Uitvoeringsplan gladheidbestrijding

Vergelijkbare documenten
Evaluatie Gladheidbestrijding

BEHEERPLAN GLADHEIDSBESTRIJDING

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN VOOR DE GEMEENTE ZALTBOMMEL. Seizoen AFDELING REALISATIE & BEHEER

Gladheidsbestrijding

Beheerplan Gladheidbestrijding Gemeente Buren

Beleidsplan gladheidbestrijding

EVALUATIE GLADHEIDBESTRIJDING

Evaluatie Gladheidbestrijding

UITVOERINGSPLAN GLADHEIDBESTRIJDING WINTER

WERKPLAN GLADHEIDBESTRIJDING PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING GEMEENTE BEEK

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

Evaluatie gladheidbestrijding. seizoen

BELEIDSPLAN GLADHEIDBESTRIJDING WINTER Gemeente Krimpenerwaard

Gladheidbestrijdingsplan gemeente Sint-Gillis-Waas

RIS.6775 EVALUATIE GLADHEIDBESTRIJDING WINTER 2013/2014

Draaiboek Gladheidbestrijding Gemeente Rheden

Gladheidbestrijdingsplan 2012 / 2013

BELEIDSPLAN GLADHEIDBESTRIJDING

Evaluatie Gladheidsbestrijding

WERKPLAN GLADHEIDBESTRIJDING PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING GEMEENTE BEEK

Evaluatie Gladheidbestrijding seizoen Facts&Figures

Jaaroverzicht 2012 Bron: KNMI Ed Aldus

Gladheidbestrijdingsplan Gemeente Oegstgeest

Beleidsplan

GLADHEID BESTRIJDINGPLAN

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN Afdeling Realisatie & Beheer

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

Gladheidbestrijdingsplan 2016/2017

q rm vveert tîr0 -w,y U4 F+ GEMEENTE

Uitvoeringsplan Gladheidbestrijding

Gladheidbestrijding Sittard-Geleen

Evaluatie strooiseizoen winter 2014/2015

Gladheidbestrijding Uitvoeringsplan

Uitvoeringsplan gladheidsbestrijding

Uitvoeringsplan gladheidbestrijding

Bestuur Technisch Bureau Bouwnijverheid

Beheer Openbare Ruimte Opgesteld door: R.W. Uijterwaal Versie: concept Datum: oktober Gladheidbestrijding Uitvoeringsplan

Gladheidbestrijdingsplan

GLADHEID BESTRIJDINGPLAN

SNEEUW, HOE GA JE ER MEE OM? Marc Eijbersen, CROW

Evaluatie gladheidseizoen gemeente Heemstede Seizoen Augustus 2017

Uitvoeringsplan Gladheidbestrijding voor de gemeenten Buren, Neerijnen, Tiel en Neder- Betuwe

Gladheidbestrijdingsplan Royal FloraHolland

Gladheidbestrijding Het Uitvoeringsplan

gemeente Roosendaal Gladheidbestrijdingsplan

Beleid gladheidsbestrijding. Den Haag

Beleidsplan Gladheidsbestrijding

Gladheidbestrijding Het Uitvoeringsplan

Gladheidbestrijdingsplan Gemeente Velsen

EVALUATIE GLADHEIDBESTRIJDING GEMEENTE GOUDA

PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING 2015 / 2016

Bestuur Technisch Bureau Bouwnijverheid. Inleiding In deze notitie geeft Weerverletbestrijding een overzicht van de winter 2015/2016.

Gladheidbeheersingsplan

Gladheidbestrijdingsplan gemeente Geldermalsen

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

Jaarverslag Meteo 2016

Gladheidpreventieplan. Gemeente Lochem

i: & :..) (E ' :i... jë : : ja :. :..:1:).:,:;ëJ'; ( ).éi. $ j jj.. Aan de Raad van de gemeente Buren De Wetering VZ MAURIK uw bfief van: uw

Gladheidpreventieplan. Gemeente Lochem

GEMEENTE GULPEN-WITTEM. Gladheidsbestrijdingsplan

Gemeente Leeuwarden. Gladheidbestrijdingsplan

Weerkundig jaarverslag 2017

Gladheidbestrijding. Uitvoeringsplan

Onderwerp Gladheidbestrijdingsplan en evaluatie gladheidbestrijding winter

gemeente Roosendaal Gladheidbestrijdingsplan

Uitvoeringsplan Gladheidbestrijding Bladel

Gladheidbestrijdingsplan

Gladheidbestrijding Het uitvoeringsplan

Gladheidsbestrijding. Gemeente Roerdalen.

1. Inleiding Aanleiding Geldigheidsduur Uitgangspunten Doelgroepen Extreme omstandigheden en aanhoudende gladheid 3

Bestuur Technisch Bureau Bouwnijverheid. per i.v.m. geannuleerde vergadering van 30 juni 2015

EEN TERUGBLIK OP 25 JAAR WEER IN TEN POST,

Gladheidsbestrijdingsplan gemeente Reusel-De Mierden. A. BELEIDSPLAN Reusel, oktober 2015

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN PERIODE 29 OKTOBER TOT EN MET 1 APRIL 2015

Uitvoeringsplan. gladheidbestrijding

Weerkundig jaarverslag 2018

VERFRIS NU UW KENNIS VAN GLADHEIDBESTRIJDING!

Evaluatie gladheidbestrijding winter

Gladheidsbestrijdingsplan gemeente Reusel-De Mierden A. BELEIDSPLAN Reusel, oktober 2015

Onderzoek Inwonerspanel: Gladheidbestrijding

Uitvoeringsprogramma Gladheidbestrijding Nijmegen

Gladheidbestrijdingsplan. Gemeente Dalfsen ( ) Datum: Status: Definitief

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN GEMEENTE BORSELE

Uitvoeringsprogramma Gladheidbestrijding Nijmegen

WINTER LENTE ZOMER HERFST Dec.-Jan.-Feb. Maa.-Apr.-Mei Jun.-Jul.-Aug. Sep.-Okt.-Nov.

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

Gladheidbestrijdingsplan winter 2015/2016

Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding... 4

VERFRIS NU UW KENNIS VAN GLADHEIDBESTRIJDING!

Oktober Gladheidbestrijding op z n Rotterdams

Kwalster en andere winterse ongemakken. Visie voor een optimale gladheidbestrijding in gemeente Leeuwarden

PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING 2013 / 2014

Gladheidsbestrijdingsplan Ommen

GLADHEID: preventie en bestrijding. Uitvoeringsplan 2018/2019. Gemeente Zwartewaterland. Eenheid Beheer, Oktober 2018.

GLADHEID BESTRIJDINGPLAN

Winterrapportage 2013/2014 van Technisch Bureau Bouwnijverheid / Weerverletbestrijding

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

Rijkswaterstaat Noord-Nederland

Transcriptie:

MONUMENTENBELEID Uitvoeringsplan gladheidbestrijding GLADHEIDSEIZOEN 2016-2017 Auteur: K.M.E.J Knoops Datum: September 2016 Versie: 2.0 Kenmerk:

INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 1 2. Uitvoering van de gladheidbestrijding 2 2.1 2.1 Algemene uitgangspunten 2 Uitgangspunten voor de uitvoering 2 2.2 Signalering 2 3. Strooimethode 4 4. Strooiroute 4 5. Coördinatie en waarschuwing 5 6. Uitvoering 6 6.1 Inzet personeel en consignatie 6 6.2 Instructie personeel 6 6.3 Materieel 6 6.4 Strooimiddelen 7 6.5 Het gebruik van het soort dooimiddel 7 7. Rapportage 7 8. Communicatie 8 8.1 Interne communicatie 8 8.2 Externe communicatie 8 8.3 Afstemming met andere wegbeheerders 8 9. Meldingen en meldingenregistratie 9 10. Evaluatie 9 10.1 Jaarschema 9 10.2 Strooiroutes 2016 2017 14 2

1. INLEIDING De gemeente is verantwoordelijk voor het nemen van maatregelen ter bestrijding van gladheid op de wegen, die bij haar in beheer en onderhoud zijn. De gemeente Maasgouw heeft hiervoor een beleidsplan gladheidbestrijding opgesteld. De beleidskeuzes zijn hierin vastgelegd. Het beleidsplan gladheidbestrijding is de basis voor het uitvoeringsplan gladheidbestrijding. In het beleidsplan gladheidbestrijding zijn de uitgangspunten voor de bestrijding opgenomen en is de wijze waarop de gemeente de gladheidbestrijding uitvoert vastgelegd. Het beleidsplan wordt elke vier jaar geëvalueerd en bijgesteld. Op basis van het beleidsplan is het uitvoeringsplan gladheidbestrijding opgesteld. In het uitvoeringsplan staan onder andere de diverse strooiroutes beschreven en is een overzichtskaart van de strooiroutes als bijlage toegevoegd. Het uitvoeringsplan beschrijft hoe en wanneer er actie wordt ondernomen om gladheid te bestrijden. Het uitvoeringsplan is een draaiboek voor de uitvoering van de gladheidbestrijding. Om de uitvoering van de gladheidbestrijding goed en effectief te kunnen uitvoeren is het voor de burgers en voor degenen die de gladheidbestrijding uitvoeren van belang dat er eenduidige en duidelijke afspraken worden vastgesteld. Het uitvoeringsplan wordt jaarlijks na afloop van de periode van de gladheidbestrijding aan de hand van de eigen ervaringen en aan de hand van meldingen en zienswijzen van de burgers geëvalueerd en zo nodig bijgesteld. In onderstaand schema zijn de processtappen weergegeven. Opstellen uitvoeringslan (1 maal per jaar) Plan actualiseren en bijstellen Uitvoeringsplan uitvoeren Evaluatie De gemeente zal bij de bestrijding van gladheid serieus omgaan met de wettelijke zorgplicht die de gemeente heeft en de gladheidbestrijding zo goed als mogelijk uitvoeren. Bij de beoordeling van de uitvoering van de gladheidbestrijding moet worden bedacht dat het met betrekking tot de zorgplicht die de gemeente heeft, gaat om een inspanningsverplichting en niet om een resultaatverplichting. De gemeente moet passende maatregelen nemen om gladheid te voorkomen en te bestrijden, maar van de gemeente kan niet worden verwacht dat wordt gegarandeerd dat er nergens in de gemeente gladheid ontstaat of bestaat. 1

2. UITVOERING VAN DE GLADHEIDBESTRIJDING 2.1 2.1 Algemene uitgangspunten Bij het bepalen van de te strooien routes houdt de gemeente rekening met verkeersaspecten (veiligheid en bereikbaarheid), milieuaspecten en spelen kostenoverwegingen een rol. Te veel strooien is slecht voor het milieu en kostbaar en bij te weinig strooien voldoet de gemeente niet aan haar gemeentelijke zorgplicht om te zorgen voor veilige en bereikbare wegen. Uitgangspunten voor de uitvoering Voor het bepalen van de strooiroutes worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: Binnen 30 minuten na alarmering wordt uitgerukt; De maximale tijdsduur van een strooiactie mag, onder normale omstandigheden, niet meer bedragen dan 2,5 uur; Strooizout moet worden ingereden door het verkeer voor een goede werking. Indien mogelijk worden de nachtelijke uren zoveel mogelijk ontzien. Dit betekent dat er tussen 1.00 uur en 5.00 beperkt gestrooid wordt. Het is niet wenselijk dat op een doorgaande route de weggebruiker van een gestrooid wegvak op een niet gestrooid wegvak komt. De strooi- of ploegauto mag alleen in uitzonderlijke gevallen achteruit of tegen het verkeer in rijden. De berijdbaarheid van de weg bepaalt de werksnelheid van de voertuigen en dus de duur van de strooiactie. De hoeveelheden strooizout waarmee gestrooid wordt is afhankelijk van de weerssituatie, deze zal liggen tussen de 7 en 20 gram/m2. Bij zout schaarste zullen de routes worden aangepast dan wel ingekort. Uitgangspunt is hierbij dat elke kern door minimaal een verbindingsweg voldoende bereikbaar is. Voor het sneeuwploegen gelden daarnaast de volgende uitgangspunten: Bij het ploegen mag de weg geploegde sneeuw niet op een naastgelegen rijbaan terechtkomen; Om ook bij hevige sneeuwval de rijbaan berijdbaar te kunnen houden mogen ploegroutes worden aangepast. Bij hevig sneeuwval zullen daarom eerst alleen de belangrijkste hoofdroutes worden geploegd en gestrooid. Uitgangspunt is hierbij dat elke kern door minimaal een verbindingsweg voldoende bereikbaar blijft. Pas als deze wegen redelijk berijdbaar zijn wordt de route uitgebreid. Met het ruimen dient in ieder geval op een zodanig tijdstip te worden begonnen dat tussen 07.00 uur en 22.00 uur een redelijke verkeersafwikkeling mogelijk is. Fietspaden dienen gelijk met de wegen optimaal geruimd te worden om te voorkomen dat de fietsers op de weg gaan fietsen. In het weekend als er geen school- en of woon-werk fietsverkeer is hebben de fietspaden een lagere prioriteit. 2.2 Signalering De signalering om al dan niet tot actie en dus strooien over te gaan wordt gebaseerd op de volgende vier onderdelen: 1. De gegevens door het gemeentelijk gladheid-meldsysteem; 2. De weersvoorspelling (Meteo Group) specifiek voor de gemeente Maasgouw. 3. De actuele weerssituatie buiten, ter plaatse; 4. Melding gladheid door meldkamer van politie. Op basis van deze coördinator besluit nemen om over gegevens zal de gegladheidbestrijding een te gaan tot actie. 2

Gladheidmeldstysteem Heerbaan Thorn De gegevens door het gemeentelijk gladheid-meldsysteem; Het gladheid-meldsysteem, met sensoren in het wegdek dat is geplaatst in een representatief koud gedeelte van het wegennet (Heerbaan Thorn) geeft de actuele informatie over de toestand van het wegdek. De gladheidcoördinator gebruikt deze lokale wegdekinformatie voor het bewaken van de toestand van alle wegen in de gemeente en om tijdig te alarmeren bij verwachte gladheid. Grafiek wegdek,- lucht,- en dauwpunttemperaturen Grafiek geleidingen wegdeksensoren De weersvoorspelling specifiek voor de gemeente Maasgouw Via weerbureau Meteo Group wordt de gemeente met de internetapplicatie Gladheid.nl op de hoogte gehouden van de actuele weersinformatie. De weersinformatie op Gladheid.nl is zowel op kantoor als thuis direct toegankelijk voor de coördinator gladheidbestrijding. Door middel van een beveiligde gebruikersnaam en wachtwoord wordt ingelogd op de internetsite. De dienstverlening bestaat uit: Gladheidverwachting voor de komende 36 uur voor de gemeente Maasgouw bestaande uit tekst, tabel en grafieken; Weersverwachting in stappen van 3 uur voor de komende 5 dagen in tabel en grafieken; Weersverwachting per dag voor de komende 8 dagen in tekst, tabel en grafieken; 3

Weersverwachting in grafieken over de lange termijn Actuele film met neerslagbeelden en bewolking. Film met verwachte neerslagbeelden, per 5 minuten voor de komende twee uur. Actuele film met satellietbeelden. Diversen weerkaarten voor Nederland en omringende landen. Dagelijks voor 14:00 uur toezending van de gladheidverwachting via e-mail naar de gladheidcoördinator. Alarmering door de meteoroloog voordat er ijzel of sneeuw in het gemeentelijke beheersgebied valt; Het te allen tijde kunnen raadplegen van de specialist in de weerkamer; Neerslagbeelden met uitgebreide inzoom mogelijkheid (landkaart bevat o.a. gemeentegrenzen, stedelijke gebieden en hoofdwegen). De actuele weerssituatie buiten Als naar aanleiding van de weersvoorspelling blijkt dat er gestrooid moet worden zal de coördinator gladheidbestrijding ter verificatie de situatie buiten beoordelen. Melding gladheid door de politie Als de politie Limburg-Noord gladheid constateert geven zij dat via de meldkamer van de politie door aan de coördinator gladheidbestrijding. De politie geeft geen regionaal alarm. 3. STROOIMETHODE In de gemeente Maasgouw wordt de gladheidbestrijding uitgevoerd met de preventieve nat strooimethode. Preventief strooien is voor de gemeente Maasgouw het uitgangspunt, omdat hiermee kan worden voorkomen dat gladheid ontstaat. Tevens is minder strooizout nodig. Curatief strooien, dus wanneer gladheid al bestaat, wordt beperkt, en dit zal voornamelijk plaatsvinden bij sneeuwval. Voor de preventieve nat strooimethode wordt een oplosmiddel gebruikt. De gemeente Maasgouw maakt hiervoor gebruik van natriumchloride vanwege de lagere milieubelasting in vergelijking met alternatieve middelen. 4. STROOIROUTE Bij het indelen van de strooiroutes en de uitvoering van de gladheidbestrijding besteed de gemeente extra aandacht aan: diensten of openbare voorzieningen in de gemeente die zonder hinder bereikbaar moeten zijn (winkelcentra, gemeentehuis, brandweer, zorginstellingen en scholen); aansluiting op de wegen van buurgemeenten en provinciale wegen; gevoelige locaties (bruggen, viaducten, trappen, bepaalde wegdektypen). De bus routes worden door de gemeente zoveel mogelijk schoongehouden. Uitgangspunt is dat het voor bewoners redelijkerwijs mogelijk de voorzieningen voor het openbaar vervoer zijn het openbaar vervoer te bereiken. De gladheidbestrijding op fietsroutes die worden gebruikt als schoolroutes en voor het woon-werkverkeer heeft een hoge prioriteit. 4

Trottoirs en voetpaden worden in principe niet meegenomen in de strooiacties. Bij langdurige gladheid zal een beperkt aantal trottoirs en voetpaden in de buurt van openbare voorzieningen, winkels, scholen en zorginstellingen sneeuw en ijsvrij worden gemaakt. Op enkel plaatsen worden zoutkisten geplaatst. De inwoners van de gemeente worden in de voorlichting gewezen op een eigen verantwoordelijkheid m.b.t. het schoonhouden van het eigen trottoir. Prioriteit strooiroutes Voor het bestrijden van gladheid en het ruimen van sneeuw gelden vaste routes. Het volgende onderscheidt wordt daarbij gemaakt: 1. Hoofdwegen en fietspaden. 2. Secundaire wegen. Ad 1) In de eerste strooiroute zijn de wegen met een belangrijke verkeersfunctie zoals hoofdwegen, busroutes, ontsluitingswegen en wegen op bedrijventerreinen opgenomen. Bij optredende gladheid en sneeuwval heeft het berijdbaar houden van deze wegen een hoge prioriteit. De fietspadenroute omvat vrijwel alle fietspaden in de gemeente. Aangezien de fietspaden belangrijk zijn voor woon-werk- en schoolverkeer, heeft ook de bestrijding van gladheid op de meeste fietspaden een hoge prioriteit en worden ze te allen tijde gestrooid. Ad 2) De secundaire route betreft de overige belangrijkste straten waar ook veel (openbare) voorzieningen liggen. Hierbij moet worden gedacht aan winkels, scholen, zorginstellingen, dokters- en tandartsenpraktijken, fysiotherapeuten etc. Deze worden gestrooid bij gladheid overdag en aansluitend aan het strooien van de hoofdroute. Overige straten in de woonwijken worden in principe niet gestrooid, behoudens in bijzondere gevallen door de gladheidcoördinator te bepalen. Terreinen van particuliere instellingen, verenigingen, scholen, etc. worden door de gemeente niet gestrooid. De strooiroutes worden gereden vanaf de buitendienstlocatie in Maasbracht en Panheel. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van doorgaande wegen en fietspaden die zijn opgenomen in de strooiroutes. 5. COÖRDINATIE EN WAARSCHUWING De coördinatie van de gladheidbestrijding is opgedragen aan de teamleider wijkbeheer en de opzichters/voormannen van het team wijkbeheer. De gladheidscoördinator vervult een belangrijke taak bij de signalering van de gladheid. De gladheidscoördinator neemt in principe het besluit om al of niet te strooien. De gladheidscoördinator is verder verantwoordelijk voor: bepalen wanneer er wordt gestrooid; Bepalen waar gestrooid wordt; Bepalen van de toe te passen hoeveelheden strooizout; De gladheidscoördinator informeert het te alarmeren personeel uitdrukkelijk over de heersende en de te verwachten weersomstandigheden, de te strooien zouthoeveelheden en of er gebruik moet worden gemaakt van de sneeuwploeg. De tijd tussen het tijdstip van het optreden van de gladheid en de daadwerkelijke strooiactie wordt door de coördinator kritisch bewaakt. In deze fase is de meeste tijdwinst te behalen die direct ten goede komt aan de berijdbaarheid van de weg en dus aan de veiligheid van de weggebruiker. 5

De teamleider wijkbeheer is verder verantwoordelijk voor: Het opstellen van en strooirooster van geconsigneerde medewerkers; Onderhouden van contacten met omliggende gemeenten, provincie en politie; Aankoop van zout en andere middelen; Het onderhoud en vervanging van strooimaterieel. Bij de voorbereiding van het strooiseizoen wordt aan de hand van het wegenoverzicht onderzocht op welke wegen zich omstandigheden voordoen waar een aangepaste aanpak moet worden gehanteerd. Het gaat hier bijvoorbeeld om situaties waarbij door de aard en gesteldheid van het wegdek, gladheid eerder of op een andere wijze optreedt. 6. UITVOERING 6.1 Inzet personeel en consignatie Om de gladheidbestrijding op een doeltreffende manier uit te voeren is het nodig dat de gladheidscoördinator snel en flexibel kan beschikken over medewerkers. Mede hierom wordt de gladheidbestrijding voornamelijk in eigenbeheer uitgevoerd. De gladheidcoördinator draagt er zorg voor dat voor de periode van de gladheidbestrijding voldoende personeel beschikbaar is en stelt hiervoor een consignatierooster op. Dat betekent dat de medewerkers binnen en buiten werktijd direct oproepbaar en inzetbaar moeten zijn. De bindingsperiode loopt van eind november tot begin maart. Voor het uitvoeren van de daadwerkelijke strooiactie worden per voertuig een medewerker ingezet. Bij hevige sneeuwval kan op verzoek van de chauffeur een tweede medewerker worden ingezet. Bij langdurige gladheid / sneeuw zullen ook de overige medewerkers van het wijkteam worden ingezet voor het sneeuwvrij maken van bushaltes, begraafplaatsen, gemeenschapshuizen, zorginstellingen, scholen en het gemeentehuis. 6.2 Instructie personeel Voor en na het strooiseizoen vindt er onder leiding van de gladheidcoördinator gezamenlijk overleg plaats met al het betrokken personeel. Op de bijeenkomst voor het strooiseizoen wordt het uitvoeringsplan besproken evenals een taakrisicoanalyse. Voor de start van het strooiseizoen wordt met alle betrokkenen de procedure doorlopen. De belangrijkste zaken die worden doorlopen zijn: Opbouw materieel; Het omgaan met dooimiddelen; Controle van doseerinstellingen; Het bedienen van, en werken met, gladheidbestrijdingsmaterieel; Onveilige situaties tijdens strooien (gladheid tijdens strooien en woon-werkverkeer) Het overleg na het strooiseizoen heeft een evaluerend karakter. 6.3 Materieel Voor de gladheidbestrijding wordt eigen materieel ingezet. De gemeente beschikt voor de gladheidbestrijding over het volgende materieel: Vrachtwagen 1 Pick-ups 2 Tractors 2 Opzetstrooiers 4 Sneeuwploegen 4 6

Rolbezems 2 Naast het eigen personeel wordt door de firma Puts een vrachtwagen met chauffeur beschikbaar gesteld. Bij hevige sneeuwval zal door de firma Bloem een laadschop met rolbezem worden ingezet. De deel van de strooimachines zijn voorzien van het Auto Logic systeem. Hiermee worden de strooiroute en strooihoeveelheid van te voren ingegeven. De chauffeur hoeft zich dan alleen bezig te houden met het verkeer.. 6.4 Strooimiddelen Voor een gemiddelde winter wordt er een frequentie van 20 preventieve en 10 curatieve strooiacties aangehouden. Bij een preventieve actie is de strooidichtheid, afhankelijk van de weersomstandigheden, 7 tot 20 gram/m2. Dit komt neer op een totale strooihoeveelheid van gemiddeld 200 gram/m2 per winterperiode. Bij een curatieve strooiactie is de strooidichtheid 10 tot 20 gram/m2. Dit komt neer op gemiddeld 150 gram/m2. De totale strooidichtheid is daarmee 350 gram/m2 per winterperiode. Het te bestrijden oppervlak van de hoofdroute is 486.000 m2. Bij een te bestrijden oppervlakte van 486.000 m2 is ongeveer 170 ton zout benodigd. Bij langdurige gladheid wordt de route uitgebreid met belangrijke straten in de woonwijken. Voor een gemiddelde winter worden deze wegen 7 maal curatief bestreden. Bij een geschatte oppervlakte van 500.000m2 is hiervoor jaarlijks ongeveer 70 ton zout nodig. Totaal bij een gemiddelde winter is het zoutverbruik 240 ton. Afhankelijk van de weersomstandigheden in het gladheidseizoen kan er meer of minder zout noodzakelijk zijn. 6.5 Het gebruik van het soort dooimiddel De gemeente Maasgouw maakt gebruik van Steenzout. Voor de preventieve nat strooimethode maakt de gemeente gebruik van een zoutoplossing ( Natriumchloride). Dit is een mengsel van 21% Natriumchloride en 79% water. In vergelijking met alternatieve middelen geeft dit de minste belasting voor het milieu. 7. RAPPORTAGE Van iedere strooiactie en/of uitruk wordt door de medewerker die de strooiactie heeft uitgevoerd een actierapport opgesteld. In dit logboek worden alle relevante gegevens, zoals het tijdstip van ontvangen melding, uitruk en terugkomst van strooiers, wie heeft gestrooid en eventuele bijzonderheden. De rapportages kunnen samen met de gegevens van Meteo Group een belangrijke rol spelen bij eventuele aansprakelijkheidsstelling. Bijzondere omstandigheden en situaties die tijdens het uitvoeren van de strooiacties door de medewerkers worden opgemerkt en die van belang zijn voor de aanpak van de gladheidbestrijding, worden door de medewerkers direct teruggekoppeld naar de coördinator. 7

8. COMMUNICATIE Voor zowel betrokkenen binnen de organisatie als weggebruiker is het van belang dat informatie over de gladheidbestrijding tijdig en efficiënt wordt overgebracht. 8.1 Interne communicatie Intern dient het communicatietraject ten behoeve van de gladheid bestrijding op heldere wijze zijn vastgelegd. Iedereen moet weten, wat in geval van gladheid van hem wordt verwacht. Hiervoor dient onder andere dit uitvoeringsplan. De gladheidcoördinator fungeert hierbij als spin in het web. Hij is verantwoordelijk voor de uitvoering en onderhoudt de contacten met zowel het weerbureau, andere wegbeheerders als met de eigen medewerkers gladheidbestrijding. 8.2 Externe communicatie Burgers en bedrijven binnen het beheersgebied dienen te worden geïnformeerd over de wijze waarop de gladheid wordt besteden. De informatie die minimaal verstrekt moeten worden betreft: de strooiroute; algemene informatie die van belang zijn voor de burger (bijvoorbeeld waar alleen curatief gestrooid wordt); de mogelijkheid om vragen te stellen of klachten in te dienen. De middelen die voor deze informatieoverdracht worden aangewend zijn: internet; het huis en huisblad Maasgouw Gezien Twitter (bij start uitruk). Na het jaarlijks vaststellen van het uitvoeringsplan gladheidbestrijding wordt dit in november gepubliceerd en ter inzage gelegd. De publicatie gaat gepaard met een artikel op de gemeentepagina van 1 Maasgouw en op de gemeentelijke website. Met de publicatie worden de burgers op de hoogte gebracht van wat zij in geval van gladheid te verwachten hebben van de gemeente en wat de maatschappelijke verantwoordelijkheid is die de burgers zelf dragen. Algemene informatie over de gladheidbestrijding wordt opgenomen in de gemeentegids en op de gemeentelijke website. Daarnaast zullen gedurende de winterperiode op de website en gemeentepagina regelmatig publicaties worden geplaatst over de gladheidbestrijding. De gemeente zal middels Twitter de inwoners informeren wanneer er een gladheidbestrijdingsactie wordt opgestart. Tevens zal tijdens de werkdagen het werkveld Callcenter worden ingelicht over de gladheidbestrijdingsactie. 8.3 Afstemming met andere wegbeheerders Het uitvoeringsplan wordt ruim voor het nieuwe strooiseizoen afgestemd met omliggende wegbeheerders. Dit is noodzakelijk uit oogpunt van verkeersveiligheid. Zo moet worden voorkomen dat strooiroutes voor doorgaande wegen bij de gemeentegrens stoppen. Hetzelfde geldt voor wegen die door de gemeente lopen en door andere wegbeheerders worden gestrooid. 8

9. MELDINGEN EN MELDINGENREGISTRATIE Voor meldingen van burgers is de gebruikelijke meldingsprocedure van de gemeente van toepassing. Dat betekent dat meldingen betreffende gladheidbestrijding worden geregistreerd via de meld- en klachtenlijn van de gemeente. In uitzonderlijke gevallen worden meldingen direct doorgegeven aan de coördinatorgladheidbestrijding. Buiten kantoortijden is de consignatiedienst bereikbaar voor meldingen. De meldingen worden zo nodig in de evaluatie besproken. 10. EVALUATIE Het uitvoeringsplan, dat als een draaiboek kan worden beschouwd, dient ieder jaar na evaluatie van het afgelopen strooiseizoen, te worden geactualiseerd en vooruitlopend op het nieuwe strooiseizoen opnieuw door het college of bij mandaat door de verantwoordelijke portefeuillehouder, te worden vastgesteld. De evaluatie vindt plaats aan de hand van eigen ervaringen gedurende het strooiseizoen, uitkomsten van overleg met andere wegbeheerders, door burgers ingediende zienswijzen en meldingen, enz. 10.1 Jaarschema april Evaluatie van de uitvoering van de gladheidbestrijding. mei oktober Beoordeling van de technische staat van het materieel en keuringen Onderhoud, revisie en vervanging materieel Opleidingen personeel augustus-oktober Aanvulling zoutvoorraad en dooimiddel september Opstellen consignatierooster oktober Actualisering actieplan en strooiroutes Telefoonlijsten en formulieren contoleren en zo nodig aanpassen Overleg met buurgemeenten, provincie en politie Winterklaar maken en testen materieel en systemen Bijeenkomst personeel voor bespreking en instructies Informatie aan inwoners van de gemeente november - april Consignatie winterdienst volgens rooster Tussentijdse publicaties 9

MeteoGroup heeft het weersverloop tijdens het afgelopen winterseizoen voor uw regio samengevat. Allereerst wordt een algemeen overzicht van de winter gegeven, daarna wordt per maand een beschrijving gegeven van de weersomstandigheden. Ten slotte wordt er door middel van grafieken een vergelijking weergegeven tussen het afgelopen winterseizoen en de 16 voorgaande winters. Algemeen overzicht De winter kwam dit seizoen zeer laat op gang. November verliep al erg zacht met een gemiddelde temperatuur van ruim drie graden boven het langjarig gemiddelde en december deed daar nog een flinke schep bovenop. In plaats van sneeuw en vorst grossierde december namelijk in tienplussers op de thermometer. Zo wist het kwik op het landelijk KNMIhoofdstation in De Bilt op maar liefst 25 dagen tien graden of meer te bereiken. Wijk aan Zee noteerde op 17 december zelfs 16,6 C. Nog opmerkelijker was het feit dat in die hele maand op geen enkel meetstation een vorstdag kon worden opgetekend. De gemiddelde decembertemperatuur kwam in De Bilt uiteindelijk op een ongekende 9,6 C (norm: 3,7 C) uit en was daarmee zachter dan een normale aprilmaand. Hoewel de strooiploegen eind november al een paar keer op grote schaal de weg op gingen vanwege bevriezing, bleven gladheidsperikelen voor het merendeel van Nederland tot halverwege januari zeer beperkt. Anders was dat in de noordoosthoek. Groningen, Drenthe en delen van Overijssel, Flevoland en Friesland kregen in de periode van 3 tot en met 7 januari namelijk te maken met vrieskou en op veel plaatsen regelmatig met ijzel. Er kon op diverse plekken zelfs geschaatst worden op de weg! Pas in de tweede helft van januari brak ook in de zuidelijke landshelft een (weliswaar kortdurende) winterse periode aan. Er vielen enkele winterse buien maar vooral de zon domineerde het beeld. Desondanks wist de temperatuur op 18 en 19 januari s middags op meerdere plekken niet tot boven het vriespunt te stijgen (lokale ijsdagen). De nachten verliepen nog een stuk kouder met op de 19e in het zuiden en oosten op enkele officiële meetstations strenge vorst (<-10 C). De landelijk laagste wintertemperatuur van dit seizoen komt op naam van het Groningse Nieuw-Beerta, waar het boven een sneeuwdek op 21 januari kon afkoelen tot -12,3 C. Zoals gezegd was deze koudere periode echter van niet al te lange duur. Met een vrij stevige zuidelijke wind ging de temperatuur vanaf 23 januari wederom flink in de lift. Twee dagen later deed het zelfs voorjaarsachtig aan met in Eindhoven 16,3 C; de één na hoogste januaritemperatuur ooit in Nederland gemeten. Ook tijdens de eerste tien dagen van februari was het zacht en viel er vaak regen. Alleen aan de grond daalde het kwik tijdens langdurige opklaringen in de nacht lokaal tot iets onder het vriespunt. Op 8 februari was vooral de wind opvallend aanwezig. Aan zee stond die dag even een zuidwesterstorm en tot aan de Duitse grens kwam het tot zware windstoten. Ondanks dat het gedurende het resterende deel van februari geregeld tot lichte en lokaal ook matige nachtelijke vorst kwam, eindigde de hele maand gemiddeld toch ruim een graad te zacht. Daarmee gaan alle drie de weerkundige wintermaanden de boeken in als (veel) te zacht en eindigt de winter 2015-2016 met 6,3 C (norm: 3,4 C) op de tweede plaats van zachtste winter sinds 1706. Maart verliep echter als enige maand te koud met in De Bilt gemiddeld 5,4 C (normaal: 6,2 C). Dit als gevolg van regelmatig noordelijke winden. Tijdens de nachten kwam het geregeld op grote schaal tot lichte vorst. Zo registreerde De Bilt over de hele maand 13 vorstdagen, net zoveel als in een normale februa 1 0

Vanwege vaak droge wegen beperkte de gladheid zich hoofdzakelijk tot de eerste tien dagen van maart. Winterse buien zorgden in die periode namelijk voor verdunning en plaatselijk ook voor een kortstondig wit sneeuwlaagje. De winter als geheel verliep zonnig met landelijk gemiddeld 250 zonuren over de periode december tot en met februari, tegenover een langjarig gemiddelde van 199 uren. Daarentegen kwam de totale neerslagsom over die periode landelijk gezien met 212 mm vrijwel op de norm uit (210 mm). Specifiek voor regio zuidoost November De eerste maand van gladheidsseizoen 2015/2016 werd gekenmerkt door bijzonder zachte omstandigheden. Met in Maastricht een gemiddelde temperatuur van 9,7 C (normaal 6,4 C) was het zelfs de op een na zachtste november sinds 1901. De relatief hoge temperaturen gingen vaak samen met veel wolken, regelmatig regen (in totaal 91 millimeter, tegenover 65 als norm) en bij tijden forse windvlagen. Vooral tijdens de avond van dinsdag 17 november en tijdens de zondagavond 29 november en de nacht erop kwam het ook in het zuidoosten tot zware windstoten (> 75 kilometer per uur). Vanaf 20 november brak een wat koudere periode aan. Als gevolg van een naar noordwest draaiende wind bleef het kwik overdag onder de tien graden steken. Ook de nachten verliepen duidelijk kouder met temperaturen dicht bij het vriespunt en de eerste gladheidssituatie op grote schaal. Op 23 november noteerde Maastricht voor het eerst dit winterseizoen lichte vorst en tegelijk ook de laagste maandtemperatuur (- 1,0 C). Na een wat kouder intermezzo met lokaal de eerste natte sneeuwvlokken volgde vanaf de 29e wederom een sterk wisselvallige en zachtere fase. Met in totaal 82,3 zonuren in Maastricht was het een relatief zonnige maand (norm: 65,9 zonuren). December Voor het eerst in de meethistorie is de wintermaand geheel vorstloos verlopen. De laagste regiotemperatuur kwam uit op 2,5 C in Ell op 30 december. Op maar liefst 24 dagen steeg het kwik in Maastricht tot in de dubbele cijfers met op 17 december zelfs 16,3 C. De maand als geheel komt hier uit op een onvoorstelbare recordgemiddelde temperatuur van 9,4 C (norm is 3,5 C), gelijk aan voorgaande maand en zachter dan een normale aprilmaand! Als gevolg van deze uitzonderlijk milde lucht bleven gladheidsperikelen uit. Ook enige vorm van winterse neerslag was niet aan de orde. Wel trok de veelal zuidwestelijke wind regelmatig flink aan, vooral rond 12 en 21 december. Verder was de maand over het geheel genomen zeer zonnig met in Maastricht in totaal 97,2 zonuren (normaal is 44,9). Desondanks week de totale neerslagsom met 69,4 mm weinig af van het langjarig gemiddelde van 70,8 mm. Januari Na een vorstloze december, bracht ook de eerste week van januari geen winterkou. De winter lag echter op de loer. Tussen 3 en 7 januari ontstond een ware tweestrijd boven Nederland tussen enerzijds vrieskou vanuit het noordoosten en anderzijds milde zeelucht vanuit het zuidwesten. Op dit grensvlak kwam het in Noordoost-Nederland dagenlang geregeld tot ijzel. Hoewel de vrieslucht binnen handbereik lag, bleef het kwik in regio zuidoost (ruim) boven het vriespunt. In de loop van 14 januari stroomde geleidelijk opnieuw koudere lucht de regio binnen en werd het in de Limburgse heuvels wit door (natte) sneeuwval. Er volgden een aantal (vrij) koude dagen met s nachts lichte tot soms lokaal matige vorst. 1 1

Vervolg januari Op 18 januari kwam de temperatuur s middags zelfs net niet boven het vriespunt uit (ijsdag; Maastricht had een maximum van -0,4 C) en op de 19e werd in Ell -8,2 C als minimum opgetekend. Zon, wolken en een enkel winters buitje bepaalden veelal het beeld. In de late nacht naar 21 januari viel in het zuiden van Limburg enige tijd lichte sneeuw wat tot 1 à 2 cm sneeuw leidde. Het winterweer werd vanaf 23 januari verdreven, wat her en der nog wel gepaard ging met bevriezing van natte weggedeelten. De laatste week van de maand verliep vorstloos met geregeld regen en soms veel wind. Opmerkelijk was 25 januari met op die dag bij volop zonneschijn een maximumtemperatuur in Maastricht van 16,2 C (regiodecaderecord!). Verder was de maand als geheel vrij nat met in Maastricht 78,1 mm tegenover een langjarig gemiddelde van 64,8 mm. De zon liet zich daarentegen vaker zien dan normaal met daar 79,4 uur (norm: 59,9 zonuren). Ondanks een paar koude dagen, gaat ook deze wintermaand de boeken in als te zacht met in Maastricht een gemiddelde temperatuur van 4,7 C (normaal is 2,7 C). Februari De eerste tien dagen van de laatste weerkundige wintermaand verliepen behoorlijk zacht en nat met van tijd tot tijd een stevige westelijke wind (op 8 februari kwam het lokaal tot zware windstoten met in Maastricht zelfs een windstoot van 87 km/uur). Al op de eerste dag noteerde Ell de hoogste regiotemperatuur van de maand: 12,7 C. Alleen aan de grond kwam het tijdens nachtelijke opklaringen soms tot vorst; op de reguliere waarnemingshoogte bleef het kwik overal boven het vriespunt. Halverwege de maand was het echter aanmerkelijk kouder als gevolg van aanvoer van koudere lucht vanuit het oosten. s Nachts daalde het kwik hierdoor regelmatig tot onder het vriespunt. Op de 17e kwam het her en der in de vroege ochtend tot matige vorst met in Maastricht -5,9 C. Over het algemeen was het rond het midden van de maand droog met geregeld zonneschijn. Een uitzondering hierop vormden 13 en 14 februari met veel bewolking en nu en dan wat regen of natte sneeuw. Na een somber, zacht, nat en windrijk intermezzo rond de 20e bracht de laatste fase van februari een aantal zeer zonnige, maar schrale dagen met in de nachten opnieuw lichte vorst. Ondanks een vorstloze eerste decade wist het totaal aantal vorstdagen in Maastricht daarmee toch nog op 12 uit te komen (normaal is 13 dagen). De gemiddelde temperatuur daarentegen kwam daar met 4,4 C ruim een graad boven de norm van 3,1 C uit. Het was verder een natte maand (93,0 mm in Maastricht tegenover een langjarig gemiddelde van 59,4 mm), maar de zon liet zich met 103,7 zonuren duidelijk vaker zien dan de gebruikelijke 82,6 uren. Maart Na een bijzonder zachte winter gaat de laatste maand van gladheidseizoen 2015-2016 juist de boeken in als vrij koud. De gemiddelde maandtemperatuur kwam in Maastricht uit op 5,0 C. Dat is ruim een graad onder de norm van 6,3 C. Vooral de eerste maandhelft verliep koud met in Maastricht maar liefst 12 vorstdagen gedurende de eerste vijftien maartdagen. De laagste regiotemperatuur werd gemeten op 1 maart met in Ell zelfs nog matige vorst: -5,8 C. Ook overdag bleven de temperaturen gedurende de eerste maandhelft aan de magere kant. De lage kwikstanden gingen echter gepaard met flink wat zonneschijn. De tweede helft van maart verliep echter wat milder en minder zonnig. Daardoor kwam het totaal aantal zonuren in Maastricht met 118,3 uren dan ook het langjarig gemiddelde van 119,3 uren uit. In de laatste twee weken kwam het amper tot vorst en steeg de temperatuur s middags geregeld tot tien graden of meer. Op de 26e noteerde Ell 15,7 C. Neerslag beperkte zich tot de eerste en de laatste decade, want van 9 tot en met 19 maart bleef het zo goed als overal droog. 1 2

Vervolg maart Gedurende de eerste dagen van maart trokken van tijd tot tijd winterse buien vanaf de Noordzee het land op. Hierdoor werd het lokaal en tijdelijk wat wit in sommige plaatsen. Over het geheel genomen was het echter een droge maand met in Maastricht 36,2 mm (de norm is 61,8 mm). Noemenswaardig was verder de onstuimige Tweede Paasdag (28 maart) met lokaal zware windstoten tot ruim 80 km/uur. Vergelijking tussen het afgelopen winterseizoen en de 16 voorgaande winters. 1 3

10.2 Strooiroutes 2016 2017 1 4

1 5