Prostitutiebeleid in de gemeente Alkmaar

Vergelijkbare documenten
b e s l u i t e n : de volgende nadere regels vast te stellen met betrekking tot seksinrichtingen en escortbedrijven.

NADERE REGELS SEKSINRICHTINGEN EN ESCORTBEDRIJVEN

Nadere regels ter uitvoering van artikel 3:3 APV 2009

CVDR. Nr. CVDR97507_1. Sexinrichtingen, nadere regels 2011

Nadere regels ter uitvoering van artikel Algemene plaatselijke verordening 2005

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL SEKSINRICHTINGEN HELMOND 2008

Vast te stellen de hierna volgende beleidsregel handhaving illegale prostitutie.

CVDR. Nr. CVDR404391_1. Beleidsregel handhaving illegale prostitutie

NADERE REGELS SEKSINRICHTINGEN EN ESCORTBEDRIJVEN HELMOND 2008

Toelichting op het formulier aanvraag voor vergunning van een seksinrichting

Toelichting op het formulier aanvraag exploitatievergunning voor een seksbedrijf (art APV)

Verordening ter regeling van seksinrichtingen, sekswinkels, straatprostitutie e.d.in de gemeente

Handhavingsarrangement prostitutie Alkmaar 2016

vast te stellen de Beleidsregels lokaal prostitutiebeleid gemeente Schouwen-Duiveland 2010.

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL ESCORTBEDRIJVEN HELMOND vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol escortbedrijven Helmond 2007.

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL ESCORTBEDRIJVEN HELMOND 2008

Nota van B&W. onderwerp Prostitutiebeleid Portefeuilehouder drs. Th.L.N. Weterings, J.C.W. Nederstigt. Wat willen we bereiken?

Met deze voordracht stellen wij u voor het volgende besluit te nemen:

Zaaknummer: Z Prostitutiebeleid

Door de wetgever zijn aan de wetswijziging een zestal doelstellingen verbonden t.w.:

Aan de gemeenteraad, Met deze voordracht stellen wij u voor het volgende besluit te nemen:

Prostitutiebeleid gemeente Zundert Conceptnota

BELEIDSNOTA PROSTITUTIEBELEID GEMEENTE MIDDELBURG

Uitgave gemeente Leeuwarden Dienst Algemene Zaken Sector Juridische en Veiligheidszaken juni 2000

Nadere regels Seksinrichtingen en Escortbedrijven

Nota prostitutiebeleid

Wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening i.r.t. prostitutie Kenmerk dp

HET RODE LICHT UIT DE SCHEMER

Verordening sekswinkels, seksinrichtingen, straatprostitutie, prostitutie- en escortbedrijven gemeente Zederik 2015

1 INLEIDING 1.1 DE WETSWIJZIGING EN HAAR DOELSTELLING

Gelet op artikel 3:11 (3.2.8 APVG 2005) van de Algemene Plaatselijke Verordening Groningen 2009;

Programma Prostitutie. 29 september 2014 Beleidsregels voor voldoende toezicht in raamprostitutiebedrijven

Integraal Prostitutiebeleid Gemeente Wijchen Algemeen deel

Prostitutiebeleid gemeente Heusden college van burgemeester en wethouders

Regels betreffende de regulering van prostitutie en betreffende het bestrijden van misstanden in de seksbranche

a.prostitutie: het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;

Wijzigingsverordening Hoofdstuk 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening van de Gemeente Nijmegen

Op 27 april 2000 is er een bijeenkomst gehouden met de ambtenaren die zijn belast met de invoering van prostitutiebeleid in de regiogemeenten.

Handhavingsarrangement seksbranche.

b e s l u i t: vast te stellen de zevende wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Súdwest- Fryslân:

Memo. 16 januari 2013 Concept-Richtlijnen voor voldoende toezicht in raamprostitutiebedrijven

Draaiboek handhaving prostitutiebeleid Limburg-Noord

Damoclesbeleid gemeente Heerhugowaard 2018

In artikel 1 worden in de omschrijving van seksbedrijf de woorden of het verrichten van vervangen door: of tot het verrichten van.

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 14 juli 2015, nummer ;

INHOUDSOPGAVE. blz. INLEIDING 2. INSPRAAK (kort verslag van de gehouden inspraak 2 INVENTARISATIE VAN PROSTITUTIE IN DORDRECHT 3

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van..; gelet op titel VA van de Wet op de kansspelen en artikel 149 van de Gemeentewet;

Artikel 3:1 Afbakening De artikelen 1:2, 1:3 en 1:5 tot en met 1:8 zijn niet van toepassing op het bij of krachtens dit hoofdstuk bepaalde.

VOORBEELDNOTIFICATIE VOOR ARTIKEL 3:5 ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING (GEDRAGSEISEN EXPLOITANT SEKSBEDRIJF) VOLGENS DE MODELVERORDENING VNG

Herziening ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING

Beleidsnota prostitutiebeleid Kerkrade

Nota van B&W. Wat willen we bereiken?

INLEIDING GEMEENTELIJK PROSTITUTIEBELEID

Integraal Prostitutiebeleid Gemeente Maasdriel Algemeen deel

Bijlage F bij raadsstuk 2017/478071

Nota Prostitutiebeleid Terneuzen 2013

De model VNG-verordening en de regionale nota vormen het kader voor het nieuwe prostitutiebeleid van de gemeente Breda.

CONCEPT CONCEPT* Prostitutiebeleid

B.S. Kreetz Bestuur & Ondersteuning Gemeente Waalwijk Januari Prostitutiebeleid gemeente Waalwijk

Beleidsregel Horecahandhaving

Met beheerder wordt bedoeld: feitelijk leidinggevende in de onderneming

Nota Prostitutiebeleid

Inhoudsopgave B E L E I D S R E G E L H O R E C A H A N D H A V I N G

Voorbeeld handhavingsarrangement voor seksinrichtingen en escortbedrijven (gemeente Den Haag)

Verordening speelautomatenhallen Terneuzen 2011

PROSTITUTIE BELEID GEMEENTE VLISSINGEN. 1 Algemeen Inleiding Begripsomschrijvingen Regionale afstemming 4 1.

Stappenplannen voor de handhaving van de exploitatievergunning en vergunningen ingevolge de Dranken Horecawet en Wet op de Kansspelen.

Verordening. speelautomaten (hallen) * * Verordening speelautomaten(hallen) 2016 D

Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken Horecawet van toepassing is (2007)

Artikelsgewijze toelichting

BELEIDSREGELS INDIENINGSVEREISTEN, EISEN EN PROCEDURE VAN EEN AANVRAAG OM EEN VERGUNNING EX ARTIKEL 2:28 VAN DE ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING

Exploitatievergunning horecabedrijf (incl. terras)

VERORDENING PEUTERSPEELZALEN OEGSTGEEST gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2004, nr.

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda

De gemeenteraad van Haarlem, in vergadering bijeen op donderdag 26 juni 2019, in beraadslaging over het besluit Wijziging prostitutiehoofdstuk APV ;

Algemene Plaatselijke Verordening voor de Gemeente Den Haag. Gelet op artikelen 149 en 151a, eerste lid, van de Gemeentewet

CVDR. Nr. CVDR104276_1. Integraal Prostitutiebeleid Gemeente Wijchen

Paragraaf 4. Prostitutie. Paragraaf 4.1 Prostitutiebedrijven

Relatie tussen illegale prostitutie en mensenhandel?

Wijziging APV (invoering vergunningenstelsel growshops c.a.)

Beleidsregel Bed & Breakfast in Lelystad

Reden van het besluit:

HANDHAVINGSARRANGEMENT GEMEENTE ALMERE 2013

Vaststelling notitie en concept-verordening Sexinrichtingen e.d. BESLUITEN:

BELEIDSREGELS GEBIEDSONTZEGGINGEN GEMEENTE HARDINXVELD-GIESSENDAM

Splitsingsverordening

Vaststelling Drank- en Horecaverordening Breda 2014

Wijziging APV: sluiting voor publiek toegankelijke gebouwen. LTA ja: Maand Jaar LTA nee: Niet op LTA

Samenvatting. Inleiding en onderzoeksvragen

Hoofdstuk 3 Prostitutie. Afdeling 1 Begripsomschrijvingen. Artikel Begripsomschrijvingen

Voorbeeld voor opbouw en inhoud van bedrijfsplan voor besloten clubs (minimale eisen), versie 8 juli 2013

Verordening speelautomaten en speelautomatenhallen

Beleidsregel handhaving Wet Damocles

Verordening speelautomatenhallen 2017 gemeente Duiven

Verordening tot wijziging van de Verordening Speelautomatenhallen Leeuwarden 2014

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Portefeuillehouder Datum collegebesluit : 26 juli 2010 Corr. nr.:

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 april 2010;

Beleidsregels ontheffing ex. artikel 35 Drank- en Horecawet

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 maart 2012, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Transcriptie:

gemeente ~~LKMAA~ Prostitutiebeleid in de gemeente Alkmaar na de opheffing van het algemeen bordeelverbod Oktober 2000

PROSTITUTIEBELEID IN DE GEMEENTE ALKMAAR na de opheffing van het algemeen bordeelverbod 1. Inleiding Door een wijziging van het Wetboek van strafrecht is het algemeen bordeelverbod met ingang van 1 oktober 2000 opgeheven. Deze wetswijziging kent een lange voorgeschiedenis, waarin overheid en samenleving hebben geworsteld met het verschijnsel prostitutie. Exploitatie van prostitutie is een maatschappelijke realiteit die niet met een absoluut verbod zal verdwijnen. De wetgever is tot het inzicht gekomen dat het handhaven van een verbod op de exploitatie, dat leidt tot criminalisering, niet de goede weg is om greep op het verschijnsel prostitutie te krijgen en de criminaliteit daarin en daaromheen effectief aan te pakken. Het is wenselijk om vormen van exploitatie van prostitutie waarin meederjarige prostituees die vrijwillig werkzaam zijn niet langer te verbieden, om beter in staat te zijn prostitutie en de prostitutiebranche in goede banen te leiden, zo gezond, veilig en transparant mogelijk te maken en te ontdoen van criminele randverschijnselen. Met de wetswijziging worden diverse doelen nagestreefd: het beheersen en reguleren van de exploitatie van prostitutie, het verbeteren van de bestrijding van exploitatie van onvrijwillige prostitutie, het beschermen van minderjarigen tegen seksueel misbruik, het beschermen van de positie van prostituees, het ontvlechten van prostitutie en criminele randverschijnselen en het terugdringen van prostitutie door illegalen. Door de opheffìng van het bordeelverbod wordt de weg vrijgemaakt voor een gemeentelijk prostitutiebeleid, zoals dat in deze nota is neergelegd. De nota is een vervolg op de nota "Prostitutie en overige seksinrichtingen" uit 1991. Deze laatste behoeft uit beheersmatig oogpunt beleidsinhoudelijk enige aanpassing. Ook de gewijzigde model-algemene plaatselijke verordening (APV) van de VNG maakte een wijziging wenselijk. Deze notitie heeft een andere opzet dan haar voorganger. Zij bevat een beknopte beschrijving van de belangrijkste beleidsregels over de exploitatie van prostitutie. Gedetailleerde uitwerkingsaspecten zijn omwille van de duidelijkheid en overzichtelijkheid weggelaten. Ook een beschrijving van de voorgeschiedenis ontbreekt. Belangstellenden voor deze aspecten kunnen de nota van 1991 raadplegen. Deze nota bevat het beleid ter beheersing en regulering van de exploitatie van prostitutie in de gemeente Alkmaar. Het beleid is opgehangen aan het gewijzigde hoofdstuk 3 van APV en de daarvan afgeleide Nadere regels w.o. inrichtingseisen. Voorts wordt gewerkt aan de positieve bestemming van seksinrichtingen in de bestemmingsplannen. Tenslotte worden afspraken gemaakt met de exploitanten over maatregelen tot beperking van hinder voor de omgeving. Deze afspraken worden desgewenst in een convenant ondergebracht. 2. Begripsbepaling De kernbegrippen omtrent prostitutie zijn omschreven in de wet en in artikel 3.1.1 van de APV. In verband met het vergunningenstelsel geldt als belangrijkste het begrip seksinrichting: "de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar". 3. Uitgangssituatie Alkmaar kent een betrekkelijk groot aanbod publiek toegankelijke seksinrichtingen. Het leeuwendeel hiervan bestaat uit de concentratie van raamprostitutie op de Achterdam met 123 ramen. Bordelen zijn gevestigd aan de Bergerweg 26, Geestersingel 58 en Voormeer 8A. Voorts is er een Thaise massagesalon gevestigd in de Kapelsteeg. Er is een seksbioscoop met dark rooms gevestigd aan de Laat. Het beleid was en is dat er geen seksinrichtingen worden gevestigd in specifieke woonbuurten of straten met een overwegende woonfunctie. Over thuiswerkers en escortbedrijven is weinig bekend. Alkmaar kent geen straatprostitutie. Overigens zijn er nog een aantal aanverwante bedrijven (seksvideotheek, sekswinkel) die niet vergunningplichtig zijn.

4. Doel van het beleid Het beleid is een middel voor het beheersen en reguleren van de exploitatie van prostitutie. In navolging van het regeringsbeieid is de aanpak er op gericht om de exploitatie van prostitutie waarin meederjarige prostituees die vrijwillig werkzaam zijn in goede banen te leiden, zo gezond, veilig en transparant mogelijk te maken en te ontdoen van criminele randverschijnselen. Het beleid heeft betrekking op de openbare orde en veiligheid, de kwaliteit van het pand en de inrichting, arbeidsomstandigheden en hygiënische voorzieningen en gezondheid. Deze regels worden zonodig vertaald naar voorschriften, verbonden aan de exploitatievergunning voor de seksinrichting. 5. Bepalingen over het prostitutie-aanbod Uitgangspunt van het beleid is een bevriezing van het huidige aanbod van raamprostitutie en overige seksinrichtingen. De reden hiervan is dat er in Alkmaar, ook gelet op gelet op haar centrumfunctie, ruim voldoende seksvoorzieningen gevestigd zijn. Bovendien leidt de opheffing van het algemeen bordeelverbod waarschijnlijk tot extra voorzieningen in de regio. Voor een uitbreiding van het aanbod in Alkmaar bestaat derhalve vooralsnog geen noodzaak. Behoudens dit beleidsuitgangspunt is om reden van goed bestuur op de Achterdam nog slechts een zeer beperkte uitbreiding van het aantal ramen mogelijk in een tweetal panden (op de begane grond) die thans nog als woning in gebruik zijn. Een andere functie dan "prostitutie-doeleinden" kan in alle redelijkheid niet verlangd worden. Pand Achterdam 7 is door de Gemeente Alkmaar aangekocht. Dit pand zal vooralsnog worden gebruikt voor overheidsdoeleinden. Op de Achterdam zijn overigens geen andere exploitatievormen van prostitutie toegestaan. De hoekpanden van de Achterdam blijven gevrijwaard van prostitutie-activiteiten. Straatprostitutie is en blijft verboden in Alkmaar. Deze vorm van prostitutie legt een onevenredig grote druk op het woon- en leefklimaat en veroorzaakt meestal grote maatschappelijke onrust. Ook gaat het dikwijls gepaard met criminele randverschijnselen, zoals drugsgebruik en uitbuiting van prostituees. Het bemoeilijkt de controle door de politie en vertroebelt het overzicht op de bedrijfstak in ernstige mate. Tenslotte is deze vorm van prostitutie geen verrijking van het straatbeeld, noch van het prostitutie-aanbod, dat gelet op de doelstellingen van het beleid wenselijk is. Het beleid ten aanzien van thuiswerkende prostituees (zij die hun klanten thuis ontvangen) en escortbedrijven (prositituee op bestelling aan huis), blijft een ondoorzichtig en moeilijk te reguleren deel van de bedrijfstak. Onderzocht wordt of het zinnig is voor thuiswerkers een meldingsplicht in te voeren. Escortburo s zijn vergunningplichtig. In beginsel wordt de aanbodregulering van deze vormen van prostitutie aan het marktmechanisme overgelaten. Als beleidslijn wordt aangehouden dat niet tegen deze prostituees wordt opgetreden, tenzij men zich naar redelijk vermoeden schuldig maakt aan strafbare feiten (inclusief fiscale delicten) of overlast voor de omgeving veroorzaakt. 6. Ruimtelijke ordening Het uitgangspunt van de ruimtelijke ordening van deze bedrijfstak is da~t er geen seksinrichtingen worden gevestigd in specifieke woonbuurten of straten met een overwegende woonfunctie. Seksinrichtingen/de bestemming "prostitutiedoeleinden" krijgen een plaats in de bestemmingsplannen. Enerzijds wordt gewerkt aan een zogenoemd "paraplu-bestemmingsplan" waarin verbodsbepalingen over prostitutie zijn opgenomen, die als ware het een paraplu over de vigerende bestemmingsplannen heen wordt geplaatst. Zulke gebruiksvoorschriften ontbreken veelal in oudere bestemmingsplannen. Anderzijds zal voor de Achterdam een postzegelbestemmingsplan worden gemaakt. Positieve bestemming van de overige seksinrichtingen zal plaatsvinden bij planherzieningen. Vanwege de (door politieke gevoeligheden geplaagde) wetsgeschiedenis is tot voor kort onzekerheid blijven bestaan of het voorstel tot wijziging van het Wetboek van strafrecht (TK 25 437) het Staatsblad wel zou halen. Door deze omstandigheid heeft de gemeente niet tijdig kunnen starten met de bestemmingsplanprocedures. Dit leidt ertoe dat deze plannen bij inwerkingtreden van de wet nog niet zijn vastgesteld. Dit draagt het risico in zich dat een (ongewenste) toename van het aantal seksinrichtingen niet met succes in rechte kan worden verhinderd. In dit verband is de hoop er op gevestigd dat de in deze nota neergelegde beleidslijn in voorkomende gevallen door de rechter wordt erkend als een acceptabele grondslag om nieuw te vestigen seksinrichtingen te weren. 2

7. Openbare orde, woon- en leefmilieu, veiligheid en gezondheid Het voornaamste instrument voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid is de exploitatievergunning voor een seksinrichting. Aan de vergunning worden voorschriften verbonden. Overtreding daarvan is vatbaar voor strafrechtelijke vervolging en/of bestuursrechtelijke sancties. Daarnaast wordt een convenant gesloten met de exploitanten van de Achterdam met afspraken over de beperking van de hinder die uitgaat van de concentratie van raamprostitutie. Hiertoe zal de gemeente tevens het initiatief nemen voor een periodiek overleg met de betrokken belangengroepen. Ter bescherming van de openbare orde, veiligheid, (volks)gezondheid en het woon- en leefklimaat gelden onder meer de volgende regels. Straatprostitutie Om eerder genoemde redenen is er een absoluut verbod op straatprostitutie in de gehele gemeente (art. 3.2.6 APV). Sluitingsuur (artikel 3.2.3 APV) Daar de openingstijden, na jaren van volledig vrije openingstijden, worden ingeperkt, zijn de navolgende tijdstippen vastgesteld als een reëel compromis tussen de uiteenlopende belangen. Enerzijds wordt belangrijke winst geboekt waar het gaat om de nachtrust. Anderzijds is er oog voor de economische belangen van de exploitanten en de inhurende prostituees. Volgens de APV zijn seksinrichtingen van 00.00 uur tot 06.00 uur voor het publiek gesloten. Bij vergunningvoorschrift kan de burgemeester per inrichting een afwijkend sluitingsuur bepalen. De sluitingstijden van de seksinrichtingen gelegen aan de Achterdam worden bepaald op 03.00 uur, gelijk aan de zogenaamde "ontnuchteringszaken" in de horeca. De clubs hebben een sluitingsuur van 04.00 uur. Dit tijdstip is gerechtvaardigd door het besloten en discrete karakter van deze clubs. In beide gevallen duurt de sluitingstijd tenminste tot 07.00 uur. Voor overige seksinrichtingen bepaalt de burgemeester een passend sluitingsuur. Overlast De vergunninghouder dient te verkomen dat de exploitatie leidt tot een onaanvaardbare aantasting van het woon- en leefklimaat in de omgeving van de inrichting. Gevelreclame Waar het gaat om gevelreclame is de Reclameverordening Gemeente Alkmaar van toepassing. Clubs past terughoudendheid met gevelreclame. Een bescheiden uiting die recht doet aan het besloten/discrete karakter van de club. Toezicht Functioneel toezicht op de Achterdam geschiedt volgens wettelijke richtlijnen. Cameratoezicht vindt plaats onder toezicht van de politie en conform de voorwaarden van de Registratiekamer. Overige seksinrichtingen zorgen in overleg met de politie voor adequaat toezicht. Het toezicht in het kader van de de controle op de naleving van vergunningvoorschriften (o.a. door de politie) geschiedt op basis van het nieuwe artikel 151A van de Gemeentewet. Op vordering van de politie overlegt de beheerder de beelddrager (videoband/cd-rom) voor opsporingsdoeleinden. Horeca-exploitatie en speelautomaten Indien in een seksinrichting sprake is van horeca-exploitatie of bij aanwezigheid van speelautomaten, dan dient de exploitant te beschikken over de krachtens wettelijk voorschrift ter zake voorgeschreven vergunningen. Horeca-exploitatie (de verstrekking van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse) is slechts toegestaan als dit ondersteunend is en van onderschikt belang aan de prostitutieactiviteiten. Een seksinrichting geldt als hoogdrempelig in de zin van de Wet op de kansspelen. Op de Achterdam is geen voor het publiek toegankelijke horeca toegestaan. Drugs In de inrichting mogen geen drugs of andere soorten middelen, zoals genoemd in de lijsten I (harddrugs) en II (hennepproducten) worden aangeboden of verhandeld.

Brandveiligheid en bouweisen Een seksinrichting voldoet aan door burgemeester en wethouders te stellen inrichtingseisen. Hygiëne en medische zorg In het belang van de volksgezondheid en gelet op de gezondheidsrisico s voor prostituees, zorgt de exploitant voor een adequaat niveau van hygiëne en medische zorg. Een en ander tot genoegen van de directeur van de GGD. Voor de Achterdam geldt dat ter plaatse minimaal eens per twee weken een vrij toegankelijk artsenspreekuur is. Burgemeester en wethouder stellen in overleg met de GGD nadere regels inzake gezondheid en hygiëne. Arbeidsomstandigheden De arbeidsomstandigheden van prostituees dienen in overeenstemming te zijn met de regelgeving. Exploitanten die als werkgever optreden dienen zich aan te sluiten bij een Arbo-dienst. Controle op naleving van de wettelijke voorschriften geschiedt door de Arbeidsinspectie. Identiteitscontrole prostituees Het is niet toegestaan prostituees te werk te stellen die niet beschikken over een voor het verrichten van arbeid geldige verblijfstitel (Wet arbeid vreemdelingen). In het kader van privaatrechtelijke afspraak verhuurder-huurder controleert de exploitant de persoonsbescheiden van de prostituees. Bij redelijke twijfel over de geldigheid van de papieren of over de leeftijd of identiteit van de prostituee, informeert hij de politie hierover. 8. Handhaving en sancties Met de handhaving van het beleid zijn belast: de politie (openbare orde en veiligheid) de brandweer (brandveiligheid) de GGD (medische zorg en hygiëne) de bouwinspectie van de gemeente (bouwkundige staat van pand en inrichting) de Belastingdienst/FIOD (fiscale regelgeving) dearbeidsinspectie (arbeidsomstandigheden) De regie over het prostitutiebeleid berust bij burgemeester en wethouders. De sector Bestuurszaken van de gemeente is belast met de coördinatie van het beleid. Sancties Overtreding van wettelijke voorschriften (inclusief vergunningvoorwaarden) zijn vatbaar voor zowel strafrechtelijke- als bestuursrechtelijke sancties. Het kan onder meer gaan om: proces-verbaal (bekeuring, aanhouding etc.) onmiddellijke sluiting/intrekken van de exploitatievergunning tijdelijk intrekken van de exploitatievergunning beperking openingstijd van de inrichting Bestuursrechtelijk optreden heeft een reparatoir karakter (gericht op het herstel van de rechtmatige situatie) en is derhalve in de meeste gevallen effectiever dan de strafrechtelijke weg. Doorgaans is de volgende procedure van toepassing: le overtreding vergunningvoorwaarden: 2 e overtreding vergunningvoorwaarden: 3 e overtreding vergunningvoorwaarden: proces-verbaal proces-verbaal (waarschuwing burgemeester) proces-verbaal en bestuurlijke sanctie Afhankelijk van de ernst van het delict kan een afwijkende procedure worden gevolgd. Voor misdrijven geldt uiteraard een strenger regiem dan voor overtredingen. Ingeval van wantoestanden is onmiddellijke sluiting mogelijk. 9. Beleidsevaluatie en rapportage Minimaal éénmaal per jaar wordt door burgemeester en wethouders een evaluatie geëntameerd. Het college rapporteert aan de raadscommissie Bestuur & Communicatie.

B I J L A G E

gemeente :ALI<3VIAA~ Nota aan burgemeester en wethouders PH: M. van Rossen Sector: BO naar directieraad nee commissie: steller: J.J. Peis B&M t.k.n. tel.nr.: 5489003 in college op: datum: 13 april 2004 Stuknummer: 7~ L.j~í~ raadsvergadering datum openbaar: OR: GO: openbare bekendmaking ja ja nee nee referendabel besluit nee Onderwerp: Wijziging van de titel van het besluit over nadere regels voor seksinrichtingen ingevolge de APV Probleemstelling:. Door de recente wijziging van de APV is de nummering van de artikelen ten opzichte van de vorige AP~/enigszins gewijzigd. Dit heeft tot gevolg dat het besluit over de nadere regels voor seksinrichtingen niet meer naar het juiste APV-artikel verwijst. Het bewuste artikel in de vorige APV (artikel 3.3.3) is in de nieuwe APV omgenummerd naar 3.1.3. Inhoudelijk is de tekst niet gewijzigd! U wordt voorgesteld de navolgende besluiten te nemen. Concept-besluit 1. De Nadere regels voor seksinrichtingen ingevolge artikel 3.3.3 van de Algemene plaatselijke verordening (vastgesteld op 19september 2000) in te trekken en opnieuw vast te stellen onder de naam: Nadere regels voor seksinrichtingen ingevolge artikel 3.1.3 van de Algemene plaatselijke verordening ; 2. Dit besluit bekend te maken Paraaf Financiën Paraaf~ Paraaf akkoord Paraaf colle bespreken 2 Notaprostitutiebeleid ~edng nadere regels ~i ~: ì~

Protitutiebeleid-nadere regels gemeente i 2 8 SEP. ZOg8 NADERE REGELS VOOR SEKSINRICHTINGEN INGEVOLGE ARTIKEL373.3 VAN DE ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING (Apv) Titel 1 Uitgangspunten Artikel 1 Doel van de regels 1. De regels dienen de belangen als genoemd in artikel 3.3.2, tweede lid, van de Apv. 2. De regels hebben betrekking op seksinrichtingen en de exploitatie ervan en beogen bij te dragen aan de doelstellingen zoals genoemd in de nota Prostitutiebeleid in de Gemeente Alkmaar. Artikel 2 Algemene zaken betreffende de exploitatie "1. De exploitant van de seksinrichting is verplicht de veiligheid, hygiëne en gezondheid van de in de inrichting werkende prostituees te beschermen. 2. De exploitant voert een beleid ter voorkoming van de verspreiding van seksueel overdraagbare aandoeningen (soa) en AIDS. 3. De exploitant stelt,qlleen werkruimte ter beschikking van meerderjarigen met een voor het verrichten van arbeid geldige verblijfstitel. Titel 2 Veiligheid en ~lezondheid Artikel 3 Maatregelen in het belang van de (volks)gezondheid en integriteit De exploitant voert binnen de inrichting een aantoonbaar "veilige seksbeleid" dat ook voor de klanten duidelijk kenbaar is. Dit beleid bevat tenminste de volgende onderdelen: de aanwezigheid in de werkruimten van condooms die voldoen aan de keuringsnorm EN600 en waarvan de gebruiksdatum niet is verlopen; gelegenheid bieden aan prostituees zich periodiek op soa te laten onderzoeken; vrije toegang van GGD-medewerkers tot de inrichting; actieve medewerking aan preventieactiviteiten van de GGD gericht op verbetering van de gezondheidssituatie van de in de inrichting werkzame prostituees, en de volksgezondheid; de verspreiding onder de in de inrichting werkzame prostituees van voorlichtingsmateriaal over de gezondheidsrisico s van het prostitutiewerk en over gezondheidszorg en hulpverlening; indien een niet-ggd-arts aan het bedrijf verbonden is, meldt de exploitant schriftelijk de naam en het adres van desbetreffende arts aan de directeur van de GGD; een huisreglement gericht op bevordering van het zelfbeschikkingsrecht van de prostituee, waaronder begrepen: het recht klanten te weigeren, het weigeren zonder condoom te werken, het weigeren van verplicht meedrinken met de klant enz. De exploitant zorgt voor naleving van het huisreglement. Artikel 4 Veiligheid en toezicht 1. Het cameratoezicht op de Achterdam voldoet aan de richtlijnen van de Registratiekamer en geschiedt onder toezicht van de politie. 2. Ten behoeve van opsporingsdoeleinden overlegt de beheerder van de camera s op vordering van de politie de beelddrager (videoband/cd-rom). 3. De exploitanten van inrichtingen op de Achterdam verzorgen toezicht volgens de richtlijnen van de Wet op de particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus, gedurende de openingstijden en tot een half uur daarna.

4. Voor de inrichtingen op de Achterdam geldt dat de gordijnen van de werkruimten geopend zijn gedurende de periode dat de inrichting krachtens vergunningvoorschrift is gesloten voor het publiek en gedurende de tijd dat de werk-ruimte niet in gebruik is. 5. Elke werkruimte is voorzien van een installatie die de prostituee-in-nood in staat stelt de bedrijfsleiding te alarmeren. 6. Iedere werkruimte is voor de bedrijfsleiding toegankelijk middels een moedersleutel. Artikel 5 Hygiëne 1. In een werkruimte is voldoende schoon linnengoed aanwezig. 2. Beddelinnen wordt indien gebruikt dagelijks verschoond. 3. De inrichting wordt tweemaal per jaar onderworpen aan een technische hygiëne-inspectie. Titel 3 Inrichtingseisen Artikel 6 Begripsbepaling Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: 1. Seksinrichting: een inrichting zoals genoemd in artikel 3.1.1, onder c, van de APV; 2. Raamprostitutie-inrichting: een seksinrichting waarin door een of meer prostituees vanuit de inrichting wordt geprobeerd de aandacht van passanten op zich te vestigen; 3. Geschiktheidverklaring: een schriftelijke verklaring waarin een pand bouwkundig geschikt wordt geoordeeld voor het gebruik als seksinrichting. Artikel 7 Geschiktheidverklaring 1. Voor het verkrijgen van een exploitatievergunning voor de seksinrichting is een geschiktheidverklaring vereist van de gemeentelijke Bouwinspectie, voorzien van een medeparaaf van of namens de commandant van de brandweer. 2. De geschiktheidverklaring wordt afgegeven indien de inrichting voldoet de aan de normen van het Bouwbesluit, Bijlage 4 van de Bouwverordening en, ingeval van een inrichting met raamprostitutie, aan de bepalingen van artikel 8. 3. De aanvraag om een geschiktheidverklaring moet zijn voorzien van een situatietekening en een bouwkundige plattegrondtekening van het bouwwerk, volgens de door de inspecteur Bouw- en woningtoezicht aan te geven specificaties. Artikel 8 Inrichtingseisen raamprostitutie-inrichtingen Een raamprostitutie-inrichting dient te voldoen aan de volgende eisen: a. - in de inrichting is een badruimte (1 per 5 kamers) waaronder mede wordt verstaan een doucheruimte en een toilet of een combinatie van badruimte en toilet aanwezig zijn; b. in de inrichting moet een dagverblijf voor de in de inrichting werkzame prostituees aanwezig zijn; het dagverblijf moet een oppervlakte hebben van tenminste 16 m 2 en een breedte van tenminste 3.35 m; het dagverblijf moet voldoende zijn geventileerd; c. in de inrichting moet een keuken ten behoeve van het bereiden van maaltijden aanwezig zijn; " de keuken moet een oppervlakte hebben van tenminste 5 m 2 met een breedte van tenminste 1,80 m; de keuken moet voldoende zijn geventileerd; de ventilatiecapaciteit moet 75 m3/uur bedragen indien de oppervlakte kleiner 2 3 is dan 10 m en 100 m/uur indien de oppervlakte grote of gelijk is aan 10 m2; 2

4o indien dagverblijf en keuken zijn gecombineerd dient deze ruimte mechanisch te worden geventileerd met een capaciteit van tenminste 150 m3/uur; d. het dagverblijf mag niet voor prostitutiedoeleinden worden gebruikt; e. de inrichting dient te zijn voorzien van één of meer verwarmingsinstallaties c.q. toestellen, waarmee alle ruimten op een veilige wijze en voldoende kunnen worden verwarmd; het gebruik van verplaatsbare ruimteverwarmingstoestellen is niet toegestaan; f. in de inrichting moet per werkruimte een afsluitbare hang-/legkast aanwezig zijn. De werkruimten moeten aan de volgende eisen voldoen: a. elke kamer moet een oppervlakte hebben van tenminste 5 m 2 en een breedte van tenminste 1,80 m; b. elke kamer moet zijn voorzien van een wasbak met warm en koud stromend water; c. - elke kamer moet voldoende zijn geventileerd; - de ventilatiecapaciteit moet bedragen 2.8 m3/uur per m 2 vloeroppervlak met een minimum van 50 m~/uur. Vitrines dienen een minimale breedte te hebben van 1,50 meter per zich daarin bevindende prostituee. Vastgesteld op 19 september 2000 Burgemeester en wethouders van Alkmaar, ~De eester,, 3