Gemeente Haarlem, Sector Stadsbeheer Afdeling Milieu Retouradres Postbus 562 2003 RN Haarlem Bouwcombinatie v.o.f. De heer P.G.W. Smit Postbus 1025 3600 BA MAARSSEN Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer Onderwerp 21 december 2007 07-297-6258-PSM-psm SB/MIL/PD/hl/2007/235203 C.R. Zonneveld en P.H. Driessen 023-511 4578 besluit over melding in het kader van de Wet bodembescherming m.b.t. de aanleg van de zandterp op het Ridsterrein, gelegen aan de Waarderweg 98 te Haarlem Besluit van het college van burgemeester en wethouders Geachte heer Smit, Op 14 november 2007 hebben wij uw brief ontvangen van 12 november 2007 met het kenmerk 07-297-6258-PSM-psm. Met deze brief zendt u ons een viertal bijlagen: 1. het Meldingsformulier Bodemverontreiniging; 2. het (deel-)saneringsplan Rids-terrein Haarlem; 3. Rapport Grondwaterstromen, ME-7027-RN01 Rev D; 4. Lokaliseren obstakels, fugro 2107-0224-000. Melding deelsanering Met onze brief van 6 december 2007 (kenmerk SB/MIL/RZ/hl/2007/210939) hebben wij aan de gemeente Haarlem, sector Stadsbeheer, de heer A.P. Verduijn, de ontvangst bevestigd van haar melding op grond van artikel 28 lid 1 Wet bodembescherming (Wbb). Dit betreft de melding voor het verwijderen van het puin aan de Zuidoever ten behoeve van de bouw van de Schoterbrug in Haarlem- Noord. Onderdeel van deze melding zijn het (deel-)saneringsplan Ridsterrein Haarlem en het rapport Lokaliseren obstakels van Fugro. De melding is door u, namens de gemeente, voorbereid en toegezonden aan het Meldpunt Bodem. Van de ontvangstbevestiging heeft u een afschrift ontvangen. MINUUT Kopie aan: Zie onderaan brief Melding aanleg zandterp Uit onze beoordeling van het Rapport Grondwaterstromen ME-7027-RN01 Rev D dat u heeft meegezonden met uw brief van 12 november 2007 blijkt dat dit rapport geen betrekking heeft op de melding voor het verwijderen van het puin aan de Zuidoever ten behoeve van de bouw van de Schoterbrug in Haarlem-Noord. Gaarne bij beantwoording ons kenmerk vermelden Bezoekadres: Westergracht 72 Haarlem - Telefoon 023 5114570 - Fax 023 5114503
2 Het rapport is op 6 september 2007 opgesteld door T&E Consult in opdracht van de heer H. Hollander van Strukton en betreft het onderzoek naar de effecten van het aanbrengen van de zandterp ter plaatse van de toeritten van de Schoterburg, op de freatische grondwaterstand en de grondwaterstromingsrichting. In het vonnis van het kort geding van 9 augustus 2007 (zaaknummer / rolnummer: 137116 / KG ZA 07-368) is bevestigd dat de werkzaamheden die verricht worden op het Ridsterrein, waaronder de aanleg van het zandlichaam, gemeld dienen te worden ex artikel 28 lid 1 Wbb en dat daarop een bestuursrechtelijk traject van toepassing is. Gelet op de inhoud van het vonnis in samenhang met de inhoud van het rapport, nemen wij aan dat u het betreffende rapport aan ons heeft toegezonden om daarmee een melding te doen op grond van artikel 28 lid 1 Wbb. De zandterp wordt aangebracht op het zogeheten Ridsterrein aan de Waarderweg 98 te Haarlem. Op het terrein is sprake van twee gevallen van ernstige bodemverontreiniging waarvan de sanering urgent was (beschikking van de provincie Noord-Holland d.d. 22 juli 1996, kenmerk 96-515122). Ten behoeve van een deelsanering van het terrein hebben wij op 14 maart 2005 een besluit genomen op grond van artikel 39 lid 2 Wbb ((kenmerk SB/MIL/RZ/hl/2004/766) waarmee wij instemming hebben gegeven aan het deelsaneringsplan voor het aanbrengen van een leeflaag op een deel van het terrein. Op het gemeentelijke deel van het Ridsterrein is een leeflaag aangebracht van ruim één meter dikte om contact met de onderliggende verontreinigingen te voorkomen. De onderliggende verontreiniging is, ook na het aanbrengen van de leeflaag, nog altijd een geval van ernstige bodemverontreiniging. In verband hiermee bestaat voor het aanbrengen van de zandterp op het Ridsterrein een meldingsplicht op grond van artikel 28 lid 1 Wbb: degene die voornemens is de bodem te saneren dan wel handelingen te verrichten ten gevolge waarvan de verontreiniging van de bodem wordt verminderd of verplaatst, doet van dat voornemen melding bij gedeputeerde staten van de betrokken provincie. Op grond van artikel 88 lid 8 Wbb is de gemeente Haarlem voor de toepassing van artikel 28 (en andere genoemd in artikel 88 lid 1 Wbb) daarvan gelijkgesteld met de provincie. De melding is noodzakelijk om, in de eerste plaats, te kunnen beoordelen of als gevolg van het aanbrengen van de zandterp handelingen worden verricht waardoor de op het terrein aanwezige verontreinigingen worden verplaatst. Indien blijkt dat door het aanbrengen van de zandterp de verontreiniging op het Ridsterrein zich verplaatst dan zal, in de tweede plaats, beoordeeld moeten worden of sanerende maatregelen noodzakelijk zijn waarvoor op grond van artikel 39 lid 2 Wbb een saneringsplan ingediend moet worden dat onze instemming behoeft. Beoordeling effect aanbrengen zandterp op grondwaterstroming Het Rapport Grondwaterstromen is op 6 september 2007 opgesteld door T&E Consult. Het rapport beschrijft de effecten van het aanbrengen van een zandterp ter plaatse van de toerit(oostzijde) van de Schoterbrug op de huidige situatie. Centrale vraag is of het aanbrengen van een terp de freatische grondwaterstand en grondwaterstroming beïnvloedt.
3 T&E Consult beschrijft dat 3 onderstaande factoren van belang zijn om de effecten van de aan te brengen zandterp op de grondwaterstand/stroming te beoordelen: -samendrukking bodemlagen -verandering verticale grondwaterstroming (inzijging) -effect neerslag op freatische grondwaterstand. Met betrekking tot de samendrukking is beschreven dat de locatie al geruime tijd is voorbelast en geen additionele zetting zal plaatsvinden. Met betrekking tot de inzijging is aangeven dat de aanwezige slecht doorlatende klei en veenlaag al geruime tijd zijn voorbelast. Een verandering van de verticale doorlatendheid door consolidatie is niet aannemelijk. Aangezien de terp verhard zal worden en de neerslag op deze verharding via het riool zal worden afgevoerd neemt de effectieve neerslag op de locatie af. Op basis van bovengenoemde effecten concludeert T&E dat ten gevolge van de aanleg van de terp geen verandering van de stromingsrichting en grondwaterstand in het ondiepe grondwater op zal treden. De gemeente Haarlem onderschrijft de hoofdconclusie van T&E dat door de aanleg van de terp geen mechanismen zijn aan te wijzen die de freatische grondwaterstand en grondwaterstroming beïnvloeden. Op basis hiervan wordt geconcludeerd dat de aanleg van de terp geen effect heeft op de aanwezige grondwaterverontreiniging op het RIDS terrein. Besluit Als gevolg van de aanleg van de zandterp worden geen handelingen verricht waardoor de op het Ridsterrein aanwezige verontreiniging wordt verplaatst. In verband met de aanleg van de zandterp zijn geen sanerende maatregelen en is op grond van artikel 39 lid 2 Wbb geen saneringsplan noodzakelijk waaraan wij onze instemming moeten geven. Het betreft een zelfstandig voor beroep vatbaar besluit waarop de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is. De melding en het besluit worden gepubliceerd in de gemeentelijke advertentie van de Stadskrant/Haarlemmer op donderdag 3 januari 2008. De termijn voor het indienen van bezwaren loopt van donderdag 4 januari 2008 tot vrijdag 15 februari 2008. Het besluit treedt in werking nadat het besluit is gepubliceerd in de Stadskrant/Haarlemmer. Voor de mogelijkheid van het maken van bezwaar tegen dit besluit verwijzen wij u naar de tekst in de bijlage. Een kopie van dit besluit wordt verzonden aan - Meuwissen Industrie bv, Waarderweg 122, 2031 BS Haarlem - Prins Staalhandel en Snijbedrijf bv, Kousenmakersweg 2, 2031 ED Haarlem - Bodemzorg NV, t.a.v. de heer H. Ritsma, postbus 6343, 2001 HH Haarlem
4 - Gemeente Haarlem, Sector Stadsbeheer, Afdeling Stadswerk, dhr. A.P. Verduijn - Gemeente Haarlem, Sector Stedelijke Ontwikkeling, Projectmanagementbureau, M. de Graaf - Gemeente Haarlem, Sector PD, afdeling Dienstverlening. Voor nadere inlichtingen kunt u contact opnemen met de heer C.R. Zonneveld, technisch projectleider van de Afdeling Milieu, bureau Bodem, telefoonnummer 023-5114578. Voor vragen van juridische aard kunt u contact opnemen met mevrouw mr. P.H. Driessen, juridisch medewerkster van de afdeling Milieu, bureau Bodem, telefoonnummer 023-5114635. Hoogachtend, namens het college van burgemeester en wethouders, ir. S.Y.M. Andela hoofd afdeling Milieu, a.i.
5 Bijlage Op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bestaat er voor natuurlijke personen/ of een rechtspersoon, de mogelijkheid om in een aantal gevallen bezwaar aan te tekenen tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders. Bezwaar staat alleen open voor hen die rechtstreeks in hun belang worden getroffen. Deze mogelijkheid bestaat ook ten aanzien van het bijgaand besluit. Indien u daar gebruik van wenst te maken, dient u de volgende procedure te volgen: Het bezwaarschrift dient binnen zes weken te worden ingediend bij het college van burgemeester en wethouders: Gemeente Haarlem, College van Burgemeester en Wethouders t.a.v. De Concernstaf, Commissie bezwaar- en beroepschriften Grote Markt 2 Postbus 511 2003 PB HAARLEM De bezwaartermijn vangt aan de dag ná die waarop het besluit verzonden is. De indiening is vrij van kosten. Het bezwaarschrift dient ondertekend te worden en dient tenminste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het is gericht en de gronden van het bezwaar bevatten. U kunt de inwerkingtreding van het besluit niet uitstellen door een bezwaarschrift in te dienen. Wel kunt u, als u een bezwaarschrift heeft ingediend, in geval van spoed om een voorlopige voorziening verzoeken. Op basis van deze voorlopige voorziening kan de werking van het besluit eventueel opgeschort worden. Het verzoek kunt u indienen bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank te Haarlem, sector Bestuursrecht, Postbus 1621, 2003 BR Haarlem. Dit verzoek moet aan dezelfde eisen voldoen als het bezwaarschrift. U moet griffierechten betalen voor de behandeling van dit verzoek.