AIOS Interne Geneeskunde

Wetenswaardigheden voor de AIOS Interne Geneeskunde Uitgegeven door de Junior Nederlandsche Internisten Vereeniging (JNIV) September 2009

Copyright 2009 Junior Nederlandsche Internisten Vereeniging Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, fotografie of op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Junior Nederlandsche Internisten Vereeniging. Aan de tips en adviezen genoemd in dit boekje kunnen geen rechten of plichten worden ontleend. ISBN: 90-8523-019-5 [opnieuw aanvragen!!] Uitgever: Van Zuiden Communications B.V. Postbus 2122 2400 CC Alphen aan den Rijn Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door een educational grant van Pfizer bv.

Inhoudsopgave Voorwoord 4 Een goed begin 5 Opleiding 7 Onderwijs 9 Toetsing en beoordeling 11 Afronden van de opleiding 13 Organisatorische aspecten 14 Financiële aspecten 15 De JNIV 16 Belangenbehartiging 18 Nuttige adressen 19 3

Voorwoord Beste lezer, Voor je ligt het herziene exemplaar van het boekje Wetenswaardigheden voor de arts-assistent in opleiding tot internist. Het boekje geeft een overzicht van rechten en plichten en bevat een aantal praktische tips voor de AIOS interne geneeskunde. De JNIV geeft dit boekje met wetenswaardigheden al weer enkele jaren uit, omdat er behoefte was en nog steeds is aan een praktische handleiding voor opleidingszaken. De opleidingeisen voor de interne geneeskunde zijn uitgebreid en gemoderniseerd. In dit boekje hebben wij de belangrijkste zaken met betrekking tot de opleidingseisen samengevat. De opleiding is niet statisch en verandert voortdurend. Het is voor elke AIOS belangrijk om hiervan op de hoogte te zijn. Veel actuele en interessante informatie over opleidingsaangelegenheden staan in de NIV Nieuwsbrief en op de NIV-website. De JNIV heeft daar eigen pagina s. We raden je aan die te lezen. Wij hopen je met dit boekje op weg te helpen bij de start van de opleiding en wensen je veel succes en plezier toe. Het JNIV-bestuur september 2009 4

Een goed begin Gefeliciteerd! Je bent aangenomen voor de opleiding interne geneeskunde. Wat nu? Aanmelding Medisch Specialisten Registratie Commissie Zorg dat je een schriftelijke bevestiging krijgt van je (toekomstige) opleider of van de regionale hoofdopleider. Hierin dient ook te staan waar en wanneer de opleiding begint. Je moet je vóór (of onmiddellijk na) aanvang van de opleiding aanmelden bij de Medisch Specialisten Registratie Commissie (MSRC) (zie Nuttige adressen ). Daarbij moet je aangeven voor welk specialisme en bij welke erkende opleider je zult worden opgeleid. De MSRC stuurt na aanmelding een vragenformulier. Dit formulier moet je binnen twee maanden na aanvang van de opleiding ondertekend aan de MSRC terugsturen. Het formulier moet voorzien zijn van kopieën van je artsenbul, je inschrijving in het BIG-register, het aanstellingscontract van de opleidingsinrichting en eventueel een schriftelijke toezegging van de vervolgopleider. De kosten voor de aanmelding zijn 1 280,00. Na betaling van dit bedrag schrijft de MSRC je in het opleidingsregister in. Deze procedure geldt ook als je verandert van specialisme. Indien aan het bovenstaande niet binnen twee maanden na de aanvang van de opleiding is voldaan, kan de opleidingstijd officieel pas ingaan op de datum waarop het ingevulde vragenformulier op het bureau van de MSRC is ontvangen. Zorg er dus voor dat je aanmelding direct is geregeld! Alvorens te corresponderen met de MSRC is het verstandig om hierover eerst contact met je opleider of bijvoorbeeld de regionale JNIV-vertegenwoordiger te hebben. De MSRC is een ambtelijke organisatie. Onzorgvuldigheid kan al snel tot misverstanden leiden. Aanmelding Meld je direct aan bij de NIV, zodat je voor de landelijke verplichte COIG-cursussen en kennistoetsen kunt worden uitgenodigd en korting krijgt op de inschrijvingen van deze verplichte dagen. Kortingsverzoek Als je voor de start van je opleiding een periode van minimaal één jaar als ANIOS in een erkend opleidingsziekenhuis voor de interne geneeskunde hebt gewerkt, kun je een deel van deze tijd terugkrijgen als korting op de opleidingsduur. De tijd gewerkt als ANIOS wordt voor maximaal 50% meegeteld. De maximale korting bedraagt één jaar. Dit verzoek moet voor aanvang van de opleiding bij de MSRC zijn ingediend. Let erop dat deze korting tijdens de eerste jaren van je opleiding wordt geëffectueerd en niet ten koste gaat van de tijd die je wilt besteden aan een enkelvoudig of samengesteld profiel. Het is ook mogelijk om korting te krijgen op de opleidingsduur indien van tevoren weten- schappelijk onderzoek is verricht. Hierbij kan een korting van maximaal één jaar worden gegeven. Deze korting kan overigens wel ten koste gaan van de tijd die je in de laatste twee 5

jaar van de opleiding wil besteden aan een enkelvoudig of samengesteld profiel. Bespreek deze consequenties tevoren met je opleider. Deze constructie wordt tegenwoordig over het algemeen afgeraden. De kortingsperiode vanwege wetenschappelijk onderzoek en ANIOS-tijd bedraagt cumulatief nooit meer dan één jaar. Aangevraagde kortingen worden pas definitief als de AIOS het eerste jaar van de opleiding heeft afgerond zonder dat de opleider bezwaar heeft aangetekend tegen de aangevraagde korting. Een éénmaal definitief toegekende korting kan niet meer ongedaan worden gemaakt, behalve als de opleider aan het einde van de opleiding aangeeft dat de AIOS nog niet over voldoende competenties beschikt om als internist te functioneren (en dit moet dan ook worden ondersteund door overeenkomstige stagebeoordelingen). Dit is uiteraard ongunstig voor je curriculum vitae en dient dus te allen tijde te worden vermeden. Voor het aanvragen van korting bij de MSRC moet je samen met de opleider een verzoek met een motivatie voor het aanvragen van de korting indienen bij de MSRC. Het is verplicht om de korting voor aanvang van de opleiding aan te vragen. Voor de exacte tekst zie Besluit CCMS 06-2004 (zie www.internisten.nl kies opleiding - opleidingseisen). Kennismaking opleidingskliniek Het is handig om, voordat je opleiding in een ziekenhuis start, kennis te maken met je aanstaande collega s en de afdelingen. Tevens kun je dan met bijvoorbeeld P&O en/of de cluster beheerder allerlei zaken regelen (eetpasje, parkeerkaart, witte jassen, werken in deeltijd). Vaak, met name in de perifere ziekenhuizen, word je op de eerste dag van je opleiding in het diepe gegooid en is er geen tijd voor het regelen van dit soort zaken. Ook is het handig om alvast je voorkeur voor vakanties, cursussen, congressen en dergelijke door te geven. Bij het gesprek met P&O komt ook de inschaling van het salaris aan de orde. Noem daarbij alle werkervaring. Onderzoek is bijvoorbeeld ook relevante werkervaring en telt tegenwoordig volledig mee. Vergelijk je inschaling met die van toekomstige collega s! 6

De opleiding De opleiding moet voldoen aan de opleidingseisen (besluit CCMS 06-2004). De opleidingseisen zijn te lezen op www.internisten.nl (kies opleiding). De eisen hebben betrekking op de assistent in opleiding (AIOS), de opleider en het opleidingsinstituut. Opleidingsschema De opleiding bestaat uit drie herkenbare onderdelen: 1. Interne geneeskunde (duur 16 maanden); 2. Stages in de verschillende deelgebieden van de interne geneeskunde (duur 32 maanden) 3. Verdieping in een enkelvoudig profiel (aandachtsgebied) of een samengesteld profiel (drie korte profielstages van acht maanden) (totale duur 18-24 maanden). Wijzigingen in je opleidingschema zijn mogelijk. Als AIOS ben je vrij om over te stappen naar een andere regio, mits je dit vóór 31 oktober van het voorafgaande jaar hebt gemeld aan de MSRC/opleidingsfonds. Daarna is dit financieel niet meer te regelen. Hetzelfde geldt voor een switch van onderzoek naar kliniek: ook dit moet vóór 31 oktober van het voorafgaande jaar bij de MSRC/opleidingsfonds zijn gemeld, anders komt er geen geld op de plaats waar je je opleiding wilt doen en zijn er dus geen financiële middelen. Stages en verplichte onderdelen Verplichte stages voor de opleiding tot internist zijn: 1. Interne geneeskunde (duur 16 maanden; het eerste jaar bestaat verplicht en volledig uit algemene interne geneeskunde) 2. Poliklinisch werken (duur 8 maanden) 3. Consultatief werken (duur 4-6 maanden) 4. Intensive Care (duur 4-6 maanden) Voorkeurstages voor de opleiding tot internist zijn (duur 4-6 maanden): 1. Cardiologie 2. Longziekten Facultatieve stages voor de opleiding tot internist zijn (duur 4-6 maanden): Gastro-enterologie, hematologie, oncologie, nefrologie, endocrinologie, infectieziekten, reumatologie, klinische geriatrie, acute interne geneeskunde, bloedtransfusiegeneeskunde, vasculaire geneeskunde. Overige stages voor de opleiding tot internist zijn (duur 4-6 maanden): allergologie/klinische immunologie, medische microbiologie, radiodiagnostiek, nucleaire geneeskunde, klinische farmacologie, echografie, klinische epidemiologie. Profielstages (duur 24 maanden indien een enkelvoudig profiel en 3x8 maanden indien een samengesteld profiel): Algemene interne geneeskunde, allergologie/klinische immunologie, bloedtransfusiegeneeskunde, endocrinologie, hematologie, infectieziekten, intensive care, klinische farma- 7

cologie, nierziekten, oncologie, ouderengeneeskunde, vasculaire geneeskunde en acute interne geneeskunde. Neem op tijd contact op met de academische opleiders om deze stages te regelen. Tijdens de opleiding moet je ten minste één maal een wetenschappelijke voordracht houden en/of een poster presenteren en/of een artikel publiceren. De assistent-geneeskundige in opleiding tot klinisch onderzoeker (AGIKO) volgt de opleiding tot internist en verricht promotieonderzoek. De totale opleidingsduur bedraagt zes jaar, vermeerderd met de onderzoeksperiode. Het eerste jaar van de opleiding interne geneeskunde of het eerste jaar volgend op een periode van wetenschappelijk onderzoek, wordt ononderbroken gevolgd. Onderbreking van de opleiding Het onderbreken van de opleiding, bijvoorbeeld voor een buitenlandse stage of onderzoek, is in overleg met de lokale en regionale opleider in principe mogelijk. Hiervoor moet een verzoek worden ingediend bij de MSRC. De opleiding wordt in beginsel ononderbroken gevolgd. Hierbij geldt: 1. Wanneer de opleiding langer dan 21 dagen wordt onderbroken dient compensatie plaats te vinden. 2. De AIOS doet van de onderbreking zo spoedig mogelijk, en in geval van zwangerschap of ouderschapsverlof voorafgaand aan de onderbreking, mededeling aan de MSRC. De opleiding wordt navenant verlengd. Deeltijdwerken Deeltijdopleiding behoort in principe mogelijk te zijn vanaf het begin van de opleiding. Wil je parttime werken, bespreek dat dan met je opleider. De MSRC staat dit expliciet toe. Tijdens de opleidingsjaren dient voor minimaal 50% te worden gewerkt. De opleidingstijd wordt uiteraard navenant langer. Problemen? Wanneer er voor aanvang of tijdens de opleiding problemen zijn, moet eerst worden geprobeerd dit op lokaal niveau, in goed overleg, met het opleidingsteam te bespreken en op papier vast te leggen. Indien het geschil niet op de werkplek zelf kan worden opgelost, kan de opleidingscommissie worden ingeschakeld en hierna een mediator. Mocht dit niet leiden tot een oplossing dan kan als laatste het geschil aan de Commissie Geschillen van de KNMG worden voorgelegd. Deze commissie bestaat uit twee juristen, een opleider en een AIOS/JNIV-bestuurslid. Ook over meer specifieke problemen met opleider en/of ziekenhuis kun je contact opnemen met een lid van het JNIV-bestuur (de lijst met namen en adressen van JNIV-bestuursleden is te vinden op www.internisten.nl. (kies juniorafdeling). 8

Onderwijs Cursorisch onderwijs Het COIG is verplicht voor AIOS en is als volgt georganiseerd: 1. Gedurende de eerste twee jaren van de opleiding bestaat het onderwijsprogramma uit: - Het bijwonen van vijf regiodagen per jaar. - Twee landelijke cursussen: klinische farmacologie en water- en zouthuishouding. - Een kennistoets in het tweede jaar van de opleiding. 2. Gedurende het derde en vierde jaar van de opleiding bestaat het onderwijsprogramma uit: - Het bijwonen van vijf regiodagen per jaar (in totaal 20). - Twee landelijke cursussen: moleculaire biologie en klinische genetica in de interne geneeskunde. - Een kennistoets in het vierde jaar van de opleiding. De kennistoetsen moeten inzichtelijk maken waar lacunes zitten in je kennis. De toetsen zijn wel verplicht, maar hebben nog geen consequenties voor het continueren van de opleiding. Aan het regionale onderwijs moeten alle assistenten verplicht deelnemen. Te zijner tijd, bij de registratie als specialist bij de MSRC, moet de assistent schriftelijk kunnen aantonen dat hij/zij het minimale aantal dagen heeft bijgewoond. De opleiders uit je regio organiseren de regionale opleidingsdagen en verzorgen de invulling hiervan. De inhoud verschilt dus per regio. In principe komen alle onderdelen uit de interne geneeskunde aan bod. De verantwoordelijkheid voor de invulling en uitvoering van dit onderwijs ligt bij de regionale hoofdopleider. De landelijke cursussen worden gecoördineerd en georganiseerd door de Commissie Onderwijs Interne Geneeskunde (COIG) en het COIG-secretariaat van het NIV-bureau. AIOS in (voor)opleiding interne geneeskunde moeten zich aanmelden bij het COIGsecretariaat. Vervolgens ontvangen zij inschrijfkaarten op hun privé-adres voor alle van toepassing zijnde landelijke cursusdagen. Na afloop van de cursus ontvangen de deelnemers, bij voldoende resultaat, een COIG-certificaat. AIOS interne geneeskunde volgt 20 regiodagen (verdeeld over de eerste vier jaren van de opleiding); de AIOS reumatologie 15 regiodagen (verdeeld over de drie jaren vooropleiding interne geneeskunde) en de AIOS cardiologie, gastro-enterologie, klinische geriatrie en longziekten 10 regiodagen (verdeeld over de twee jaren vooropleiding interne geneeskunde). 9

Opleiding Landelijke cursussen Regionaal onderwijs Verplicht voor AIOS Eerste jaar Klinische farmacologie Vijf regiodagen Interne geneeskunde Gastro-enterologie Reumatologie Cardiologie Klinische geriatrie Longziekten Tweede jaar Water- en zout Vijf regiodagen Interne geneeskunde Gastro-enterologie Reumatologie Cardiologie Klinische geriatrie Longziekten Derde jaar Moleculaire biologie Vijf regiodagen Interne geneeskunde Reumatologie Vierde jaar Klinische genetica in de Interne geneeskunde Vijfde jaar Managementcursus - Zesde jaar Managementcursus - Vijf regiodagen AIOS die de derdejaarscursus Moleculaire biologie geheel hebben afgerond: Interne geneeskunde Landelijke cursussen Je krijgt een persoonlijke uitnodiging van de NIV om je in te schrijven voor de landelijke cursussen. Leden van de (J)NIV krijgen korting bij alle landelijke cursusdagen. Op dit moment bedraagt het inschrijfgeld 1 200,00 per cursus (1 125,00 voor (J)NIV-leden). De opleider moet ervoor zorgen dat de deelnemers de avond en de nacht voorafgaand aan de afsluitende landelijke cursusdag, geen dienst doen, ook geen avonddienst na afloop van de COIG-dag. Aanbevolen wordt de facultatieve DESG-cursus over diabetes mellitus en de FCCS-cursus over Critical Care-geneeskunde te volgen. Schrijf je op tijd in voor deze cursussen. De FCCS is handig bij aanvang van je IC-stage (en ook voor het werk op de SEH). Vraag je opleider om meer informatie. Ook vind je in de agenda van de NIV Nieuwsbrief de cursusdata met contactpersoon. De informatie wordt ook op de website vermeld. Voor meer informatie kun je contact opnemen met het COIG-secretariaat (Rita Huissen), bereikbaar van maandag t/m donderdag via tel. (030) 2823778. 10

Toetsing en beoordeling Toetsing Ook de toetsing is vastgelegd in de opleidingseisen (besluit CCMS 06-2004). De opleidingseisen zijn zoals vermeld terug te vinden op www.internisten.nl (kies opleiding opleidingseisen). De opleider toetst of de AIOS voldoet aan de eindtermen van de opleiding en legt voor de AIOS een logboek/portfolio aan. De AIOS houdt het portfolio bij. Het portfolio vormt de basis voor de voortgangsgesprekken en voor de beoordelingen. Het logboek bevat in elk geval: 1. De klinische evaluaties (korte klinische beoordelingen, KKB), bestaande uit directe observatie van anamnese en onderzoek, door de opleider en de opleidingsgroep. 2. De toetsing van patiëntendossiers en ontslagbrieven door de opleider en de opleidingsgroep. 3. De formatieve toetsing van prestaties bij patiëntenbespreking en bij refereren door de opleider en de opleidingsgroep. 4. Longitudinale toetsing aan de eindtermen door de opleider en de opleidingsgroep. 5. Toetsing door de regionale opleidingscommissie van deelname en participatie aan de regionale casuswerkbesprekingen. 6. De resultaten van de landelijke COIG-dagen (certificaten) en kennistoetsen. Beoordeling In het eerste jaar van de opleiding (en ook in het eerste jaar van de vervolgopleiding) dient de opleider driemaandelijks een voortgangsgesprek met je te voeren, conform het model van de MSRC. Het schriftelijk verslag hiervan wordt door de opleider en door de assistent ondertekend en aan het portfolio toegevoegd. Aan het eind van het eerste opleidingsjaar (en ook na het eerste jaar van de vervolgopleiding) stuurt de opleider een zogeheten A/B-formulier naar de MSRC, waarin wordt verklaard of je de opleiding al dan niet kan voortzetten. Indien hierover een geschil ontstaat, zal in eerste instantie worden nagegaan of de procedure ten aanzien van de driemaandelijkse voortgangsgesprekken juist is gevolgd. Je kunt hiertoe in beroep gaan bij de Commissie voor Geschillen van de KNMG. Aan het begin en einde van elke stage (meestal 4 6 maanden) dient een evaluatie met de opleider of stagebegeleider plaats te vinden (minimaal één maal per jaar). Vraag hier zo nodig zelf naar. Bewaar zelf een kopie van al je evaluaties. Verder stuurt de opleider aan het eind van elk opleidingsjaar, met uitzondering van het laatste jaar, een beoordeling (in de vorm van het A/B-formulier) naar de MSRC. Deze jaarlijkse beoordeling is ook van belang indien alsnog aan het einde van de opleiding twijfel bestaat over de afgifte van het formulier C door je opleider. Dit formulier heb je nodig voor de registratie als internist. 11

Eén keer per jaar krijgt de AIOS-groep interne geneeskunde per ziekenhuis een formulier toegestuurd door de MSRC, waarin wordt gevraagd naar de kwaliteit van de opleiding en naar eventuele problemen. Wanneer er problemen zijn over opleidingsaspecten, kan dit op het evaluatieformulier kenbaar worden gemaakt. Het is verplicht dit formulier jaarlijks namens de gehele AIOS-groep in te dienen bij de MSRC. Dit formulier dient voor kennisgeving mede te worden ondertekend door de opleider, maar deze heeft in principe geen zeggenschap over de inhoudelijke beantwoording zoals die door de AIOS is geformuleerd. Regelmatig overleg tussen AIOS en de opleider/opleidingsteam is van belang om problemen tijdig te signaleren en op te lossen. Het is aan te raden om regelmatig (minimaal één maal per jaar) contact te hebben met de regionale hoofdopleider (de hoogleraar interne geneeskunde) over de voortgang tijdens de opleiding, eventuele problemen, het tijdstip van overgang van perifeer naar academisch ziekenhuis of vice versa, alsmede over je toekomstplannen, het volgen van een aandachtsgebied, keuzestages, het doen van promotieonderzoek, etc. Overigens is dit een advies dat ook door het Concilium wordt gegeven. 12

Afronden van de opleiding In de laatste twee jaren van je opleiding volg je drie profielstages van elk acht maanden (samengesteld profiel) of een enkele profielstage van 24 maanden (enkelvoudig profiel, voorheen het aandachtsgebied ). Wil je graag in een enkelvoudig profiel verdergaan, vraag dan tijdig een gesprek aan met de opleider hiervan en je hoofdopleider. Vaak bestaat er een wachtlijst en is het volgen van een enkelvoudig profiel gekoppeld aan een (promotie) onderzoek. Ook bij een voorkeur voor een samengesteld profiel moet je dit op tijd aangeven. Wacht niet af tot het laatste moment om stages te regelen. Overigens mag je ook deze profielstages in principe in een andere kliniek of zelfs in een andere regio volgen. Overleg dit tijdig met je opleider en meldt dergelijke plannen in ieder geval vóór 31 oktober van het voorafgaande jaar aan de MSRC en het Opleidingsfonds, anders wordt de financiering van je opleiding niet aan de kliniek van je keuze verstrekt. Aan het einde van de opleiding dien je je te registreren bij de MSRC. Hiervoor is het formulier C met eindoordeel nodig dat je van de opleider ontvangt. Vraag tijdig bij de MSRC de registratieformulieren op. Het verwerken van de registratie kost tijd, met name het verwerken van de mee te sturen noodzakelijk bescheiden: 1. Gevolgde stages en eventuele detacheringen (opleidingsschema). 2. Voordrachten en publicaties. 3. Gevolgde cursussen en afgelegde toetsen. 4. Eindoordeel van de opleider. De registratie kost momenteel 1 495,00. Dit bedrag is overigens fiscaal aftrekbaar. Mocht je na het afronden van de opleiding een betrekking zoeken, kijk dan ook op de vacaturebank op de NIV-website! 13

Organisatorische aspecten Als AIOS-groep is het raadzaam (bijvoorbeeld) eens per maand met de opleider te overleggen over praktische zaken betreffende de opleiding. De meeste AIOS zijn georganiseerd in één of andere vorm; het verdient sterk de voorkeur om binnen een dergelijke organisatievorm overleg te voeren met de opleider. In elk ziekenhuis is het verplicht om minimaal vier keer per jaar een officiële opleidingscommissievergadering voor de interne geneeskunde te beleggen. Deze dient te worden genotuleerd zodat de notulen ter inzage beschikbaar zijn voor de visitatiecommissie. Vooral in perifere ziekenhuizen kan een algemene AIOS-vereniging veel toegevoegde waarde hebben. Deze vereniging kan bijvoorbeeld met de directie of maatschappen onderhandelen over zaken als werktijden en salariëring. In de meeste ziekenhuizen krijg je een vergoeding voor de kosten van (verplichte) cursussen en congressen. Vraag hierom bij de opleider, P&O en/of de directie. Verplichte cursussen voor de opleiding volg je onder werktijd. Voor congresbezoek is in de CAO een aantal dagen per jaar gereserveerd. Dit mag niet ten koste gaan van je vakantiedagen. 14

Financiële aspecten Er bestaan verschillen in salariëring en secundaire arbeidsvoorwaarden tussen een perifeer ziekenhuis en een academisch ziekenhuis. Dit verschil is in de laatste jaren kleiner geworden. Tegenwoordig worden in zowel de perifere als academische ziekenhuizen onregelmatigheidstoeslagen voor diensten betaald. De meeste ziekenhuizen zijn aangesloten bij één van de pensioenfondsen PGGM of ABP. Hierbij wordt er gespaard voor een pensioenregeling van 70% van het netto middenloon, dat tezamen met de uitkering van de AOW zou moeten uitkomen op 90% van het laatstgenoten nettoloon. Hierbij wordt echter uitgegaan van 40 dienstjaren. De meeste internisten komen hier niet aan toe. Een arbeidsongeschiktheidsverzekering valt te overwegen. Door de reparatie van het WIA-gat (onder andere bij ABP en PGGM) wordt het eerste jaar (en bij de PGGM de eerste twee jaar) dat je niet kunt werken als gevolg van een ongeval, het loon gewoon doorbetaald. Hierna kom je echter in de WIA, wat een fors lager inkomen betekent. Wil je een aanvullende uitkering dan dien je je hiervoor te verzekeren; dat kan wel kostbaar zijn. Maatschappijen die dergelijke verzekeringen voor artsen aanbieden zijn onder meer de VVAA en Movir. Via het ziekenhuis is een beroepsaansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Het kan echter zinvol zijn voor een relatief laag bedrag een aanvullende verzekering af te sluiten. Zeker als je ook buiten het ziekenhuis (bijvoorbeeld als keuringsarts) werkzaam bent, of voor aansprakelijkheid bij eventueel verleende EHBO. Leden van de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD) zijn hiervoor automatisch verzekerd. Denk zeker ook aan een werkrechtsbijstandsverzekering, niet elk ziekenhuis steunt je bij onverhoopte medischetuchtrechtzaken. In het boekje Aansprakelijkheid rond artsassistenten van de firma MediRisk staat hierover meer uitgelegd. Als je in opleiding bent voor specialist zijn al je studiekosten aftrekbaar, mits deze niet zijn vergoed door het ziekenhuis. Dit is een ruim begrip. Hieronder vallen bijvoorbeeld kosten voor de (landelijke) cursusdagen, abonnementen op tijdschriften, studieboeken, lidmaatschap van onder meer de NIV. Dit geldt overigens niet als je een volledige vergoeding ontvangt van je werkgever. Voor studiekosten geldt momenteel een drempel van 1 500,00. 15

De JNIV De Junior Nederlandsche Internisten Vereeniging (JNIV) behartigt de belangen van de assistenten in (voor)opleiding tot internist. Dit doet zij onder meer door vertegenwoordiging in alle commissies van de NIV. Via deze commissies kunnen assistenten invloed uitoefenen op de inrichting van de opleiding en de beleidsvorming door de NIV. JNIV-leden hebben volwaardig stemrecht binnen de NIV. Opleiding Opleidingsaspecten worden behartigd door: 1. Het Concilium Medicinae Internae, waarin de opleiders zitting hebben. Zij gaan over de eindtermen (wat moet je weten/kunnen aan het eind van de opleiding) zoals beschreven in het Raamplan Interne Geneeskunde 2002. Het Concilium verricht kwaliteitscontroles: de visitatie van de opleidingsklinieken. De JNIV is met drie leden vertegenwoordigd in het Concilium. 2. De Commissie Onderwijs Interne Geneeskunde (COIG), waarin twee ouderejaars JNIVleden zitting hebben, die de landelijke cursusdagen en de kennistoetsen voor het tweede en vierde jaar verzorgt. Beleidsvorming NIV Beleidsvorming vindt plaats in diverse commissies: 1. De commissie Logistiek en capaciteitsplanning evalueert in- en uitstroom van AIOS en behoefte aan internisten in diverse profielen. 2. De Beroeps Belangen Commissie (BBC) behartigt met name financieeleconomische belangen. Onder de BBC valt de Werkgroep Producttypering (die zich bezighoudt met het maken van de lijst met Diagnose Behandeling Combinaties (DBC s), de instructie voor de ziekenhuizen, de tijdsnormering etc.) De BBC is via de Orde van Medisch Specialisten betrokken bij het vaststellen van de tarieven met ziektekostenverzekeraars, overheid en koepelorganisaties. 3. De commissie Kwaliteit van de NIV houdt zich in uitgebreide zin bezig met kwaliteitsaspecten van het vak, onder meer het vaststellen van kwaliteitsnormen voor de internistenpraktijk, richtlijnontwikkeling, validatie van bestaande protocollen, onderzoek naar morbiditeit en mortaliteit, complicatieregistratie, automatisering van de internist en patiëntenvoorlichting. De kwaliteitsborging van het vakinhoudelijk functioneren wordt door middel van een landelijk visitatieprogramma van internistenmaatschappen bewaakt door een uitvoerend college, het Forum Visitatorum. Structuur en organisatie JNIV Om vroegtijdig knelpunten of vragen van de AIOS te kunnen opsporen, heeft elke regio twee vertegenwoordigers. Deze hebben zitting in en onderhouden intensief contact met het JNIVbestuur, waar regionale problemen en vragen worden besproken. De JNIV biedt vervolgens zelf praktische oplossingen of bespreekt knelpunten in één van de betrokken NIV-commissies (bijvoorbeeld het Concilium of de commissie Logistiek en capaciteitsplanning). 16

De NIV organiseert twee maal per jaar een conferentie: in het voorjaar de Internistendagen, in het najaar de Najaarsconferentie. Tijdens de Internistendagen verzorgt de JNIV een parallelsessie: de JNIV-opiniesessie. Op de Najaarsconferentie is de JNIV op uitnodiging van de diverse commissies actief. De JNIV organiseert één maal per jaar de JNIV-conferentie (symposium) met een Algemene Ledenvergadering. Je bent automatisch lid van de JNIV als je lid wordt van de NIV. Je hebt dan volwaardig stemrecht in de Algemene Ledenvergadering van de NIV. Eigenlijk is lid worden een vanzelfsprekendheid voor elk aanstaande internist of assistent in (voor)opleiding! Het lidmaatschap voor de (J)NIV kost voor assistenten 1 165,00 per jaar (inclusief 1 10,00 voor het LVAG-lidmaatschap (zie verderop). Dit bedrag is fiscaal aftrekbaar. Als lid krijg je korting op alle NIV-cursusdagen, op inschrijving voor de Internistendagen en je ontvangt het tijdschrift The Netherlands Journal of Medicine. 17

Belangenbehartiging Landelijke Vereniging van Assistent-Geneeskundigen (LVAG) De LVAG is de belangenbehartiger van specialisten in opleiding en ANIOS bij alle specialisme overschrijdende zaken. Lid van de LVAG zijn de 28 juniorverenigingen van alle medisch-specialistische opleidingen, waaronder de JNIV. De individuele leden van de junior verenigingen vormen dus de achterban van de LVAG. De assistentenverenigingen van de academische ziekenhuizen zijn als toehoorders aan het hoofdbestuur toegevoegd. De juniorverenigingen van alle medisch-specialistische opleidingen zijn vertegenwoordigd in het zogenoemde hoofdbestuur. Het hoofdbestuur adviseert en controleert het dagelijks bestuur van de LVAG. Het dagelijks bestuur verzet veel werk om opleiding en sociaaleconomische belangen van arts-assistenten te verbeteren. De LVAG draagt een vertegenwoordiger van de assistent-geneeskundigen voor aan het Centraal Bestuur van de LAD. De LVAG vertegenwoordigt binnen de LAD de groep assistent-geneeskundigen in opleiding tot medisch specialist. De LVAG heeft vertegenwoordigers in verschillende andere belangrijke commissies en organen, onder meer in de MSRC en het Centraal College Medisch Specialisten. Ook zijn er internationale contacten. Landelijk vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD) De LAD is de belangenbehartiger en werknemersorganisatie voor artsen in dienstverband, waaronder alle assistent-geneeskundigen. De LAD is binnen het AmbtenarenCentrum (LAD/AC) betrokken bij de CAO-onderhandelingen. De LAD biedt diverse diensten waaronder bemiddeling bij arbeidsconflicten, verlenen van juridische bijstand, publiceren van salarisrichtlijnen en behartigen van rechtspositie van artsen in dienst van overheidsinstellingen, in de particuliere sector maar ook van coassistenten. De Jonge Orde De Jonge Orde werd in 2001 opgericht als belangenvereniging van specialisten in opleiding. De Jonge Orde kent een individueel lidmaatschap. De Jonge Orde is in 2003 toegetreden tot de Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen (CMHF), de vakcentrale waarbinnen ook de Orde van Medisch Specialisten CAO-onderhandelingen voert voor medisch specialisten in academische en perifere ziekenhuizen. 18

Nuttige adressen Bureau NIV Domus Medica Mercatorlaan 1200 Postbus 20066 3528 BL Utrecht 3502 LB Utrecht Tel.: 030-2823229 Fax: 030-2823225 www.internisten.nl secr@niv.knmg.nl KNMG Domus Medica Mercatorlaan 1200 Postbus 20051 3528 BL Utrecht 3502 LB Utrecht Tel.: 030-2823322 Fax: 030-2823236 www.artsennet.nl info@fed.knmg.nl MSRC Domus Medica Mercatorlaan 1200 Postbus 20053 3528 BL Utrecht 3502 LB Utrecht Tel.: 030-2823833 Fax: 030-2898572 www.artsennet.nl msrc@fed.knmg.nl VVAA (hoofdkantoor) Orteliuslaan 750 Postbus 8153 3528 BB Utrecht 3503 RD Utrecht Tel.: 030-2474789 www.vvaa.nl MediRisk (Onderdeel VVAA) Orteliuslaan 750 Postbus 8409 3528 BB Utrecht 3503 RK Utrecht Tel.: 030 2474810 Fax: 030 2474288 www.medirisk.nl Movir Brugwal 1 Postbus 2160 3432 NZ Nieuwegein 3430 CV Nieuwegein Tel.: 030-6078700 Fax: 030-6048455 www.movir.nl info@movir.nl 19

LAD Janssoniuslaan 34-36 Postbus 20058 3528 AJ Utrecht 3502 LB Utrecht Tel.: 030 670 2701 Fax: 030-670 2700 www.artsennet.nl bureau@lad-info.nl LVAG Janssoniuslaan 34-36 Postbus 20058 3528 AJ Utrecht 3502 LB Utrecht Tel.: 030-670 27 05 Fax: 030-670 27 00 www.artsennet.nl secretariaat@lvag.nl OMS Mercatorlaan 1200 Postbus 20057 3528 BL Utrecht 3502 LB Utrecht Tel.: 030-2823650 Fax: 030-2823651 www.orde.nl infodesk@orde.nl De Jonge Orde Mercatorlaan 1200 Postbus 20057 3528 BL Utrecht 3502 LB Utrecht Tel.: 030-2823652 Fax: 030-2823651 www.dejongeorde.nl dejongeorde@orde.nl 20