecteren documenten. Tijdens de inspectiebijeenkomst worden deze bevindingen besproken en dient er overeenstemming over te ontstaan. Nieuwe issues die tijdens de bijeenkomst ontstaan worden besproken en ook daarover dient overeenstemming te ontstaan. Na de bijeenkomst past de auteur het document aan en kan eventueel een herinspectie plaatsvinden. 2. Reviews: worden gedaan op producten die nog niet helemaal af zijn (60-80% gereed). Een review richt zich op het vinden van fouten en daarnaast op het verbeteren van het document door de kennis en vaardigheden van degenen die de review uitvoeren. Ze mogen zich dus met de oplossingsrichtingen bemoeien en voorstellen voor verbetering doen. 3. Walkthrough: bij een walkthrough wordt het document, dat voor 50-100% gereed is, stapsgewijs doorlopen. Daarbij kan de auteur een toelichting en bijvoorbeeld de keuzemogelijkheden en overwegingen daarin geven. De andere deelnemers kunnen direct reageren. Het is een erg interactieve manier van werken, waarbij wel het gevaar van ad-hoc discussies bestaat. Aan de hand van bovenstaande schema zijn in de verschillende taakgebieden van het taakcluster Change support de volgende toetsmomenten te definiëren: V1.1 01-09-2015 Pagina 16-5

MCTL v1.1 Requirements management / specificaties Het achterhalen van requirements en vervolgens opstellen van specificaties is het onderdeel waarin het het meest zinvol is om input te krijgen uit zo veel mogelijk relevante bronnen. Bij toetsen is het mogelijk via reviewen en walkthroughs niet alleen fouten te achterhalen, maar ook inzichten van degenen die deelnemen aan de review cq. walkthrough mee te nemen. Bovendien kan hier door anderen worden gecheckt of niet te snel naar één bepaalde uitwerking / oplossing is toegewerkt, of consequenties per oplossingsrichting inderdaad allemaal in beeld zijn en afgewogen en of er vanuit infrasupport, applicatie support en evt. leverancier voldoende inbreng is geweest. Ontwerp In ontwerp worden een aantal modellen, diagrammen en beschrijvingen bijgewerkt op basis van de in Requirements management opgestelde specificaties. Deze bijgewerkte ontwerp-elementen kunnen via inspectie worden getoetst. Eventueel, indien bijvoorbeeld een onderdeel van het systeem nieuw is of sterk wordt gewijzigd, kan via reviews en walkthroughs het toetsteam meer worden betrokken in de oplossingen en worden gevraagd hierin mee te denken. De inhoudelijke controle op juistheid en volledigheid dient echter altijd de overhand te houden. Realisatie Hier kan een check worden uitgevoerd of alle (gewijzigde) configuratie-instellingen en parameters zijn beschreven (volledigheid) en vanzelfsprekend ook juist zijn. Tevens is een check op onderlinge strijdigheid en aannemelijkheid (m.n. als bijv. parameters heel sterk wijzigen, of de onderlinge verhoudingen tussen de parameters sterk wijzigen) een aan te bevelen activiteit. Inspectie is een hiervoor de hand liggende techniek. Transitie In het taakgebied transitie wordt een transitieplan opgesteld. Binnen Testen kan het bijgewerkte transitieplan worden getoetst voordat dit plan binnen Transitie wordt uitgevoerd. Ook hier kan inspectie goede resultaten opleveren. Eindresultaat is steeds een gestructureerde terugkoppeling aan de opstellers van de specificaties, ontwerpen, plannen etc. Afhankelijk van de omvang en aard van de terugkoppeling kan worden afgesproken dat de aanmerkingen worden verwerkt en nogmaals getoetst of dat een hertoetsing niet nodig is. 2. CHECK OP DOOR DE INFRASUPPORT, APPLICATIE SUPPORT EN LEVERANCIERS UITGEVOERDE TESTS Het echte testen start met een check op de door de infrasupport, applicatie support en leveranciers uitgevoerde tests. In TMap termen spreken we in dit verband van de Unittest (UT), de Unitintegratietest (UIT) en de Systeemtest (ST). In het geval er binnen infrasupport en applicatie support een agile-achtige werkwijze wordt gevolgd, zijn de verschillende tests soms wat minder eenvoudig te onderscheiden. Voorop blijft staan dat iemand die iets creëert (in dit geval bijvoorbeeld een programmeur), allereerst zijn eigen werk zal moeten controleren. Daarna pas komen degenen in beeld die het resultaat van dit werk uiteindelijk zullen gaan gebruiken (gebruikers en de functioneel specialisten). Tevens speelt hier wel mee dat infrasupport, applicatie support en leveranciers vaak meer faciliteiten voor testen ter beschikking hebben dan een gebruikersorganisatie. Voorbeelden hiervan zijn tools waarmee rechtstreeks data in een testdatabase kan worden gemanipuleerd en het simuleren van een grote workload op een systeem. V1.1 01-09-2015 Pagina 16-6

MCTL v1.1 Van infrasupport, applicatie support en leveranciers mag worden verwacht dat de unittest, de unitintegratietest en de systeemtest op voldoende niveau worden uitgevoerd. Binnen deze testsoorten kunnen verschillende testvormen worden onderscheiden. Uiteraard moeten de wijzigingen op zichzelf, zowel technisch als tot op zekere hoogte functioneel, door infrasupport, applicatie support en leverancier worden getest. Daarnaast zijn nog te noemen: de back-up & restore test, de technische conversietest, de penetratie- / beveiligingstest, herstartbaarheidstest, installatietest, de-installatietest en uitwijktest (zie aan het eind van dit taakgebied een uitgebreidere beschrijving van alle testsoorten en testvormen). De scheidslijn van waar de verantwoordelijkheden van infrasupport, applicatie support en leverancier ophoudt en die van de functioneel support c.q. gebruikersorganisatie begint is nog niet zo heel eenvoudig te bepalen. Een aantal voorbeelden ter illustratie: Een softwareleverancier voert regelmatig updates uit op de software die zij levert. Omdat zij niet tot in den treure op de hoogte is van de specifieke technische inrichting van alle klantomgevingen, hebben zij een interne referentieomgeving gecreëerd. Het zal duidelijk zijn dat deze softwareleverancier wel kan worden aangesproken op het juist functioneren van de software (technisch en functioneel) in die referentieomgeving, maar niet in een klantomgeving die hier technisch van afwijkt. Een softwareleverancier levert via een cloudoplossing feitelijk geen softwaresysteem meer, maar een werkende functionaliteit. In dit geval kan deze leverancier zeker worden aangesproken op het technisch en functioneel volledig juist functioneren van het geheel. Een klantorganisatie besluit een standaardsoftwarepakket functioneel geheel afwijkend in te zetten in de organisatie. Infrasupport, applicatie support en leverancier doet aanpassingen op het pakket, maar de klantorganisatie zal zelf moeten controleren of de afwijkende werkwijze na die aanpassingen nog steeds wordt ondersteund door het pakket. Om duidelijkheid te scheppen in de scheiding tussen werkzaamheden van infrasupport, applicatie support en leverancier enerzijds en functioneel support en de gebruikersorganisatie anderzijds kan met een zogenaamde intake worden gewerkt. Op het moment dat door infrasupport, applicatie support en / of leveranciers iets wordt opgeleverd, wordt door functioneel support een intake gedaan waarbij een aantal vooraf vastgestelde elementen worden gecheckt. Op die wijze is al snel duidelijk of de oplevering retour afzender kan worden gestuurd, of dat functioneel support met de functionele acceptatietest aan de slag kan gaan. Het is immers niet de bedoeling dat functioneel specialisten en / of gebruikers testen gaan uitvoeren die feitelijk door infrasupport, applicatie support of leveranciers hadden moeten worden gedaan. 3. FUNCTIONELE ACCEPTATIETEST In het algemeen wordt de functionele acceptatietest uitgevoerd door functioneel specialisten. De omgeving waarin de test wordt uitgevoerd lijkt zoveel als mogelijk op de uiteindelijke productiesituatie. Er dient een testplan te zijn opgesteld waarin de planning, de te testen onderdelen en een beschrijving van de testscripts en testdata zijn opgenomen. Input voor dit testplan komt uit de taakgebieden Requirements management en Ontwerp. Daarnaast dienen de acceptatiecriteria uit het taakgebied Kwaliteitsmanagement ter beschikking te staan. V1.1 01-09-2015 Pagina 16-7

MCTL v1.1 De functionele acceptatietest moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de functionele eisen voldoen. Er wordt dus getest ten opzichte van de gedefinieerde en gespecifieerde eisen in Requirements management en Ontwerp. De volgende testvormen komen in de functionele acceptatietest voor: 1. Functionaliteit Een allereerst uit te voeren test is of de functionaliteit overeenstemt met het ontwerp. Specifiek kan hier nog worden gekeken naar een ordentelijke foutafhandeling. 2. Regressietest Bij een regressietest wordt aandacht besteed aan de niet gewijzigde onderdelen. Het is een berucht fenomeen bij testen; de wijzigingen op zichzelf zijn in orde, maar uiteindelijk blijkt in productie een niet-gewijzigd onderdeel niet meer te functioneren. Veelal wordt dit veroorzaakt doordat de samenhang van systemen onvoldoende bekend is en daardoor de scope van de te testen onderdelen te nauw wordt genomen. Er kan hierbij meespelen dat de aandacht bij de testers wat is verslapt omdat er via deze test betrekkelijk weinig fouten worden gevonden en het dus minder relevant lijkt te zijn. Tot slot kan de motivatie van de testers wat lager zijn omdat bijvoorbeeld veelvuldig basisonderdelen moeten worden getest die maar weinig interessant / uitdagend zijn. 3. Integratie / ketentest Bij een ketentest wordt het systeem in samenhang met andere systemen (de keten ) getest. Daarbij kan het zowel in- als externe andere systemen betreffen. Het opzetten van deze test kan lastig zijn omdat het behoorlijke eisen stelt aan de testomgeving. Bij koppelingen met systemen van externe partijen moet idealiter de totale testomgeving zich tot en met die externe partijen uitstrekken. In het geval een dergelijke testomgeving niet is op te tuigen kunnen de interfaces met bepaalde systemen worden gesimuleerd. Simulatie blijft echter altijd een suboptimale oplossing omdat de testomgeving als uitgangspunt moet hebben dat deze zoveel mogelijk op de werkelijke productieomgeving moet lijken. Bijzonder aandachtspunten bij de integratie / ketentest zijn de controle op input, output en beveiliging van het systeem en de gegevensstromen; komen geen gegevens op de verkeerde plaats terecht, staan de gegevens juist en tijdig als input ter beschikking, of andersom, worden ze tijdig ter beschikking aan een ander systeem gesteld? Daarnaast kan er sprake zijn van functionele integratie, waarbij een bepaalde functionaliteit technisch in samenstelsel van meerdere systemen wordt gerealiseerd. Indien een wijziging plaatsvindt in een deelfunctionaliteit van een van de systemen moet vervolgens de gehele functionaliteit worden getest. Een systeemdoorlooptest, waarbij zoals de naam al aangeeft het hele systeem wordt doorlopen, kan hier grote diensten bewijzen. 4. Beschikbaarheidstest Bij een beschikbaarheidstest wordt getest of een systeem langdurig goed blijft werken. Het doet denken aan de duurtests die worden uitgevoerd op fysieke producten om te zien of materialen langdurig tegen een bepaalde belasting bestand zijn. 5. Conversietest Indien van toepassing kan worden getest of de conversie goed verloopt. Een conversie kan zowel betrekking hebben op het converteren van gegevens in hetzelfde systeem als het V1.1 01-09-2015 Pagina 16-8

MCTL v1.1 overzetten van gegevens van een oud naar een nieuw systeem. 6. Documentatie Bij deze test wordt specifiek gekeken naar de wijzigingen in de documentatie die voor het gebruik van het systeem bedoeld is. Is de documentatie correct, volledig en begrijpelijk? 7. Limiettest In de limiettest wordt gekeken naar kritische parameters en andere limieten waarbinnen het systeem moet functioneren. Ook het testen van het gedrag van het systeem zodra de limieten worden overschreden wordt in de limiettest meegenomen. Doorgaans moeten hier specifieke testgevallen voor worden gemaakt omdat als het goed is in de productiedatabase geen gevallen aanwezig zijn die buiten de systeemlimieten vallen. Er kan in dit geval dus niet worden teruggevallen op testgevallen die uit productie zijn overgenomen. 8. Multi-user Een test of het systeem toegankelijk is voor meerdere personen tegelijkertijd zonder dat daardoor problemen ontstaan, zoals bijvoorbeeld locking. Niet elke testvorm hoeft elke keer even relevant te zijn. Het is dus mogelijk sommige testvormen te combineren bij een relatief beperkte test of testvormen geheel weg te laten. Uiteraard moeten testvormen alleen worden weggelaten in de testfase omdat ze niet nodig zijn en niet vanwege tijdgebrek. 4. GEBRUIKERSACCEPTATIETEST In het algemeen wordt de gebruikersacceptatietest uitgevoerd door gebruikers en key-users, met ondersteuning van functioneel specialisten. De omgeving waarin de test wordt uitgevoerd lijkt net zoals bij de functionele acceptatietest zoveel als mogelijk op de uiteindelijke productiesituatie. Eveneens dient, precies zoals bij de functionele acceptatietest beschreven, een testplan te zijn opgesteld waarin de planning, de te testen onderdelen en een beschrijving van de testscripts en testdata zijn opgenomen. Daarnaast dienen hier de acceptatiecriteria ter beschikking te staan. De gebruikersacceptatietest moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de wensen / eisen van de gebruikers voldoen. Er wordt dus getest ten opzichte van oorspronkelijke behoeften van de gebruikers. Deze behoeften zijn in Requirements management zo goed mogelijk gespecificeerd en daarna ook nog eens gevalideerd. Toch kan daar, in die fase, al veel zijn misgelopen. Het probleem van het testen ten opzichte van de oorspronkelijke behoeften is in de praktijk vaak dat die behoeften wat vaag zijn en niet meetbaar en controleerbaar zijn beschreven. Een voorbeeld ter illustratie: Een manager wil de efficiency van een afdeling graag verhogen. Op de afdeling worden diverse administraties gevoerd, maar er bestaat daarnaast een klein onderdeel advisering. De gedachte is dat door meer inzet van computertechnologie in het onderdeel administratievoering, aldaar FTE s worden bespaard. Die kunnen vervolgens in het groeiende onderdeel advisering worden ingezet. Met als gevolg: met dezelfde personele bezetting kan een hogere output worden bereikt. V1.1 01-09-2015 Pagina 16-9

MCTL v1.1 De administratieve processen worden grondig bekeken en al snel worden diverse oplossingen gedefinieerd waarmee naar verwachting arbeidstijd kan worden bespaard. Te denken is bijv. aan het wegwerken van de laatste papieren formulieren, het beter koppelen van diverse systemen, het verbeteren van user interfaces die veel worden gebruikt en ook sommige handmatige controles kunnen worden geautomatiseerd. Een en ander wordt helder uitgewerkt in requirements en ontwerpdocumenten en zonder al te veel problemen gerealiseerd. Tijdens de functionele acceptatietest blijkt inderdaad dat alle onderdelen precies conform de functionele eisen zijn aangepast; de koppelingen functioneren, alle formulieren zijn gedigitaliseerd, user interfaces zijn sterk verbeterd en precies op de aangegeven plaatsen zijn handmatige handelingen verdwenen. Helaas blijkt bij het checken op de benodigde doorloop- en werktijd voor een gehele administratieve transactie, dat de gewenste tijdsbesparing (nog) niet wordt behaald. Met andere woorden: het wijzigingstraject op zichzelf loopt helemaal niet slecht en zouden de wijzigingen op deze manier in productie genomen dan zal er naar verwachting technisch en functioneel niet al te veel fout gaan. Maar het achterliggende doel: arbeidstijd besparen in de administratieve processen, wordt helaas niet behaald. De testvormen die in de functionele acceptatietest zijn beschreven en bij de gebruikersacceptatietest voorkomen zijn: 1. Functionaliteit 2. Beschikbaarheid 3. Conversietest 4. Documentatie 5. Keten- c.q. integratietest 6. Regressietest De testvormen specifiek voor de gebruikersacceptatietest zijn: 1. Usability test Bij de usability test wordt het werkelijke gebruik van het systeem getest door een groep gebruikers. Onder andere kan dan worden gekeken naar de gebruikersvriendelijkheid: schermopbouw, begrijpelijkheid, ondersteuning door aanvullende teksten, etc. Het kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd door gebruikers een bepaalde uit te voeren taak te geven en de gebruikers te verzoeken hardop al hun gedachten uit te spreken bij elke handeling die zij doen. Ook wordt wel gebruik gemaakt van eye tracking software, waarbij wordt gevolgd waar iemand precies naar kijkt op het scherm. Het is hier mogelijk de tijd op te nemen, zodat duidelijk wordt waar haperingen optreden en dus kennelijke onduidelijkheden zijn. In het geval een gebruikersgroep niet direct beschikbaar is (bijvoorbeeld bij een website) kan voor remote usability testing worden gekozen, waarbij op afstand gebruikers wordt gevraagd deel te nemen. Een andere vorm is A/B testen waarbij twee verschillende versies naast elkaar worden getest om te bepalen welke user interface de beste resultaten geeft. 2. Load- / stresstest Bij een load / stresstest wordt het systeem getest of het bestand is tegen grote aantallen medewerkers, gegevens en / of transacties. Natuurlijk moet hier een maximum zijn gedefinieerd en tot dat maximum moet het systeem conform verwachting functioneren. Daarboven moet het gecontroleerd stoppen of anderszins reageren (zoals bijv. bij een website, die bij overschrijding van max. aantal bezoekers niet onderuit gaat maar de V1.1 01-09-2015 Pagina 16-10

MCTL v1.1 bezoekers boven de limiet een boodschap voorschotelt). Probleem bij deze test is doorgaans dat deze in een gebruikersacceptatietest omgeving moeilijk is uit te voeren: het benodigde aantal gebruikers is niet voorhanden en grote aantallen transacties zijn moeilijk te forceren. Daarom wordt deze test in de praktijk veelal door infrasupport, applicatie support en / of leverancier uitgevoerd waarna de daar genoteerde resultaten tijdens de gebruikersacceptatietest worden gecontroleerd. 3. Scenario testen Hierbij wordt via scenario s het bedrijfsproces gesimuleerd. Aldus is te constateren of niet alleen het gewijzigde systeem, maar ook het bedrijfsproces conform verwachting functioneert. Bij gebruikersacceptatietesten zijn de volgende praktijkopmerkingen te maken: Bij een gebruikersacceptatietest moeten eindgebruikers worden betrokken. Dat lijkt een voor de hand liggende zaak, maar is in de praktijk niet altijd eenvoudig uitvoerbaar. De juiste gebruikers moeten worden betrokken, die dan natuurlijk voldoende tijd ter beschikking hebben. Met juist wordt bedoeld dat niet alleen de beste gebruikers uit een gebruikersgroep worden betrokken, maar juist ook gebruikers met een lager kennisniveau en minder computervaardigheden. Dat maakt een test weliswaar lastiger, maar de zekerheid dat het systeem in productie zal doen wat het moet doen en zal worden gebruikt zoals het moet worden gebruikt, neemt vanzelfsprekend fors toe. De faciliteiten waarmee gebruikers moeten testen moeten in orde zijn. Niets is zo vervelend en frustrerend als gebrekkige faciliteiten of omgevingen die afwijken van de uiteindelijke productiesituatie. De verwarring die dat schept kan een test volledig frustreren en de aandacht wegzuigen van waar de test eigenlijk werkelijk om draait. De ondersteuning vanuit functioneel specialisten is zonder meer nodig. Het betekent echter niet dat functioneel specialisten de test overnemen! Bij problemen met de omgeving waarin wordt getest kan een functioneel specialist echter doorgaans makkelijker ingrijpen en samen met infrasupport, applicatie support en leverancier het een en ander oplossen. Ook bij constatering van fouten kan een functioneel specialist een oogje in het zeil houden: zijn het echte fouten, of worden zij bijvoorbeeld veroorzaakt door een (oude) werkwijze die niet meer van toepassing is? Voorkom te weinig èn te veel fouten. Het is een lovenswaardig streven om ervoor te zorgen dat tijdens een gebruikersacceptatietest niet te weinig, maar ook niet te veel fouten worden gevonden. Indien elke keer al tijdens eerdere tests zo grondig is getest, dat tijdens de V1.1 01-09-2015 Pagina 16-11

MCTL v1.1 gebruikersacceptatietesten vrijwel niets meer wordt gevonden, zal de gebruikersgroep in reactie daarop steeds minder gaan testen vanwege de zinloosheid ervan. Aan de andere kant, als het aantal fouten bij de gebruikers tijdens het testen erg hoog is, is er het risico van het ontstaan van een negatieve sfeer. Het idee kan ontstaan dat het niets is en ook niets zal worden. Omdat de gebruikers die testen daarnaast gewoon op de werkvloer werken kan dat daar al snel gaan rondzingen. Al met al moet dus, hoe gek het ook klinkt, het aantal fouten tijdens de gebruikersacceptatietest worden gedoceerd. Lijkt het er vlak na de start van de gebruikersacceptatietest al op dat het aantal fouten geheel uit de hand loopt, kan desnoods de gebruikersacceptatietest worden afgebroken. Vervolgens worden eerst voorgaande tests beter uitgevoerd en fouten opgelost waarna de gebruikersacceptatietest kan worden geherstart. 5. PRODUCTIEACCEPTATIETEST De productieacceptatietest is test door (een vertegenwoordiging van) de toekomstige beheerders van de productieomgeving. Deze test wordt uitgevoerd in een omgeving die zoveel als mogelijk op die productieomgeving lijkt. De test moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de wensen / eisen vanuit beheer voldoen. De nadruk bij een productieacceptatietest ligt in het algemeen sterk aan de technische kant. Toch dient er vanuit de positie van de functioneel specialisten op twee manieren aandacht binnen deze test te zijn. Ten eerste dienen functioneel specialisten hier zichzelf af te vragen en dus te testen, of het systeem functioneel wel te beheren is. Bijvoorbeeld het ontbreken van bijgewerkte handleidingen, rammelende workflows of niet bijgewerkte helpteksten zijn wellicht voor gebruikers nog wel overkomelijk, dat moeten zij in de gebruikersacceptatietest natuurlijk zelf beoordelen. Maar functioneel specialisten moeten daar vanuit de optiek van het leveren van ondersteuning ook een oordeel over vellen. Bovendien houden functioneel specialisten intern vaak documenten en tools bij die gebruikt worden ter ondersteuning. Zijn deze inderdaad bijgewerkt en kunnen die worden ingezet nadat bij gebruikers het gewijzigde systeem in productie is gekomen? Ten tweede kunnen aan de technische zijde tijdens de productieacceptatietest bevindingen worden gedaan en daaropvolgend beslissingen worden genomen die functionele impact hebben. In dit soort situaties is op zijn minst overleg tussen infrasupport, applicatief en functioneel support nodig en moet er gezamenlijk naar de bevindingen worden gekeken. Hoewel technische perikelen roet in het eten kunnen gooien en deze testfase vlak voor de inproductiename ligt met alle tijdsdruk van dien, moeten nu de belangen van de gebruikers blijven prevaleren. Met andere woorden: indien hier echte showstoppers worden geconstateerd, dan kan ondanks het feit dat de gebruikersacceptatietest en functionele acceptatietest helemaal goede resultaten hebben opgeleverd, het systeem toch niet in productie worden genomen. De testvormen specifiek voor de productiesacceptatietest zijn: 1. Back-up & restore test Het testen of de back-up en restore nog goed functioneert. De test wordt uitgevoerd door infrasupport en door functioneel specialisten wordt daarop een inhoudelijke controle V1.1 01-09-2015 Pagina 16-12

MCTL v1.1 uitgeoefend 2. Herstartbaarheid Is het systeem herstartbaar na (onverwachte) uitval? Uit te voeren door infrasupport, functioneel is er aandacht voor consistentie in gegevens, gegevensverlies en juiste foutafhandeling 3. Installatie / de-installatietest Hierbij wordt functioneel gekeken naar de volledigheid en juistheid van de installatie (is niets vergeten, komen alle updates bij precies de juiste gebruikersgroep terecht?) en de-installatie (komt het oude systeem precies zoals het was weer in de lucht? Kunnen we met het oude systeem doorwerken?) 4. Load- / stresstest Zie voor toelichting de hiervoor beschreven gebruikersacceptatietest 5. Performance Voldoet het systeem aan de performance eisen 6. Uitwijktest Functioneert uitwijk nog conform de afspraken? Ook hier is vooral aandacht voor de functionele aspecten: komt het gewijzigde systeem in geval van uitwijk binnen de gestelde tijd weer beschikbaar, zijn er geen negatieve gevolgen voor andere systemen, is het inderdaad mogelijk in uitwijksituatie met het systeem te werken, is inwijk (terugkeren naar de gewone werksituatie) nog steeds mogelijk? Sommige testvormen komen hier voor terwijl ze ook al bij eerdere testsoorten zijn genoemd. In de PAT ligt de focus vanzelfsprekend anders dan in de FAT of de GAT. 6. OPSTELLEN VRIJGAVE ADVIES / VERBETERPUNTEN Nadat alle tests zijn afgerond wordt een vrijgave advies opgesteld. Het betekent niet dat op dat moment alle geconstateerde bevindingen moeten zijn opgelost. Er kan voor worden gekozen om ondanks het feit dat er nog openstaande bevindingen zijn toch te adviseren de wijzigingen in productie te nemen. In het advies worden de eventueel nog openstaande bevindingen vermeld inclusief de consequenties daarvan voor de productieomgeving. Tevens kunnen in het vrijgave advies afspraken over later op te lossen bevindingen worden vermeld. Tevens kunnen op dit moment de verbeterpunten die in het hele toets- en testtraject zijn geconstateerd bij elkaar worden gebracht en gedocumenteerd voor later gebruik. Ook indien het toetsen testtraject op zichzelf naar volle tevredenheid is verlopen kunnen er vanzelfsprekend nog steeds verbeterpunten zijn. Toch is een waarschuwing wel op zijn plaats: er moet hier niet worden gestreefd naar het perfecte, maar naar het optimale en die zijn veelal niet gelijk aan elkaar. RELATIES MET ANDERE ONDERDELEN VAN MCTL V1.1 01-09-2015 Pagina 16-13

MCTL v1.1 Dit taakgebied kent de volgende belangrijke relaties: De belangrijkste relaties zijn die met taakgebied Realisatie en Transitie. Vanuit eerstgenoemde zullen de bijgewerkte objecten worden aangeleverd welke het voornaamste onderwerp van test zullen zijn. Na goedkeuring zullen alle geteste onderdelen aan Transitie worden opgeleverd. Andere te noemen relaties zijn die met Requirements management en Ontwerp, omdat de uitgewerkte requirements en bijgewerkte ontwerpen op diverse plaatsen binnen Testen worden gebruikt. OPMERKINGEN De volgende opmerkingen zijn te maken over dit taakgebied: 1. TESTSOORTEN EN -VORMEN In de wereld van het testen worden veel termen door elkaar gebruikt. Hieronder worden de testsoorten en -vormen die in TMap worden beschreven opgesomd. De testvormen kunnen binnen de verschillende testsoorten worden gebruikt om deze in te vullen. Doorgaans is een bepaalde testvorm daarom binnen meerdere testsoorten terug te vinden. De testsoorten: - Unittest (UT): Test door ontwikkelaar in ontwikkelomgeving, check op technisch goed functioneren van een unit (individuele wijziging) - Unitintegratietest (UIT): Test door ontwikkelaar in ontwikkelomgeving, check op technisch goed functioneren van een logische groep units (aantal wijzigingen, bijv. in een release) V1.1 01-09-2015 Pagina 16-14

MCTL v1.1 - Systeemtest (ST): Test door leverancier in laboratoriumomgeving van het systeem t.o.v. de niet-functionele en functionele specificaties en het technisch ontwerp - Systeemintegratietest (SIT): Een door de toekomstige gebruiker uitgevoerde test op de systeeminterfaces in een zoveel mogelijk op productie gelijkende omgeving - Functionele acceptatietest (FAT): Een door functioneel specialisten uitgevoerde test in een zoveel als mogelijk op de productieomgeving gelijkende omgeving. Deze test moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de functionele eisen voldoen - Gebruikersacceptatietest (GAT): Een door (een vertegenwoordiging van) de toekomstige gebruikers uitgevoerde test in een zoveel als mogelijk op de productieomgeving gelijkende omgeving. Deze test moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de wensen / eisen van de gebruikers voldoen - Productieacceptatietest (PAT): Een door (een vertegenwoordiging van) de toekomstige beheerders uitgevoerde test in een zoveel als mogelijk op de productieomgeving gelijkende omgeving. Deze test moet aantonen dat de uitgevoerde wijzigingen aan de wensen / eisen vanuit beheer voldoen. Beheer kan hierbij zowel de technische als functionele kant betreffen, hoewel de nadruk doorgaans sterk op de technische kant ligt. Een aantal testvormen (niet volledig, de meest voorkomende): - Back-up & restore test: Testen of back-up proces correct functioneert - Beschikbaarheid: Blijft het systeem langdurig correct werken? - Conversietest: Test op conversie van gegevens - Documentatie: Controle op volledigheid, juistheid, begrijpelijkheid - Functionaliteit: Is de functionaliteit overeenkomstig het ontwerp? - Hackerstest / penetratietest: Test op mogelijkheid om van buitenaf het systeem oneigenlijk te gebruiken - Herstartbaarheid: Is het systeem bij onverwacht afbreken conform afspraken herstartbaar? - Installatie / de-installatietest: Test of de installatie en de-installatie van de wijzigingen werkt conform afspraken - Interface / ketentest: Tests rondom aansluiting van systeem op andere systemen (technisch en functioneel) - Limiettest: Test op gedefinieerde limieten (functioneel, dus bijv. max. salaris) - Load- / stresstest: Test op verwerken van grote hoeveelheden gegevens / transacties / gebruikers / klanten / bezoekers - Middelengebruik: Test op gebruik van resources - Monkeytest: Test op bestandheid tegen onverwachte handelingen (foolproof) - Multi-user: kunnen meerdere / het afgesproken aantal gebruikers van het systeem gebruik maken - Performance: Voldoet het systeem aan de performance eisen? - Regressie: Testen op het functioneren van het geïntegreerde geheel, met de focus op de nietgewijzigde onderdelen - Rollback: Test of een rollback werkt conform afspraken - Scenario testen: Testen via scenario s waarin bedrijfsprocessen worden gesimuleerd - Uitwijktest: Test of uitwijk conform afspraken functioneert - Usability: Test op gebruikersvriendelijkheid, juistheid functioneren user inferface, opbouw user interface conform afspraken V1.1 01-09-2015 Pagina 16-15

MCTL v1.1 2. TESTEN MET PRODUCTIEDATA Een onderwerp dat al lang veel discussie oproept is of het aan te bevelen, of juist af te raden, is om te testen met productiegegevens. Bij een dergelijke test wordt de gehele productiedatabase overgezet naar een acceptatietestomgeving, waarna de test plaatsvindt. De voordelen zijn onder andere dat het op deze wijze natuurlijk geen tijd kost om een bestand met testgevallen op te bouwen en bij testen de werkelijke productiesituatie heel goed wordt nagebootst. Toch zijn er ook aanmerkelijke nadelen. Een productiedatabase kan heel groot zijn, waardoor de acceptatietestomgeving evenzo heel groot en daarmee onhandelbaarder wordt. Een meer principieel punt is in sommige organisaties wel dat productiedata vaak netjes is beschermd tegen verkeerde ogen. In testomgevingen zijn dergelijke waarborgen er vaak niet. Hierdoor kan het zomaar gebeuren dat via deze achterdeur productiegegevens toch beschikbaar komen op plaatsen en bij personen die daar geen toegang toe zouden mogen hebben (zelfs extern bij leveranciers). Nu is het mogelijk productiegegevens te scrambelen, maar dat heeft weer als nadeel dat bepaalde functionele tests niet meer kunnen worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld, indien alle namen zijn gescrambeld, wordt het onmogelijk om een functionaliteit als zoek verwanten op naam nog te gebruiken. Tot slot is vanuit functioneel oogpunt een belangrijk punt dat niet alle te testen gevallen ook werkelijk in de productiedatabase hoeven voor te komen. Stel dat er bijv. in de loonadministratie een controle zit op overschrijding max. loon, hoe groot is dan de kans dat in de productiedatabase een persoon is opgenomen die precies op dat maximum zit? Of, als die controle getest moet worden, een persoon met een te hoog salaris in de productiedatabase aanwezig is? Als het goed is, zitten dergelijke gevallen niet in productie. Maar om de controle te testen zou een dergelijk geval wel in een testset moeten zijn opgenomen. Bij elkaar kan het zeker zinvol zijn met productiedata te testen. Daarbij kan nog worden gekozen voor het testen met de volledige productieset of met een extract daarvan (bijv. 1 op de 100 random selecteren en overzetten naar een testomgeving). Maar het is dus zeker niet de enige test die zou moeten worden uitgevoerd; het samenstellen van één of meerdere testsets met eigen specifieke testgevallen blijft noodzaak. 3. TESTEN IN PRODUCTIE Een absolute no go voor veel bedrijven is testen in productie. Toch is dat principe altijd haalbaar? Er zijn genoeg situaties te bedenken waarin geen representatieve testomgeving is op te bouwen. Denk, buiten computertechnologie, eens aan een productielijn voor veevoer, bier of auto s. Het is volstrekt ondenkbaar een dergelijk productieproces in een testomgeving geheel op te bouwen. Weliswaar is een simulatie uit te voeren, maar uiteindelijk zal pas in productie blijken of een en ander geheel juist is. Juist functioneel is het dan noodzaak op een of andere manier de gevolgen van eventuele productiefouten te beperken. Middels pre-productie runs kunnen eventuele fouten nog worden opgespoord. In productiebedrijven is het overigens niet vreemd om voordat een productielijn volledig productie gaat draaien een inloop periode te hebben die soms maanden in beslag kan nemen. 4. TESTEN IN PRODUCTIE LOOK-A-LIKE OMGEVINGEN In de functionele acceptatietest en gebruikersacceptatietest is het de bedoeling in een omgeving te testen die zoveel mogelijk gelijk is aan de uiteindelijke productieomgeving. Het brengt het gevaar met zich mee dat functioneel specialisten en de gebruikers die de tests uitvoeren geheel en al in de war raken. Dat wordt mede veroorzaakt doordat deze mensen geneigd zijn om het gewijzigde systeem in V1.1 01-09-2015 Pagina 16-16

MCTL v1.1 de testomgeving te vergelijken met de werkelijke, huidige productiesituatie. Door maar genoeg schermen open te hebben staan kan uiteindelijk test worden aangezien voor productie en andersom. Op een of andere manier moet dus altijd duidelijk blijven welke omgeving de testomgeving is. Dat kan onder andere door de fysieke inrichting: bepaalde apparaten / ruimtes geven altijd toegang tot uitsluitend de testomgeving. Een andere mogelijkheid is dat het systeem zo is gemaakt dat met behulp van een indicator op elk scherm is te zien of het een test- dan wel productieomgeving betreft. Een aardige anekdote hierover tot slot: Een fabriek maakt apparaten die tot wel enige miljoenen euro s per stuk kunnen kosten. Bij een aanpassing van het ordersysteem wordt in de acceptatietestomgeving een nieuwe order ingevoerd en goedgekeurd. Vanwege allerlei koppelingen en dashboards gaat al snel bij de directie de champagne open: dergelijke orders komen tenslotte niet elke dag voor. Pas na enige tijd wordt duidelijk dat het helaas geen echte order betreft NUTTIGE WEBSITES EN BOEKEN De volgende websites zijn voor taakgebied Testen (vanuit functioneel oogpunt gezien) interessant: www.mctl.nl MCTL.nl Website met alle informatie over MCTL; de achtergrond, een beschrijving van het model, video s, artikelen, etc. etc. Alle documenten, waaronder ook dit document, zijn vanaf deze website te downloaden. www.bisl.nl BiSL.nl Website met alle informatie over BiSL. BiSL is, als voorganger van MCTL, interessant vanwege de verzameling Best Practices, whitepapers en artikelen die op deze website zijn te vinden. De volgende boeken zijn voor taakgebied Testen (vanuit functioneel oogpunt gezien) interessant: Aalst, L. van der, Baarda, R., Roodenrijs, E., Vink, J. & Visser, B. (2008). TMap Next Business Driven Test Management. s-hertogenbosch: Tutein Nothenius. Aalst, L. van der, Broekman, B., Koomen, T. & Vroon, M. (2006). TMap Next voor resultaatgericht testen. s-hertogenbosch: Tutein Nothenius. Best, B. de (2006). Acceptatiecriteria. Den Haag: Sdu. Best, B. de (2009). Acceptatiecriteria. Lierderholthuis: Leonon Media. Black, R., Veenendaal, E. van & Graham, D. (2012). Foundations of software testing. Hampshire: Cengage Learning. Bouman, E. (2004). SmarTEST. Den Haag: Ten Hagen & Stam. Cannegieter, J. J., Veenendaal, E. van, Vliet, E. van der & Zwan, M. van der (2008). Reviews in de praktijk. Den Haag: Sdu. CMG. (1999). Testframe. Den Haag: Ten Hagen & Stam. V1.1 01-09-2015 Pagina 16-17

MCTL v1.1 Dekkers, M. & Schaaf, B. van der (2001). Leidraad voor testen e-business. Delft: Eburon Publishers. Spillner, A., Linz, T. & Pol, M. (2004). Testen volgens ISEB. s-hertogenbosch: Tutein Nothenius. Stam, A. van & t Hek, P. van (2014). Acceptatietesten in de praktijk. Den Haag: BIM Media. V1.1 01-09-2015 Pagina 16-18