1 Voedingselementen Voedingselementen Zuurgraad Elektrische geleidbaarheid (EC) Afsluiting 14

Vergelijkbare documenten
Module Plantenvoeding

Teeltvoorbereiding Antwoorden Meststoffen. W. Franken

1 Gewassen en hun afwijkingen Kennismaking met de plant Afwijkingen in de teelt Afsluiting 24

Vragen. Groeien en bloeien

Bemesting kool en relatie tot trips.

Plantenvoeding Waarom is dat nodig? En waar dienen de elementen voor?

Teeltvoorbereiding. Meststoffen

Grip op voeding Plantsapme*ngen vs wateranalyses

Speciale oplossingen in wateroplosbare meststoffen. Nieuw


DUURZAME BEMESTING EN DUURZAAM BODEMBEHEER. 16 mei 2019

De toegevoegde waarde van Ammonium in Kalksalpeter

Bijeenkomst PN DA. Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV

Samenstelling en eigenschappen

Grip op voeding. Plantsapmetingen, NovaCropControl. Plantsapmetingen vs wateranalyses. 3 oktober

Lieve dames, beste heren (Leden van Bonsai vereniging Koya).

Plantsapmeting ter bevordering van vitaliteit van de planten

Module Bemesting van bodem en substraat

4. LUCHT. 5. TEMPERATUUR. 6. STANDPLAATS. 7. ZUURGRAAD.

Goede bemesting geeft gezonde planten

/~T 4r( Ol S O PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS. Onderzoek naar de optimale EC van de voedingsoplossing voor de teelt van komkommers in steenwol

BEGRIPPEN. Grond en Bodem. Kuipers maakt in zijn boek Bodemkunde onderscheid.

Naaldwijk, juni Intern rapport nr. 24.

Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006

Bodem en bemesting Basis voor plantgezondheid Wilma Windhorst, VHG docentendag

Kanzi&appels& Gelderland,&2013& Resultaten)

ZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,.

Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006

Gearchiveerd op 23/11/2010

1 Water Water in de plant Soorten water en waterkwaliteit Verbeteren van de waterkwaliteit Afsluiting 27

BLADMESTSTOFFEN. Biodiversiteit is een essentieel productiemiddel voor de land- en tuinbouw voor een natuurlijke bodemvruchtbaarheid.

TIPS & TRICKS. TIP 6: Wat is de oorzaak van een voedingsgebrek of -overschot?

Voederwaarde-onderzoek Gras ingekuild Kuilkenner Excellent kuil 1

Opdrachten. Organische bemesting opdrachten 1

2 Paard en voeropname Gebit en speeksel Maag en darmorganen Afsluiting 20

2. BESCHRIJVING 2.1 ALGEMENE GEGEVENS CONCEPT

Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen

meststoffen vloeibare bladmeststoffen groei door kennis

Meststoffen en. Niet genoeg of een overschot aan voedingsstoffen. De ideale situatie is er

Wat missen mijn waterplanten?

Chemie: oefeningen zuren, hydroxiden en zouten

Bruine bladpunten in Longiflorum White Heaven

roductinfo Peters De specialist voor pot- en perkplanten Tuinbouwtechniek & -benodigdheden KaRo BV Tulpenmarkt PK Zwaagdijk

Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held

polyfosfaat: een nieuwe

Het smelten van tin is géén reactie.

Beredeneerde bemesting van een paardenweide

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt open teelten CSPE BB

Opgaven zuurgraad (ph) berekenen. ph = -log [H + ] poh = -log [OH - ] [H + ] = 10 -ph [OH - ] = 10 -poh. ph = 14 poh poh = 14 ph ph + poh = 14

Hoofdstuk 3-5. Reacties. Klas

Optimale groei met medewerking van bodem, bodembiologie en bemesting. Wilma Windhorst Boomteeltcursus Vlamings BV

Uitwerkingen Basischemie hoofdstuk 2

2. BESCHRIJVING 2.1 ALGEMENE GEGEVENS CONCEPT

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten

PROEFSTATION VOOR DE GROENTEN- EN FRUITTEELT ONDER GLAS, TE NAALDWIJK.

Voortgang veldproefen Klei naar de Veenkoloniën

Kwaliteit, Groeikracht en Resultaat

Leg aan de hand van informatie op het etiket uit hoe de merknaam POKON tot stand is gekomen.

1 Vul de gegevens van de aanvrager, leverancier, producent en importeur van de te toetsen stof in. Vul de gegevens van de aanvrager in.

FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT. verrijkt met borium organische meststof toepasbaar in derogatiebedrijf

2. BESCHRIJVING 2.1 ALGEMENE GEGEVENS CONCEPT

Waterbroei tulp: Bemesting

Stoffen, structuur en bindingen

2 Bemesting. 2.1 Meststoffen. Oriëntatie. Hoofdvoedingselementen

Hoofdstuk 3: Water, zuren en basen

FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT

Bemesting Hypericum. Wilma Windhorst 22 april 2015

Weerbaar telen Micosat

Belang van nutriënten om gezonde potchrysanten te telen

1) Stoffen, moleculen en atomen

1. Geef bij de volgende reactievergelijkingen steeds aan:

Organismen die organisch en anorganische moleculen kunnen maken of nodig hebben zijn heterotroof

GRONDONTLEDING, DE BASIS VOOR ELKE TUIN EN ELK PARK. 4 DECEMBER 2014 Stan Deckers BDB

landbouw en natuurlijke omgeving 2010 plantenteelt gesloten teelten CSPE KB minitoets bij opdracht 5

Bemesting in de tuinaanleg

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

Waterkwaliteit 2: Natuur/chemie

meststoffen vloeibare basismeststof groei door kennis

Nutriënten: stikstof, fosfor. Assimilatie: opbouw van levend materiaal

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3

Riegman & Starink. Consultancy

OEFENTOETS Zuren en basen 5 VWO

A 1 V 78 STATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS TE NAALDWIJK. Onderzoek naar het verloop van de voedingsoplossing bij een teelt van cymbidium in steenwol

STICHTING PROEFSTATION VOOR TUINBOUW ONDER GLAS TE NAALDWIJK. Proef met verschillende ammoniumtrappen bij paprika op voedingsoplossing

5,4. Planten voeding behoefte. Kunstmest stoffen. De fysische vorm. Keuzeopdracht door een scholier 1865 woorden 22 mei keer beoordeeld

CVS_0400_GWL_1. Stroomgebiedbeheerplan - informatie per grondwaterlichaam. Karakteristieken

Kennismiddagen 2017

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Klas 4 GT. Atomen en ionen 3(4) VMBO-TG

Samenvatting Scheikunde H3 Reacties

5 Formules en reactievergelijkingen

Uitvoeren beschermde teelten. Bemesting

ßCalciumChloride oplossing

25 ste Vlaamse Chemie-Olympiade 2008

Thema 4: Een gezonde bodem

SS_1300_GWL_4. Stroomgebiedbeheerplan - informatie per grondwaterlichaam. Karakteristieken

Zwavel als oorzaak van problemen? dr. Guillaume Counotte

KPS_0120_GWL_2. Stroomgebiedbeheerplan - informatie per grondwaterlichaam. Karakteristieken

Transcriptie:

Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Voedingselementen 9 1.1 Voedingselementen 9 1.2 Zuurgraad 12 1.3 Elektrische geleidbaarheid (EC) 13 1.4 Afsluiting 14 2 Kunstmeststoffen 15 2.1 Indeling kunstmeststoffen 15 2.2 Hoeveelheden en concentratie 17 2.3 Afsluiting 22 3 Organische meststoffen 23 3.1 Functie en meststoffen 23 3.2 Voedingssamenstelling organische meststoffen 24 3.3 Composteren 25 3.4 Afsluiting 26 4 Opslag meststoffen 27 4.1 Opslagmethoden 27 4.2 Gevaren anorganische meststoffen 29 4.3 Milieuregels 29 4.4 Afsluiting 31 Trefwoordenlijst 33 INHOUD 7

8 MESTSTOFFEN

1 Voedingselementen Oriëntatie De groei van planten wordt beïnvloed door groeifactoren. De belangrijkste groeifactoren zijn water, temperatuur, lucht, licht, meststoffen en zuurgraad. Deze zijn je vast wel bekend. Elk gewas heeft z n eigen wensen. Komkommers hebben andere groeiomstandigheden nodig dan viooltjes. In dit hoofdstuk krijg je meer informatie over twee belangrijke groeifactoren: meststoffen en zuurgraad. 1.1 Voedingselementen Zetmeel, eiwitten, suikers, vitamines en vetten zijn bekende bestanddelen van ons voedsel. Hieruit halen wij alle stoffen die we nodig hebben. Suikers en eiwitten zijn stoffen die een mens naar verhouding veel nodig heeft en vitamines slechts weinig. Toch zijn vitamines zeer belangrijk om gezond te blijven. Bij planten zie je ongeveer hetzelfde verschijnsel. Bepaalde stoffen heeft een plant veel nodig en andere heel weinig. Hoofd en spoorelementen Bepaalde voedingsstoffen neemt de plant in verhouding veel op: hoofdelementen. Andere voedingsstoffen neemt de plant in verhouding zeer weinig op: spoorelementen. Het volgende lijstje bevat de bekendste elementen met hun scheikundige symbool. Hoofdelementen Koolstof: C Zuurstof: O Waterstof: H Stikstof: N Fosfor: P Kalium: K Magnesium: Mg Zwavel: S Spoorelementen IJzer: Fe Borium: B Molybdeen: Mo Mangaan: Mn Koper: Cu Zink: Zn Calcium: Ca In het vervolg wordt alleen nog aandacht besteed aan de hoofdelementen. De plant neemt voedingsstoffen in verschillende vormen op. Koolzuurgas neemt de plant op via het blad. De scheikundige formule van koolzuurgas is CO 2. Koolzuurgas bevat de elementen C en O. De plant neemt water via de wortels op. De scheikundige formule van water is H 2 O. Water bevat de elementen H en O. VOEDINGSELEMENTEN 9

ionen De andere voedingselementen neemt de plant op uit de grond of uit het substraat in de vorm van ionen. Deze zijn opgelost in het water. Ionen zijn deeltjes met een positieve of negatieve lading. Denk bijvoorbeeld aan een magneet met een + en kant. In figuur 1.1 zie je de ionvormen zoals de plant ze opneemt. Fig. 1.1 De plant neemt voeding op uit de lucht en uit de grond. Fig. 1.2 Enkele belangrijke voedingselementen en de vorm waarin de plant ze opneemt. Chemische symbool N NO 3 Ionvorm Uitspreken als Naam ion NH 4 + N O drie min N H vier plus nitraat ammonium P H 2 PO 4 H twee P O vier min fosfaat K K + K plus kalium Ca Ca 2+ Ca twee plus calcium Mg Mg 2+ Mg twee plus magnesium S SO 4 2 S O vier twee min sulfaat Kaliumnitraat is een bekende kunstmest die je in zakken kunt kopen. Het is een zout met de scheikundige formule KNO 3. De tuinder lost deze meststof op. Er ontstaan dan twee voedingsionen K + en NO 3. De formule luidt: KNO 3 K + en NO 3 uitspraak: K N O drie geeft K plus en N O drie min of uitspraak: kaliumnitraat geeft kalium en nitraat 10 MESTSTOFFEN

De plant kan zowel K + als NO 3 opnemen. Er zijn meer zouten die twee voedingsionen leveren. Een tuinder kan ook zuren en basen gebruiken voor het leveren van voedingsionen. Een zuur en base herken je aan de formule. Een zuur begint met H bijvoorbeeld HNO 3 (salpeterzuur) en H 3 PO 4 (fosforzuur). Een base eindigt vaak met OH bijvoorbeeld KOH (kaliloog). Zuren en basen leveren altijd maar één voedingsion. De H + van het zuur en de OH van de base zijn geen voedingsionen. Functie van de elementen Je hebt gelezen welke elementen nodig zijn voor de groei van de planten. Al die elementen hebben een functie in de plant. Van enkele elementen volgt nu een overzicht van de functies. Stikstof is een bouwsteen van eiwitten en een bouwsteen van het bladgroen. Kalium zorgt voor de stevigheid van de cel. Magnesium is een bouwsteen van het bladgroen. IJzer speelt een rol bij de ademhaling van de cel. Mangaan speelt een rol bij de celdeling. Zo heeft elk hoofd en spoorelement één of meer functies in de plant. Gebreksverschijnselen Wanneer een blad van een plant verkleurt, kan dat verschillende oorzaken hebben. De plant kan een ziekte hebben, bijvoorbeeld een virus. De verkleuring kan ook worden veroorzaakt door bepaalde insecten of door een gebrek aan een bepaald voedingselement. Groeipunten kunnen zelfs afsterven bij gebrek aan bepaalde voedingselementen. Het is soms moeilijk te zien waardoor de verkleuring komt. Verder zijn de verschijnselen per element per gewas nogal eens verschillend. Enkele bekende gebreksverschijnselen zijn: Ngebrek: het blad wordt lichter van kleur; Mggebrek: licht gekleurde vlekken in het bladmoes, de nerf is soms nog groen. Vragen 1.1 a De plant neemt hoofd en spoorelementen op. Wat is het verschil tussen hoofden spoorelementen? b Een plant neemt elementen op uit de grond en uit de lucht. Maak een tabel met twee kolommen met daarboven grond en lucht. Zet in de eerste kolom de hoofdelementen die de plant uit de grond haalt en in de tweede kolom de elementen die de plant uit de lucht haalt. c De plant neemt de voedingselementen als ion op uit de grond. Maak een tabel met vier kolommen. Zet in de eerste kolom de hoofdelementen die de plant uit de grond haalt in alfabetische volgorde. In de tweede kolom zet je het chemisch symbool. In de derde kolom de ionvorm en in de vierde kolom de naam van het ion. d Aan de formule van de voedingsstof kun je herkennen of deze stof een zout, zuur of base is. Maak een tabel met drie kolommen met daarboven zout, zuur en base. Zet de volgende stoffen in de juist kolom: K 2 SO 4, HNO 3, NH 4 NO 3, H 3 PO 4, NaOH, MgSO 4, KOH. e Elementen hebben een of meer functies in de plant. Noem drie functies. VOEDINGSELEMENTEN 11