Bergen, rivieren en ook oude gebouwen

Vergelijkbare documenten
Jaarboekje van het Oudheidkundig Genootschap "Niftarlake" 1986 katoendrukkerij zoals Vreedenhorst te Vreeland of met een zijderederij als Zijde-balen

Buitenplaatsen Les 2

De buitenplaats Ouderhoek te Nieuwersluis terug aan de Vecht

Opdracht Hier volgen twee voorbeelden van buitenhuizen die vandaag de dag worden aangeboden. Bekijk ze goed en lees de beschrijvingen op de volgende

Een buiten te Loenen aan de vergetelheid ontrukt Het groeyen en bloeyen van Driehooven

Landgoed. Utrecht verhaalt: Doornburgh. verhaalt. boek Doornburgh/ juni 2015/ versie 29 juli 2015/ 1

Het karakteristieke pand op de hoek Molenstraat-Denekamperstraat 1

Dag van het Kasteel 2012

de straat van toen Koningstraat Naaldwijk

Landgoed. Utrecht verhaalt: Doornburgh. verhaalt

GROEN VAN TOEN BUITENPLAATSEN IN DE DORDTSE POLDERS

ACTUEEL BELEIDSPLAN September 2018 Stichting Beelaerts van Blokland Hagen

De theekoepel van Vegtlust

Bovende details van de kaart van Blaue en de kaart figuratief laten de ingrijpende veranderingen zien na 1654.

vechtkroniek 37 Rijzicht: Van Buitenplaats tot Volkshuisvesting Slootdijk - Rijksstraatweg

Landgoed. Utrecht verhaalt: Doornburgh. verhaalt. boek Doornburgh/ versie 7 sept 2015/ 1

Rondje Vledder. een (virtuele) wandeling langs enkele gebouwen van historische betekenis

Begraven in het oude Borkel.

Een mooie aanwinst voor VreedenHoff te Nieuwersluis

Inhoudsopgave Inhoudsopgave Geschiedenis Interieur Copy...5

Cornelis Dros ( ), keldergraf 135, vak B Mede-eigenaar van de zeepziederij De Gekroonde Haan

Naam: De Romeinen. Vraag 1. De Romeinen hebben veel gebouwd. Noem vijf verschillende toepassingen. pagina 1 van 6

Het raadsel van de dakpanbeschoeiingen in de Vechtstreek

Lisman van Raay Stichting Rijksstraatweg 53, 3631 AB, NIEUWERSLUIS Beleidsplan juli 2018

Het Paayenborchsteegje in Utrecht

Oud-archief van de landgoederen Ter Horst, Raaphorst en Eikenhorst gelegen in de gemeenten Voorschoten en Wassenaar

NT00064_2004. Nadere Toegang op inv. nr uit het archief van de. Dorpsgerechten, (64)

Peter de Grote. Dit werkboekje is van:

Graven van burgemeesters op het Kamper kerkhof in IJsselmuiden door Kees Schilder

Probusclub Merwestad Het Paleis op de Dam te Amsterdam

Te beginnen met deze aflevering van Eigen Perk zullen in ons tijdschrift regelmatig mededelingen verschijnen van de Stichting Hilversum PAS OP.

Loenen en Nieuwersluis in 14 foto's

Een kleine keus uit een verzameling plaatjes

Nummer Toegang: 779 Inventaris van het familiearchief de heij, timmerlieden en molenmakers te rijswijk en voorburg,


ARION een Griekse mythologische figuur als fameuze springbron in de tuinen van het Huys Ootmarsum

Op zoek naar Dorestad

Had de pastorie in Van Goghs tijd een pleisterlaag?

Gerechtsbestuur Schalkwijk, (105)

Boven in het pand bevinden zich twee platte gevelstenen. In een van de gevelstenen (boven de voordeur) is de tekst 'HUIZE LOUISE' gebeiteld.

Vormgeving: Brein Boerderei (Eline Mechielsen) Inhoud: HCO (Wessel Stet en Fabienne Peters)

Naam: DE GOUDEN EEUW en Rembrandt

Route.nl - Meer dan 1900 gratis fietsroutes

Inventaris van het archief van. familie De Vor te Vianen,

Een Egyptische collectie in Leiden

Sofie en Regenboog HOOFDSTUK ÉÉN

Kinderroute. Kinderroute pag. 1

vier generaties BEUKMAN Amsterdam

Notariële Akten na Overlijden Klaas Breedijk (172 )

Project Centrumontwikkeling Oude Pekela

Hoofd van een nota in 1887 De woon- en bedrijfspanden in april 2019 Bron: Westbrabants Archief/Hans Jordans

! ACTUEEL!BELEIDSPLAN! December!2014!!!! Stichting!Beelaerts!van!Blokland!Hagen!!

IH'YIÏTIEIS van het ARCHIEF. van het ARCIEF. FAMILIE (HQEaGVSLD, te V/oerden. door. C.L.J. de Kaper

Wandeling door Oud-Zuilen

Het raadsel van de dakpanbeschoeiingen in de Vechtstreek

MR.DR.J.A.A.H. DE BEAUFORT, BURGEMEESTER VAN SOEST VAN

Route.nl - Meer dan 1900 gratis fietsroutes

Gerechtsbestuur Honswijk H.J.J. Scholtens Houten, Versie november 2016

Geschiedenis Gereformeerde kerk Ruinerwold Koekange

project verborgen buitens

Route.nl - Meer dan 1900 gratis fietsroutes

De straat van toen. Kerkstraat Naaldwijk

Ridder Hendrik van Norch en familie.

Oma Spillner en een dubbelhuwelijk in Schoonhoven

De Ronde Venen, december

Familie De Vor, te Vianen (2008) D. Ruiter Oktober 2013; November 2015


CULTUURHISTORISCHE GEGEVENS SINT AGATHAPLEIN-PRINSENHOFTUIN

HOFSTEDE BOUWLUST: UNIEK, 17de EEUWS & BIJZONDER LUXE EN COMPLEET GERESTAUREERD BOVENBERG BERGAMBACHT

Warder in Gevelstenen. De oude huizen van Warder met hun gevelstenen

DE FAMILIE VAN LOON 130 _

Rijkdom. in Broek in Waterland. Versie 3 d.d

Lente Uitstap. Zondag 14 juni Eindhoven. Vrienden van het Stedelijk Museum & Archief Diest. 14 mei 2015

Gevel. Opgeknapt in : 2009 gerestaureerd en gepolychromeerd door Schildersbedrijf Iquality van Daniel van Schaik, uitvoerend schilder Ivo Schouten.

NATUURLIJK RITME. Kunstproject Oranjewoud W E R K D O C U M E N T. Versie # 1. Museum Belvédère, Stichting Tijd/Stichting Passages.

Napoleon, Alexander en Josephine. Dit werkboekje is van:

Eilandseweg 9-c Nederhorst den Berg WONINGINFORMATIE

De punt op de i van de restauratie

Hoofdstuk 7. Overig landbezit

Canonvensters Michiel de Ruyter

B E L E I D S P L A N S T I C H T I N G J A C O B S P I N De schoenerbrik Jan Freseman in 1860

Speech van commissaris van de koningin Max van den Berg ter gelegenheid van in ontvangst nemen boek Klein en groot zijn daar gelijk, 23 november 2009

Nummer Toegang: 858 Plaatsingslijst van de stukken afkomstig van Familiestichting Van der Kooij,

Werkstuk Dordtologie november 2014

Den Haag Scheveningen Delft


De ontwikkeling van het Schapenland of Hoe tante Hendrika ontsnapt aan de armoede

Inventaris van het archief van de

BOERDERIJEN WORDEN MONUMENTEN

Hoofdstraat , DRIEBERGEN-RIJSENBURG

Rectificatie onteigening in de gemeente Bleiswijk

STOLP (HERBERG) WINKELERWEG 7 WINKEL juni herberg Ut Krom. Inleiding

De toren van de Oude Kerk weer in de steigers.


HKE- 3. Eemlust Opnieuw een stukje van het raadsel onthuld!

NOTITIE aanbouw aan monument t Dorp 133, Heesch d.d. 15 juni Aanleiding.

Rapenburg 75 en 77 Leiden. Architectenbureau Gerrit van der Vijver BNA. In opdracht van dhr. C. Houbolt en mevr. E. Wolters

INTERIEUR. Grandeur van toen, comfort van nu TEKST: ANNEMIE WILLEMSE - FOTOGRAFIE: CLAUDE SMEKENS 69

G E S C H I E D E N I S V A N O D I J K. N L

Transcriptie:

Petersburg en Ouderhoek: verdwenen Keizerlijke Buitens 1 Bergen, rivieren en ook oude gebouwen hebben een uitstraling van een zekere tijdloosheid. Onze overgrootouders liepen er in bewondering langs en onze achterkleinkinderen zullen ze nog steeds kunnen waarderen. Helaas is dat voor bouwwerken een te optimistische voorstelling van zaken. Dat geldt ook voor de buitenplaatsen langs de Vecht: van de bijna 200 die er ooit waren zijn er nu nog een stuk of 70 over. Zo behoorden de twee buitenplaatsen waar het in dit artikel over gaat in de 18e eeuw tot de meest luisterrijke buitens van de Vechtstreek. De eigenaren spaarden kosten nog moeite om hun rijkdom tentoon te stellen. Architecten van naam ontwierpen voor hen landhuizen, koepels, priëlen oranjerieën, speelhuizen, stallen en wat dies meer zij. In de tuinen vormden de lanen, berceaux, (karper)vijvers, fonteinen, inlandse en exotische gewassen de achtergrond voor beelden, tuinvazen en andere ornamenten. Het hoogtepunt werd zowel letterlijk als figuurlijk gevormd door het bergje, een kunstmatige heuvel van waar af dit alles door de trotse eigenaar, uiteraard samen met zijn gasten, overzien kon worden. Slechts de meest welvarenden konden zich zoiets veroorloven. Zowel Petersburg als Ouderhoek vielen in deze categorie, zij waren zelfs van keizerlijke allure. Peter de Grote, de tsaar aller Russen, achtte het niet beneden zijn waardigheid om er zelfs meerdere malen te vertoeven. Toch zijn beide buitens nu nagenoeg spoorloos verdwenen. Afb. 1 Achterglasschildering van Ouderhoek door J. Zeuner uit 1791. Links de koepel met toegangshek, geheel links zicht op de herberg te Nieuwersluis. (Coll. Lisman)

2 Petersburg Aan de Bergse kant van de Vecht buigt de Eilandseweg iets voorbij Nigtevecht van de rivier af om er een paar honderd meter verder weer bij terug te komen. Op het driehoekig stuk land dat zo wordt afgesneden vinden we nu de woning van de familie Van der Vliet op de plaats waar ten tijde van de buitenplaats de oranjerie en het Russisch badhuis hebben gestaan en weiland behorend bij de boerderij van de familie Wenneker. In de 18 de eeuw lag hier een van de mooiste buitenplaatsen van de Vechtstreek, eigendom van de Amsterdamse koopman Christoffel Brants. Hoewel de basis van diens rijkdom werd gevormd door de handel in riviervis -niet uit de Vecht maar uit het IJ-, beleefde hij zijn grootste zakelijke successen door zijn handel met Rusland. Dat bracht hem in contact met tsaar Peter de Grote, die hij dankzij zijn fortuin ook kon steunen bij diens politieke aspiraties, met name in zijn strijd met Zweden. Als dank verhief deze hem in de Russische adelstand en ging hij zich Van Brants noemen. Aan het feit dat hij Daniël Stoopendaal ruim financieel ondersteunde danken wij het dat in diens plaat- en rijmwerk De Zegepraalende Vecht uit 1719 maar liefst 12 gravures van Petersburg voorkomen. Deze geven een goede indruk van de weelde die het landgoed bedoelde uit te stralen. Behalve het huis zelf, voorzien van een monumentale aanlegplaats aan de Vecht met triomfboog, passeren vijvers, grote en kleine lanen, de oranjerie, volière, fonteinen, cabinetten en het (Russische) badhuis de revue. Nog aan het begin van de 20 ste eeuw bracht de firma Wolters twee schoolplaten uit waarop te zien is hoe het afscheidsbezoek dat de tsaar op een augustusdag in 1717 aan (het naar hem genoemde) Petersburg bracht eruit gezien zou hebben. Afb. 2 Tuinontwerp van Petersburg. Hier is goed te zien dat het grondoppervlak van de buitenplaats driehoekig was. (Beudeker Collectie, British Map Library, British Museum, London)

3 Afb. 3 Lesplaat met de aankomst per boot van Tsaar Peter de Grote bij Petersburg in 1717. N. van Waaij, Uitgave J.B.Wolters, Groningen Ouderhoek Een vergelijkbaar stuk grond vinden we iets ten noorden van Nieuwersluis. Tussen de Rijksstraatweg en het jaagpad langs de Vecht, op de plaats waar nu het fruitbedrijf van de familie Drogenbroek is gevestigd, bevond zich in de tijd waar het hier over gaat de buitenplaats Ouderhoek van Anthony van Hoek, evenals Brants een Amsterdamse koopman. Ook deze familie ging het zeer goed en dat lieten ze merken. Achtereenvolgens werden door hen de buitenplaatsen Ouderhoek, Jongerhoek, Nieuwerhoek en Middenhoek gesticht. Daarnaast was ook Christiaan van Hoek, de vader van Anthony, betrokken bij de uitgave van de Zegepraalende Vecht hetgeen hem daarin zes afbeeldingen opleverde. Ook waren er regelmatig schilders en dichters bij hem te gast zoals onder andere de ook nu nog wel bekende blijspeldichter Pieter Langendijk. Hoewel het huis natuurlijk de vergelijking met de andere Vechtbuitens ruimschoots kon doorstaan was Ouderhoek vooral beroemd vanwege de luisterrijke tuinaanleg. Naast de afbeeldingen van Stoopendaal gingen Claas Bruin en Ludolf Smids er in De Zegepraalende Vecht met dichtwerken van respectievelijk 20 en 12 strofen tegenaan. Kortom, men raakte er niet over uitgepraat. Natuurlijk kwam dat omdat de familie Van Hoek een belangrijke financiële ondersteuner was van de uitgave van de Zegepralende Vecht maar anderzijds was de tuin echt iets bijzonders. Zo waren de tuinlieden zeer bedreven waren in de kweek van tropische gewassen, Ouderhoek was een van de eerste plaatsen in Nederland waar men erin slaagde om ananassen te kweken. Het verhaal gaat dat de tuinman in 1717 tijdens een van de bezoeken van Peter de Grote aan Ouderhoek door hem in dienst werd genomen om in Rusland opzichter van de vorstelijke tuinen te worden. Ook in die dagen was de wereld klein, vanzelfsprekend kenden Christoffel Brants en Anthony van Hoek elkaar en er is reden om aan te nemen dat ook de laatstgenoemde actief betrokken was bij de Moscovische handel. Tsaar Peter op bezoek Dat was natuurlijk geen alledaagse gebeurtenis, voor een bezoek als dit werd wel het een en ander op touw gezet. Alle vrienden, kennissen, zakenrelaties en bewoners van andere buitenplaatsen werden uitgenodigd. Het moet op de (voorloper van de) straatweg bij Nieuwersluis en in het dorp Nigtevecht, waar per pont de rivier moest worden overgestoken een drukte van belang geweest zijn. En natuurlijk ook op de Vecht. Veel genodigden, inclusief het omvangrijke Russische gezelschap, kwamen per schip. Voor het feest waren op de buitenplaats de nodige voorbereidingen getroffen: de fonteinen spoten, de tafels stonden gedekt, personeel snelde toe met koele dranken en op de achtergrond klonk passende muziek. Het feest kon beginnen. En feesten konden ze, de Russen. Volgens de berichten was er met name na het afscheidsfeest op Petersburg niet veel van de tuin over en zou ook het huis aanzienlijk beschadigd achtergelaten zijn. Een schade die waarschijnlijk door de landgoedeigenaar al netwerkend ruimschoots terugverdiend is.

4 Verdwenen buitenplaatsen Niet alleen het feestgedruis uit 1717 is verdwenen, ook van de beide buitenplaatsen zelf is nagenoeg niets meer terug te vinden. Een van de fonteinen die ooit op Petersburg stonden maakt nu de el uit van het Van Brants Rus Hofje aan de Nieuwe Keizersgracht in Amsterdam. Van Ouderhoek resteren nog de twee stenen hekpalen die in 1914 aan de overzijde van de Rijksstraatweg opnieuw werden opgemetseld en een stenen sokkel van één van de tuinvazen die zich momenteel op de buitenplaats Vreedenhorst in Vreeland bevindt. Hoe is het mogelijk dat twee zulke prominente buitens zo volledig verdwenen zijn? Mogelijke oorzaken zouden kunnen zijn: - Als belangrijkste reden wordt meestal het slechte economisch klimaat tijdens het eerste kwart van de 19 de eeuw genoemd. In de Bataafs-Franse tijd was onzekerheid troef. Ten gevolge van Franse maatregelen was Nederland afgesneden van zijn koloniën en lag ook de rest van de internationale handel grotendeels stil. Omdat er weinig werd verdiend kreeg de overheid weinig belastinggeld binnen. De staatsschuld werd wel steeds groter en in 1810 sloeg het noodlot voor velen toe toen Napoleon bepaalde dat voortaan nog slechts een derde deel van de rente op die schuld betaald zou worden. Uiteraard was dat een enorme klap voor de elite, die een groot deel van zijn vermogen in staatsleningen had belegd. Dat leidde dan weer tot gedwongen verkoop van buitenplaatsen in een tijd dat daar nauwelijks vraag naar was. Die buitens werden niet voor bewoning door de rijken gekocht maar door plaatselijke ambachtsbazen die ze sloopten om vervolgens het bouwmateriaal en de grond weer door te verkopen. Zo was er in Loenen in 1811 een sloopgolfje waarvan Huis te Loenen, Wallestein en Westerklip het slachtoffer werden. - De mode. Hoewel bij de stichting van buitenplaatsen aanvankelijk evenals bij landgoederen het te behalen (landbouw)rendement een rol speelde werd al snel het statuselement doorslaggevend. Men, de rijk geworden Amsterdamse koopman, liet zien waartoe hij financieel in staat was. Dat werkte natuurlijk het beste als de collega s dat konden zien, dus de buitenplaats werd gesticht in de buurt van de buitens van de anderen. Zo ontstonden achtereenvolgens bewegingen vanuit Amsterdam naar respectievelijk Afb.4: De hekpilaren van Wallesteijn aan de Vreelandseweg in Loenen zijn het enige wat nog resteert van de ooit zo grote buitenplaats.

5 Afb.5 Gravure van de tuin van Ouderhoek in De Zegepraalende Vecht, 1719. Beemster/ Purmer, Watergraafsmeer/ Kennemerland, Vecht / Amstel / Angstel / Gein, s- Graveland en uiteindelijk naar de Utrechtse Heuvelrug. De band die de Amsterdamse kooplieden met de Vechtstreek en andere buitenplaatsgebieden bond was slechts los en hieruit vloeide voort dat men zijn hart gemakkelijk van de min of meer veraf gelegen goederen aftrok. Hoe dikwijls zien wij niet dat kinderen zonder enig gevoel voor piëteit de buitenplaatsen van de hand doen waarop hun ouders geleefd hadden en waar zij gestorven waren, alleen maar om van het verkregen geld terstond elders een buiten te kopen, verzuchtte Van Luttervelt in 1948 in zijn boek De Buitenplaatsen aan de Vegt. - De grondprijzen. Roel Mulder signaleert in zijn studie Op Afbraak een verband tussen de slechte tijd in de landbouw in de 17 de eeuw met daardoor dalende grondprijzen waardoor de eerste buitenplaats stichtingen financieel mogelijk werden. Na 1750 floreerde de landbouw, de grond bracht meer op als landbouwgrond en de buitenplaatsen werden verkocht. In het tweede kwart van de 19de eeuw ging het economisch weer wat beter en nam de belangstelling voor buitenplaatsen weer toe. Echter ook in de landbouw ging het toen nog steeds goed en was de grond dus duur. Op dat moment ontstond een trek naar de Utrechtse Heuvelrug, een streek met weinig landbouw en dus veel goedkope grond die door de aanleg van straatwegen ook nog eens goed bereikbaar werd. Met dit in gedachten gaan we terug naar Petersburg en Ouderhoek. De teloorgang van Petersburg In 1837 publiceerde Jan Bastiaan Christemeijer een wandelgidsje waarin hij ook de Vechtstreek aandoet. Over Petersburg zei hij: Waar het oog te voren die bekoorlijke lusthoven aanschouwde, ziet men nu den grond herschapen in wei- en hooilanden, in strooken lands met kort hooigras beplant, ja zelfs in turfakkers en veenplassen hier en daar. Behalve aan de wissel der tijden, de economische situatie dus, wijt hij dit aan de zucht naar verandering. Naar het schijnt stond Petersburg er aan het begin van de eeuw nog alleszins redelijk bij. Bij de verkoop door de familie Graafland in 1811 omvatte het een herenhuis, tuinmanswoningen, een koetshuis en stallingen, een oranjerie en menagerie en niet te vergeten een steiger met hardstenen portique aan de Vecht, benevens de helft in een mannenen vrouwenbank in de kerk van Nigtevecht. Carel Schreuder, een Amsterdamse suikerraffinadeur,

6 Afb. 6 Tekening van de achterzijde van Ouderhoek, met een koepelvormige aanbouw in het water. betaalde er f 12.600,- voor. Kennelijk verliepen de zaken voor Schreuder niet naar wens. Nadat hij in 1815 al vergeefs geprobeerd had een suikerraffinaderij voor een voor hem aanvaardbare prijs te verkopen, ging in 1816 ook Petersburg aan de plank. Het op 25 maart tijdens de veiling bij opbod uitgebrachte hoogste bod was f 10.050,-, de aansluitend gehouden veiling bij afslag bracht weliswaar nog f 2.000,- extra op maar Schreuder vond dat niet genoeg en hield ook deze veiling op. Dat had hij beter niet kunnen doen want hij had het geld wel nodig. Al op 16 april van hetzelfde jaar verkocht hij Petersburg voor slechts f 7.000,- aan Susanna Cornelia Muilman, de weduwe van Gerrit Hooft, heer van Vreeland. Hoewel zij via haar echtgenoot een familieband had met deze streek ging zij de buitenplaats niet zelf bewonen. Dat hoefde zij ook niet want zij had behalve een royaal pand aan de Amsterdamse Herengracht ook nog de hofstede Vecht en Geijn in Nigtevecht die zij in 1801 van haar vader geërfd had. Hoewel Vecht en Geijn duidelijk een tweede huis was bood het in het heerenhuis wel een met haar stedelijke stand vergelijkbare woonruimte. Zij had Petersburg dus niet nodig voor eigen bewoning en dat bleek ook uit het feit dat er in 1819 nog slechts sprake was van een boerenwoning. Kennelijk was hier de situatie aan de orde dat landbouwgrond meer opbracht dan een buitenplaats en dat deze dus werd gesloopt. Bij haar overlijden in 1846 bezat zij behalve het pand aan de Herengracht en Vecht en Geijn ook een aanzienlijk vermogen in landbouwgrond in Nigtevecht, Nederhorst den berg en Weesperkarspel. Ook Ouderhoek exit In de beschrijving van Christemeijer lijkt Ouderhoek er nog 1 goed bij te staan, behalve dat hij het verhaal over de ananas en de tuinman memoreerde, vermeldde hij ook dat de buitenplaats zich aan beide zijden van de Straatweg uitstrekte. Geen woord dus over verval. Ook de beschrijving van de in de veilingakten uit 1838 genoemde inventarisgoederen lijkt niet structureel af te wijken van de beschrijving van de inventaris van Ouderhoek in de 18 de eeuw en wijst door de afwezigheid van kunst en bijzondere luxe voorwerpen nog steeds op gebruik als tweede woning. Ouderhoek stond er toen kennelijk nog goed bij, hetgeen ook blijkt uit het aanwezige

7 wagenpark : vier merriepaarden, een landauer, een calèche, een char à bancs, een fourgon en twee chais (draagstoelen). De toenmalige eigenaar Jacob Hendrik Luden was een uiterst bemiddeld Amsterdams bankier die behalve zijn woning aan de Herengracht ook over een pand aan de Bloemgracht, tien pakhuizen en een paar ton aan effecten bezat. Ook in Loenen stond hij met zijn bezittingen aldaar en het inkomen dat hem dat opleverde bij de top-vijf van de grootste eigenaren. Bij zijn overlijden in 1838 aarzelden zijn erfgenamen, hij had zeven kinderen 2, echter niet om de Loenense bezittingen van de hand te doen. Al op 30 en 31 oktober van dat jaar gingen de roerende goederen onder de hamer en aansluitend werden de onroerende goederen, te weten de buitenplaats, de boerderij aan de overzijde van de Straatweg, drie daggelderswoningen en twee kampjes land aan de overkant van de Vecht en twee banken met kussens en boeken in de Hervormde kerk in Loenen ingezet. Doordat de op de veiling haalbare prijs naar de zin van de erfgenamen te laag was werd de veiling opgehouden en vond verkoop uit de hand plaats. De buitenplaats ging al snel van de hand: hij werd op 20 december 1838 voor f 21.500,- verkocht aan meester metselaar Adrianus van Dorssen uit Utrecht. Kennelijk heeft Jacob Johannes Luden, een van de erfgenamen, nog overwogen om bezit in de Vechtstreek aan te houden. Maar op 2 april 1840 verkocht hij de boerderij voor f 18.100,- aan Hendrik Jacob Doude van Troostwijk, eigenaar van het buiten Sterreschans, de drie daggelderswoningen met grond voor f 900,- aan Evert van Schaik, timmermansbaas in Nieuwersluis en de banken in de kerk voor f 300,- aan Joannes Willem van Reenen, eigenaar van Vegtlust en ambachtsheer van Loenen en Nieuwersluis. Het lijkt zeer onwaarschijnlijk dat de erfgenamen hun eigendommen zo snel van de hand deden uit financiële nood. Zo was Johannes commissaris van de Nederlandse Handelmaatschappij, directeur van de Nederlandse Bank (1836-1864, daarna van 1864 tot zijn overlijden in 1868 commissaris), Raad van de Stad Amsterdam, Adjudant van de Koning in buitengewone dienst, Kolonel Kommandant van de 2 de Afdeling van de mobiele Noord-Hollandse schutterij en drager van verscheidene ridderorden, waaronder de Militaire Willemsorde. Zijn woonstee in Amsterdam was het zeker niet kinderachtige pand Herengracht 527 en daarnaast bezat hij in Doorn het buitenverblijf Der Hirtler. Anthony Luden, een van zijn broers, kocht in 1833 het landgoed Stoutenburg bij Leusden. Het feit dat de Utrechtse Heuvelrug in de mode geraakt was zal dan ook de reden geweest zijn dat men geen belangstelling meer had voor een optrek aan de Vecht. Van verarmde eigenaren is hier dus geen sprake. Ook in het algemeen was sprake van herstel van de prijzen. Zo werd het aanpalende Vreedenhoff in 1836 voor f 42.200,- verkocht aan Abraham Bierens terwijl de prijs waarvoor Hendrik Nicolaas Tonis dit buiten in 1787 kocht f 25.500,- bedroeg. Kennelijk was de verandering Afb. 7 De boerderij van Ouderhoek in 1920.

8 van smaak doorslaggevend bij het verdwijnen van de buitenplaats Ouderhoek. Die was inmiddels op 7 januari 1840 alweer doorverkocht en wel deels aan Doude van Troostwijk en deels aan de gebroeders Vernooy (respectievelijk timmerman in Utrecht en hovenier in Loenen). De laatstgenoemden legden, na nogal wat problemen inzake de toegestane bebouwing in verband met het militaire belang van het aangrenzende fort Nieuwersluis, op een deel van het terrein een boomgaard aan. Besluit en ik zag de geweldige muren vanéén scheuren; er klonk een langaangehouden, donderend geweld, als het geluid van vele wateren, en het diepe, zwarte vijveroppervlak aan mijn voeten sloot zich somber en zwijgend over de puinen Zo beschreef Edgar Allan Poe in 1839 de ondergang van het huis Usher. Als je tegenwoordig het terrein van Ouderhoek, Petersburg of een andere verdwenen buitenplaats overziet ben je geneigd voor jezelf een dergelijke voorstelling te maken. Helaas voor de romantici onder ons is de werkelijkheid een stuk prozaïscher: mode en rendementzoekend kapitaal zijn de factoren waar het hier om gaat. n BRONNEN: - Archief van de familie Luden en aanverwante families, Stads-archief Amsterdam, toegangsnr. 922. - Archief Notarissen Loenen, RHCVV. - Archief Notarissen ter standplaats Amsterdam, Stadsarchief Amsterdam, toegangsnr. 5075. - Archief huis Rijnhuizen te Jutphaas 1821 1977 (aanvulling), Het Utrechts Archief, toegangsnr. 1351. Belonje, J., Ouderhoek bij Fort Nieuwersluis, Jaarboekje Niftarlake 1968. - Christemeijer, J.B., Het Lustoord tussen Amstel en Grebbe en elders in het Sticht Utrecht, Leiden 1837. - Heijden, L.J. van der, Ouderhoek, Jaarboekje Niftarlake 1917. - Hoope, Bob ten, Lee, Klaas van der, HKGL: Petersburg, 23 juni 2012. - Jongh J.W. de en Wagenvoort, H., Schoolplaten voor de vaderlandse geschiedenis, Czaar Peter bezoekt een buitenplaats aan de Vecht, deel I en II, De Haag, z.j. - Baar- de Weerd, Claudette, Een overzicht van eigenaren van de buitenplaats Petersburg, in: Petersburg, een verdwenen buitenplaats, Werinon, Nederhorst den Berg 1996. - Grobbe, F.H., Christoffel van Brants en het buiten Petersburg, in: Petersburg, een verdwenen buitenplaats, Werinon, Nederhorst den Berg 1996. - Lisman, A.J.A.M., De buitenplaats VreedenHoff aan de Vecht, Hilversum 1999. - Loenen in 1832, Grondgebruik en eigendom, kadastrale atlas provincie Utrecht 14, Utrecht 2007. - Luttervelt,R. van, De Buitenplaatsen aan de Vecht, Lochem 1948. - Mulder, Roel, Op Afbraak, de sloop van buitenplaatsen in de periode 1780 1930, doctoraalscriptie Universiteit van Amsterdam 2006. - Munnig Schmidt E. en Lisman A.J.A.M., Plaatsen aan de Vecht en de Angstel, gewijzigde en aangevulde uitgave, Alphen aan de Rijn 1985. - Pijzel-Domisse,H.H., 18 de -eeuwse inventaris van een verdwenen buitenplaats: Ouderhoek, in: Jaarboekje Niftarlake 1978. - Stoopendaal, Daniël, De Zegepraalende Vecht, Amsterdam 1719, heruitgave Alphen aan de Rijn 1998. NOTEN: 1. nog is in dit geval erg relatief: de afbeelding die Lutgers in 1836 maakte verschilt nogal van die uit De Zegepralende Vecht uit 1719. 2. Een van deze kinderen, Henriëtte Elisabeth, was de echtgenote van Jan Jacob de Geer van Rijnhuizen, burgemeester van Vreeland en Nigtevecht 1857 1858.

A 9

10

11 Detail Plattegrond van landgoed Gunterstein, Breukelen, Joseph Mulder, Willem Swidde, Jaques Le Moine de l Espine, 1680-1696

12 Van de Heer P Voorend uit Breukelen ontvingen wij het hieronder afgebeelde, bijzonder fraai bewerkte muuranker. Zijn verhaal is, dat het aan de gevel van het klooster heeft gezeten, dat stond op de plaats van de huidige Kerkbrink. Het anker zou ongeveer 200 jaar oud zijn. Hoogstwaarschijnlijk is dit anker vervaardigd in één van de smederijen die Breukelen in de 19de eeuw rijk was. In oudere uitgaves van ons tijdschrift zijn over deze smederijen een paar maal artikelen verschenen. Bij de sloop van het oude klooster heeft Dhr Voorend het anker mee kunnen nemen, waardoor het voor Breukelen bewaard is gebleven. Lange tijd lag het in het schuurtje achter zijn huis, tot hij besloot het aan de Historische Kring te schenken. Let U eens op het fraai uitgewerkte en vormgegeven drakenkopje. Een prachtig staaltje siersmeedkunst. De Historische Kring zou het zeer op prijs stellen als U, mocht U voorwerpen van Historisch belang in uw bezit hebben, deze aan ons zou willen schenken, dan wel in bruikleen afstaan. Het verhaal erachter horen wij graag van U en wordt evt

13 boven: huishoudschool Breukelen onder: openbare school Breukelen

14 Schenkingen van historische waarde Regelmatig ontvangen wij schenkingen in de vorm van boeken, foto s, video s en super acht films. Momenteel werken we aan het digitaliseren van de films en video s. Wij hopen dat deze bestanden in ons jubileum jaar (2016) gereed zijn en voor iedereen toegankelijk. Dit kwartaal aandacht voor een verzameling autoplaatjes. Deze metalen plaatjes werden in de jaren 70 uitgegeven door de firma Sterovita, voorheen Insulinde, gevestigd aan de Straatweg. Klanten kregen deze afbeeldingen bij de aanschaf van een liter koffiemelk. Mocht u bij het opruimen iets tegen-komen waarvan u denkt: Dat is een leuk stukje geschiedenis, dan houden wij ons als HKB aanbevolen. U kunt contact opnemen met onze archivaris Wim den Hartog telefoon 0346-262108 email hartogje@casema.nl of met Rob Yntema, email rwyntema@hotmail.com

15 verhaal Arie A. Manten

16 Archiefblik nieuws uit het Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen Ellen Drees E.drees@rhcvechtenvenen.nl Heeft u altijd al willen weten hoe uw voorvader er uit ziet, maar heeft u geen foto van hem? Dan bieden de Militieregisters misschien uitkomst. Van Willem Verkroost weten we dat hij een rond aangezicht had met een laag voorhoofd, grijze ogen, een ordinaire (gewone) neus en mond en een ronde kin. De kleur van zijn haar en wenkbrauwen is bruin en als merkbare kenmerken heeft hij een misvormige en zwakke borst. Willem, geboren te Breukelen-St. Pieters, is 19 jaar oud ten tijde van dit signalement uit 1842. Zijn beroep was arbeider. Maar er zijn meer wetenswaardige bronnen over voorouders te vinden. De aanleiding was soms minder leuk, maar als een of beide ouders kwam(en) te overlijden terwijl er (minderjarige) kinderen waren, dan werd vaak een boedelbeschrijving gemaakt. Behalve de boedel geeft zo n notariële akte ook informatie over het huis, omdat per kamer beschreven werd wat er aan huisraad was. Daarom weten we bijvoorbeeld dat meester-metselaar Leendert Hageman in de grote zijkamer, die met twee schuiframen uitkeek op de Dannegracht, het pronkstuk van de inboedel had staan: een witwerkers (vurenhouten) geschilderd kabinet ter waarde van 150 gulden. Het interessante van het overzicht is, dat ieder voorwerp werd genoteerd. Dus niet alleen het gouden horloge ter waarde van 104 gulden, maar ook minder waardevolle zaken, zoals de kleding, gereedschap, potten en pannen werden uitvoerig getaxeerd. Van de (stichtelijke) boeken werden zelfs de titels genoteerd. De boedelbeschrijving werd gemaakt op verzoek van de metselaar op 11 maart 1840. Zijn vrouw Margaretha Elisabeth Kunstman was 5 jaar eerder overleden. n Het fragment met de gegevens van Willem Verkroost uit het militieregister van Breukelen St. Pieter, 1842. Bronnen: - Militieregister Breukelen St. Pieter van 1842, RHCVV, inv. nr. 800. - Notaris N.F. Snel, Breukelen, notarisarchief RHC VV, inv. nr. 578, aktenummer 17. Voorpagina van het militieregister van Breukelen St. Pieter, 1842.